I IMATERIALEN IVEZELBETON ITAAIHEIDSWAARDEN VOORSTAALVEZELBETON*ir.D.Nemegeer, Bekaert Nv, Zwevegem (B)Staalvezelbeton in op buiging belaste constructies, moet voldoen aan bepaalde eisen.In dit artikel worden voorbeelden gegeven van de manier waarop staalvezelbetonkan worden voorgeschreven en tevens wordt aangegeven hoe met behulp van de'identiteitskaarten' een verantwoorde keuze kan worden gemaakt betreffende typeen hoeveelheid staalvezels, in relatie tot de sterkteklasse van het beton.Staalvezelbeton zal in veel gevallenworden gebruikt voor op buigingbelaste constructies. Afhankelijkvan de aard van de constructie zullenaan het materiaal verschillende eisenworden gesteld.Het navolgende is alleen van toepassingop constructies waarvoor een bros ma-teriaal niet geschikt is omdat taaiheidbelangrijk is of omdat een zekere ver~vormbaarheid wordt ge?ist (statisch on-bepaalde constructies). Immers, vooreen bros materiaal behoeft uitsluitendeen maximale buigtreksterkte te wor-denvoorgeschreven, die al dan niet doorvezelversterking kan worden bereikt. Indie gevallen zou dus ook ongewapendbeton kunnen voldoen.Doorhetvastleggenvan kwaliteitseisen,te controleren door genormeerde proe-ven, wordt verondersteld dat de relatietussende proefen de constructiebekendis. Een grotere onzekerheid op dit puntzal leiden tot een grotere waarde van detoe te passen veiligheidsco?ffici?nt ophet beproevingsresultaat.Aan staalvezelbetonte stellen kwa-liteitseisenHeteisen van een minimum-taaiheidswaar~deDeze eis zal worden gesteld indien deconstructie nog veilig moet zijn bij eenbepaaldevervorming, datwil zeggendatbij die vervorming de constructie nogeen minimum-draagvermogen moethebben.Deze eis is ook belangrijk in het gevalvan statisch onbepaalde constructies,* Voorhet eerste deelvan dit artikel, zie Cement1990, nr. 3, blz. 18 t.m. 23. Daarin zijn abusie-velijk de figuren 1a en 1b verwisseld en is infiguur 2 verzuimd de arcering aan te brengenin het oppervlak onder de kromme tot aanOtb = 1/150 1.34waarbij in geval van scheuren de na-scheursterkte belangrijk is voor de matewaarin de last kan worden herverdeeld.Als voor te schrijven taaiheidswaarde isde equivalente buigtreksterkteIe, zoalsgedefini?erd in deJapanse normJCI-SF4, bijzonder geschikt (zie eerste deel).Deze waarde kan direct als buigtrek-sterkte van het beton worden gebruikt.De toe te passenveiligheidsco?ffici?ntisafhankelijkvan hetbeschouwdevervor-mingsgebied. Boe groter dit gebied is,des te kleiner mag de veiligheid wordengenomen. .Een voorbeeld van deze werkwijze isCDR-aanbeveling 10 voor het ontwer-pen, berekenen en uitvoeren van be-drijfsvloeren van staalvezelbeton. Hie~rin isIe tot een vervorming van 3 mmde~aatgevende waarde voor de bereke-mng.Een waarde zoals R30 10 is hiervoor min-der geschikt, omdat 'voor deze waardeook de eerste scheursterkte Van het be-ton bekend moet zijn.Heteisen van een minimum-taaiheidswaar-de, te zamen met een minimum-waarde vande buigtreksterkteJuDeze werkwijze zal worden toegepastindien ook een veiligheid ten opzichtevan de eerste scheur of het uitbreidenvan de scheur moetworden ingebouwd.Naast Ju kan dan opnieuw een waardevan Ie worden voorgeschreven of kanook een R-waarde, afgeleid van taai~heidsindices, worden ge?ist, bijvoor-beeld:Eenvoorbeeld hiervanwordtgegeveninhetbelastingsvoorschriftvoor wegover-lagingen inBelgi?, waar een minimum-buigtreksterkte Ju wordt ge?ist van 6N/mm2en een R3o,lO~waarde van 55.Een alternatief is, dat in plaats van eenminimum-buigtreksterkteJu, een mini-mum-buigtreksterkte Ir bij de eerstescheur wordt ge?ist.Het eisen van een minimum-energieab-sorptiecapaciteitDeze werkwijze vindt toepassing indienhet materiaal bestand moet zijn tegengrotevervormingen, zoals bij hetverste-vigen van pas uitgegraven tunnelwan-den ofals het materiaal specifiek schok-ofexplosiebestendig moet zijn.Uitgegaan kan wordenvan de benodig-de energie voor de totale breuk van hetproefmonster,danwel omhetproefstukeen opgelegde vervorming (1/150 = 3mm) te geven.Een met deze werkwijze vergelijkbaarvoorbeeld is te vinden in het belastings-voorschrift van de SNCF (Franse spoor-wegen), waarin voor het bekleden vantunnels met spuitbeton een rninimum-energieabsorptie wordt ge?ist bij hetdoorponsen van een plaat.Gebruik van identiteitskaartenvoor staalvezelsUit de identiteitskaartenkunnenhet ty-pe ende hoeveelheid staalvezelswordenafgeleid die nodig zijn om aan de gestel-de eisen te voldoen.In figuur i zijn de (gestileerde) identi-teitskaarten van twee vezeltypes gege-ven, vezel Aenvezyl C, besprokenin heteerste deel.Een eenvoudige en toch veel informatiebevattende identiteitskaart kan bestaanuit- delijnR., die de toenameaangeeftvande buigtreksterkte ten opzichte vanhet beton zonder vezeltoevoeging;Cement 1990 nr. 520 30 40 50 60kg vezels/m3~20406080100 +---------0-o+----,r-....,--,.......--r-.,---.,--o 10vezeltype (i120~-o-Ru--+- R 30. 10....0?..? Re 3.020 30 40 50 60kg vezels/m3~206080100 +--__--
Reacties