In het sluizencomplex in Terneuzen, dat toegang biedt tot de havens in Gent en Terneuzen, wordt momenteel gebouwd aan een nieuwe sluis, de zogeheten 'Nieuwe Sluis Terneuzen'. In het vorige artikel in deze serie (Cement 2021/2) hebben we kennisgemaakt met de bouwmethode en fasering, in dit artikel wordt ingezoomd op het ontwerp van de sluiskolk.
Project: Nieuwe Sluis Terneuzen
Opdrachtgever: Vlaams-Nederlandse Scheldecommissie (een samenwerkingsverband tussen het Nederlandse Ministerie van Infrastructuur en Waterstaat en het Vlaamse Departement van Mobiliteit en Openbare Werken)
Opdrachtnemer: Consortium Sassevaart (een samenwerking van BAM, DEME, Stadsbader Contractors, Van Laere en Equans)
Integraal ontwerp: BAM Infraconsult, DEME Infra, Equans, Van Laere en Dredging International ondersteund door onder andere Arcadis, IV Infra, Fugro en Royal HaskoningDHV
Dit artikel is het tweede deel in een serie van vier over de Nieuwe Sluis Terneuzen. In het eerste artikel is het ontwerp, de fasering en de bouwmethode van de sluis op hoofdlijnen toegelicht. Het derde artikel gaat over de betonnen sluishoofden en het ontwerp van de deurkassen. Ten slotte zoomt het vierde artikel in op de betonconstructie van de brugkelder van de basculebrug.
Buiten deze serie om is ook een artikel over de bodemroosters van de Nieuwe Sluis Terneuzen verschenen: ‘Ontwerp en afzinken bodemroosters’.
De sluiskolk van de Nieuwe Sluis Terneuzen verbindt de twee sluishoofden met elkaar en biedt ruimte aan schepen tijdens het schutproces (fig. 2). De sluiskolk bestaat grofweg uit de volgende onderdelen: een oostelijk gelegen kolkwand en parallel hieraan een westelijke kolkwand met hierin geïntegreerd een nivelleerkanaal en een kolkbodem (bestaande uit een onderwaterbetonvloer). De vloer is voorzien van nivelleervoorzieningen in de vorm van bodemdoorlaten, meestal bodemroosters genoemd vanwege de vele ronde doorstroomopeningen in de bovenplaat.
Reacties