Maximale afmetingen en gewichten van wegtransportenRapport van de Studiekring voor Prefabricage (STUPRE), Subgroep: Algemene Principesdoor ir. S. C. van Dorsser, hoofdingenieur Rijksgebou-wendienstInleidingHet vervoeren van grote en zware bouwtechnische elementenbehoort zeker niet tot de nieuwe mogelijkheden van onze huidigestand van techniek. Reeds in de grijze oudheid werden voor debouw van tempels en piramiden vele miljoenen blokken natuur-steen over honderden kilometers getransporteerd. Een honderd-tal obelisken van 20 tot 30 m lengte, vervaardigd uit een enkelesteen spande hierbij de kroon.Een 40-tal van deze obelisken werd zelfs in de eerste eeuwen vanonze jaartelling heelhuids van Egypte naar Rome vervoerd. In de19de eeuw verhuisde er ??n van Egypte naar Place de la Concordein Parijs.Maar ook ?n ons eigen land transporteerden onze vooroudersreeds 20 eeuwen voor Christus stenen van S tot 10 ton over groteafstanden voor de bouw van hun graven, de hunnebedden. Tochis er een wezenlijk verschil tussen vroeger en nu.Vroeger was het de machthebber zelf die opdracht tot het ver-voer gaf en die terwille van dit transport wegen blokkeerde,nieuwe wegen aanlegde of eigendommen van ondergeschiktendeed afbreken. Thans is het de gewone burger die vervoert en diezich met zijn transporten in het verkeer bevindt tussen die vananderen, zonder deze overmatige hinder of gevaar te mogenbezorgen.WegenverkeersreglementTerwille van de onderlinge veiligheid bestaat dientengevolge eenwegenverkeersreglement, waarin onder meer de maximalehoogte-, breedte- en lengtematen alsmede de maximale wiel-drukken en het maximale totale gewicht van het totale transportinclusief het vervoermiddel zijn vastgelegd en wel afhankelijk vande klasse-indeling van de wegen in rijks- of provinciale A-of B-wegen (zie tabel I).Ontheffing van het WegenverkeersreglementTerwille van de onderlinge veiligheid is het gewenst dat alle weg-gebruikers zich zoveel mogelijk aan de gestelde normen houdenomdat hierop de breedte van wegen, hoogten van viaducten enz.,zijn gebaseerd.Anderzijds heeft de wetgever terecht gemeend de ontwikkelingvan de techniek niet met scherpgestelde grenzen een onverbidde-lijk halt te moeten toeroepen. Voor kleine overschrijdingen vande wettelijk toegestane maximale maten zijn dan ook ontheffingenvan de wettelijke voorschriften mogelijk, en wel voor een groteraantal transporten over langere periode zonder dat politiegeleidevereist is, zij het dat het transport dan veelal dient te geschiedenover een voorgeschreven route en vaak buiten bepaalde urenvan de dag.Voorwaarde voor het verkrijgen van een ontheffing is evenwelsteeds, dat het niet mogelijk is het te vervoeren object zodanig teladen of over meer dan ??n transport te verdelen, dat aan dewettelijke voorschriften voldaan zou kunnen worden.Bijzondere omstandigheden kunnen voor kortere of langere tijdhet verkrijgen van deze ontheffingen bemoeilijken. Overtreffende afmetingen van het transport de wettelijke maxima in aanzien-lijke mate, of doen zich bijzondere omstandigheden voor op hetgekozen traject, dan wordt of de ontheffing niet verleend, ?f hettransport wordt voor ??n enkel incidenteel geval toegestaan,maar dan steeds met politiegeleide; voor zeer grote transportenzelfs gepaard aan wegafzettingen enz. Door personeelsgebrek zalmen deze politiegeleide slechts bij uitzondering kunnen geven.Begeleiding van gemeentepolitie is nog het gemakkelijkst te ver-krijgen (kosten circa 3,50 man/uur).Voor het rijden tegen de rijrichting in zal men nimmer vergun-ning krijgen zonder uitgebreide politiemaatregelen.Indien men een ontheffing voor de rijkswegen en/of provincialeA- of B- wegen heeft verkregen, dan is in de regel zonder veelmoeite een aansluitende ontheffing voor de betreffende bebouwdekom van de gemeente te verkrijgen.Blijft men binnen de bebouwde kom van ??n gemeente dan liggende zaken meestal veel simpeler en zijn vaak zelfs zonder politie-geleide ontheffingen van lange duur mogelijk voor transportenmet aanzienlijke overschrijdingen van de maximale maten.U.D.C. 656.135.053transportverkeer; maximale gewichten en afmetingenOntheffingen van de wettelijke voorschriften worden verleend:o. voorde rijkswegen door de Rijksdienst voor het Wegverkeerte Den Haag namens de Minister van Verkeer en Waterstaat;b. voor provinciale w?gen en andere niet rijkswegen buitende bebouwde kom door Gedeputeerde Staten van de betrok-ken provincie; in spoedeisende gevallen door de Hoofdinge-nieur-Directeur van de Provinciale Waterstaat;voor gemeentelijke wegen in de bebouwde kom doorde verkeerspolitie namens Burgemeester en Wethouders vande betrokken gemeente.De duur van de ontheffingen varieert van ??n enkel incidenteeltransport tot doorlopend voor enkele weken, maanden, of eenhalfjaar, voor rijkswegen ten hoogste ??n jaar.Nadien moet een nieuwe ontheffing worden aangevraagd.Maximale hoogte en breedteTabel I geeft een overzicht van de toegestane maximale hoogte-en breedtematen voor de diverse wegtypen en de ontheffings-mogelijkheden voor bepaalde overschrijdingen zonder uitge-breide voorzorgen of politiegeleide.Een vergunning voor overschrijding van de maximaal toegestanehoogte wordt gemakkelijker verkregen dan voor overschrijdingvan de maximale wettelijk toegestane breedte.Viaducten enz. over A- en B- wegen worden zoveel mogelijk ge-maakt met een vrije hoogte van 4,20 m, doch deze viaducten meteen nominale hoogte van 4,20 m hebben soms na aanleg vannieuwe bestratingen slechts 4,15 m vrije doorgang over. Somskomen over B-wegen en sporadisch ook over A-wegen viaductenvoor met lagere doorrijhoogten; het is zelfs niet gegarandeerddat men steeds met de wettelijk toegestane maximale hoogte van3,80 m overal zal kunnen passeren.De bovenleiding van de tram bevindt zich te Rotterdam en DenHaag op circa 5 m hoogte. De bovenleiding van de Nederl?ndscheSpoorwegen bevindt zich eveneens op circa 5 m hoogte. Bijonderdoorgangen en andere obstakels kunnen deze leidingenaanzienlijk lager liggen.De onderkant van de waarschuwingsborden van de N.S. bevindtzich op circa 4,50 m.tabel IMaximum hoogte en breedte van wegtransportenwegtypewettelijktogestanemaximuminmheelnormaledoorlonthefingvooronbeperktaantralritten1)Moelikjtijelijkeonthefingvooronbeperktaantralritten2)Max.onthefingonderpolite-geleidevoorexveptgevallenhoogte A en B 3,80 4,00 4,00(-4,10) 4,15breedte rijks A 2,50 2,80 3,00(-3,10) 3,20breedte prov. A 2,50 2,80 3,00 3,00breedte prov. B 2,20 2,253) 2,70(-3,00) 3,001) Voor industri?le woningbouw zullen de elementen deze maten bijvoorkeur niet moeten overschrijden.2) Voor incidentele projecten zijn deze maximale maten mogelijk.3) Voor enkele provincies is deze maat 2,35 m. Voor maai- en dors-machines worden in de meeste provincies uitzonderingen gemaakttot soms 3,50 m.Deze dispensaties gelden voor 1962, voor de toekomst zijn zij niet gegaran-deerd. Door de toenemende verkeersintentiteit bestaat de neiging om dispen-satie voor overschrijding van de wettelijke normen in steeds beperkter matete verstrekken.Wettelijk toegestane maximum lengte voor A- en B-wegenVolgens het wegenverkeersreglement is de lengte van diversevoertuigtypen tot het volgende beperkt:maximum lengte 2-assig voertuig .............................................. 10,00 mmaximum lengte 3-assig voertuig .............................................. 11,00 mmaximum lengte trekker en oplegger ......................................... 14,00 mmaximum lengte vrachtauto en aanhanger ................................ 18,00 m490 Cement I4 (1962) Nr. 8Maximale afmetingen van lading op gangbare voertuigtypen*De bijschriften geven, afhankelijk van de bandenmaat, de maximale afmetingen aan bij dispensatie van het Wegenverkeersreglement, zoalsaangegeven in tabel Ifig. 1. \) bij ontheffing 270-285, 285-300; 2) bij ontheffing 135-150, 150-165; 3) bij ontheffing 280, 300, 325fig. 2. 1) bij ontheffing 275-285, 290-300; 2) bij ontheffing 130-140, 145-155; 3) bij ontheffing 280, 300, 320fig. 3. 1) bij ontheffing 280,295; 2) bij ontheffing 280, 300, 320fig.4. 1) bij ontheffing 270-285, 285-300; 2) bij ontheffing 135-150, 150-165; 3) bij ontheffing 280, 300, 320; 4) bij ontheffing 275, 290fig.5. 1) bij ontheffing 345, 360; 2) bij ontheffing 280, 300, 320fig. 6. 1) bij ontheffing 310, 325; 2) bij ontheffing 280, 300, 320* De tekeningen 1 t/m 4 werden speciaal voor dit artikel vervaardigd en ter beschikking gesteld door de DAFDe NETAM stelde de gegevens beschikbaar voor de figuren 5 en 6Cement I4 (1962) Nr. 8 491Naar voren mag de lading buiten de begrenzing van het voertuiguitsteken tot 3,50 m v??r de achterkant van het stuur. Op dezemaat is, speciaal met het oog op het transport van hijskranen endraglines, voor incidentele gevallen in beperkte mate een tijde-lijke ontheffing mogelijk tot maximaal 4,50 m.Voorwaarde is dan echter steeds dat de snelheid beperkt blijft tot40 km per uur en in bochten tot 6 km per uur.Naar achteren mag de lading buiten de begrenzing van het voer-tuig uitsteken tot een maat, die niet meer bedraagt dan 2/3 vande wielbasis of hoogstens 5,00 m.Voor oplegger-combinaties en mallejans, waarvan de laadbak-lengte v??r de achteras meer bedraagt dan 8,00 m is een dispen-satie mogelijk voor naar achter uitstekende lading achter deachteras tot 8,00 m lengte, mits de totale lengte van het transportde maat van 22,00 m niet overschrijdt, en mits de gekozen routedeze lengte toestaat in verband met bochten, bebouwing enz.Tussen Rotterdam en Amsterdam is een speciale tijdelijke ont-heffing voor lengten tot 25,00 m mogelijk in verband met palen-vervoer.De wielbasis van een motorrijtuig of aanhangwagen is de afstandtussen de voor- en achteras.Heeft het voertuig twee achterassen dan wordt de achteras ge-acht te zijn gelegen in het midden tussen die beide achterassen.Bij een truck met oplegger wordt als wielbasis van de opleggergerekend de afstand tussen de achteras en het centrale punt vande koppeling.Opgemerkt zij dat in E.E.G.-verband Duitsland gesteund doorFrankrijk met ingang van 1965 de maximale maat voor opleggeren trekker wenst te vergroten tot 15,00 m en de lengte van eenvrachtauto en aanhanger wenst te beperken tot 15,50 ? 16,00 m.In Benelux-verband is de lengte van 14,50 m voor oplegger entrekker als wenselijk aanvaard, welke maat dan ook medio 1962in ons land zou komen te gelden.Maximum wielbelasting en maximum treingewichtVoor A-wegen mag de wieldruk maximaal 4000 kg per wiel be-dragen. In de toekomst zal dit bedrag tot maximaal 10 000 kg peras verhoogd worden.Voor B-wegen (dit zijn alle onverharde wegen en de verhardewegen die als zodanig zijn aangeduid) mag de wieldruk maximaal2400 kg bedragen, tenzij met het oog op een minder draagkrach-tige ondergrond lagere wieldrukken van bij voorbeeld 1800 kg,1400 kg of soms zelfs tot 1000 kg per wiel als maximum bij hetbegin van de weg staat aangegeven.Een samenstel van twee wielen gemonteerd op ??n wielnaaf (zgn.dubbellucht) wordt ten aanzien van de wielbelasting gerekend als??n wiel.Hoofdzakelijk all??n voor B-wegen zijn voor wat betreft dezemaximum wielbelastingen, speciaal met het oog op de bouw-nijverheid, bij uitzondering ontheffingen mogelijk en wel alleenindien de vervoerder een overeenkomst met de onderhouds-plichtige van de weg kan tonen, waarin de vervoerder zich ver-bindt alle schade aan de weg te zullen herstellen.Hoewel het gewicht van de lading nimmer het laadvermogen vanhet voertuig, zoals vermeld in het kentekenbewijs, mag over-schrijden, is het niet uitgesloten dat, indien het zwaartepunt vande lading zich op een ongunstige plaats van het voertuig bevindt,??n as of zelfs slechts ??n wiel overbeladen is en de maximaal toe-gestane wieldruk overschreden wordt.Betreffende het maximaal toegestane totale treingewicht bestaatinternationaal geen overeenstemming. In de meeste Westeuro-pese landen waaronder Belgi? en Duitsland is dit beperkt tot 32ton (dat wil zeggen nuttige lading circa 20 ton). In Nederland isevenwel een maximaal treingewicht tot 50 ton toegestaan (datwil zeggen nuttig laadvermogen circa 30 ton).Maximale maten van over de weg te vervoeren elementenVoor ontwerpers van geprefabriceerde gebouwen zou het veelaangenamer zijn, indien een lijst ter beschikking stond vanmaximale afmetingen van elementen, gesplitst naar wandvormigeelementen, vloer- en dakelementen, balkvormige elementen,blokvormige elementen en spanten of halfspanten.Dit zou neerkomen op de maximale maten volgens het wegen-verkeersreglement (inclusief eventuele dispensaties) met aftrekvan de vloerhoogte van de gebruikelijke transportmiddelen voorde diverse typen onderdelen.Uit een enqu?te, gehouden onder 16 betonwaren-fabrikantenwaarvan er 8 antwoorden instuurden, blijkt dat omtrent dezemaximale afmetingen van elementen evenwel geen enkele over-eenstemming bestaat. Vele fabrikanten geven, ten einde eendenkbeeldige toekomstige order maar niet te missen, de maxi-male maten op van elementen, waarvan er enkele in de een of492andere, desnoods schuine, stand op zeer afwijkende wagens vanhun vervoerbedrijf nog juist zijn te vervoeren.Het is echter wenselijk de opgaven te baseren op de economischebelading van gangbare typen voertuigen. Om deze redenen zijndan ook in fig. 1 de maten van de laadruimten en de hoogten vande laadvloer boven de weg van een aantal voor het doel gebruike-lijke voertuigen aangegeven. Gegeven zijn de eerdergenoemdecontouren volgens de wegenverkeerswet, met eventuele ver-wijzingen naar dispensaties.Economie van het transportZoals reeds eerder is opgemerkt, bestaat de mogelijkheid dat be-paalde elementen een zodanige vorm en gewicht hebben, dat met??n of enkele van deze elementen het in aanmerking komendetransportmiddel reeds met ??n van zijn assen de maximale wiel-belasting bereikt, maar overigens nog lang niet aan zijn maximumlaadcapaciteit toe is.Betreft dit het transport van slechts enkele elementen dan is ditvan minder belang. Is het echter een regelmatig weerkerendverschijnsel en zijn die transporten niet te combineren met een'bijlading' van een aantal kleinere of gunstiger gevormde ele-menten, dan ontstaan, speciaal over grotere afstanden, zeer on-economische transporten, die de prijs van de geprefabriceerdeelementen merkbaar kunnen doen stijgen.Betreft dit evenwel zeer grote aantallen elementen verdeeld overeen langer tijdbestek dan kan het voordelig zijn voor het trans-port van deze elementen speciaal aangepaste voertuigen te con-strueren, zoals dit bij voorbeeld reeds voor het palenvervoergebruikelijk is.Normale orders zijn echter 200 tot 1000 ton groot, waardoorspeciale transportvoorzieningen meestal economisch niet ver-antwoord zijn.Hoewel de transportkosten uiteen vallen in laad- en loskosten enrijkosten, kan hiervoor op dit ogenblik afhankelijk van de afstandgemiddeld worden gesteld: f 25, tot f 35 per ton met een normalevrachtwagen.De prijsindex voor diverse mogelijkheden is dan, indien devrachtprijs voor het vervoer met een normale vrachtwagen alsvergelijkingsbasis wordt genomen:normale vrachtwagen 1,00zaktrailer 1,15trailer met speciale voorzieningen 1,35Voor grote opjecten kunnen deze kosten door een goede organi-satie aanzienlijk worden verlaagd. Bij industri?le montagebouwis het door toepassing van speciale transportvoorzieningen engespecialiseerde laad- en losapparatuur zelfs mogelijk gebleken,deze kosten inclusief de afschrijving van al deze voorzieningen tebeperken tot ca. f 5,-- per ton.Voor grotere elementen verdient het aanbeveling deze te ver-voeren in de stand waarin ze verwerkt zullen worden.Betreft het echter zeer robuuste elementen en beschikt men opde bouwplaats over doeltreffende hulpmiddelen om de elementenzonder beschadiging te kantelen, dan is transport in een anderestand vaak mogelijk, mits bij het ontwerp van deze elementenmet de optredende krachten tijdens het transport in deze anderestand en het kantelen is rekening gehouden.Soms brengen deze voorzieningen evenwel extra kosten met zichmee en zullen deze kosten afgewogen moeten worden tegeneventuele vermindering van transportkosten.Uit een oogpunt van economie zij er nogmaals de aandacht opgevestigd, dat bijzondere transporten veelal alleen op bepaaldetijden verreden mogen worden (bij voorbeeld in de nacht vanzaterdag op zondag). Vanzelfsprekend be?nvloedt dit de vracht-prijs zeer nadelig.Technische beperkingenVan praktisch alle vrachtwagens zijn de vervormingen van delaadvloer tijdens het rijden vele malen groter dan toelaatbaar isvoor vlak op deze vloeren liggende elementen met onvoldoendeeigen sterkte. Indien deze elementen geen ondersteuning op tweewillekeurige punten kunnen verdragen, dan zullen speciale onder-steuningen van het wiptype vereist zijn. Voor staande vervoerdwordende lange en relatief zwakke kozijnen geldt dit evenzeer.Voorts dient in aanmerking genomen te worden dat een wagenmet pendelassen veel meer springt dan een wagen met tandem-assen en dus meer kans op breuk van kwetsbare elementen levert.Voorgespannen betonbalken zijn uit de aard van hun constructieveelal niet met overstekken buiten hun opleggingen te vervoeren.Vervoer te water met aansluitend landvervoerVolledigheidshalve zij het vervoer te water genoemd.Meestal zijn hierbij aanzienlijk groter afmetingen van de te ver-voeren onderdelen mogelijk. Richtlijnen hiervoor zijn echter nietCement I4 {1962) Nr. 8te geven, daar hierbij te veel speciale factoren een rol spelen zo-als: kanaaldiepte, ingezet schip, hoogte van bruggen, water-hoogten enz.In verreweg de meeste gevallen is voor een groot gedeelte van deafstand vervoer te water mogelijk, doch voor het laatste deel vanhet vervoer is toch meestal nog een stukje landtransport nodig.Meestal heeft men dan echter met slechts ??n gemeente te maken,waardoor blijkens de praktijk als regel weinig moeilijkheden voo,wat betreft de uitwendige afmetingen van het transport optreden,zolang het vervoer praktisch mogelijk is.In de gemeente Rotterdam worden ten behoeve van het bouw-systeem Dura Coignet vloerplaten van 3 m breedte tijdens denormale werkuren vervoerd.Blijft men tenslotte voor landvervoer geheel op eigen terrein, danis in principe alles mogelijk.Toegangsweg tot bouwterreinenSpeciaal in de bouwwereld komt het vaak voor dat de bruikbareweg eindigt voordat de eindbestemming is bereikt.Over het bouwterrein zal dan ook een voldoend brede weg metafdoende draagkracht aangelegd moeten worden, wil het trans-port niet in het zicht van de haven vastlopen of zelfs veronge-lukken.Behoort het transport tot een zogenaamde 'directie-levering',dan zullen in het 'bouwbestek' afdoende eisen aan de toegangs-wegen voor het transport tot de losplaats gesteld moeten worden.Accepteert de chauffeur van het transport de betreffende toe-gangsweg, dan is de vervoerder voor eventuele moeilijkheden ofschade aansprakelijk.Sommige fabrieken hebben een eigen transportverzekering. Ver-haal op de vervoerders is dan volgens de polisvoorwaarden uit-gesloten.ConclusieAl blijft een transport binnen de wettelijke maximale grenzenvoor de diverse wegtypen, dan nog is het niet zeker dat dittransport overal zal kunnen passeren, dit is zeker niet het gevalindien middels een ontheffing deze maximale maten overschredenmogen worden.Alvorens de maximale afmetingen van te maken elementen vast testellen zal men de wegen, waarlangs het transport zal plaatsvinden, eerst moeten verkennen.Van de Nederlandse wegen bestaan wegen-indelingskaarten.waarop de A- en B-wegen, benevens de doorrijhoogten onderviaduccen lager dan 3,80 m en andere plaatselijke beperkingenzijn aangegeven.Deze kaarten, die evenwel altijd enigszins zulien achterlopen bijde feiten, worden verstrekt door de vakverenigingen voor eigen-vervoer en voor beroepsvervoer, respectievelijk:EVO, Stadhouderslaan 162 Den Haag, telefoon 070 - 512201 enNOB-wegtransport, Schimmelpennincklaan 1, Den Haag, telefoon070 - 390050.Deze organisaties zijn ook gaarne bereid alle mogelijke adviezente geven ten aanzien van de beladingsmogelijkheden, keuze vanvrachtwagens, kostprijs, economie van het vervoer, vergunningenenz.Doen zich op de route geen bijzondere omstandigheden voor,dan kan zonder in details te treden gesteld worden:Voor vervoer over rijks- en provinciale A-wegen en aansluitendegemeentelijke wegen zal voor het verkrijgen van een doorlopendedispensatie voor een onbeperkt aantal ritten de breedte beperktmoeten worden tot 2,80 m.Komen B-wegen in de route voor, dan zal voor het verkrijgen vaneen doorlopende dispensatie voor een onbeperkt aantal ritten debreedte tot 2,25 m beperkt moeten worden.Voor een beperkt aantal ritten is zowel voor A- als voor B-wegeneen beperkte dispensatie mogelijk tot maximaal 3,00 m.De hoogte van het transport (inclusief vervoermiddel) zal de4,00 m bij voorkeur niet moeten overschrijden. Een absoluutmaximum ligt echter bij de 4,10 m ? 4,15 m. Voor de maximalehoogten van te transporteren elementen zal van deze maten circa10 cm moeten worden afgetrokken voor onderstopping en dehoogte van de laadbak van het transportmiddel, welke hoogtevoor normale vrachtauto circa 1,15 m ? 1,30 m en voor eenzakoplegger circa 0,50-0,60 m bedraagt; voor dit laatste type is delaadlengte voor een tandemasser beperkt tot ca. 5,20 m en vooreen pendelasser beperkt tot circa 6,00 m.Ten einde met hoge transporten te lage doorrijhoogten te ont-lopen, zal men soms via B-wegen moeten omrijden; hiertoe dientde breedte van het transport aan deze wegen te zijn aangepast.Door de toenemende verkeersdichtheid zal er evenwel rekeningmee moeten worden gehouden, dat de mate van overschrijdingvan de wettelijke voorschriften waarvoor dispensatie wordt ver-leend, de neiging vertoont steeds verder beperkt te worden.Litteratuur over voorgespannen betonBreukveiligheid van doorgaande voorgespannen beton-liggers. 'Continuity of prestressed concrete girders underultimate load conditions' door S. Firkka. Journal of the PrestressedConcrete Institute, juni '62, Vol 7 no. 3Voor een grote geprefabriceerde betonconstructie ten behoevevan een centraalmagazijn voor een auto-industrie, was vooral vanbelang de studie van de kolommen en de verbinding kolommen-balken.De 10 m lange kolommen in de hal, lopen gevaar beschadigd teworden ten gevolge van horizontale stoten bij verkeerde manoeu-vres van de vorkheftruck.In zulk een geval zouden echter niet alleen de kolommen kunnenbezwijken, maar vooral ook de dakconstructie omlaag kunnenkomen.Het project is zo gedetailleerd, dat bij het bezwijken van eenkolom de dakconstructie intakt blijft. Het artikel geeft een inte-ressante beschouwing omtrent de breukveiligheid van de con-structie, mede onder zulke omstandigheden.Monorail. 'The Alweg Monorail' door J. F. E der lein. Journal ofthe Prestressed Concrete Institute, juni '62, Vol. 7 no. 3In Seattle is een dubbelbanige Alweg monorail gebouwd als ver-binding van de stad naar de terreinen van de wereldtentoonstel-ling.De Alwegtreinstellen hebben zware rubber wielen, welke zijngeplaatst in de lengte-as van de wagens.De aan de onderzijde C-vormige carrosserie valt om de draag-constructie heen, zodat zijdelingse krachten, onder andere inbochten, via horizontale wielen direct daarop worden over-gebracht. Voor de draagconstructie is gebruik gemaakt van voor-gespannen beton.Kokerliggers met een lengte van circa 23 m zijn in een fabriekvervaardigd in voorgespannen beton met voorgerekt staal, metuitzondering van de liggers in de bochten, die met kabels werdenvoorgespannen.De kokerliggers rusten op T-vormige kolommen, die eveneenszijn geprefabriceerd.De kolommen zijn van brede beton voetplaten voorzien. Zij wor-den met behulp van bouten aan de funderingsconstructie ver-bonden. Vormgeving en berekening van op deze wijze gevormdebalken zijn niet eenvoudig.Het artikel gaat vooral in op deze ontwerpproblemen, waar-onder de horizontale en verticale belastingen op de band, zijde-lingse stabiliteit, torsiestijfheid van de liggers, enz.Prefabricage. 'Pr?fabrication in reinforced and prestressedconcrete' door K. Hajnal-Konyi. Indian Concrete Journal, april-mei '62in dit artikel worden verschillende belangrijke geprefabriceerdeconstructies beschreven, zoals deze voor schoolgebouwen,fabrieken en dergelijke zijn toegepast.Verschillende beschrijvingen zijn uitvoerig met tekeningen ge-?llustreerd.Tot slot vermeldt de schrijver nog enige moeilijkheden, door hembij prefabricage ondervonden, zoals het torderen van slankekolommen bij de montage, en het aanwezig zijn van te geringezachtstaal wapen ing in uitkragende traptreden, een en ander inafwijking van de tekeningen. ir. A. S. G. BruggelingCement 14 (1962) Nr. 8 493
Reacties