H i s t o r i s c h v e r l o o p o r g a n i s a t i eIn 1952 voer het koninklijk jacht Piet Hein doorde prins Bernhard sluis bij Tiel waarmee hetAmsterdam-Rijnkanaal feestelijk werd geopend.Het kanaal verkorte de vaartijd van Duitsland naarAmsterdam met de helft van 40 naar 20 uur en devaarweg van 160 naar 120 km.In dat jaar gebeurde er nog iets dat voor bouwendNederland een belangrijk gevolg had. Na deTweede Wereldoorlog gingen onderzoekers op hetgebied van materialen en constructies aan de slagom nieuwe methoden en technieken te ontwikkelenvoor de wederopbouw van ons land. De onderzoekersvan toen realiseerden zich al dat kennisontwikkelingen het gebruik van deze kennis het beste tot zijnrecht zou komen als ze de praktijkgebruikersvroegtijdig bij hun werk zouden betrekken. Voor deBetonvereniging en de Stichting Cement-Centralevoor Nederland (CCN) was dit aanleiding tot hetinstellen van de `Commissie voor de Uitvoering vanResearch' (CUR).Op 31 januari 1952 vond de eerste vergadering vandeze commissie plaats waarmee de oprichting vanCUR een feit was. In dat jaar vierde de Beton-vereniging overigens haar 25 jarig jubileum.Belangrijk doel van de ingestelde commissie washet initi?ren en co?rdineren van onderzoek envooral ook het zorgen voor voldoende fondsen voordit onderzoek. De diverse onderzoeken werdendaarbij begeleid door onderzoekcommissies waarinonderzoekers en gebruikers van de ontwikkeldekennis bijeen zijn gebracht, een structuur die vandaagde dag nog steeds wordt gehanteerd. Eind 1952waren de eerste 10 commissies actief. Vele zoudennog volgen.Een stijgend aantal commissies en daaraan gekop-pelde omvang van de fondsen, vormde aanleidingtot omzetten van de CUR in een rechtspersoon. De`Stichting CUR' zag het licht door het tekenen vande oprichtingsakte op 19 januari 1973. De doelenvan deze nieuwe stichting bleven hetzelfde,namelijk georganiseerd wetenschappelijk onder-zoek en zorgen voor een vaardige en renderendeA r c h i t e c t u u r & o n t w e r pM a t e r i a l e ncement 2002 41450 jaar netwerken voor onderzoek en ontwikkelingVAN GRONDSTOF TOTINTEGRAAL ONTWERPir. C.A. van der Steen en ir. J.P.G. Mijnsbergen, (CURBeton)`Een commissie waaruit vele commissies en minstens even zo veel resultaten zijn voortgekomen'. Dit vormt een goedetypering van de Research Commissie die op 31 januari 1952, ruim 50 jaar geleden, van start ging. Op 17 april van datjaar werd deze commissie omgedoopt in `Commissie voor de Uitvoering van Research', kortweg CUR genoemd.Aanvankelijk opererend onder de vlag van de Betonvereniging, ontwikkelde de CUR zich als een zelfstandige organisatie,die inmiddels initiator en sturende kracht is van vele projecten, programma's en clusters actief in het CUR-netwerk.Terugkijkend op deze periode van 50 jaar is een aantal rode `beton'-draden te ontdekken in onderwerpen en aan-dachtsvelden. Een belangrijk deel van de CUR-filosofie wordt gevormd door de kenniscirkel. Een historische terugblik envooruitblik illustreren de werking van deze kenniscirkel of beter kennisspiraal voor de vele aandachtsvelden van CUR inde afgelopen 50 jaar.toepassing van deze kennis, onder meer door pu-blicatie van de resultaten. In haar statuten werdechter ook een opstap gemaakt naar een activiteitdie de jaren daarna een belangrijk aandachtspuntzou worden:Het betrof het beoordelen van de totstandkoming vanadequate betonvoorschriften.Opmerkelijk omdat pas op 16 januari 1979 de inte-gratie plaatsvond tussen de CUR en de commissiedie zich tot dat moment bezig hield met vooralconstructieve regelgeving op betongebied in Neder-land, de Stichting Commissie Voorschriften Beton (CVB).De stichting CUR-VB, voluit de stichting voorOnderzoek, Voorschriften en Kwaliteitseisen op hetgebied van beton, was een feit. Gedachtevormingover deze samenwerking vond overigens al in 1975plaats, na een periode waarin veel inspanningenmoesten worden verricht om voldoende fondsenvoor het uitwerken van regelgeving te verkrijgen.De problemen rondom de financiering van voor-schriften waren spoedig opgelost, de personeleniet. In 1975 werd dan ook het idee geopperd dateen integratie van de stichting CUR en de CVB ookdeze problemen zou kunnen oplossen. Het op elka-ar afstemmen van de verschillende delen van deVoorschriften Beton bleek namelijk volgens de CVBeen bijzonder moeilijk en vooral arbeidsintensiefwerk.Begin jaren tachtig ontstond in Nederland de be-hoefte om de kennis en ervaring die was opgedaanbij de realisatie van de Deltawerken te gaan bun-delen, te onderhouden en uit te bouwen. Op initia-tief van derden ontstond de Stichting Waterbouwi.o. Gelijktijdig ontstond bij CUR de behoefte omde kennisvragen, ook op betongebied, in de brederecontext te plaatsen van de bouw, waterbouw eninfrastructuur. Het gevolg was dat op 31 december1985 het werkveld van de CUR werd verbreed totde gehele civiele techniek door samengaan metde Stichting Waterbouw i.o. Daarmee was hetontstaan van de Stichting Civieltechnisch CentrumUitvoering Research en Regelgeving (CUR) eenfeit.De CUR groeide via haar succesformule vansamenwerking in de afgelopen 50 jaar uit vanorganisatie op het gebied van beton tot een netwerkvan duizenden mensen die gemotiveerd wordendoor samen te werken aan `Kennis voor een aan deToekomst Bouwend Nederland'. Daarbij staat nietlanger alleen bouwen in beton centraal.C U R B e t o nDe toename van het aantal projecten en com-missies was ook het geval voor projecten op hetgebied van beton en betonconstructies. Door de ver-breding van het werkveld werden deze projectenA r c h i t e c t u u r & o n t w e r pM a t e r i a l e ncement 2002 4 15Activiteiten op de bouwplaats in de jaren 50minder prominent zichtbaar dan daarvoor het gevalwas. Dit vormde mede de aanleiding tot hetinstellen van de CURBeton (aanvankelijk nogPAC-Beton genoemd).In CUR?Beton komen alle activiteiten in CUR-ver-band samen op het gebied van onderzoek, ontwik-keling en voorschriften van beton en betoncon-structies. Daarbij richt CUR?Beton zich op alleaspecten van het bouwen in beton: van grondstoftot instandhouden en van het ontwerp tot her-gebruik. CUR?Beton opereert volgens de bekendesuccesformule van CUR: Samen met alle belang-hebbenden uit bedrijfsleven, kennisinstellingen en over-heid werken aan onderzoek en ontwikkeling.Daarvoor neemt CUR?Beton het initiatief,co?rdineert en communiceert zodanig opdatde ontwikkelde kennis kan worden gebruikt.CURBeton heeft de ambitie zich te richten op alleaspecten van het bouwen, van grondstof totinstandhouding en van ontwerp tot hergebruik.Meer en meer worden onder de CUR?Betonvlaginitiatieven genomen voor en wordt meegewerktaan Europese technologieprogramma's. Dit leidtook tot een verbreding van het aandachtsveld vande CUR?Beton. Van praktijk gerichte technischegrondslagen tot integrale ontwerpmethoden.R o d e ( b e t o n ) l i j n e nIn haar 50 jarig bestaan, hebben talrijke com-missies van CUR inhoud gegeven aan het ont-wikkelen, vastleggen en overdragen van kennis opbetongebied en later veel verwante gebieden.Daarbij is een aantal rode lijnen te herkennen in devorm van vaste zich voortdurend ontwikkelendethema's. Genoemd worden:? duurzaamheid van beton;? grondstoffen voor beton;? constructie en materiaalgedrag;? normalisatie, regelgeving.A r c h i t e c t u u r & o n t w e r pM a t e r i a l e ncement 2002 416Deltawerken, als eerstebouwwerk ontworpen opeen levensduur van 100 jaarDuurzaamheidDuurzaamheid van beton kent vele facetten. Betonmag worden beschouwd als een zeer duurzaammateriaal. Voorwaarde is wel een goede samen-stelling, detaillering en uiteraard uitvoering. Al dezeaspecten zijn in de loop der jaren onderwerpgeweest van talrijke commissies en zijn dit nogsteeds. Niet voor niets verscheen het eerste CUR-rapport al in het jaar van oprichting met als titel`Literatuurstudie over de opbouw van beton'. In dejaren tachtig was veel aandacht voor het fenomeenbetonschade door wapeningscorrosie. Een verken-nende studie naar de omvang van deze schadebegin jaren tachtig vormde het vertrekpunt van veelmeer. Een uitgebreid onderzoeksprogramma volg-de onder de vlag van commissie B35 `Reparatie enbescherming van beton' naar de oorzaken eninvloedsfactoren op het ontstaan van betonschade.Zo werd het effect van chloride in beton bekeken enmet name het `kritisch chloridegehalte' naderonderzocht. Daaruit bleek dat er niet ??n kritischgehalte bestond. Het kritisch gehalte is afhankelijkvan de dekking op de wapening en het al dan nietgecarbonateerd zijn van het beton.Ook diverse reparatietechnieken en bescherming-systemen werden onderzocht. Genoemd worden:? het handmatig repareren met cement- of kunst-harsgebonden mortels;? het repareren met spuitbeton;? het effect van het coaten op het voorkomen vanschade;? het realkaliseren en dechloreren van beton;? kathodische bescherming als preventieve ofcuratieve maatregel.Naast talrijke rapporten om de vergaarde kennisover te dragen, zijn uit deze onderzoeken ook regel-gevende documenten voortgekomen in de vormvan talrijke CUR-Aanbevelingen.Aanbevelingen, gebaseerd op onderzoek, wordenopgesteld om te kunnen beschikken over norma-tieve documenten, vooruitlopend op integratie inde Betonvoorschriften.Recente inspanningen richtten zich op de alkali-silicareactie (ASR) van beton. Ook hierbij wordt debrede aanpak van CUR zichtbaar. Zo is een com-missie actief om regels uit te werken voor de pre-ventie van ASR in nieuwe constructies en een com-missie die zich juist richt op het inspecteren enbeoordelen van bestaande constructies waarin ASRwordt vermoed.Kennis ontwikkelen is belangrijk maar het overdra-gen ervan nog veel belangrijker. Het is dan ook nietvoor niets dat al de kennis op het gebied vanduurzaamheid, onderhoud en reparatie vergaard inde voorbije jaren werd vastgelegd in CUR-rapport172 `Duurzaamheid en onderhoud van betoncon-structies'. De `bijbel' voor een ieder die in het bezitwenst te komen van het diploma Betononder-houdskundige BV. Voor het onderwerp `duurzaam-heid' werd de kenniscirkel diverse malen door-lopen.Grondstoffen en materialenAlle bij de bouw betrokken partijen hebben belangbij adequate en betrouwbare grondstoffen. Debasismaterialen voor het maken van beton en laterook voor veel andere materialen in de civiele tech-niek, zijn dan ook een regelmatig en terugkerendonderwerp van talrijke commissies. Ook hierbij issprake van een voortschrijdend inzicht in de vormvan een kennisspiraal. Dezelfde materialen komenterug als onderwerp van onderzoek en regelgevingmaar steeds op een `hoger' niveau. Zo ging deeerste CUR-Aanbeveling over poederkoolvliegas.Na voortgaande ontwikkeling van kennis en ervar-ing verschenen er nog vier. Steeds verviel de `oude'Aanbeveling bij het verschijnen van de nieuwe.In de tijd dat alternatieve toeslagmaterialen, zoalsbeton- en metselwerkgranulaten, in de belangstellingkwamen, werden CUR-Aanbevelingen gepubliceerd.Door het verbreden van de CUR naar de civieletechniek, startte ook onderzoek naar andere mate-rialen dan beton. Voorbeelden van materiaal gebon-den onderzoek- en voorschriftencommissie zijnbijvoorbeeld: geotextielen, cement-bentoniet enstalen damwanden.Constructie en materiaalgedragEen belangrijke uitdaging in Nederland direct na deoorlog was uiteraard de wederopbouw. Een belang-rijke factor daarbij was het verder vergroten van hetinzicht in en de toepassing van gewapend envoorgespannen beton. Dit vereiste veel naderonderzoek naar het gedrag van bijzondere con-structies en belastingen.Veel commissies uit de begintijd van CUR, maarook de jaren daarna waren dan ook constructiefA r c h i t e c t u u r & o n t w e r pM a t e r i a l e ncement 2002 4 17Kenniscirkelgeori?nteerd. In de beginjaren van CUR werd bij-voorbeeld gekeken naar kolom-balkverbindingen,pons en dwarskracht. De opkomst van de computeren met name rekencapaciteit in `hanteerbare vorm',waren een impuls voor numerieke modellering enberekening van betonconstructies. Experimenteelonderzoek kon hierdoor worden ondersteund en inomvang worden beperkt, ontwerpen nog verdergeoptimaliseerd.In de beginjaren en jaren daarna lag het accent opde materiaaltechnologie van wat nu genoemd kanworden `gewoon' beton. De laatste jaren is veel aan-dacht voor bijzondere verschijningsvormen zoalszelfverdichtend beton en hogesterktebeton, eenontwikkeling die zich de komende jaren verder zalvoortzetten. Onder het raamwerk van `Beton opmaat' zal in de toekomst een toenemende aandachtzijn voor op functionele prestaties samengesteldbeton. Sterkte en milieuklasse worden daarbij opgelijk niveau behandeld als andere eigenschappendie van het materiaal worden verwacht, zoalsbijvoorbeeld een bepaald uiterlijk of verwerkings-aspecten.VoorschriftenMet haar CUR-Aanbevelingen heeft bouwendNederland een krachtig instrument in handen omsnel in te spelen op de behoefte aan een normatiefdocument. De kracht van een CUR-Aanbeveling ligtin het feit dat het document de stand der techniekweergeeft en relatief snel aangepast kan wordenaan veranderende inzichten. Zo zijn er inmiddelsvan talrijke CUR-Aanbevelingen een of meer her-ziene uitgaven verschenen.Uiteindelijk streven is daarbij altijd geweest de vast-gelegde kennis te laten rijpen zodat deze geschiktwordt voor integratie in een NEN norm. In eenaantal gevallen is dit ook daadwerkelijk het gevalgeweest, zoals de Aanbevelingen over grove lichtetoeslagmaterialen en de introductie van de bind-middelfactor in de betontechnologienorm NEN 5950.Behalve dat eigen Aanbevelingen worden uit-gewerkt, wordt dan ook intensief samengewerktmet het NEN (voorheen NNI) bij het tot standkomen van NEN normen. Zo zijn verschillendegezamenlijke NEN/CUR-commissies actief, bij-voorbeeld op het gebied van de constructieve veilig-heid en uitvoering van betonconstructies, (dek)vloe-ren en betontechnologie.Een belangrijke taak van CUR is zorg te dragenvoor een consistent pakket voorschriften opbetongebied. E?n van de belangrijke organen vanCUR is de AVC-`Beton'. De Algemene VoorschriftenCommissie `Beton', opgericht in 1971 en ingestelddoor de toenmalige commissie VB, is de steun entoeverlaat van het CUR-bestuur bij het co?rdinerenvan voorschriftenwerk op betongebied. Opmerkelijkis overigens dat, hoewel de CUR reeds in 1952A r c h i t e c t u u r & o n t w e r pM a t e r i a l e ncement 2002 418Onderzoek naar gedrag van constructiesstartte met onderzoek naar het constructiegedragvan beton en betonconstructies, het tot deGewapend Beton Voorschriften (GBV) 1962 duurdevoordat voor het eerst regels werden opgenomengebaseerd op door de CUR uitgevoerd onderzoek.Het betrof onder meer de eisen ten aanzien vanscheurvorming en doorbuiging.C U R i n E u r o p aGrenzen vervagen in bouwend Europa. Ook dezeontwikkeling kent een lange en enigszins exponen-ti?le ontwikkeling die nagenoeg gelijktijdig begonmet die van CUR. Op 18 april 1951 werd, doorhet ondertekenen van het verdrag, de EuropeseGemeenschap voor Kolen en Staal (EGKS) opgericht,die later overgegaan is in de Europese EconomischeGemeenschap (EEG).De toenemende globalisering is dan ook nietvoorbijgegaan aan het CUR-netwerk. Nationaleuitdagingen en problemen blijken veelal ook inter-nationale uitdagingen en problemen te zijn. Sterkernog, de CUR is actief betrokken geweest bij talrijkezeer omvangrijke Europese onderzoeksprojectenen vervult thans nog een fundamentele rol in eenaantal lopende projecten. Succesvolle projecten dieinmiddels zijn afgerond of nagenoeg afgerond,dragen de tot de verbeelding sprekende titels alsDuraCrete (gericht op het kunnen ontwerpen oplevenduur van beton) en EuroLightCon (waarin licht-gewicht beton centraal heeft gestaan). Voorbeeldenvan lopende projecten zijn DARTS, waarin hetontwerpen van tunnels centraal staat en UPTUN,dat het opwaarderen van bestaande tunnels alsonderwerp heeft.K e n n i s e n n e t w e r k e nBegon CUR aanvankelijk met als speerpunt onder-zoek naar beton, inmiddels richt de aandacht zichop vele andere materialen en toepassingen. Studieen regelgeving naar het (constructief) gedrag vanmetselwerk, stalen damwanden, bentoniet, geo-textielen en kunstharsgebonden vloerafwerkingenzijn slechts enkele voorbeelden die deze verbredingillustreren.De CUR heeft inmiddels ruime ervaring opgedaanmet het inrichten van projecten, uitwerken van onder-zoekprogramma's en het samenwerken tussen dediverse kenniscentra. Vele grote en kleinere ken-nisnetwerken hebben dan ook hun oorsprong inhet CUR-huis of zijn hierbij aangesloten, zoals:? Centrum Ondergronds Bouwen (COB);? Habiform, expertisenetwerk voor MeervoudigRuimtegebruik;? Stichting Kennisontwikkeling en kennisoverdrachtBodem (SKB).Enkele voorbeelden van de vele samenwerkings-verbanden die door CUR worden ondersteund zijnbijvoorbeeld:? Bouwspiegel (project ter bevordering van kennis-uitwisseling in de bouw met betrekking tot ICT);? het Plan Bodembeschermende Voorzieningen(PBV), waarbinnen kennis wordt gegenereerd enregelgeving wordt ontwikkeld voor het minimali-seren van bodemverontreiniging;? het Centrum voor Immobilisatie (CIM).C U R e n d e t o e k o m s tPraktijkgericht onderzoek op betongebied en hetoverdragen van deze kennis, met als doel eenvaardige en renderende toepassing te bereiken,zal ook de komende jaren een belangrijk speer-punt zijn voor de werkzaamheden van CUR.Onderwerpen die daarbij zeker de aandacht hebbenworden in het artikel van prof. Walraven `Beton alsconventioneel bouwmateriaal' beschreven. Om hetbetononderzoek in het steeds breder pakket vanonderwerpen binnen CUR een duidelijke plaats tegeven worden deze projecten uitgevoerd onder devlag van CURBeton.De CUR zal ook in de toekomst haar sterke puntenverder ontwikkelen en inzetten, gebaseerd op dealoude formule. Vanuit een kennisvraag wordenmensen bijeen gebracht, wordt de kennisontwik-keling geprogrammeerd en worden de resultatenvastgelegd en vertaald naar kwalitatief hoogwaardigeen breed geaccepteerde praktische hulpmiddelenvoor het toepassen van die kennis. Dit alles projectgefinancierd. De CUR is hierbij in staat omverbindingen tussen mensen en organisaties teleggen, maar ook met andere kennisnetwerken.De vorm en inhoud van de kennisproducten wordenop de doelgroep toegespitst. Het kunnen verken-ningen zijn, of hulpmiddelen voor de ontwikkelingvan beleid, wetenschappelijke rapporten, praktijk-gerichte handboeken en leidraden. Deze kennis-producten verschijnen regelmatig nog op papier,maar komen steeds meer beschikbaar in digitalevorm. Eveneens kan de kennis worden vastgelegdin normatieve documenten zoals protocollen,voorschriften en CUR-Aanbevelingen. Dit blijkenadequate grondslagen te zijn voor de realisatie vanwerken, voor de acceptatie van innovaties en voortoezicht door het bevoegd gezag.Deze werkwijze vanuit de kennisvragers levert vooralle kennisgebruikers, ook allen die actief zijn in debetonwereld, een grote toegevoegde waarde op.Aan de vele commissies en organisaties, die inmid-dels uit die ene commissie zijn voortgekomen,zullen dan ook nog vele worden toegevoegd. G e r a a d p l e e g d e l i t e r a t u u rCUR-Koerst 2002, uitgave ter gelegenheid van het40 jarig jubileum van CURDe geschiedenis van de Betonvereniging 1927-1987, uitgave ter gelegenheid van het 60 jarigbestaan van de Betonvereniging.A r c h i t e c t u u r & o n t w e r pM a t e r i a l e ncement 2002 4 19
Reacties