Het drinkwater in de Bommelerwaard zal vanaf eind 2010 een stuk zachter worden. Hiervoor wordt onder meer een pompstation in Waardenburg volledig vernieuwd. De draagconstructie van het productiegebouw isuitgevoerd met een hollewandsysteem. Voor de binnenzijde moest de constructie worden uitgevoerd als schoon beton.
Hollewand-systeem in schoon beton52010 | online2extra onlineextra onlineHet drinkwater in de Bommeler-waard zal vanaf eind 2010 eenstuk zachter worden. Hiervoorwordt onder meer een pompsta-tion in Waardenburg volledigvernieuwd. De draagconstructievan het productiegebouw isuitgevoerd met een hollewand-systeem. Voor de binnenzijdemoest de constructie wordenuitgevoerd als schoon beton.1Hollewandsysteemin schoon betonNieuw productiegebouw voor Vitens52010 | online 38002015600100 10032Productiebedrijf Kolff bij Waardenburg levert een belangrijkebijdrage aan de drinkwatervoorziening in het westelijke Rivie-rengebied en de Bommelerwaard. De zuiveringsinstallatie vandit bedrijf was technisch verouderd, waardoor het steeds lasti-ger werd de gewenste hoge drinkwaterkwaliteit te halen en tevoldoen aan de piekbelasting. Bovendien was de hardheid vanhet geleverde water hoger dan de wettelijk vastgestelde norm.Om het pompstation weer geheel aan de eisen van deze tijd telaten voldoen, is gekozen voor vernieuwing van de zuiverings-installatie en uitbreiding met een onthardingsinstallatie in eennieuw te bouwen productiebedrijf.Het productieproces bij het station bestaat uit winning, voorfil-tratie (met 6 voorfilters), pelletontharding (met 4 pelletreacto-ren), nafiltratie (met 4 nafilters) en distributie. De productieca-paciteit wordt in eerste instantie 4 miljoen m3/jaar. Dekomende jaren wordt dit uitgebreid naar 6 miljoen m3/jaar.OntwerpDe architect wilde een draagconstructie in beton. Hierbij moestde betonconstructie zichtbaar blijven. Stucen van de betonwan-den ? wat in een eerder project oplossing bood ? was hierabsoluut niet de bedoeling.In de procesruimte staan de vier 12 m hoge reactoren van elk200 ton. Hierdoor was een hoog gebouw nodig met wanden totcirca 15 m hoog. De architect wilde het gebouw strak latensluiten om de installaties. Om die reden verlopen de langsge-vels in hoogte en staan de twee kopwanden ook nog eens nietverticaal. Figuur 3 toont een duidelijk beeld van het gebouwmet zijn hoge gevels, schuine dak- en gevelvlakken.HollewandsysteemHet gebouw wordt aan de buitenzijde bekleed met ambachtelijkmetselwerk (zie kader). Aan de binnenzijde werden hoge eisengesteld aan het oppervlak van het schoon beton: geen verbin-dingsmiddelen, centerpengaten, hijsogen, ankerrails en derge-lijke. De toepassing van het hollewandsysteem leek een voor dehandliggende keuze. Echter dit systeem als schoonwerk, metverscheidene elementen naast en boven elkaar met strakkenaden, wordt niet of nauwelijks toegepast in Nederland. Vaakblijft de toepassing beperkt tot verdiepinghoge kelderwanden,waar de naden tussen de elementen minder belangrijk wordengevonden.Door de grote hoogte van het gebouw waren verdiepingshogeelementen niet haalbaar. Productie en het vullen van deelementen zou immers niet mogelijk zijn. De toevoeging vanir. Ruud KoetsierIA Groep1 Aan de binnenzijdewerden hoge eisengesteld aan het opper-vlak van het schoonbeton2 De holle wandelemen-ten werden van tweezijden achter de flensvan prefab T-elemen-ten geplaatst3 Het gebouw sluit strakaan om de installaties,vandaar de hogegevels en schuine dak-en gevelvlakkenAmbachtelijk metselwerkVoor de buitenzijde is metselwerk uit Belgische ringovens toege-past. Bij dit specifiek bakproces zijn de temperaturen niet homo-geen verdeeld over het ovenpakket. Het vuur zoekt namelijk deweg van de minste of de kortste weerstand, waardoor stenen aande binnenkant van de bochten bij een hogere temperatuur gebak-ken worden. Deze variatie in baktemperatuur zorgt voor de exclu-sieve charme van deze stenen met wisselende kleuren, onregel-matige vorm en afmetingen, vari?rende structuur en textuur. Hetgekozen formaat is hier groot en afwijkend: 240 x 115 x 71 mm.Hollewand-systeem in schoon beton4prefab betonnen balkas200 200 200 20040060200200200extra online4 56element steekt wapening, waardoor een geheel met het aange-storte beton ontstaat.DakDe dakliggers zijn even breed als de kolommen (800 mm) enhebben ook een flensdikte van 200 mm (fig. 4). Hierdoor wordthet beeld van de wand doorgezet in het dak, en gaat het beeldvan het dak weer over in het beeld van de wand. Het beeldloopt als het ware rond. Voor het dak worden kanaalplatentoegepast met een dikte van 200 mm en 60 mm druklaag; terplaatse van de filters wordt een kanaalplaat 260 toegepast. Hier-door ontstaat een gelijke dikte.De dakliggers worden ondersteund door vierkante stalen kolom-men van 250 mm. De kopplaat op de kolom is even breed als dekolom en voorzien van vier aangelaste stekken (foto 6). Dezevallen in de gains van de prefab dakliggers. Hierdoor ontstaattussen het staal en het beton een verbinding, waarbij aan hetzichtbare oppervlak geen verbindingsmiddelen zijn te zien.Ter plaatse van tussenwanden en eindwanden is het beeld vande strook van 800 mm herhaald (foto 7). De wanden wordendan aan ??n of twee zijden voorzien van een prefab betonnenconsole van 275 mm. Samen met de 250 mm dikke wandontstaat dan weer de baan met een breedte van 800 mm. Ditbeeld wordt rondgezet in de ruimte; ook de niet dragenderanden worden van een console voorzien.De dakvloer boven de pompenruimte wordt gedragen door eencirca 33 m lange prefab ligger met de eerder genoemde afme-tingen. De ligger wordt wederom gedragen door vierkantestalen kolommen. Ook deze aansluiting is strak zonder zicht-bare bevestigingsmiddelen. Gezien de lengte van de liggerwaren delingen noodzakelijk. Hiervoor is een gerberliggersys-teem gekozen met inhangliggers. Hierdoor zijn wel nadenzichtbaar, maar wederom geen verbindingsmiddelen (foto 8).Figuur 5 toont alle prefab elementen waartussen de hollewand-elementen konden worden geplaatst. Hiervoor is het computer-programma Tekla Structures gebruikt. De schuin staandeprefab T-elementen bood uitkomst. De hollewandelementenwerden van twee zijden achter de flens geplaatst (fig. 2). Dezeoplossing kon ook worden doorgezet in het dakvlak. Hierdragen T-vormige liggers een kanaalplaatvloer. Bovendien washet hiermee mogelijk uitneembare elementen in het dak temaken voor het vervangen van de filters. In deze openingenworden hogere kanaalplaten geplaatst en met behulp vantempex en folie losgehouden van de aangestorte prefab balk.Hierdoor kunnen deze elementen eruit worden getild.Gaande het ontwerpproces is de definitieve vorm van hetT-element ontwikkeld. De flens heeft een breedte van 800 mmen dikte van 200 mm; het lijf is 400 mm breed en heeft eenhoogte gelijk aan de aansluitende hollewandelementen.Hiermee was constructief gezien voldoende vlees aanwezig ommet normale wapening de krachten uit eigengewicht en dewindbelasting op de gevel te kunnen dragen. Tijdens de uitvoe-ring is besloten het lijf van prefab T-element te beperken tot60 mm. Dit is de dikte van de wandschil, de rest wordt latermeegestort met de wand. Het stortvlak is opgeruwd en uit hetHollewand-systeem in schoon beton 52010 | online 5784 Voor het dak zijn kanaalpla-ten toegepast met een diktevan 200 mm en 60 mmdruklaag die rusten opprefab T-balken5 Model van de prefab liggers6 De kopplaat op de kolom iseven breed als de kolom envoorzien van vier aangelastestekken7 Ter plaatse van de tussen-wanden is het beeld van destrook van 800 mm herhaald8 Voor de 33 m lange prefabliggers in het dak is hetGerbenligger-principetoegepastwanden in de langs- en kopgevels vroegen wel om een flinkeafsteuningsconstructie. Dit gold zeker voor de kopgevel, waarde elementen eerst aan elkaar moesten worden gestort alvorensde constructieve functie kon worden opgenomen.De breedplaatvloer van de verdieping draagt op stalen buisko-lommen. In de breedplaatschil wordt een vierkante sparingopgenomen; deze sparing is kleiner dan de kopplaat van dekolom en biedt ruimte voor de stekken uit de kolom die in dedruklaag worden gebogen. Ook bij een dergelijke aansluiting ishet weer mogelijk een verbinding te maken zonder zichtbareverbindingsmiddelen.Schoon betonTijdens het ontwerpproces kwam de vraag op hoe de visuelekwaliteit moest worden gedefinieerd. Uiteindelijk is ervoorgekozen een referentiewand met het gewenste uiterlijk te plaat-sen op de bouwlocatie in Waardenburg.Het ging niet alleen om de vorm en de vlakheid van het beton,maar ook om de kleur. Omdat de prefab elementen en de holle-wandelementen niet door dezelfde producent/fabriek werdengeleverd, kon er een kleurverschil ontstaan. Dit kon wordenopgelost door de betonsamenstelling voor beide onderdelenhetzelfde te maken.Voor dit project lag de uitdaging in het opzetten en doorvoerenvan een constructieve detaillering die consequent is doorgezet inschoon beton met vlakke naden en zonder zichtbare verbin-dings- en montagemiddelen. Dit was alleen mogelijk als er vanafhet begin sprake zou zijn van een intensieve, respectvolle samen-werking tussen architect, opdrachtgever en constructeur en ineen later stadium met de uitvoerende partijen. Dit was nietalleen noodzakelijk, maar bleek ook zeer prettig te werken. PRojectgegevensopdrachtgever Vitens nvarchitect Rooding Architecten bnabouwkundige planuitwerking IABouwkunde bvconstructeur IA Bouwkunde bvwerktuigbouwkundige uitwerking IAWerktuigbouw bvelektrotechnische uitwerking IAElektro-Techniek bvbouwkundig aannemer Ballast NedamInfra Middenholle wanden enbekistingplaatvloeren STF Stahlbeton-fertigteile GMBH, IngenieursbureauBoev? bvprefab-betonkolommen en liggersPrefab beton De Aam bv, Vericon adviesin bouwconstructies bv
Reacties