Ten behoeve van een verbinding tussen de centrale Cuypershal van Amsterdam Centraal en de metroverdeelhal onder het voorplein, is een nieuwe trap gerealiseerd, de zogeheten Cuyperstrap. Om dit mogelijk te maken is op het dak van een zinktunnelelement een bouwput gerealiseerd met behulp van een vrieslichaam. Hierbij ging speciale aandacht uit naar de invloed op de bestaande constructie. Ook moest een doorbraak worden gerealiseerd door een dragende wand van de metroverdeelhal.
Project: Cuyperstrap
Opdrachtgever: Gemeente Amsterdam
Opdrachtnemer: Max Bögl
Architect: Benthem Crouwel Architects
Engineering: Royal HaskoningDHV (i.o.v. gemeente Amsterdam)
Temperatuur- en spanningsanalyses: SGS Intron
Geotechnisch advies vrieslichaam: CRUX Engineering BV en Ingenieurbüro Schiessl Gehlen Sodeikat GmbH
De Cuyperstrap zorgt voor een directe, droge verbinding tussen trein en metro. Het is de vierde toegang naar het metrostation; de overige drie toegangen bevinden zich buiten op het voorplein. De nieuwe verbinding bestaat uit een vaste trap en een opgaande roltrap. In figuur 3 staat het bouwkundige ontwerp.
De nieuwe verbinding bevindt zich recht boven het bestaande zinktunnelelement van de metrotunnel (Noord/Zuidlijn). In figuur 5 is een impressie gegeven van de beginsituatie. Het centrale hoofdgebouw van het station is ten behoeve van het zinktunnelelement onder het station op een tafelconstructie geplaatst. Ook zijn permanente stempels aangebracht, ten behoeve van de steun van de wanden van de tafelconstructie onder het stationsgebouw. Het zinktunnelelement is destijds onder het station, onder de permanente stempels, drijvend op z’n plaats gebracht en afgezonken. Om het zinktunnelelement op z’n plaats te houden is circa 9,0 m zand op het element gestort.
Een van de uitdagingen bij de realisatie van de Cuyperstrap was dat de ruimte tussen de tafelconstructie en het opgespoten zand zeer beperkt was (foto 4). Plaatselijk moest grond worden verwijderd, maar dit afgraven moest worden beperkt. Uit een analyse volgde dat voor bouw van de trap lokaal 4,5 m grond kon worden verwijderd, mits beperkt in omvang.
Een andere uitdaging was dat de Cuyperstrap waterkerend moet zijn tot NAP +1,60 m, omdat er een open verbinding is met het IJ. Het waterpeil onder de Cuyperstrap volgt – dankzij het opgespoten zandpakket met enige vertraging – het waterpeil van het IJ. Bij zeer extreme omstandigheden, indien de sluizen bij IJmuiden het begeven, kan het waterpeil oplopen tot NAP +1,6 m.
Reacties