Log in
inloggen bij Cement
Hulp bij wachtwoord
Geen account?
shop word lid
Home / Alle kennis / Artikelen

Tanden en nokken 20 jaar later

Detaillering ophangwapening bepalend voor bezwijkgedrag en weerstand René Braam - 21 februari 2025

In de periode 2006 - 2010 is in Cement uitgebreid aandacht besteed aan het berekenen van tandopleggingen. Het begon in 2006 met een artikel van prof. Kleinman, waarin hij waarschuwde voor niet-adequaat gedetailleerde ophangwapening aan de koppen van balken. Nu, bijna 20 jaar later, zien we in de praktijk dat de betreffende detaillering weer regelmatig wordt toegepast. Een goede reden om er opnieuw aandacht aan te besteden.

In het kort

  • Ophangwapening moet de dwarskracht in de balk opnemen en naar de bovenzijde van de balk overdragen
  • Het onderscheidende aspect is of er sprake is van directe of indirecte belastingafdracht
  • In de betonvoorschriften is het onderscheid tussen directe en indirecte lastafdracht ook gemaakt.
  • Kleinman heeft de detaillering van de ophangwapening van een tandoplegging onderzocht.
  • De weerstand van de variant met de richting het veld omgebogen ophangwapening bleek ongeveer de helft te zijn van de weerstand van de referentie
  • Bij ombuigingen richting de velddoorsnede wordt een knoop gevormd voor de ombuiging
  • Als de ophangwapening richting de tand wordt omgebogen, kan binnen de ombuiging een knoop worden gevormd.

Meer lezen op Cementonline

Dit artikel is een inleiding op het artikel 'Tandoplegging volgens EC2', waarin een oud rekenvoorbeeld opnieuw is uitgewerkt, maar dan volgens Eurocode 2.
Alle artikelen over tandopleggingen zijn gebundeld in een online dossier op Cementonline.nl.

Bij een tandoplegging moet ophangwapening, aan de kop van een balk (op de positie voordat de tand begint), de dwarskracht in de balk opnemen en naar de bovenzijde van de balk overdragen (fig. 2). Daarna moet de kracht door een schuine drukdiagonaal naar de oplegging worden overgedragen.

De ophangwapening zou de rekenwaarde van de vloeispanning moeten kunnen bereiken. Althans, dat is het uitgangspunt in veel berekeningen. Maar Kleinman stelde de vraag of dat zonder meer een uitgangspunt mag zijn. Maakt het voor het gedrag van de tand uit of beugels of staven worden toegepast? En in welke richting moet/mag de ophangwapening aan de bovenzijde worden omgebogen, richting het veld of de tand?

Volledige bericht lezen?

Het volledige item is gratis beschikbaar voor onze leden.
Nog geen lid? meld u aan bij ons netwerk.

Reacties

Ad de Kanter - Bouwbureau ing. A.G.J. de Kanter 26 april 2025 16:29

Zoals in de Figuur 2 (de lengte van) de onderstaaf van de haarspeld (hsp) is weergegeven, zou dit kunnen suggereren, dat de verankeringslengte van deze (onder)staaf begint bij de ophangwapening, hetgeen echter onjuist is. De verankeringslengte van deze (onder)staaf mag pas in rekening gebracht worden vanaf het snijpunt van een lijn onder 45° (drukdiagonaal) door de (onderste) ombuiging van de ophangwapening met de voornoemde onderstaaf van de haarspeld. Dit lijkt misschien logisch, toch heb ik bij controles in opdracht van een bouwtoezicht geconstateerd, dat liggers niet als zodanig berekend en gewapend waren. Door bureau Hageman heeft een beoordeling plaatsgevonden, waarin deze constatering werd bevestigd. Het betrof omgekeerde T-liggers, waarvan het lijf gemiddeld ca. 1 m x 1 m was en waarvan de lengte varieerde van ca. 7 m tot ca. 14 m. Na rekenkundige controle (toetsing verankeringslengte op basis van de maximale rekenwaarde van de staalspanning) bleken van de in totaal ca. 120 liggers er ca. 65 niet te voldoen aan de vereiste verankeringslengte van de voornoemde onderstaaf. Helaas waren deze liggers al geproduceerd. Er is nog een proef gedaan om vanaf de kop van de balk/tand langere wapening in te lijmen, wat echter niet tot een betrouwbaar resultaat heeft geleid. Het gevolg was een enorme schadepost naast een vertraging van de bouw van enkele maanden. Het lijkt op een "systeem"-fout bij het betreffende ingenieursbureau, waardoor niet kan worden uitgesloten, dat ook bij andere projecten van dit bureau deze fout kan zijn gemaakt!

Dick Schaafsma - Rijkswaterstaat 13 maart 2025 17:08

Beste René, dit is wel erg "old school". Ik kan me niet herinneren dit soort berekeningen met zoveel trigonometrie te hebben uitgevoerd. Daar heb je nu gelukkig rekenprogramma's voor. En daar zit hem volgens mij de crux.. Hoe voer je figuur 6 in je artikel zo 'goed' mogelijk in, in je rekenmodel. En wat is het verschil met een snede-model, waarbij een scheur de snede vormt? Bovendien rekenen we dit tegenwoordig NLE uit omdat we LE niet uitkomen. En als ik Rob Vergoossen moet geloven zelfs met een 3D-model omdat de staven loodrecht op het vlak ook een rol spelen.

x Met het invullen van dit formulier geef je Cement en relaties toestemming om je informatie toe te sturen over zijn producten, dienstverlening en gerelateerde zaken. Akkoord
Cement ©2025. All rights reserved.