ir.C.'t HartHoofdafdeling Bouwkunde, IMAG Wagenin-genH.H.M.SoenAfdeling Technologische Adviezen, MebinBV, BeverwijkOnderzoek naarduurzaamheidsaspecten bijbetonnen kasvloeren1Groenteplantenopkweek op verwarmdebetonvloer met wisse/infiltratie2Groenteteelt (tomaten) op voedingsfilm ingoten op verwarmde betonvloer3Potplantenteelt op verwarmde betonvloermet wisse/infiltratie; het rechterdeel van devloer staat tijdelijk onder waterInleidingEr is in de laatste jaren in de glastuinbouween ontwikkeling tot stand gekomen waarbijgewassen niet meer worden geteeld in grondmaar op verwarmde betonvloeren. Dergelij-ke betonvloeren, waarin vloerverwarming isaangebracht, vinden steeds vaker toepas-sing in:- de groenteplantenopkweek (foto 1),- de groenteteelt (foto 2),- de potplantenteelt (foto 3).Redenen voor het gebruik van verwarmdebetonvloeren zijn:- energiebesparing ten opzichte van het tra-ditionele systeem met hooggelegen ver-warmingsbuizen,- betere transportmogelijkheden met rij-dend materieel,- het vervallen van regelmatig terugkerendegrondbewerking en grondontsmetting,- besparing op water en voedingsstoffen bijopvang en hergebruik van de voedingsop-lossing.De vloer is niet alleen onderdeel van het ver-warmingssysteem maar ook van het water-geefsysteem. In het bijzonder bij het water-geefsysteem met wisselinfiltratie, ook welgenoemd eb-vloed, wordt periodiek gedu-rende korte tijd water op de vloer gepompten ook weer afgevoerd. Bij toepassing vandruppelbevloeiing per plant of groep plantenen bij toepassing van beregeningsdoppen,is de waterafvoer een belangrijk gegeven. Degebruikte voedingsoplossingen, waarmeehet beton in aanraking komt, zijn meer ofminder zuur. Een pH van 5,5 ? 6,0 is veelvoorkomend. Soms ligt de pH nog lager; bijazaleakwekerijen wordt bij voorbeeld een pHvan 4,5 toegepast.Bij de groenteplantenopkweek wordt in ver-band met de lichtbehoefte van de plantenlichtreflecterende verf op de vloer toege-past. Dit is bij andere teelten (nog) niet hetgeval. Vooral bij onbehandelde vloeren die-nen aan het oppervlak van de betonvloer ho-ge eisen ten aanzien van duurzaamheid endichtheid te worden gesteld. Daartoe zal inde betonmortel een sulfaatbestand cement(hoogovencement) moeten worden toege-past en tevens zal de water-cementfactor zoiaag mogelijk moeten zijn (toepassen vaneen super-plastificeerder).Ten behoeve van het opstellen van bestek-ken voor bijvoorbeeld kassen en als hulp bijde keuze van het juiste mengseltype, zijndoor de commissie 'Cement in de landbouw'(waarin ook het IMAG participeert) 'Richtlij-nen voor de toepassing van betonmortel inde land- en tuinbouw' uitgegeven. Specifiekvoor kasvloeren is daarnaast een werkbe-schrijving ten behoeve van offertes voor deaanleg van verwarmde betonnen kasvloerenvoor wisselinfiltratie opgesteld.Kasvloeren worden doorgaans monoliet ver-vaardigd, dus zonder later opgebrachte spe-ciale dekvloer. Deze werkwijze is kostenbe-sparend en kan bij zorgvuldige uitvoeringeen hoogwaardige vloer opleveren. Natuur-lijk dient daarbij dan uiterste zorg te wordenbesteed aan verdichting, afwerking en in hetbijzonder nabehandeling.ProefnemingDe hoofdafdeling Bouwkunde van het Insti-tuut voor Mechanisatie, Arbeid en Gebou-wen (IMAG) te Wageningen verricht o.a. on-derzoekingen ter bevordering van de kwali-teit van het bouwen in de land- en tuinbouw,veelal te zamen met andere instanties. Ten-einde een beter inzicht te verkrijgen in dein-vloed van de diverse toegepaste afwerkings-methoden alsmede de kwaliteit van de nabe-handeling op de dichtheid van het vloerop-pervlak, is besloten een proefvloer aan teleggen waarbij de diverse varianten naast el-kaar kunnen worden beoordeeld. Het onder-zoek is opgezet in samenspraak met de Af-deling Technologische Adviezen van MebinBV.De dichtheid van het betonoppervlak isbeoordeeld met behulp van de waterindrin-gingsproef conform DIN 1048/ISO DIS 7031.Bij deze proef wordt gedurende een bepaal-de periode een geleidelijk toenemende wa-terdruk op het oppervlak van een uitgeboor-de cilinder (of speciaal vervaardigd proef-stuk) aangebracht (fig. 4, foto 5). Vervolgenswordt het proefstuk gespleten, waarna dewaterindringing wordt vastgesteld. Een pri-ma methode om de dichtheid (duurzaam-heid) van het betonoppervlak meetbaar temaken. In de nieuwe betonvoorschriften zaldeze methode waarschijnlijk worden opge-nomen.UitvoeringVoor de keuze van afwerking van de proef-vakken is vooral gekeken naar de op dit mo-ment meest gangbare afwerkingsmethoden.Cement XXXVI (1984) nr. 6 3964Proefopstelling voor de bepaling van dewaterindringing volgens ISO/DIS 7031Gekozen is voor de volgende variabelen(fig. 6, foto 7):- na machinaal afrijen 'bezemstreek'(vak A/B en E/F);- na afrijen geen verdere bewerking(vak C/D);- na afrijen (en 3 uur wachttijd) machinaalschuren (vak G/H);- na afrijen en machinaal schuren 'bezem-streek' (vak l/J).Onder machinaal afrijen wordt verstaan hetverdichten met een dubbele trilbalk. Het ma-chinaal schuren bestond uit een lichte be-handeling met een vlinderschuurmachine,waarbij het oppervlak stroef diende te blij-ven. De zgn. bezemstreek is een veel ge-bruikte methode om enige structuur in hetoppervlak aan te brengen. Daarbij wordt eenbrede, grove bezem in rechtlijnige bewegingover de vloer getrokken.De helft van de proefvakken (vak A, C, E, Gen I) is afgedekt met plastic folie. Deze vormvan nabehandeling voorkomt voortijdige uit-droging c.q. onvolledige hydratatie. De an-dere helft (vak B, D, F, H en J) is niet nabehan-deld.BetonsamenstellingIn vak A en is een betonsamenstelling ver-werkt op basis van 320 kg hoogovencementklasse A zetmaat 80/100 mm (consistentie-gebied 3), inclusief 0,7% (t.o.v. cementge-wicht) 'sper-olie', een plastificerende hulp-stof van Van Neerbos Betonchemie.De overige vakken t/m J zijn vervaardigdmet 'keurbeton' (een aanduiding van de Ver-eniging van Betonmortel fabrikanten in Ne-derland, VBN) op basis van 320 kg hoogo-vencement klasse A, (blanco) consistentie-gebied 2. Kort voor de verwerking is 1 % Mei-ment L10 (superplastif iceerder) toegevoegdwaardoor een uitstekend verwerkbare be-tonspecie werd verkregen (consistentiege-bied 4).ControleproefstukkenTijdens net verwerken van de betonmortelzijn 'controleproefstukken' voor de waterin-dringing vervaardigd. De proefstukken zijnbehandeld conform de bepalingen van de VB1974 voor uitvoering van de controleproef.Na een verhardingsduur van 14 dagen zijnper vak drie cilinders (0150 mm) uit de proef-vloer geboord. Gedurende deze 14 dagenvarieerde de temperatuur in de kas tussen15 en 25 ?C, bij een relatieve vochtigheidvan 55-85%. De omstandigheden waren dusvoor de niet nabehandelde vakken vrij gun-stig te noemen. De gevonden spreiding in re-sultaten tussen de nabehandelde en niet-na-behandelde vakken kan onder praktijkom-standigheden zeker groter zijn.De cilinders zijn tot het tijdstip van beproe-ven onder water bewaard.5Beproeving van cilinders opwaterindringing in het laboratorium vanMebin te Beverwijk6Indeling van de proefvloerFoto 8 toont de gespleten cilinders uit de 'ex-treme' vakken D en G; het grote verschil inwaterindringing is duidelijk te zien.Tabel 1Waterindringing gemeten aan geboordecilinderswaterindringing (mm)samenstellingafwerkingnabehandeld zonder nabehandelingmengsel 1(sper-olie, cg. 3)machinaal afrijen +bezemstreek15 10 15 15 15 8machinaal afrijen 10 2 8 15 19 12machinaal afrijen +bezemstreek14 17 16 13 19 7mengsel 2(keurbeton, cg. 4)machinaal afrijen +machinaal schuren4 2 5 20 16 13machinaal afrijen +machinaal schuren +bezemstreek10 9 10 10 16 10Cement XXXVI (1984) nr. 6 397Resultaten en conclusiesDe meetwaarden zi]n samengevat in de ta-bellen 1 en 2. Indien dit cijfermateriaal statis-tisch wordt uitgewerkt (met behulp van dezgn. variantie-analyse) kunnen de volgendeconclusies worden getrokken.1. Er is geen verschil in waterindringing tus-sen de twee beoordeelde betonsamenstel-lingen.2. Goed nabehandelen van het oppervlak le-vert een zeer duidelijke verbetering van dedichtheid van het vloeroppervlak (tegen eenzeer lage prijs!).3. Mechanisch schuren van het vloeropper-vlak, gecombineerd met een goede nabe-handeling levert een opvallende verbeteringvan de dichtheid van het vloeroppervlak op.Tabel 2Waterindringing gemeten aan controle-proefstukkensamenstelling waterindringing (mm)mengsel 1(sper-olie,cg.3)12 10 8mengsel 2(keurbeton, cg. 4)13 7 87Overzicht van de proef vakken, linkergedeelte nabehandeld door afdekken wetfolie8Waterindringing, afgetekend op gespletencilinders uit de 'extreme' proefvakkenImportantUit buitenlandseliteratuurBelangstellenden kunnen de in deze rubriek besproken tijd-schrift-artikelenterinzageopvragenbijdeBibliotheekvandeVereniging Nederlandse Cementindustrie (VNC), postbus3011, 5203 DA 's-Hertogenbosch (tel. 073 - 40 12 87).Evolutie in debetontechnologieHet algemene thema van het februari-num-mer van Concrete International is 'vooruit-zichten voor beton'. Het bevat een artikel datde titel draagt 'Veelzijdigheid en hoge sterktevan betonmaterialen'. Hoewel deze vlag delading niet precies dekt, is het artikel een in-teressant overzicht van recente ontwikkelin-gen en van de mogelijke toekomstige evolu-tie in de betontechnologie. Er worden velepunten aangesneden, ieder daarvan nood-zakelijkerwijze vrij beknopt.De lezers van Cement zijn vertrouwd metheel wat van de behandelde onderwerpen,zoals de lage hoeveelheid energie nodig ombeton te produceren als men dit vergelijktmet andere bouwmaterialen, toepassing vanvliegas, hoogovencement (sedert lang opgrote schaal gebruikt in Europa, maar niet inNoord-Amerika), lichtbeton, superplastifi-ceerders (ontwikkeld in Europa en Japan, enpas naderhand in zwang gekomen in de Ver-enigde Staten) en met vezels versterkt beton.In het onderstaande worden enkele opval-lende uitspraken en mededelingen over an-dere onderwerpen uit het artikel gelicht.1. De zogenaamde 'school van Chicago'bouwt zeer hoge gebouwen met raamwerkengemaakt van beton met een karakteristiekesterkte van 70 N/mm2en met een dienover-eenkomstig hoge gemiddelde sterkte (de tijd- kort na de oorlog - toen wijlen professorMagnel de Amerikaanse aannemers verweet'soep' te maken in plaats van beton is kenne-lijk lang voorbij!). In dat voortreffelijk betonwordt steeds vliegas verwerkt.2. Een nieuw wondermiddel heet 'silica fu-me' (ik ken er geen Nederlandse naam voor),een kunstmatig puzzolaan, verkregen als eenbij-produkt van de vervaardiging van siliciumen ijzer-silicium legeringen in elektrischeovens (zie ook Cement 1984 nr. 3, blz. 183).Het is een buitengewoon fijn materiaal, velemalen fijner dan portlandcement. Verwer-king van een hoeveelheid die 5% ? 10% be-draagt van die van portlandcement leidt ge-makkelijk tot beton met een sterkte van 100N/mm2, met geringe doorlatendheid en elek-trische geleidbaarheid, en met hoge slijt-vastheid.3. De produktie van silica fume is beperkten zou gauw ontoereikend worden mocht hetmateriaal succes kennen in de betonnijver-heid. De potenti?le wereldwijde produktievan een ander exotisch materiaal, dat aanCement XXXVI (1984) nr. 6 398
Reacties