In het 6000 zitplaatsen tellende Velodrome vindt tijdens de Olympische en Paralympische Spelen in Londen het baanwielrennen plaats. De arena in het noorden van het Olympisch Park in Stratford is één van de permanente voorzieningen. In het Velopark rondom de indoorbaan liggen onder andere ook een BMX-parcours, mountainbikeroutes en een wegcircuit. Na de Spelen van 2012 kunnen scholieren, studenten, recreanten en atleten gebruik maken van deze voorzieningen. Het ontwerp is afgestemd op optimale volumes voor zowel toeschouwer als sporter. Afmetingen van constructie en installaties zijn zo klein mogelijk gehouden. Het resultaat is een innovatief ontwerp met onder andere een lichte kabelnetconstructie als dak.
thema
Velodrome vol topprestaties
5 2 0 12
24
thema
Velodrome vol topprestaties
In het 6000 zitplaatsen tellende Velodrome vindt
tijdens de Olympische en Paralympische Spelen in
Londen het baanwielrennen plaats. De arena in het
noorden van het Olympisch Park in Stratford is één
van de permanente voorzieningen. In het Velopark
rondom de indoorbaan liggen onder andere ook
een BMX parcours, mountainbikeroutes en
een wegcircuit. Na de Spelen van 2012
kunnen scholieren, studenten, recreanten
en atleten gebruik maken van deze voor
zieningen. Het ontwerp is afgestemd op
optimale volumes voor zowel toeschouwer als
sporter. Afmetingen van constructie en installaties
zijn zo klein mogelijk gehouden. Het resultaat is een
innovatief ontwerp met onder andere een lichte
kabelnetconstructie als dak.
Verantwoord wielercomplex
ontworpen voor post-
Olympisch gebruik
Velodrome vol topprestaties5 2 0 12
25
Velodrome vol topprestaties
1
1 Diverse wielersporten vinden plaats in en
rondom het Velodrome
foto's, tenzij anders vermeld: London 2012
In februari 2007 werd door de Olympic Delivery Authority
(ODA) een ontwerpwedstrijd uitgeschreven voor het ontwerp van
het Velodrome en het omliggende Velopark, waarop meer dan
100 inschrijvingen volgden. Uiteindelijk is een ontwerpteam
samen gesteld, bestaande uit Hopkins als architect, Expedition als
adviseur constructies, BDSP als adviseur installaties en Grant
Associates als landschapsarchitect. Parcoursontwerper Ron Webb
werd rechtstreeks door de ODA benoemd. Om het ontwerp ook
vanuit het perspectief van de atleten te beoordelen, was Chris Hoy
(viervoudig Olympisch goudenmedaillewinnaar) door de
opdrachtgever aan de jury toegevoegd. Hoy heeft bij de verdere
planuitwerking ook input geleverd.
De belangrijkste eisen waaraan het ontwerp moest voldoen waren:
? het bouwen op het terrein van de in onbruik geraakte West
Ham afvalstortplaats;
? een met de hand gelegde, houten, 250 m lange baan, geschikt
voor zowel trainingssessies in de winter met bijna geen publiek als wedstrijden in de zomer, die wereldwijd op tv komen,
met 6000 aanwezige toeschouwers (zoals 'London 2012');
? inpassing in het London 2012 masterplan, waarbij het
Velodrome zowel tijdens als na de Spelen het architectoni
sche boegbeeld vormt voor het noordelijke deel van het
Park;
? eenvoudige aanpasbaarheid aan de behoefte na de Spelen;
? een hypermodern ontwerp voor optimale sportieve
prestaties;
? het inbrengen van expertise van uitvoerende partijen in een
zo vroeg mogelijk stadium;
? een lage CO
2voetprint;
? een laag energieverbruik (minstens 15% onder de grens
volgens de bouwregelgeving);
? het gebruikmaken van het verwarmings en energiesysteem
in het Olympisch Park;
? een 'excellent' duurzaamheidsscore volgens Breeam;
? ontwerp en uitvoering zien als één gezamenlijke opgave.
thema
Velodrome vol topprestaties
5 2 0 12
26
4
2 Conceptuele schets van het Velodromebron: Hopkins Architects3 Dwarsdoorsnede over het gedeelte met twee tribuneringenbron: Hopkins Architects4 Knoopverbinding tussen kabelnet en dakelementfoto: Hopkins Architects
Visuele verbinding
Het Velodrome moet een knooppunt zijn voor alle vormen van
wielersport in het Olympisch Park. De uitdaging voor het
ontwerpteam was dan ook het creëren van een visuele
verbinding tussen de binnenbaan en de diverse buitensport
elementen. Daarvoor moesten enkele gangbare barrières
worden doorbroken. In het ontwerp zijn de 6000 zitplaatsen
horizontaal opgesplitst in twee delen. De onderste helft van de
toeschouwers is direct langs de omtrek van de baan gelegen en
de andere helft is 'opgetild' en in de ruimte onder het dak
geplaatst (fig. 2).
Door het creëren van deze scheiding was het mogelijk een
transparante glazen gevel te plaatsen rondom de omloop voor
de onderste publiekshelft, dat direct rond de wielerbaan is
opgesteld. Hierdoor is een continue zichtverbinding ontstaan
tussen de wielerbaan binnen en de alle takken van wielersport
buiten. Zo zijn alle faciliteiten gelijktijdig te overzien.
De integrale doelstelling was om de vorm van het gebouw de
functie te laten volgen. Geïnspireerd door de dynamiek en de
geometrie van de houten wielerbaan, heeft men geprobeerd om
een gebouw te realiseren dat geen onderscheid maakt tussen
architectuur en engineering. Daarbij had het ontwerpteam voor
ogen de resulterende vorm slank en efficiënt te maken, waarbij
het hele gebouw in dienst staat van zo goed mogelijke sportieve
prestaties van de renners. Het volume is dan ook minimaal en
ieder element is gereduceerd tot een absoluut minimum
(fig. 3), zo ook de constructie en installaties.
De vorm van het gebouw weerspiegelt de sportieve actie
binnen. Het is een manifest van de energie en zwaartekracht
tartende dynamiek van het baanrennen, dat niet alleen toekom
stige generaties wielrenners, maar ook architecten, ontwerpers
en opdrachtgevers wil inspireren.
Dak en tribune geïntegreerd
De constructieve bijzonderheid van dit project is voornamelijk
terug te vinden in het dak. In het voorontwerp was een traditio
nele staalconstructie voorzien. De hoofdaannemer voorzag bij
deze keuze echter een te grote bouwtijd. Daarom is op zijn
verzoek, samen met Pfeifer Cable Structures en ingenieursbureau
Schlaich Bergermann und Partner, een brede studie naar varian
ten in verschillende materialen en constructieprincipes gedaan.
Daaruit is een kabelnetsysteem gekozen dat, ondanks de hogere
directe kosten, de voorkeur kreeg vanwege de kortere bouwtijd.
Doordat bij deze oplossing bijna geen steigers en andere tijdelijke
constructies nodig waren, zijn de totale kosten uiteindelijk
vergelijkbaar met die van de traditionele staalconstructie. Niet
onbelangrijk te vermelden is dat de CO
2voetprint van deze
2
3
Velodrome vol topprestaties5 2 0 12
27
5 Montage kabelnet
oplossing 45% lager is dan die van de traditionele staaloplossing
zou zijn geweest. Dit is voornamelijk bereikt door een reductie
van de gebruikte hoeveelheid staal van 1300 naar 160 ton.
De sleutelbeslissing in het ontwerp was om de constructie van
het kabelnetsysteem te integreren met die van de tribune,
hoewel het voor constructies van deze afmetingen gebruikelijk
is om deze onafhankelijk van elkaar te kunnen laten vervor
men. De krachten uit het dak worden voor een belangrijk deel
rechtstreeks op de tribunespanten overgedragen (foto 5).
Door deze opzet is de buitenringligger aanzienlijk slanker dan
gebruikelijk en kon deze bovendien als relatief eenvoudig vlak
vakwerk op de bovenzijde van de tribunespanten worden
5
aangebracht. Deze zone is tijdens uitvoering gebruikt als
werkgebied bij het vijzelen van het kabelnet en in de eindfase
als dakgoot. Bovendien was het hierdoor mogelijk een strak
bouwkundig randdetail te creëren.
De kabels, die de constructie vormen van het in twee richtin
gen gekromde dakvlak, zijn afgespannen op de buitenringligger
die is verbonden met de tribunespanten. Het kabelnet zelf
bestaat uit dubbele kabels met een diameter van 36 mm, met in
beide richtingen een h.o.h.afstand van 3600 mm. Het gewicht
van de staalconstructie, inclusief kabels, verbindingen en de
buitenringligger, is slechts 30 kg/m
2.
Velodrome vol topprestaties
5 2 0 12
28
thema
versnelling moet met behulp van deze methode worden beperkt
tot maximaal 0,075 g om beweging van de constructie die als
onaangenaam wordt ervaren, te voorkomen. In dit geval kon dat
relatief eenvoudig worden bereikt. Uit een parallelstudie is
gebleken dat het verhogen van de laagste eigenfrequentie naar
3,5 Hz een toevoeging van honderden tonnen staal aan de staal
constructie zou inhouden, zonder dat dit een merkbare verbete
ring in het dynamisch gedrag zou hebben betekend. Bovendien
zou het juist wél geleid hebben tot een toename van kosten,
bouwtijd en de CO
2voetprint.
Fundering
Het Velodrome is gebouwd op de locatie van de voormalige
afvalstortplaats van West Ham. Een groot deel van dit gebied is
in de Tweede Wereldoorlog zwaar gebombardeerd, waardoor
de kans op de aanwezigheid van blindgangers reëel was. Om
die reden is op de positie van alle bijna 1000 palen voor
geboord. Onder de arenavloer zijn ongeveer 600 relatief licht
belaste prefab palen (270 x 270 mm
2 en 9 m lang, voor beperkte
belasting) toegepast. Door de grondverdringende palen hoefde
geen afvoer van de vervuilde grond plaats te vinden. De
overige, zwaar belaste palen zijn geboorde palen die in situ zijn
gestort, met diameters van 450 mm (circa 300 stuks) en
750 mm (crica 70 stuks) en een lengte van ongeveer 24 m.
Daarmee staan de palen 3 m in het zand. De damwanden, die
oorspronkelijk als tijdelijke constructie waren voorzien, zijn
onderdeel geworden van de definitieve kelderwanden. Hier
door zijn kosten bespaard en is een bouwtijdwinst geboekt.
Voor het opnemen van de grote buigende momenten die de
tribunespanten op de fundering uitoefenen, kon geen gebruik
worden gemaakt van trekpalen omdat de grondgesteldheid
hiervoor niet geschikt was. Om die reden is er op funderings
niveau een overdrachtsconstructie gemaakt.
Analysemodel
Vanwege de gemaakte koppeling tussen het dakvlak en de
tribuneconstructies, is de volledige constructie uitgebreid
geanalyseerd met behulp van één integraal model. Het karakter
van de constructie is veelvoudig statisch onbepaald. Om die
reden is een parameterstudie uitgevoerd, op basis waarvan een
bandbreedte van de optredende krachten en vervormingen is
bepaald. De maximaal optredende kabelkracht bedraagt circa
650 kN per kabel. Alle kabels zijn zodanig voorgespannen dat
deze bij alle belastingcombinaties op trek belast blijven. De
kabelkrachten worden voor circa 40% opgenomen door de
buitenringligger en het bovenste gedeelte van de staal
constructie van de tribune. Circa 60% van de kabelkrachten
veroorzaakt buigende momenten, die op funderingsniveau
worden opgenomen. De betonnen vloerconstructies op het
niveau van de omloop en de lagere niveaus zorgen voor
herverdeling en spreiding van de belastingen.
Het ontwerpen van de verbinding van de houten dakelementen
tussen de kabels in heeft ook speciale aandacht gekregen: de
stijve elementen moesten mee kunnen vervormen met het
relatief slappe dakvlak, terwijl bovendien de waterdichtheid
moest worden gegarandeerd. Om dat mogelijk te maken, is een
gestapelde knoopverbinding ontworpen (foto 4).
Dynamisch gedrag
Het dynamische gedrag van de tribune is geanalyseerd op basis
van de meest recente inzichten van het Institution of Structural
Engineers (IStructE) [2]. De laagste eigenfrequentie van de
tribune bedraagt ongeveer 2,3 Hz en is daarmee aanzienlijk lager
dan de 3,5 Hz die normaal gesproken als acceptabele ondergrens
wordt gezien. De IStructE gaat uit van gedempte massaveer
systemen, die het effect van belasting door toeschouwers en de
interactie tussen mens en constructie modelleren. De optredende
6
Velodrome vol topprestaties5 2 0 12
29
6 De opbouw van de 250 m lange houten wielerbaan
7 De buitengevel is bekleed met 5000 m 2 western red cedar
watergedragen verf en lijm met een laag gehalte aan vluchtige
organische middelen, heeft allemaal bijgedragen aan het
bereiken van de duurzaamheidsdoelstellingen.
Installatieconcept
De eerste insteek van het ontwerpteam voor een gunstig energie
verbruik was om zo veel mogelijk gebruik te maken van passieve
maatregelen. Het ontwerp van de installaties is primair gericht op
de behoefte na de Olympische Spelen. De arena wordt verwarmd
in de winter, in eerste instantie door vloerverwarming aangevuld
met mechanische ventilatie om de gewenste luchttemperatuur te
bereiken: 18° C in de algemene situatie en 24 ? 26 °C op de baan
bij trainingen van professionele wielrenners. In de houten buiten
gevel zijn louvres aangebracht. Deze worden gebruikt om de arena
natuurlijk te ventileren. Recirculatie van lucht kan worden
toe gepast wanneer er een lage bezettingsgraad is.
Ramen en daklichten zijn geoptimaliseerd voor adequaat
daglicht, zodat de benodigde hoeveelheid kunstlicht kan
worden beperkt. Uitgebreide studies zijn uitgevoerd om de
oppervlakte en de positie van de daklichten te optimaliseren
vanuit het oogpunt van kosten, gewicht, lichtopbrengst en een
gelijkmatige verlichting (foto 8).
Een combinatie van energiezuinigheidsmaatregelen heeft geleid
tot een complete en geïntegreerde oplossing. Het complex ligt
'op koers' om de 'excellent' Breeamscore te halen in de post
Olympische fase, mits er nog een aantal geplande aanpassingen
worden doorgevoerd.
Montage kabelnet
Het kabelnetsysteem is neergelegd op de betonnen tribune
constructie en met vijzels in positie gebracht. De volgorde van
het monteren van het kabelnet is uitgewerkt door Pfeifer,
samen met ISG en Expedition. Over het algemeen waren de
krachten in de bouwfase niet maatgevend voor het ontwerp van
de constructie; slechts lokaal moesten versterkingen of extra
contragewichten worden aangebracht. Tijdens het opbouwen
van het dak zijn de optredende kabelkrachten gemonitord en
vergeleken met de theoretische waarden uit het rekenmodel.
De onderlinge verschillen waren beperkt. Windtunnelproeven
voor diverse uitvoeringsfasen zijn uitgevoerd om te voorkomen
dat het gedeeltelijk gemonteerde dak zou worden onderworpen
aan onvoorziene zuiging en lokale winddrukeffecten.
Duurzaamheid
In het ontwerp van het Velodrome is gezocht naar een optimaal
gebruik en een minimaal nadelig milieueffect van de toegepaste
materialen. Eén van de meest zichtbare materialen, zowel
binnen als buiten, is hout. Dit toegepaste, natuurlijke en te
hergebruiken materiaal is afkomstig uit verantwoord beheerde
bossen. Zo is de buitengevel bekleed met 5000 m
2 Forest
Stewardship Council (FSC) western red cedar (foto 7).
Zoals al eerder omschreven, levert het lichtgewicht kabelnet
systeem een aanzienlijke bijdrage aan de duurzaamheids
prestatie. Het gebruik van gerecyclede producten, materialen
met een verantwoorde herkomst en 'gezonde producten', zoals
7
Velodrome vol topprestaties
5 2 0 12
30
thema
8 Ramen en daklichten zijn
geoptimaliseerd voor een
beperkte behoefte aan
kunstlicht binnen
komende 25 jaar is nu al veiliggesteld door de Lee Valley
Regional Park Authority, waardoor ook in de toekomst
gebruikgemaakt zal kunnen worden van de voorzieningen.
Tot slot
Het ontwerp van het Velodrome kenmerkt zich door het
intelligente gebruik van verschillende materialen. Staal, beton,
hout en glas bepalen samen de kwaliteit van het gebouw, dat
dankzij een gezamenlijke inspanning van ontwerpende en
uitvoerende partijen twee maanden eerder dan gepland kon
worden overgedragen aan de opdrachtgever.
?
Paul Lagendijk 2)
Uitvoering
Het kritieke pad van de uitvoering van het Velodrome werd
bepaald door de constructie en het wind en waterdicht maken
van het gebouw. Daardoor lag de focus, na het gereedkomen van
het betonwerk, op het voltooien van het dak en de gevel. Het
aanbrengen van het kabelnetwerk heeft twee maanden geduurd
en bestond in grote lijnen uit twee fasen. De eerste fase besloeg
circa vijf weken en bestond uit het op de grond aanbrengen van
het netwerk, inclusief de knopen, voor de bevestiging van de
houten dakelementen. De tweede fase duurde circa drie weken.
Hierin werd het kabelnetwerk naar de uiteindelijke positie getild,
op spanning gebracht en verankerd en getest. Hierop volgend
zijn in ongeveer drie en een halve maand tijd 1090 dakelementen
gemonteerd. Daarbij moest tegelijkertijd aan beide zijden
worden gewerkt om de constructie symmetrisch te belasten en
niet te destabiliseren. De gevelelementen zijn in ongeveer vijf
maanden tijd gemonteerd. Door de vorm van het Velodrome
waren bijna alle elementen verschillend.
Transformatie naar post-Olympische situatie
De essentiële vereisten om het gebouw ook na de Spelen te
kunnen blijven gebruiken, zijn al in het initiële ontwerp
mee genomen. Het uitgangspunt van het ontwerpteam was
vanaf het begin dat het complex (het Velodrome, maar ook de
voorzieningen eromheen) moest voldoen aan de eisen voor het
postOlympisch gebruik en dat er aanpassingen moesten
worden gedaan om de Spelen mogelijk te maken, in plaats van
andersom. Daarom werd er al in het begin van het ontwerp
nauw samengewerkt met lokale wielrenverenigingen. Na de
Spelen worden de 'Olympische aanpassingen' verwijderd. In
2013 ontstaat daarmee het Lee Valley Velopark (genoemd naar
de rivier de Lee). De financiering voor de exploitatie voor de
? Literatuur
1 ICE (Institution of Civil Engineers),
NEC3 Engineering and Construction
Contract Option C. Thomas Telfort,
London, UK, 2005.
2 IStructE (Institution of Structural
Engineers), Dynamic Performance
Requirements for Permanent
Grandstands Subject to Crowd Action.
IStructE, London, 2008.
? ProjeC tgegevenS
project Velodrome
opdrachtgever Olympic Delivery
Authority (ODA)
architect Hopkins Architects
ontwerper wielerbaan Ron Webb
adviseur constructies Expedition
adviseur installaties BDSP Partnership
landschapsarchitect Grant Associates
hoofdaannemer ISG
8
2) Dit artikel is grotendeels gebaseerd op een artikel in een speciale editie van Civil
Engineering, een uitgave van het Institution of Civil Engineers (ICE): Arnold, R.,
Banister, C., Weir, A., Dabasia, D. & Goodliffe, D., Delivering London 2012:
the Velodrome, Proceedings of ICE: Civil Engineering 164, Paper 11-00028,
pp. 51-58, November 2011.
Reacties