? ? ? bouwgeschiedenisprof.drJr.A.S.G.BruggelingNa hetartikel'De omstandigheden waaronder Cementvan start ging', volgt een beschou-wing over een periode die zich ook in de betonbouw kenmerkte door groei, ontwikkelingen 'grote werken'. Het was de tijd waarin gewapend beton en voorgespannen beton nogtwee apartewerelden leken te zijn, elk met eigen regels en voorschriften. Vandaar de titelvan dit artikel Twee Sporen.TWEE SPORENCD Ontmoeting tijdens het FIP-congres1955 van twee corifee?n: Prof. Torroja enM.Freyssinet (rechts)ANPfoto14Na het congres van de Flp, dat in 1955 voorhet eerst in Amsterdam - met groot succes -was gehouden (foto 1), brak een tijd aanwaarin het verzamelen en ontwikkelen vankennis en ervaring op het gebied van hetvoorgespannen beton van grote betekeniswerd. Teneinde de aansluitingniette missenmet datgene, wat reeds in het buitenlandaan de gang was, moest immers deze nieu-we manier van construeren in ons land opeen breed terrein ingang vinden. Dit was tij-dens het congres aan alle Nederlandsedeelnemers, vooral de leden van de STUVO,wel duidelijk geworden.Op dit gebied waren de CUR en de STUVObeide actief. De CUR uiteraard met het on~derzoek op het gehele terrein van het con-strueren en bouwen in beton en de STUVOmet studies en het opstellen van richtlijnenvoor het voorgespannen beton. De Gewa-pend-Betonvoorschriften, opgesteld en upto date gehouden door een commissie vanhet Koninklijk Instituut van Ingenieurs, be-stonden reeds lang. De eerste naoorlogseuitgave, de GBV 1950, was reeds enkele ja-ren van kracht.VoorschriftenOp hetgebied van hetvoorgespannen betonmoest de met vallen en opstaan verkregenervaring nog worden vastgelegd in de vormvan voorschriften. De STUVO stelde al welRichtlijnen op. Aan het uitkomen van dezeRichtlijnen en de achtergronden daarvanwerd in Cement ruime aandacht besteed.Verschillende Richtlijnen zijn als bijlagen vanCement toegevoegd.Doordezegangvan zaken werd de behande-lingvan hetbouwen in voorgespannen betonvia een ander spoor aangepakt dan die vanhet bouwen in gewapend beton. Uiteindelijkzouden deze activiteiten uitmonden in hetopstellen van een voorschrift,de VB 1974/1984. Dit voorschrift behandelde zowel hetgewapend beton als - in een apart deel CF) -hetvoorgespannen beton,nuevenwel uitge-brachtin een Nederlandse norm NEN 3880.Beide constructiemethoden vonden in heteerste gemeenschappelijk deel (A) eengrondslag. Overigens was de afzonderlijkebenadering van beide methoden, de tweesporen, nog dezelfde als in de 25 jaar daar-voorin praktijk was gebracht. In de tijd dat deVB 1974/84 tot stand kwam, speeldeCement een zeer belangrijke rol door het uit-brengen van artikelen handelend over deverschillende aspecten van deze voorschrif-ten en doorhet in 'groene versie' uitbrengenvan de delen A, B enE, samen de GBV 1962vervangend.De rol van Cement tot 1970Het moge duidelijk zijn geworden datCement naast aandacht voor gewapend be-ton, waarvan relatief veel bekend was, veelaandacht ging besteden aan het voorge-spannen beton. Van de ontwikkeling daar-van werden grotestimulansen verwachtvoorhet bouwen. De bijdrage van het tijdschriftmag daarbij niet worden onderschat. Doorhet 'frappertoujours' op voorgespannen be-ton, destijds onder de energieke leiding vande hoofdredacteur dr.ir.G.F.Janssonius dietoen ook STUVO-voorzitter was,?groeide debelangstelling voor deze bouwwijze (foto 2),en hetnauw daarmee verbonden gewapendbeton. Vooral buiten de eigenlijke betonwe-reld nam de aandachtvoor deze nieuwe ma-nier van bouwen toe.Een aantal onderwerpen dat in Cement tersprake werd gebracht, wordt kort aangestipt.De lezer van nu, vertrouwd met veel zakendie in die tijd zijn ontwikkeld, dient te besef-fen dat veel van die kennis, kort na het ont-staan, in breed verband aan betrokkenen isovergedragen.Het certificeren van bouwproducten is mo-menteel gemeengoed. In de tweede helftvan de jaren vijftig werd met betrekking tothetvoorspanstaal de eerste stap gezet doorCEMENT1998/6? Bekend beeld in Amsterdam: de Amstelbrug Foto: DienstPublieke werkende Commissie Betonstaal (CUR - Bond vanMaterialen Kennis). Daarbij werd als voor-beeld genomen de Lloyds keurvoorschepenen daarintoegepaste apparaten en materia-len. De certificering vond plaats op grondvan (voorlopige) Keuringsvoorschriften voorvoorspanstaal.Een serieuze discussie in dejaren '60 betrofde stabiliteit van gebouwen, die steeds ho-ger werden. De voor hetverzekeren van destabiliteit door van Tussenbroek (Bouw- enWoningtoezicht Rotterdam) ingevoerde'1,5% regel' werd in het tijdschrift ter discus-sie gesteld. Deze aanpak, waarbij het ge-bouw moest worden berekend op een hori-zontale belasting in alle richtingen van 1,5%van de totale verticale belasting, zou onvol"doende rekening houden met de vervorming-stijfheid -van deze hoge gebouwen (foto 3).Onder de titel 'Stabiliteit van hoge gebou-wen' is een belangrijk aantal publicaties inCement opgenomen.Naast regelgeving werd aandacht besteedaan fouten gemaakt tijdens de uitvoeringvan bouwwerken, de betontechnologie, demogelijkheden van betonverhardingen ende ontwikkelingen daarin.Het Nieuwe DenkenIn het begin van de jaren zestig kwam 'HetNieuwe Denken' in opmars. In het Comit?Europ?en du B?ton was de grondslag vanhet berekenen van betonconstructies puntvan discussie. Uitdeze discussie kwam naarvoren dat het dimensioneren van betoncon-structies beter kon plaatsvinden op basisvan de veiligheid tegen bezwijken dan opgrond van toegelaten spanningen in dema-terialen beton en staal in het gebruikssta-dium.In de GBV 1962 werd de 'breukmethode' in-gevoerd als (je nieuwe basis voor hetdimen-sioneren van gewapend-betonconstructies.Een aantal deskundigen werd verzocht deeerste resultaten van de studies van hetCEB, uitmondend in de 'Praktische Richtlij-CEMENT1998j6nen CEB' te bestuderen en deze inzichten ineen grote happening, samen met Belgischecollegae, uitte dragen. De bijeenkomst werdop 17 mei 1966 in Antwerpen gehouden.Een grote groep Nederlanders trok vanafStation Antwerpen Centraal naar de daartoegereserveerde vergaderzaal.In dietijd speelde in het moderne gebouw dezogenaamde paddestoelvloer een grote rol.Omdat de dimensionering daarvan nogmoeilijken ondoorzichtigwas, werd inonder-zoek en in artikelen en richtlijnen, toege-voegd aan nummers CEMENT, daaropinge-gaan. De vloeren, zonderverzwaarde kolom-koppen worden momenteel veel toegepasten, ontdaan van de 'mystiek' van de ondoor-zichtige berekening, aangeduid als vlakkeplaatvloeren.We besluiten deze paragraaf met de herin-nering aan een polemiek met de destijds be-kende Zwitserse prof. St?ssi over de groottevan de relaxatie van voorspanstaal. St?ssitoonde aan dat, uitgaande van een bepaal-de wijze van extrapoleren van het relaxatie-gedrag van voorspanstaal, op den duur allevoorspanning uit dit staal zou verdwijnen.Bruggen en viaducten van voorgespannenbeton zouden massaal kunnen instorten.Gebaseerd op onderzoek van hetfenomeenrelaxatie dat in Nederland door de CUR wasuitgevoerd, werd door de Commissie Beton-staai de aanval van St?ssi gepareerd. Nu, nabijna veertig jaar, kunnen wij vaststellen datdeze Commissie het zonder meer bij hetrechte eind had. Maar spannend was de dis-cussie wel!Prefabricage in opkomstHet prefabriceren van constructieve betone"lementenop de bouwplaats of in de fabriekstond in het begin van de jaren vijftig nog inde kinderschoenen. Bekend uit die tijd zijnboogspanten van gewapend beton (fig. 4),meestal voor kleine kantoorgebouwen. Ookgrote, ter plaatse geprefabriceerde boog-spanten zijn destijds toegepast in een zout-loods van de Mekog te IJmuiden.De geringe mogelijkheden van prefabricagehingen samen met hetfeit dat een betonnenconstructie-element van enige omvang, ze-ker als het om balken ging, zeer zwaar wasen derhalve niet economisch. Bovendienwaren die elementen moeilijk te vervoerenen te hijsen. Op dit terrein zorgde het fa"brieksmatig vervaardigde voorgespannenbeton voor een grote doorbraak. Aangeziende volledige doorsnede van e?n betonbalkbeschikbaarwas voor het opnemen van bui-gende momenten en daardoor het toepas-sen van beton met een hoge druksterktezin-? Nieuwbouw Nederlandsche Bankarchitect M.F. DuintjerFoto: Cement15? ? ? bouwgeschiedeniszoutvullingI I I12.50Transport over het waterNa de Tweede Wereldoorlog was er grote be-hoefte aan het weer op gang brengen en uit-breiden van het (bulk)goederentransportoverwater. Naast hetherstel van dehavenin-stallaties in Rotterdam was het nodig descheepvaartkanalen aan te passen aan dete verwachten ontwikkelingen op dit gebied.Nabij Vreeswijk en Tiel (foto 8) werden nieu-we sluiscomplexen gebouwd in massief,deels gewapend, beton. In Den Helder ont-stond een nieuwe Marinehaven. Voor deDe grote projectenBestuderen we de ontwikkelingen van groteprojecten, dan blijkt dat deze zowel zijn uit-gevoerd in gewapend- als in voorgespannenbeton. Opmerkelijk is dat deze ontwikkelin-gen in de eerste tijd volledig gescheiden vanelkaar plaatshadden, maar op den duurmeer ge?ntegreerd werden.%1 =14,85y+14,30__-,-L_--='-M.IVooral de voorspantechniek is een grote sti-mulans geweestvoor de industrialisatie vande bouw via prefabricage. Een sprekendvoorbeeld van deze ontwikkeling is de bouwvan de Medische Faculteit van de Erasmus-universiteit in Rotterdam (foto 7). In dit hogegebouw is met name veel geprefabriceerdvoorgespannen beton toegepast. In de pre-fabconstructie zijn in de onderslagbalkentoentertijd als 'Engelpennen' aangeduideverbindingen met de kolommen op groteschaal toegepast. Zij waren genoemd naar ir.Engel, hoofdingenieur Constructies van deRijksgebouwendienst.Mij, aan de Wibautstraat (foto 6).We kunnen stellen dat de ontwikkeling vandeprefabricage, vooral in de richtingvan gro-tere overspanningen, is bepaald door deontwikkeling van hijsapparatuuren trans-portmiddelen.+ ~,g? ---f.'!.2f---"-+ 7,20~----::lO!+:~"-=-'~+6,204:!l?.:;~:::::;:::~o.:.::~::q;====:m;;~=::;;;;;~=~~~=a:1~;P~+30,55'~-I----------------\lr=~~~~? Dwarsdoorsnede viaduct Doenkademet prefabbalken en dwarsvoorspanningPrefabricage kwam ook in de gebouwensec-tor in opkomst. Belangrijk in dit verbandwasde oprichting van de STUPRE in 1959 (Stu-diecommissie voor ontwikkeling van het ge-prefabriceerd beton). Met dragende geveIe-lementen werden nogal wat kantoorgebou-wen gerealiseerd, zoals het hoofdkantoorvoor de toenmalige Amsterdamsche Ballast@ Half boogspant in gewapend betonvol was, vormden balken met grotere over-spanningen dan 10 m, bestemd voor dak-constructies en viaducten, een economi-sche toepassing. Bovendien waren ze rela"tief licht van gewicht, wat het vervoer en hetmonteren in hetbouwwerkten goede kwam.De vraag naar deze balken voor het bouwenvan fabriekshallen met grote kolomlozeruimten, leidde al spoedig tot een zekerestandaardisering, en evenals voor staalpro-tielen, tot het beschikbaar zijn van tabellenomtrenthet draagvermogen.Deze aanpakkwam de economievan de pre-fab elementen uiteraard ten goede. Hetzelf-de gold voor de toepassing van liggers alsonderdeel van samengestelde constructiesin bruggen en viaducten. Een voorbeeld hier-van is een viaduct over de A 13 nabij Over-schie in de Doenkade, gebouwd in 1955. Dedoorgaande plaat met een dikte van 0,63 mbestaat uit vier overspanningen van resp.13, 18, 18 en 13 m (fig. 5). Dit viaduct doetnog steeds dienst in de inmiddels intensiefbereden kruisende autoweg de N209. In deloop van de tijd zijn vele viaducten op dezewijze gerealiseerd. Men kan stellen dat hetmerendeel van de viaducten met kleinereoverspanningen met behulp van geprefabri-ceerd voorgespannen beton zijn gebouwd.Prefabricage van constructie elementenvond ook plaats nabij het bouwwerk. Eenvoorbeeld daarvan vormt een groot zaken-pand, gebouwd in Heerlen.$UPPORTHG LOCKSI75T I 22-16PRETENSIONED SOMSCAST IN SITU CONCRETE1616 CEMENT1998/6Transport over de wegVoor de verwachte toeneming van het ver"keer over de weg werd de aanleg van auto-(snel)wegen op stapel gezet. Als eerste devoltooiing van de A12 van Utrecht naar Arn-hem en de deels nieuwe autoweg van Rot-terdam naar Amsterdam de A4a, nu A4. De-ze wegen kruisten spoor- en waterwegen viakunstwerken in de vorm van viaducten, eenaquaduct in de A4a (foto 10) bij Roelofsa-rendsveen en tunnels in de kruising metgro-te vaarwegen.bouw van groteschepen, vaak supertankerswerden in Amsterdam en Rotterdam grotescheepsbouwdokken in gewapend betongerealiseerd, zoals het Verolmedok op hetvroegere eiland Rozenburg (foto 9).? Prefabricage in de kantorenbouw: nieuwbouw Amsterdamsche Ballast MijFoto: Piet Keijser? Prins Bernhard Sluis bij Tiel Foto: Hoofddirectie Waterstaat(j) Hoogbouw Medische faculteit Rotter-dam (1968) met in detail de EngelpenFoto: Dijksma Wageningen? Het Verolmedok, bouwplaats van zeergrote schepen Foto: CementCEMENT1998/6 17? ? ? bouwgeschiedenis@) Het aquaduct in de A4 bij de kruisingvan de RingvaartFoto: Bart Hofmeester@ Bekend beeld van de Ve/sertunnelFoto: Ballast NedamIn Amsterdam werd in 1954 de bouw vol-tooid van de Amstelbrug met een mid-denoverspanning van 56 m (zie foto 2). Debrug vormt de verbindIng tussen de stad ende A2 en is gebouwd met behulp van op dewal vervaardigde liggerdelen in voorgespan-nen beton. De delen rustend op de pijlerswerden met bokken daarop geplaatst en la-ter in de momentennulpunten met de in-hangliggers, door middel van voorspanningdoorgekoppeld tot een doorgaande ligger.Het ontwerp van deze brug isvan het BureauBruggen van Publieke Werken van Amster-dam, destijds Onder leiding van dr.ir.G.F.Janssonius. De brug was een van de be-langrijkste werken in voorgespannen betondie door de deelnemers aan het FIP Congresin 1955 werden bezocht.Op 1 april 1954, kort na de opening, is -eenfoto gemaakt van de brug met daarop eenvrachtwagen van Spanbeton geladen metheipalen van 24 m. Deze ogenschijnlijke re-ciame betreftIn feite een ernstige tegenslagin de ontwikkeling van de heipaal in voorge-spannen beton. Palen van dittype braken tij-dens hetheien op trek. De resterende palenwerden over de weg teruggebracht naar defabriek. Zonder enige scheur te vertonendoorstonden zij het transport over de toen-tertijd nog slechte wegen. Later zou de metdeze palen opgedane ervaring, de basisworden voor de enorme ontwikkeling van devoorgespannen betonnen heipaal in onsland.De tunnelbouw in Nederland startte al voorde Tweede Wereldoorlog met de afgezonkenMaastunnel in Rotterdam. De in een bouw-18dok vervaardigde tunnelstukken werden af-gezonken in een, in de rivier gebaggerde,sleuf.Ter plaatse van de kruising van de autowegA9met het Noordzeekanaal werd in dejaren'50 de Velsertunnel gebouwd (foto 11). Bijdeze tunnel werd de afzinkmethode voort-gezet en verder ontwikkeld. Sinds die tijd zijnalle tunnels in kruisingen met grote vaarwe"gen volgens deze methode gebouwd, tot degeboorde Heinenoordtunnel.Dichtbij de bouwplaats van de elementenvoor de Velsertunnel, werden in de jaren '60de elementen voor de Amsterdamse IJtun-nel en de Coentunnel gebouwd. Alle elemen-ten waren uitgevoerd in gewapend beton enwerden drijvend van het bouwdok naar deplaats van bestemming gevaren en daar af-gezonken.Hetwas lange tijd gebruikelijk om op kruisin-gen van autosnelwegen metkanalen en min-der brede rivieren, betonnen bruggen tebouwen. Bij kruisingen met grote (brede) ri-vieren werden stalen bruggen toegepast. Deopritten naar die bruggen werden veelal invoorgespannen beton gerealiseerd. Eenvoorbeeld: de opritten in de A27 naar debrug over de Merwede bij Gorinchem.Op plaatsen waar grote overspanningen nietnodig waren, werden voor het overbruggenvan grote watervlakten, constructies in voor-gespannen beton gebouwd, zoals voor de?lange brug in de IJ-oeververbinding nabijSchellingwoude.Een bijzonder bouwwerk vormt de halverwe-ge de jaren '60 gebouwde, meer dan 5kmlange, brug over de Oosterschelde. Delebrug is een voorbeeld van de ontwikkelingvan prefabricagein beton van grote werken.De brug rust op grote holle palen, viacaissons, en pijleropzetstukken. De brugzelf bestaat uit hamerstukken boven de pij-lers en brugmoten in de velden, die hangendaan een stalen vakwerk, na het aanvullenmet beton van de voegen tussen de motenen de hamerstukken door middel van voor-spanning tot een kokerligger werd samenge-steld, doorlopend over meerdere steunpun"ten (foto 12). Hier werd bewezen dat de ma-te van prefabricage in belangrijke matewordt bepaald door de beschikbaarheid vanzwaar hijs- en hefmaterieel.In het midden van de lange brug staand, ont-lokte hetbeeld van nauwelijks boven hetwa-ter van de Oosterschelde uitkomende dij-ken, Hare Majesteit Koningin Juliana de ver-zuchting hoe zwak deze dijken leken tegenhet enorme oppervlak van de ter plaatse wij-de Oosterschelde.De Zeelandbrug was het teken dathet over-bruggen en gedeeltelijk afsluiten van deOosterschelde nog een kwestie van tijd was.In 1965werd naarheteiland Oleron in Frank-rijk een soortgelijke brug gebouwd met ge-lijmde voegen die het bouwproces aanzien-lijk versnelden! Deze techniek kwam te laatvoor toepassing in de Zeelandbrug.In 1967 werd door deskundigen van deRijkswaterstaat meegedeeld dat de ontwik-keling van het voorgespannen beton reedszover was gevorderd dat betonnen bruggen -ook in grote overspanningen - konden con-CEMENT1998/6@ De bekende perronoverkappingen van het CS RotterdamFoto: C.Kramer, Rotterdam@ Zeelaandbrug in aanbouw; de opvolgende bouwfasen zijn te onderscheidenFoto: KLM Aerocarto en Nationaal Persbureauweest voor de ontwikkeling van het bouwenin beton. E?n van de eerste werken die in hetkadervan deDeltawetgereed kwam, was destormvloedkering in de Hollandse ijssel bijKrimpen. Deze bestaat uit een stalen hef-deur meteen lengte van 80 m, hangend inbetonnen torens. De deur hangt 18,5 m bo-ven de drempel en wordt alleen bij zeerhoogwater neergelaten.De toegangsviaducten naar de stalen brugover de Ijssel, nu deN210, zijn uitgevoerd invoorgespannen beton.Bij het in gebruik stellen van deze storm-vloedkering in 1958 prees de Commissarisvan de Koningin van Zuid Holland mr. Klaas-sens, minister Algera van Verkeer en Water-staat, voor de voortvarendheid waarmee diteerste grote Deltawerk tot stand was geko-men met de wens 'Per Algera ad Astra'.De auteur moestbij deze woorden terugden"ken aan 2 februari 1953 waarbij hij met veleanderen op een smalle dijk probeerde zandin zakken naar de plek te krijgen waar deoostelijke dijk van de ijssel bij Krimpen wasdoorgebroken. Toen geen 'sterren', maar ex-treem veel water dat met groot geweld delaag gelegen Krimpenerwaard instroomde.In dezelfde tijd waarin dit onderdeel van deDeltawerken in gebruik werd genomen, wer-den de opdrachten aan bedrijven verstrektvoor de bouw van de grote spuisluizen in hetHaringvliet nabij Hellingvoetsluis. Aan hetontwerp en de bouw van deze sluizen is de"naam van ir.P.Blokland nauw verbonden.Thans draagt het gebouw waarin de Beton-vereniging is gehuisvest zijn naam.De DeltawerkenDe Deltawerken zijn van grote betekenis ge-De nieuwe poldersNa het droogleggen van de nieuwe polderOostelijk Flevoland waren veel kunstwerkennodig om de polder in cultuur te brengen.Nietin de laatste plaats waren dat de gema-len, zoals het gemaal De Blocq van Kuffeler(foto 14). Maar ook wegen moesten wordenaangelegd die de reeds 'in den natte' gegra-ven kanalen en vaarten, kruisten. Veel via-ducten moesten derhalve op afgelegenplaatsen worden gebouwd. Daarbij werd veelgebruikgemaakt van geprefabriceerd, voor-gespannen beton. Bijdebouwvan boerderij-en werden eveneens veel geprefabriceerdgewapend beton toegepast.Toen de polder eenmaal in gebruik was, wa-ren veel kunstwerken nodig in de verkeers-wegen en de nieuwe spoorlijn.Transport over railsDe intensivering van het spoorwegverkeervereiste de bouw van veel kunstwerken.Rondom Rotterdam waren tal van spoorweg-werken aan de gang ter plaatse van kruisin-gen metwegen en vaarten. HetStation Delft-se Poort werd in westelijke richting ver-plaatst door de bouw van het huidige Cen-traal Station met alle aansluitende werken.In dit station zijn de perronoverkappingenuitgevoerd als schaaldaken (foto 13). Hetwerd een de eerste toepassingen van dezeconstructievorm in ons land.Dathet railverkeer in die tijd ook reeds meteen tunnel, een deel van de Velsertunnel,een belangrijke scheepvaartweg kruiste,mag niet onvermeld blijven.In Delft werd de spoorbaan die in de jaren'50 nog op straatniveau liep, via een 800 mlang viaduct door en over de stad gevoerd.Dit was de eerste, belangrijke, voorgespan-nen betonconstructie in een spoorbaan. In1963 en 1964 bracht Cement een aantalar-tikelen over de toepassingen van gewapendbeton in constructies voor NS.In Rotterdam werd demetrolijn gebouwd vanhet Centraal Station in een tunnel onder destad en door de rivier, op Rotterdam Zuidovergaande in een viaduct naar Hoogvliet. Inde internationale pers werd bij de openingdeze metrolijn aangeduid als de kortste vande wereld! Daar is nu geen sprake meer van.Ook deze tunnel werd gebouwd met behulpvan elementen die werden ingevaren in eel1gegraven gracht in de stad.curreren met stalen bruggen. De bouw vanbetonbruggen met grote overspanningen isin nog geen twintigjaarna de eerste studiesover voorgespannen beton in ons land, vol"wassen geworden!CEMENT1998/6 19? ? ? bouwgeschiedenis? Gemaal de Block van Kuffe/er; gebouwdvoor de droogmaking Oostelijk FlevolandFoto: CementDe betonconstructies van de Haringvliet-sluizen vormen een mijlpaal in de ontwikke-ling van het voorgespannen beton, met na"me in de waterbouw. De 17 grote liggers zijnvanwege hun vorm als 'Nablaliggers' aange-duid (foto 15). De liggers zijn 12 m hoog,22,40 m breed en 60 mlang en opgebouwduit 22 moten met een gewicht van 250 tonelk. Ze werden in de bouwput geprefabri-ceerd en met rijdende portaalkranen op sta-len stempelramen geplaatst. Vervolgenswerden de voorspankabels aangebracht, de0,50 m brede voegen bekist en met be-tonspecie volgestort.Een onderwerp van veel discussie was deprofilering van het betonoppervlak van bei-de moten aan weerszijde van de voegen.Door de grote golfkrachten, die bij eenstormvloed op de Nablaliggers konden wor-den uitgeoefend, moesten deze voegen incombinatie met de voorspanning in de lig-gers grote dwarskrachten overbrengen. Devertanding van de bedoelde betonopper-vlakken werden 'de tanden van Visser' ge-noemd omdat het ideevoor de vorm van de"ze voegoppervlakken afkomstig was vandr.ir.B.Visser van de firma Christiani en Niel-sen.E?n bijzonderheid mag niet onvermeld blij-ven, namelijk dat door de tijdsdruk op hetDeltaplan de werkzaamheden in de bouw-put al waren begonnen voordat de model-proeven in het Waterloopkundig Laborato-rium waren voltooid. De golfkrachten blekenuiteindelijk in plaats van 135 ton/m zoals inhet ontwerp was aangehouden, 220 ton/mgroot te zijn! Door aanpassing van de wand-dikte en de grootte van de voorspanning,maar vooral ook door de, aan de hand vanproefnemingen vastgestelde hoge, dwars-krachtcapaciteit van de tanden van Visser,was slechts deze beperkte aanpassing vanhet ontwerp nodig.In elke Nablaligger werd tenslotte 240 tonvoorspanstaal verwerkt!20Andere interessante ontwikkelingenDe hier beschreven periode waS er een Vanveel belangrijke ontwikkelingen op het ge-bied van het bouwen in beton. Besprekingdaarvan past nietin de opzet van dit artikel.Toch mogen tot besluit enkele feiten kortworden gememoreerd.Op 20 september 1956deed Koningin Julia-na in de Troonrede een dringend beroep opalle betrokkenen om medewerking te verle-nen aan het oplossen van de ernstige wo-ningnood.Cement publiceerde in die tijd een indruk-wekkende serie artikelen over nieuw ontwik-kelde systemen in de woningbouw.Op de tweede plaats is in 1962 Cement offi-cieel orgaan van de Betonvereniging gewor-den.Op de derde plaats worden hier de bijzonde-re themanummers van Cement vermeld.E?n daarvan, het themanummer overSchaaldaken, 1961 nr. 8, verdient bijzonde-? Nablaliggers HaringvlietFoto G. de Klerk, Hellevoetsluisre vermelding, omdat daarin betonconstruc-ties worden beschreven met bijzondere vor-men. Niet alleen bijzonder, ze kunnen vaakook echt mooi worden genoemd.Een ander bijzonder themanummer was datvan eind 1967: 40 jaar Betonvereniging en100 jaar bouwen in beton.Tot slot van deze beschrijving van activitei-ten, de kanttekening dat de TWEE SPOREN,die van hetgewapend beton en van hetvoor-gespannen beton,in de?periode tot om-streeks 1970 duidelijk zijn geworden en ken"merkend zijn voor beide constructiemetho-den.De dimensionering van gewapend betonheeft plaats vanuit het bezwijkstadium endie van hetvoorgespannen beton in het ge-bruiksstadium. Daarmee is dan de brug ge~legd naar de volgende periode, ondermeergekenmerktdoorhet'onderbouwen van ken-nis'.?CEMENT1998/6
Reacties