Tuibrugconstructies zijn uitdagende en aandachttrekkende constructies. Ze worden voornamelijk toegepast bij hoofdoverspanningen van 200 m of meer, waardoor ze meer uitzondering dan regel zijn. Daardoor zijn er maar weinig bruggenontwerpers en bruggenconstructeurs die het geluk hebben dat ze met een tuibrugproject te maken krijgen. De auteur van het boek 'Cable-stayed bridges – 40 Years of Experience Worldwide’, Holger Svensson, heeft echter ruime ervaring hiermee. We mogen blij zijn dat hij met dit boek de inspanning heeft willen verrichten deze ervaring en de algemene kennis over tuibruggen vast te leggen en door te geven aan toekomstige constructeurs. Het boek behandelt tuibruggen van klein tot groot en zeer groot. Het gaat om bruggen van beton, staal, staal-beton of van combinaties van staal en beton. Er worden in totaal 226 tuibruggen genoemd en/of besproken. Een groot aantal wordt zeer uitvoerig behandeld. Dit zijn met name de bruggen waar de auteur aan heeft meegewerkt. Bij het boek zijn twee dvd’s als bijlage opgenomen. Deze dvd’s bevatten de colleges die de auteur heeft gegeven aan de universiteit van Dresden.
Boekbespreking72012boekbesprekingcable-stayed Bridges ?40 Years of experienceWorldwideauteur Holger Svenssonuitgave Wiley Blackwell / Ernst &Sohn, AWiley Copany, 2012aantal blz. 458bijzonder incl. 2 dvd'sISBN 978 3 433 02992 3prijs 126,-bron:Wiley-VCHVerlagGmbH&Co.KGaAMet veel plezier heb ik kennis geno-men van het boek`Cable-StayedBridges ? 40 Years of ExperienceWorldwide'van Holger Svensson. Hetboek is voor mij een feest van her-kenning, maar ook is mijn kennisover tuibruggen toegenomen. Vooriedereen met belangstelling voor hetontwerpen van tuibruggen is ditboek aan te raden.Het boek behandelt tuibruggen vanklein tot groot en zeer groot. Hetgaat om bruggen van beton, staal,staal-beton of van combinaties vanstaal en beton. Er worden in totaal226 tuibruggen genoemd en/ofbesproken. Een groot aantal wordtzeer uitvoerig behandeld. Dit zijnmet name de bruggen waar deauteur aan heeft meegewerkt. Bijhet boek zijn twee dvd's als bijlageopgenomen. Deze dvd's bevattende colleges die de auteur heeftgegeven aan de universiteit vanDresden. Het is jammer dat er geentuibruggen uit Nederland wordengenoemd. Dit doet echter niets afaan de kwaliteit en de volledigheidvan het boek.Tuibrugconstructies zijn uitdagendeen aandachttrekkende constructies.Ze worden voornamelijk toegepastbij hoofdoverspanningen van 200 mof meer, waardoor ze meer uitzonde-ring dan regel zijn. Daardoor zijn ermaar weinig bruggenontwerpers enbruggenconstructeurs die het gelukhebben dat ze met een tuibrugpro-ject te maken krijgen.Aan mij is vaak gevraagd hoe je hetontwerpen van een tuibrug aanmoet pakken. In dit boek is hetnauwkeurig en duidelijk uiteengezet.En waar nodig geven de colleges opde dvd aanvullende informatie eneen heldere uitleg.Het moeilijke onderwerp van de aero-dynamica van tuikabels en brugdek-ken is geschreven door Dr. ImreKovacs, een gerenommeerd specialistop dit gebied. Deze materie is zwarekost. Helaas zijn de formules en grafie-ken in deze hoofdstukken niet een-voudig te doorgronden. Maar ook hierbieden de colleges op de dvd uit-komst.Vooral om het gevoel te krijgenvoor de belangrijke ontwerpkeuzesten aanzien van aerodynamica.In hoofdstuk 4 behandelt Svenssonhet berekenen van een tuibrug stapvoor stap, voor zowel een betonnenals een stalen uitvoering. Een punt vankritiek: hij noemt niet het belastingge-val van tui-uitval en/of van tuiverwis-selen. Dit is belangrijk voor de sterkte-berekening van de brugligger omdater tijdelijk een`steunpunt'ontbreekt.In hoofdstuk 5 worden de uitbouw-berekeningen op een heldere manierbehandeld. Deze uitvoeringsenginee-ring is een zeer omvangrijke taak. Elketoevoeging aan de brug in aanbouwbetekent een wijziging van het reken-model. Op dit rekenmodel werkenpermanente en veranderlijke belas-tingen, die staafkrachten en vervor-mingen tot gevolg hebben. De aan-sluitwaarden van elke toevoeging(tuikabel of brugsectie) moet voorafworden bepaald. Svensson legt uitdat je dit kunt bepalen door de brugrekentechnisch vanaf einde kruippro-ces (voor beton t = ca. 30 jaar) stapvoor stap af te breken. Dit geeft destartwaarden voor de aansluithoekenen de tuikrachten om daarmee eentijdsafhankelijke uitbouwberekeningte maken van het bouwproces. Hetstorten van een betonsectie op zekertijdstip is een belasting met hetgewicht van de sectie. Enkele dagenlater wordt de sectie als element aanhet rekenmodel toegevoegd. Hetkrimpen en kruipen gaat vanaf datmoment in en heeft effect op deeindvorm. Met de gekozen startwaar-den levert de eerste rekenrun nogniet het gewenste resultaat en moe-ten er bijstellingen worden gedaanom uiteindelijk het gewenste verti-cale alignement te bereiken.Voor het bouwproces zijn tijdelijkehulpconstructies en materieel nodigen dit moet uiteraard ook in hetrekenproces worden meegenomen.Het boek vervolgt met voorbeeldenvan diverse bruggen in uitvoering ensluit af met een overzicht van de per-soonlijke ervaringen van Svensson.Voor de echt ge?nteresseerde lezer isnadere informatie te vinden in eenrespectabele hoeveelheid referentie-documenten (meer dan 350).Om de kosten van dit standaardwerkte drukken, zijn er diverse adverten-ties opgenomen. Ik vond het aanvan-kelijk storend, maar omdat het bedrij-ven en producten zijn voor tuibrug-gen, is het acceptabel.Concluderend kan worden gestelddat`Cable-Stayed Bridges ? 40Yearsof Experience Worldwide'een uitste-kend studieboek over tuibruggen is.We mogen blij zijn dat zo'n ervarenconstructeur de inspanning heeft wil-len verrichten zijn ervaring en dealgemene kennis over tuibruggenvast te leggen en door te geven aantoekomstige constructeurs. cor KuilboerRijkswaterstaat Dienst InfrastructuurHet ontwerpen van tuibruggenHolger SvenssonDe auteur Holger Svensson heeft al tijdens zijn studie gekozen voor brug-genbouw. Bijna zijn hele professionele leven lang heeft hij gewerkt bij hetberoemde ingenieursbureau Leonhardt, Andr? and Partners (LAP) inStuttgart. Hij heeft daar een prachtige carri?re doorlopen, van ontwerp-ingenieur tot voorzitter van de Raad van Bestuur.In zijn periode bij LAP heeft hij als constructeur veel tuibruggen ontwor-pen, uitvoeringsberekeningen gemaakt en als adviseur grote tuibrugpro-jecten beoordeeld. In 2009, op 64-jarige leeftijd, startte hij met het gevenvan colleges over tuibruggen op de universiteit van Dresden. In 2012 is hijbenoemd tot professor op gebied van tuibruggen.
Reacties