Prof.ir.B.W. VAN DER VLUGTTREEDT AF ALS HOOFDREDACTEUROp 1 oktober jl. trad professorVan der Vlugt af als hoofdre-dacteur van Cement wegenshet bereiken van de pensioengerechtig-de leeftijd. Sinds 1981 heeft hij het re-dactieteamopinspirerendewijze geleid.Zijnaffiniteitmetons tijdschriftis grooten bestaat al sinds het begin van zijnloopbaan. Cementwas voor hem niet al-leen belangrijk vanwege de geboden in-formatie voor zijn vakgebied, maar ookdoordat ons tijdschrift het geschiktemedium bleek te zijn ornde ontwikke-lingen in zijn vakgebied bit te dragen.Daartoe heeft hij de redactie ook vroe-ger al dikwijls van advies gediend.Van derVlugt kwam in 1952 navoltooi-ing van zijn studie aan de TH te Delft indienst van het pas opgerichte Ingeni-eursbureau voor Industrie Service (Ibis).Dit bureau heeft een groot aandeel ge-had in de ontwikkeling van het voorge-spannen beton in Nederland. Van derVlugt kreeg tot taak vorm te geven aande ontwerpafdeling.Voor wie de genoemde ontwikkelingengedurende dejaren '50 en '60 er op na-leest, zal het duidelijk worden dat toensprake was ?van pionierswerk. OmdatIbis licentiehouder was van het voor-spansysteem Freyssinet, genoot dit sys-teem in de beginjaren van het voorge-spannen beton in ons land de meeste be-kendheid. Ibis rekende het tot zijn taakde toepassingen van dit systeem zorg-vuldig te begeleiden, wat er toeheeftge-leid dathet bureau veel kennis overont-werp en uitvoering van deze specifiekebouwmethode in Nederland heeftge?ntroduceerd. Naast rechtstreekse be-trokkenheid bij de totstandbrengingvan constructies indevormvan ontwer-pen ofcontrole van de ontwerpbereke-ning en het constructiefvormgeven aanspecifieke details, heeft Van der Vlugthet inzicht in de materiaaltechnologieen de berekeningsaspecten helpen ver-diependoor actievedeelname aanstudieen onderzoek binnen STUVO, STU-PRE, CUR en Betonvereniging en dooruitwisseling van kennis en ervaring metandere landen. In de latere periodenvanzijn loopbaan heeft hij talloze bestuurs-functies bekleed, en niet alleen binnende betonwereld. Hij was onder meermede-oprichter en de eerste voorzittervanCIAD.In 1969 werd hij benoemd tot hoogle-raar Constructief Ontwerpen aan deCement 1988 nr. 10TU teEindhoven, maarhij bleefnog ge-ruime tijd adviseur bij het ingenieurs-bureauBVN(Bouvy,Van derVlugt, Vande Niet), het ingenieursbureau dat in1965 uit Ibis is voortgekomen.Van zijn vele activiteiten mag in het bij-zonder zijn betrokkenheid bij het totstand brengen van de betonvoorschrif-ten worden genoemd. Aanvankelijkwashij voorzittervan de Stichting Commis-sie VoorschriftenBeton (CVB) in de tijddat betonvoorschriften nog tot standkwamen door samenwerking van KlVIen Betonvereniging. Vanaf 1979 heefthij als voorzittervandeAlgemeneVoor-schriftencommissie (AVC) ook zittinggehad in het CUR-bestuur. Van derVlugtheeftdie taakruim 10jaarvervulden zich daarbij onder meerbeziggehou-den met de internationale voorschrif-tenproblematiek en de afstemming vande Nederlandse betonvoorschriften opde in voorbereiding zijnde Eurocodes.Geleidelijk heeft hij zich de laatstejarenuit verschillende functies teruggetro-ken, maar hij blijft als 'liaison engineer'nog nauwbetrokken bij de Nederlandsemedewerking aan de Europese beton-voorschriften.Van der Vlugt is een erudiete persoon-lijkheid. Daarnaast is hij bijzonder be-scheiden. Hij zal zich maar zelden op devoorgrond plaatsen en dat is jammeromdat hij een goed en geestig spreker is.Het paste bij voorbeeld bij zijn aard omde gebruikelijke inaugurele rede bij deaanvaarding van het ambt van hoogle-raar te 'vergeten'. Hetis nietondenkbaardat hij overweegt om de TU Eindhovenbinnenkort even onopvallend te verla-ten. Als auteur van artikelen heeft hijzich om dezelfde reden niet bijzonderonderscheiden, ofschoon hij recentheeft ingestemd met het plan om in ko-mende maanden bij te dragen aan eenreeks artikelen in Cement over de uit-gangspunten van de Eurocodes.In de veertig jaar dat Cement nu wordtuitgegeven, is Van der Vlugt de derdehoofdredacteur geweest. Hij heeft lei-ding gegeven aan het veranderingspro-ces dat Cement begin 1986 heeft onder-gaan. Zijn aandacht gold zowel de lezerals de werkwijze van de redactie.Als hoogleraaronderkentVanderVlugthet wezenlijke belang van kennisover-dracht, niet alleen vanuit het bedrijfsle-ven naar het onderwijs, maar ook tussende bedrijfstakken onderling. Door zijnkritische geest weet hij hoofd- en bijza-ken te onderscheiden. Hij hanteertdaarbij hoge maatstaven. Zijn kritischeopmerkingen hebben de dagelijkse re-dactie gestimuleerd om steeds opnieuwkwaliteitsverbetering na te streven. Hetgrote onderscheidingsvermogen dat hijaan de dag legt maakt hem waarschijn-lijkbuitengewoongeschiktvoorhetlid-maatschap van de Raad van Arbitragevoor de Bouw, een nevenactiviteit diehem boeit en die hij nog wel een aantaljaren wil aanhouden.Het is niet mogelijk in kort bestek eenpersoon volledig te kenschetsen. Daarwordt hier ook niet naar gestreefd. Vangroter belang achten wij het onze waar-dering te toetsen aan dievanzijnvele re-laties in de betonwereld. Iedereen diemet hem heeft samengewerkt weet datzijn deskundigheid op het gebied vandebouwslechts ??nfacet is van eenveelzij-dige persoonlijkheid.Als dagelijkse redactie betreuren wijzijnvertrek, maarzijn ~ealistisch genoegom te beseffen dat hij niet onvervang-baar is. Zelfzal Van der Vlugt de eerstezijn om dat te erkennen. Hij en wij heb-ben dan ook het volste vertrouwen inzijn opvolger, prof.dr.ir.G.Scherpbier,hoogleraar aan de TUEindhoven, die inde betonwereld eveneens een ruime be-kendheid geniet.M.G.P.Nelissen51Prof.ir.B.W. VAN DER VLUGTTREEDT AF ALS HOOFDREDACTEUROp 1 oktober jl. trad professorVan der Vlugt af als hoofdre-dacteur van Cement wegenshet bereiken van de pensioengerechtig-de leeftijd. Sinds 1981 heeft hij het re-dactieteamopinspirerendewijze geleid.Zijnaffiniteitmetons tijdschriftis grooten bestaat al sinds het begin van zijnloopbaan. Cementwas voor hem niet al-leen belangrijk vanwege de geboden in-formatie voor zijn vakgebied, maar ookdoordat ons tijdschrift het geschiktemedium bleek te zijn ornde ontwikke-lingen in zijn vakgebied bit te dragen.Daartoe heeft hij de redactie ook vroe-ger al dikwijls van advies gediend.Van derVlugt kwam in 1952 navoltooi-ing van zijn studie aan de TH te Delft indienst van het pas opgerichte Ingeni-eursbureau voor Industrie Service (Ibis).Dit bureau heeft een groot aandeel ge-had in de ontwikkeling van het voorge-spannen beton in Nederland. Van derVlugt kreeg tot taak vorm te geven aande ontwerpafdeling.Voor wie de genoemde ontwikkelingengedurende dejaren '50 en '60 er op na-leest, zal het duidelijk worden dat toensprake was ?van pionierswerk. OmdatIbis licentiehouder was van het voor-spansysteem Freyssinet, genoot dit sys-teem in de beginjaren van het voorge-spannen beton in ons land de meeste be-kendheid. Ibis rekende het tot zijn taakde toepassingen van dit systeem zorg-vuldig te begeleiden, wat er toeheeftge-leid dathet bureau veel kennis overont-werp en uitvoering van deze specifiekebouwmethode in Nederland heeftge?ntroduceerd. Naast rechtstreekse be-trokkenheid bij de totstandbrengingvan constructies indevormvan ontwer-pen ofcontrole van de ontwerpbereke-ning en het constructiefvormgeven aanspecifieke details, heeft Van der Vlugthet inzicht in de materiaaltechnologieen de berekeningsaspecten helpen ver-diependoor actievedeelname aanstudieen onderzoek binnen STUVO, STU-PRE, CUR en Betonvereniging en dooruitwisseling van kennis en ervaring metandere landen. In de latere periodenvanzijn loopbaan heeft hij talloze bestuurs-functies bekleed, en niet alleen binnende betonwereld. Hij was onder meermede-oprichter en de eerste voorzittervanCIAD.In 1969 werd hij benoemd tot hoogle-raar Constructief Ontwerpen aan deCement 1988 nr. 10TU teEindhoven, maarhij bleefnog ge-ruime tijd adviseur bij het ingenieurs-bureauBVN(Bouvy,Van derVlugt, Vande Niet), het ingenieursbureau dat in1965 uit Ibis is voortgekomen.Van zijn vele activiteiten mag in het bij-zonder zijn betrokkenheid bij het totstand brengen van de betonvoorschrif-ten worden genoemd. Aanvankelijkwashij voorzittervan de Stichting Commis-sie VoorschriftenBeton (CVB) in de tijddat betonvoorschriften nog tot standkwamen door samenwerking van KlVIen Betonvereniging. Vanaf 1979 heefthij als voorzittervandeAlgemeneVoor-schriftencommissie (AVC) ook zittinggehad in het CUR-bestuur. Van derVlugtheeftdie taakruim 10jaarvervulden zich daarbij onder meerbeziggehou-den met de internationale voorschrif-tenproblematiek en de afstemming vande Nederlandse betonvoorschriften opde in voorbereiding zijnde Eurocodes.Geleidelijk heeft hij zich de laatstejarenuit verschillende functies teruggetro-ken, maar hij blijft als 'liaison engineer'nog nauwbetrokken bij de Nederlandsemedewerking aan de Europese beton-voorschriften.Van der Vlugt is een erudiete persoon-lijkheid. Daarnaast is hij bijzonder be-scheiden. Hij zal zich maar zelden op devoorgrond plaatsen en dat is jammeromdat hij een goed en geestig spreker is.Het paste bij voorbeeld bij zijn aard omde gebruikelijke inaugurele rede bij deaanvaarding van het ambt van hoogle-raar te 'vergeten'. Hetis nietondenkbaardat hij overweegt om de TU Eindhovenbinnenkort even onopvallend te verla-ten. Als auteur van artikelen heeft hijzich om dezelfde reden niet bijzonderonderscheiden, ofschoon hij recentheeft ingestemd met het plan om in ko-mende maanden bij te dragen aan eenreeks artikelen in Cement over de uit-gangspunten van de Eurocodes.In de veertig jaar dat Cement nu wordtuitgegeven, is Van der Vlugt de derdehoofdredacteur geweest. Hij heeft lei-ding gegeven aan het veranderingspro-ces dat Cement begin 1986 heeft onder-gaan. Zijn aandacht gold zowel de lezerals de werkwijze van de redactie.Als hoogleraaronderkentVanderVlugthet wezenlijke belang van kennisover-dracht, niet alleen vanuit het bedrijfsle-ven naar het onderwijs, maar ook tussende bedrijfstakken onderling. Door zijnkritische geest weet hij hoofd- en bijza-ken te onderscheiden. Hij hanteertdaarbij hoge maatstaven. Zijn kritischeopmerkingen hebben de dagelijkse re-dactie gestimuleerd om steeds opnieuwkwaliteitsverbetering na te streven. Hetgrote onderscheidingsvermogen dat hijaan de dag legt maakt hem waarschijn-lijkbuitengewoongeschiktvoorhetlid-maatschap van de Raad van Arbitragevoor de Bouw, een nevenactiviteit diehem boeit en die hij nog wel een aantaljaren wil aanhouden.Het is niet mogelijk in kort bestek eenpersoon volledig te kenschetsen. Daarwordt hier ook niet naar gestreefd. Vangroter belang achten wij het onze waar-dering te toetsen aan dievanzijnvele re-laties in de betonwereld. Iedereen diemet hem heeft samengewerkt weet datzijn deskundigheid op het gebied vandebouwslechts ??nfacet is van eenveelzij-dige persoonlijkheid.Als dagelijkse redactie betreuren wijzijnvertrek, maarzijn ~ealistisch genoegom te beseffen dat hij niet onvervang-baar is. Zelfzal Van der Vlugt de eerstezijn om dat te erkennen. Hij en wij heb-ben dan ook het volste vertrouwen inzijn opvolger, prof.dr.ir.G.Scherpbier,hoogleraar aan de TUEindhoven, die inde betonwereld eveneens een ruime be-kendheid geniet.M.G.P.Nelissen51