? ? ? kwaliteiting.C.Souwerbren, directeur Certificatie"instelling BMC, GoudaSinds de instelling van de Raad voor de Certificatie, inmiddels gefuseerd met Sterlab ende Nederlandse KalibratieOrganisatietot Raad voorAccreditatie, zijn in ons land104cer-tificatie-instellingen erkend. Dit betreft zowel Nederlandse en buitenlandse instellingenals multinationals. Een aanzienlijk deel daarvan is werkzaam in de bouw.Organisaties als de Raad voor Accreditatie en de Stichting Bouwkwaliteit voeren de hentoegewezen taken naar eer en geweten uit. Datzelfde geldt voor de erkende certificatie-instellingen. Maar het kan beter. Met name doorhet verbeteren van de organisatiestruc-tuur kunnen problemen, die zich regelmatig voordoen, worden voorkomen. De beeldvor-ming die zich in de bouw over de certificatie ontwikkelt en die helaas nogal wat kritischekanten bevat, is in positieve zin te be?nvloeden. Dit artikel bevat voorstellen ter verbete-ring van de organisatie van de certificatie in de bouw. Ze zijn bedoeld als aanzetvooreendiscussie. Daarbij is het nuttig ook te kijken naar de vigerende structuur in de GWW"sec-tor. BMC nodigt betrokken partijen in de betonsector gaarne uit tot die discussie.NAAREENBETERE ORGANISATIE VANDECERTIFICATIE IN DE BOUWHuidige situatieMet de oprichting van de Raad voor de Certi-ficatie in 1981werd een door de overheid enhet bedrijfsleven gesteunde erkennings"structuur ingesteld voor certificatie"instel-Iingen. Vorig jaar is het fusie"overleg tussende Raad voor de Certificatie, Sterlab (erken"ningvan laboratoria) en de Nederlandse Ka"libratie Organisatie afgerond. Daaruit ont"stond de Raad voor Accreditatie.Op 1januari 1997 waren 104 certificatie"in"stellingen door de Raad voor Accreditatie er"kendo Deze instellingen houden zich bezigmet kwaliteitssysteemcertificatie, product"certificatie, procescertificatie, certificatievan een ontwerp(attestering) en certificatievan personen. 31 instellingen zijn ook werk"zaam in de bouw.50De Raad voor Accreditatie neemt elke aan"vraag voor erkenning in behandeling, toetstdeze aan de erkenningscriteria (NEN-EN45000 normen), beoordeelt het te erken-nen werkgebied en beslist. Uitbreiding vanhet werkterrein van een certificatie"instel-Iing dient steeds te worden aangevraagd bijde Raad voor Accreditatie.In de bouw is de Stichting Bouwkwaliteitdoor de overheid en het bouwbedrijfslevenaangewezen om bepaalde co?rdinerendefuncties te vervullen op het gebied van decertificatie. Als werkorgaan vervult de Har"monisatiecommissie voor de Bouw van deStichting Bouwkwaliteit een belangrijke rol.VROM heeft de Stichting Bouwkwaliteit op"gedragen om de beoordelingsrichtl?nen, diez?n opgesteld voor de certificatie van bouw"producten waarop de voorschriften volgenshet Bouwbesluit van toepassing Z?n, te be-oordelen en te toetsen aan daartoe opge-stelde publiekrechtel?ke eisen. Die taakwordt uitgevoerd door de Harmonisatiecom-missie voor de Bouw, na een voorbereidingdoor het bureau van de Stichting Bouwkwali"teit. Na aanvaarding door de Harmonisatie"commissie voor de Bouw worden de beoor"delingsrichtl?nen geplaatst op een l?st vannationale beoordelingsrichtl?nen.De Stichting Bouwkwaliteitis ook beheerdervan het KOMO"merk. Dit merk is inmiddelsvr?wel algemeen aanvaard als certificatie-merk voor de bouw. Certificatie-instellingenCEMENT1997/5die gebruik willen maken van het KOMO- Tabel 1merk, dienen een licentie"overeenkomst te Structuur certificatiesluiten metde Stichting Bouwkwaliteit. Dezerekentvervolgens licentiekosten per afgege-ven certificaat. Ook in het kader van het KO-MO-merk heeft de Harmonisatiecommissievoor de Bouw de taak beoordelingsrichtlij-nen te toetsen aan doordeze commissie op"gestelde 'Eisen te stellen aan beoordelings-richtlijnen'.De Stichting Bouwkwaliteitgeeft op verzoekvan VROM tweemaal per jaar een overzichtuit van publiekrechtelijk erkende kwaliteits-verklaringen in de bouw. Dit overzicht wordtgecombineerd met een gids van erkendekwaliteitsverklaringenin de privaatrechtelij-ke sfeer. (De publicatie bestaat uit twee de-len. Men kan zich hierop abonneren bij deStichting Bouwkwaliteit.)De certificatie-instellingen opereren auto-noom. Indien werk aan een beoordelings-richtlijn wordt gestart, dient dit volgens af-spraak te worden gemeld aan de StichtingBouwkwaliteit, die het initiatief vervolgensvermeldt op een lijst van 'nieuwe onderwer-pen'. Deze lijst gaat naar de Harmonisatie"commissie voor de Bouwen naar de andereKOMO-licentiehouders.Indien verschillende certificatie-instellingenaan hetzelfde onderwerp blijken te werken,zal de Stichting Bouwkwaliteit proberen hetwerk te harmoniseren.In ons land wordt door certificatie-instellin-gen uitermate consci?ntieus werk geleverd.Het niveau waarop in Nederland wordt ge-werkt kan de toets methet buitenland glans-rijk doorstaan. Hetovergrote deel van de cer-tificaten in de bouw geniet het terechte ver-trouwen van de betrokken gebruikers en pro-ducenten.Toch kan en moet het beter, want ergaat ookwel eens iets mis. Daarbij is zelden sprakevan verwijtbaar gedrag van de certificatie-in-stelling. Maar wel van leemten in de organi-satiestructuur van de certificatie. Daardoorontstaan fouten, en van fouten moet men Ie-ren in het kader van een voortdurend verbe-terproces.CEMENT1997/5 51? ? ? kwaliteitWat is er mis?Voor het gehele certificatiecircuit geldt hetvrije-marktprincipe. Zodoende is elke certifi-catie-instelling bevoegd om voor elke aan"vraag een beoordelingsrichtlijn op te stellen,indien die ervoor het desbetreffende onder-werp nog nietis. Hoewel de afspraakbestaatieder nieuw onderwerp te melden bij deStichting Bouwkwaliteit, gebeurt dat niet al-tijd, bijvoorbeeld op verzoek van de aanvra-ger. In een beoordelingsrichtlijn worden ei-sen voor hette certificeren product opgeno-men, waarbij zo mogelijk zal worden verwe"zen naar een bestaande norm. Is die er nietof wenst de aanvrager iets anders dan in denorm is geregeld, dan ontstaat nieuwe regel-geving zonder afstemming met de bestaan-de. Daardoor bestaat het gevaar van wild-groei op regelgevingsgebied zonder instru-mentarium om dat te beheersen.Weliswaar wordt de beoordelingsrichtlijn teraanvaarding voorgelegd aan de Harmonisa-tiecommissie voorde Bouw, maar dezeheeft niet de taak of de bevoegdheid om debeoordelingsrichtlijn te toetsen op consis-tentie in regelgeving. De enige instantie diedat zou kunnen, is de desbetreffende norm-commissie of voorschriftencommissie.Het komt voor, dat een certificatie-instellingop verzoek van een bedrijf ofgroep bedrijveneen beoordelingsrichtlijn ontwikkelt, terwijler voor het onderwerp al een beoordelings-richtlijn bestaat of wordt opgesteld door eenandere certificatie-instelling, bijvoorbeeldop verzoekvan de branche-organisatie in diesector. De ervaring heeft geleerd, dat deStichting Bouwkwaliteit formeel niet de be-voegdheid heeften er ook nietaltijd inslaagtomin dergelijke gevallen effici?nt bemidde-lend op tetreden. De oorzaak ligtzondertwij-fel voor een deel bij de certificatie-instellingdie zich bereid verklaart aan zo'n nevencir-cuit mee te werken. Maar ook het ontbrekenvan een structuur waarin harmonisatie kanworden afgedwongen als partijen daar zelfniettoebesluiten, is een belangrijkefactor.Er zijn voorbeelden, waarbij een certificatie-instelling, ongetwijfeld op goede gronden,besluit een certificaat van een bedrijf in tetrekken, waarna een andere certificatie-in-stelling, ongetwijfeld ook na een serieuze af-weging, zich bereid verklaart de certificatenweer te verlenen. Beide instellingen hebbenzich daarbij wellicht laten adviseren doorColleges van Deskundigen, maar daar ligt nujuist het probleem. Iedere instelling kan ei-gen opvattingen hanteren over taken en be-52voegdheden van Colleges vanDeskundigen.Ze kunnen wel of niet geraadpleegd wordenbij beslissingen over intrekken of verlenenvan certificaten. Bij de ene certificatie-in-stelling heeft het College vergaande be-voegdheden, bij de andere certificatie-in-stelling alleen een afstandelijke adviseren-de taak. De erkenningscriteria van de Raadvoor Accreditatie geven daaromtrent onvol-doende informatie.Er is sprake van verschillen inkwaliteitsni-veau tussen certificaten afgegeven doorverschillende certificatie-instellingen. Dat iszQwel het geval bij kwaliteitssysteemcertifi-caten volgens NEN-EN-ISO 9000 normen,als bij productcertificatie. Er zijn te weinig in-strumenten beschikbaar om de deskundig-heid van de instellingen te beoordelen vooreen bepaald specialistisch vakgebied, wel-ke taak in eerste instantie ligt bij de RaadvoorAccreditatie. Ook de arbeidsinzet bij hetuitvoeren van een toelatingsaudit ter beoor"delingvan een bedrijfin het kader van kwaH-teitssysteemcertificatie en het aantal con"trole-audits na afgifte van het certificaatkunnen aanzienlijk verschillen.In het bestuur BMC, waarin zowel het bouw-bedrijfsleven als de overheid zijn vertegen-woordigd, is meermalen een discussie ge-voerd of een certificatie-instelling niet perdefinitie een instellingzonderwinstoogmerkzou moeten zijn (zoals BMC). Dit om iederecommerci?le beweegreden tot beslissingente kunnen uitsluiten.De enorme toename van erkende instellin-gen op hetgebied van kwaliteitssysteemcer-tificatie maakt de concurrentie moordend.Steeds meer worden deze systeemcertifi-ceerders actief op de markt van productcer-tificatie, maar op dat gebied is kennis vanhet desbetreffende vak een vereiste. Zoalsal eerder opgemerkt is de toetsing van dievakkennis een bron van zorg.Voor het bemannen van alle Colleges vanDeskundigen in de huidige situatie wordtvaak een beroep gedaan op dezelfde men-sen. Zoveel echte deskundigen zijn erim-mers niet. Het kan daardoor een probleemzijn de colleges uitvoldoende deskundige le-den samen te stellen.Hoe het beter kanOm de consistentie en de kwaliteit van detechnische regelgeving in ons land te kun-nen waarborgen, kunnen de volgende voor-stellen worden overwogen:? De eisen die in een beoordelingsrichtlijnwordengesteld, de beproevingsmethodenen detoete passen keuringscriteria dieterbeoordeling dienen te worden gehan-teerd, zouden, voorzover van toepassing,altijd moeten worden ontleend aan Neder-landse normen en/of CUR-aanbevelin-gen.? Hetvaststellen van beoordelingsrichtlijnendient te gebeuren door Colleges van Des-kundigen die door ??n of meer certificatie-instellingen worden ingesteld voor een af-gebakend product of deelgebied. Per pro-duct of deelgebied kan er maar ??n Colle-gevan Deskundigen fungeren. De collegesdienen paritair te worden samengestelduit vertegenwoordigers van belangheb-bende partijen, zoals producenten, afne-mers, bouwdirecties, opdrachtgevers. Deleden dienen verstand van het vak te heb-ben.CEMENT1997/5? Alle nieuwe beoordelingsrichtlijnen wor-den ter kritiek gepubliceerd (nu nog nietverplicht) en onder meer toegezondenaan NNI en CUR. Deze vragen de desbe-treffende norm- of voorschriftencommis-sie om de inhoud van de beoordelings-richtlijn te toetsen aan de norm en essen"ti?le afwijkingen te signaleren. De certifi-catie-instellingen dienen te worden ver-zocht om de essenti?le afwijkingen op teheffen dan wel in overleg met de norm- ofvoorschriftencommissie te zoeken naareen oplossing. De eindbeslissing blijft be-rusten bij het College van Deskundigen.? De registratie van de Colleges van Deskun-digen in een openbare publicatie, bijvoor-beeld in deGids van erkende kwaliteitsver-klaringen, zou kunnen worden toever-trouwd aan de Stichting Bouwkwaliteit.Registratie met nauwkeurig omschrevenwerkveld, samenstelling van het collegeen vermelding van de instellingen die vandit college gebruik maken.? Voor de taken en bevoegdheden van deColleges van Deskundigen zou een alge-meen geldend landelijk reglement moetenworden opgesteld; immers Colleges vanDeskundigen moeten altijd op dezelfdemanierfunctioneren. Publicatie en beheervan het reglement kunnen geschiedendoor de Stichting Bouwkwaliteit. Toetsingof een certificatie-instelling het algemeenreglement nauwgezet hanteert, zou doorde Raad voor Accreditatie dienen te ge-schieden.? Tot de taken en bevoegdheden van eenCollege van Deskundigen zou naast hetvaststellen van beoordelingsrichtlijnen,ook moeten behoren het opstellen van cri-teria op grond waarvan een certificaat kanworden verleend dan wel ingetrokken. EenCollege van Deskundigen zou eveneenstoezicht moeten houden op hetfunctione-ren van de controlewerkzaamheden vande certificatie-instellingen door hetbeoor-delen van periodieke rapportages daar-omtrent.De formele vastlegging van bovengenoem-de voorstellen zou kunnen geschieden in devolgende documenten:? De taken van de Raad voor Accreditatie ende Stichting Bouwkwaliteit in de 3-partiteovereenkomst tussen VROM/Raad voorAccreditatie/Stichting Bouwkwaliteit.? Detaken en verplichtingen van de certifica-tie-instellingen in de erkenningsovereen-komst tussen Raad voor Accreditatie encertificatie-instellingen.CEMENT1997/5De voorbereiding van de voorstellen zou, in-dien een voorafgaande discussie tot over-eenstemming heeft geleid, kunnen geschie-den in het structureel overleg tussen deStichting Bouwkwaliteit en delicentiehou-ders van het KOMO-merk.Hoe werkt het in de GWW-sectorIn de GWW-sector is bijna twee jaar het Cen-traal College van Deskundigen actief. Dit isondergebracht bij het CROW (Centrum voorregelgeving en onderzoek in de grond-, wa-ter- en wegenbouw en de verkeerstechniek).Dit college is actief voor de gehele sector.Die sector is weliswaar veel overzichtelijkerdan de B&U-sector, maar toch verdient hetaanbeveling na te gaan of die structuur in deB&U-sector navolging verdient.Elk initiatiefvoor een beoordelingsrichtlijn inde GWW-sector dient te worden gemeld aanhet Centraal College in de vorm van een pro-jectplan, waarin worden vermeld:? doel;? door wie gesteund;? samenstelling begeleidingscommissie;? financiering;? tijdsplanning.Het Centraal College dient het projectplangoed te keuren. Als de beoordelingsrichtlijnis vastgesteld door het College van Deskun-digen van de certificatie-instelling, wordt de-ze na toetsing door het Centraal College ge-publiceerd ter kritiek en na verwerking daar-van verder beheerd doorCROW. De be-oordelingsrichtlijn kan daarna vrij door ieder-een worden gehanteerd.De functie van hetCentraal College van Des-kundigen voor de B&U-sectorzou, mits goedprofessioneel begeleid, kunnen worden ver-vuld door de huidige Harmonisatiecornmis-sie voor de Bouw. Deze commissie zou danzelfstandig kunnen opereren binnen, maarondersteund door het bureau van de Stich-ting Bouwkwaliteit.Een deel van de huidige taken van de Har-monisatiecommissie voor de Bouw, het aan-vaarden van beoordelingsrichtlijnen, ligt minofmeerin hetzelfdevlak. De taak die de Har-monisatiecommissie voor de Bouw narnensVROM uitvoert, zou ongewijzigd kunnen blij-ven, al stelt de combinatie van taken eisenaan de professionele ondersteuning.De functie van Co?rdinatiecommissie voorde Bouw in het kader van de Raad voor Ac-creditatie, die de Harmonisatiecommissievoor de Bouw formeel ook heeft, heefttot nutoe weinig inhoud gekregen. Het wordt tijddat die taak in overleg tussen de StichtingBouwkwaliteit en de Raad voor Accreditatieeen volwaardige invulling krijgt.Een logisch gevolg van een en ander is, datde GWW-sector en de B&U-sector dan iden-tiek kunnen opereren met gelijke organenmet gelijkwaardige bevoegdheden. Of deStichting Bouwkwaliteit dan uitgever zoumoeten worden van alle beoordelingsrichtlij-nen valt, gezien het enorme aantal, nog tebezien.Aanbevelingen en conclusies1. Dit artikel bevat voorstellen ter verbete-ringvan de organisatiestructuurvan de certi-ficatie in de bouw, niet omdat het zo slechtfunctioneert, maaromdatervoldoende aan-leiding is om na te gaan hoe het beter kan.2. De voorstellen zijn bedoeld om een dis-cussie op gang te brengen. Als het 'bouw-breed' niet lukt, dan maar eerst in de beton-sector.3. De noodzaak tot consistentie in regelge-ving vereist het voorkomen van wildgroei indie regelgeving. Daartoe worden twee maat-regelen voorgesteld:a. het consulteren van normcommissies(NNI) respectievelijk voorschriftencom-missies (CUR) bij de ter kritiekleggingvanbeoordelingsrichtlijnen;b. het verplicht stellen van het instellen van??n College van Deskundigen per pro-duct afdeelgebied.4. Taken en bevoegdheden van Colleges vanDeskundigen dienen in een bindend alge-meen reglement te worden vastgelegd.5. Een openbare registratie van Colleges vanDeskundigen, in beheer bij de StichtingBouwkwaliteit, dient te worden overwogen.Discussie geopend!Het in dit artikel vervatte voorstel voor eenbetere organisatie van de certificatie in debouw leidt hopelijk tot reacties. Cementbiedtgraag ruimte voor discussie over ditbe-langwekkende onderwerp.?53
Reacties