In zijn column in Cement 2009/1 plaatste Hans Ramler, directeur van BAM Wegen, een aantal kanttekeningen bij het technisch universitaire onderwijs. Ook het promotieonderzoek werd daarbij op de korrel genomen. Bij een Stufib ledenvergadering in oktober 2009 zette hij zijn zorgen verder uiteen. In dit artikel geeft hij een vervolg en daarmee een aftrap van het themanummer 'Promotieonderzoek gewaardeerd'.
themaPromotieonderzoek: zin of onzin?120104themaPromotie-onderzoek: zin ofIn zijn column in Cement 2009/1 plaatste Hans Ramler, direc-teur van BAM Wegen, een aantal kanttekeningen bij het tech-nisch universitaire onderwijs. Ook het promotieonderzoek werddaarbij op de korrel genomen. Bij een Stufib ledenvergaderingin oktober 2009 zette hij zijn zorgen verder uiteen. In dit artikelgeeft hij een vervolg en daarmee een aftrap van het thema-nummer `Promotieonderzoek gewaardeerd'.De betreffende column heb ik geschreven vanuit mijn oprechtebetrokkenheid bij het technische onderwijs en mijn rol als voor-zitter van het OCIB (Stichting Opleiding Civiel Ingenieurs enBouwnijverheid), waarin TU Delft, Universiteit Twente, bedrijfs-leven, overheid en opdrachtgevers participeren. Naar aanleidingvan de column is een bescheiden discussie op gang gekomenover de staat van het technisch universitaire onderwijs in Neder-land. Tijdens de 74e Stufib Ledenvergadering van oktober 2009heb ik mijn zorgen over het onderwijs uiteen kunnen zetten.Promotieonderzoek: zin of onzin? 12010 51 De Nederlandse kennis en ervaring op hetgebied van baggeren worden wereldwijdingezet, bijvoorbeeld bij het eiland PalmJumeirah voor de kust van DubaiPrachtig exportartikelHoewel mijn zorgen door bijna alle aanwezigen werden gedeeld,heeft dat geen aanleiding gegeven tot vervolgacties. De NederlandseCiviele Ingenieur ziet blijkbaar lijdzaam de opleiding verloren gaanen is niet in staat daarin verandering aan te brengen. Onbegrijpelijk,als men de klimaatverandering en een in de nabije toekomst sterktoenemende zeespiegel in ogenschouw neemt. Of de rol van demens nu wel of niet van grote invloed is op de klimaatverandering,de zeespiegelstijging is onomstreden. Omdat ongeveer 70% van dewereldbevolking in deltagebieden leeft, zal deze stijging grotegevolgen hebben voor het leven op deze aarde. Maar het geeft ookgrote kansen voor de waterbouwers. En wie staan er (nog) bekendals de beste waterbouwers op deze aarde? Inderdaad, de Neder-landse Civiele Ingenieurs. Bovendien behoort Nederland methaar baggerindustrie tot de top van de wereld. De Nederlandsekennis en ervaring op deze gebieden worden wereldwijd ingezet,van ondermeer New Orleans, Panama, Sint Petersburg, Veneti?,het Midden-Oosten tot aan Zuid-Oost Azi?.Een prachtig exportartikel zou je denken, met veel potentievoor de toekomst. Hoe kan het dan toch dat het technischonderwijs zo sterk achteruit holt door de voortdurende reduc-tie van de onderwijsbudgetten? Wij technici zijn blijkbaar nietin staat om het belang van ons eeuwenoude vak goed te verko-pen richting media en politiek. Hoe dan ook, er ligt voor hettechnisch onderwijs in ons land een geweldige kans en uitda-ging voor de toekomst.VragenOp verzoek van Stufib heb ik tijdens de ledenvergadering vanoktober 2009 de volgende twee vragen beantwoord.Hoe zijn de ervaringen met jong-afgestudeerden TU/HBO'ers die aan de slag gaan bij adviesbureaus /bouwondernemingen op het gebied van constructiefontwerpen?Met de afgestudeerden is op zichzelf niets mis. Zij zijn in deloop der jaren eerder slimmer dan dommer geworden. Met hetkennisniveau en de competenties ten aanzien van constructiefontwerpen is het minder goed gesteld. Om dat gemis tecompenseren zijn er buiten het onderwijs om succesvollecursussen opgezet door KIVI-NIRIA en de Betonvereniging,zoals de geotechnische cursussen CGF (1 en 2), Betonconstruc-teur BSEng , Betonconstructeur BV-PMSE en Betonconstcruc-teur HTI. Bijna alle afgestudeerde HBO'ers en de meeste TU'ersmoeten deze aanvullende opleidingen volgen om het vak vanconstructeur te mogen uitoefenen.De Bachelor-Master-structuur (BaMa) van het huidige onder-wijssysteem leidt tot de situatie dat studenten met een afge-ronde HBO-opleiding direct kunnen doorstromen naar deMasterfase van de Technische Universiteiten. De Bachelorfaseaan de Technische Universiteiten is echter van een anderniveau dan de HBO-opleiding. Hierdoor ontstaat een negatievedruk op de kwaliteit van het onderwijs.Nog zorgwekkender zijn de plannen om de HBO-opleidingeneen eigen Masterfase op te laten zetten. Er zijn nu al nauwelijksonzin?1ir. Hans RamlerBAM WegenbouwthemaPromotieonderzoek: zin of onzin?1201062 Dat de zeespiegel stijgt is onomstredenstudeerden zijn te vinden, die bereid zijn om te investeren in eenverlenging van hun studie in de vorm van een promotieonder-zoek. Dat verdient respect omdat de waardering daarvoor in zijnalgemeenheid niet tot uiting komt op de arbeidsmarkt. Eenuniversiteit zonder promotieonderzoek heeft geen bestaansrecht.Daarom zijn er naast deze enkele dappere Nederlandse promo-vendi veel buitenlandse promovendi noodzakelijk. Zoalsgezegd keren de meeste van deze buitenlandse promovendiechter weer terug naar hun moederland, waarmee een grootdeel van de opgebouwde kennis verdwijnt. Door samenwerkingtussen de Technische Universiteiten Delft, Eindhoven enTwente kan kennis worden gebundeld, kan een sterke partijworden gevormd voor samenwerking met het bedrijfsleven,kan een aantrekkelijke werkgever ontstaan voor Nederlandsepromovendi en kan een sterker kennisblok worden gevormd inEuropa. Daarnaast kan de Engelse benadering van het promo-tieonderzoek interessant zijn voor het bedrijfsleven en daarmeede betrokkenheid worden vergroot en de arbeidsmarkt voorpromovendi worden verbeterd.In dit nummer staan ook bijdragen van Belgische promovendivan de Katholieke Universiteit uit Leuven. Gelet op de Neder-landse problematiek is het goed om kennis te nemen van deonderwijservaringen van onze zuiderburen.Ten slotte wens ik de promovendi veel succes met de resultatenvan hun onderzoek en het vervolg van hun loopbaan. leraren van voldoende niveau aan te trekken. Kortom: eenandere onderwijsstructuur is noodzakelijk om technischonderwijs van voldoende niveau voor Nederland te behouden.Is er behoefte in het bedrijfsleven aan mensen diemeedraaien in speerpuntenonderzoek (promovendi)?Er is in de branche (in de volle breedte) geen cultuur aanwezigwaarin nut en noodzaak van promovendi voor de eigenbedrijfsvoering worden gezien. Dit in tegenstelling tot bijvoor-beeld Duitsland. Promovendi hebben eerder een achterstanddan een voorsprong als zij de arbeidsmarkt betreden. Mededaarom zijn er veel buitenlanders die promotieonderzoek doen.Deze kennis verdwijnt dus voor een deel naar het buitenland.Promotieonderzoek kent een te lange looptijd (4 jaar). De klok-snelheid van het bedrijfsleven past daar niet bij. Promotieon-derzoek is echter noodzakelijk voor het voortbestaan van hetuniversitaire onderwijs.Het Engelse model kent een andere benadering en heeft meeraansluiting bij de praktijk. Hier kennen promovendi elk jaareen deeloplevering in plaats van een enkele na 4 jaar zoals inNederland. Het is het waard om dat te proberen.Themanummer CementIn dit themanummer van Cement staat een weergave van hetactuele promotieonderzoek op de Technische universiteiten. Ikben verheugd te constateren dat er nog steeds Nederlandse afge-2
Reacties