I_WE__G_E~NB__O_UW__? _~ -,-IB~E~HEE_.~_R_ _~ ~I_RI_O_LE__RI_N_G_E~N~~ _RIOLERINGEN ~VII)" ~INSPECTIETECHNIEKENdr.ir.H.A.K?rm.eling, BV AannemingsbedrijfNBM, afd. Rioolrenovatie, WageningenIn de artikelenserieRioleringen, thans aandacht voor inspectietechnieken vanrioolsystemen in het kader van een zorgvuldig beheer. Tot omstreeks 1975 diendeninspecties hoofdzakelijk om te controleren ofer lekkages danwel verstoppingenwaren. Sinds die tijd is echter de samenhang met het beheer duidelijk naar vorengekomen. Technische vorderingen stellen betrokkenen thans in staat metgeavanceerde apparatuur inspecties te kunnen uitvoeren en beoordelen.Benadrukt moet worden dat er een scheiding is tussen het waarnemen van eenschade en het interpreteren daarvan. Rioolinspecteurs zijn uitsluitend belast met hetwaarnemen; het doen van uitspraken op grond van de waarnemingen ten aanzienvan vervanging, herstel ofanderszins, ligt bij de beheerder. In het kader van denormering van schadewaarnemingen heeft RIONED een schadecatalogusontwikkeld als richtlijn. Overigens start RIONED dit jaar met de cursus 'rioolschadec1assmceren' op basis van deze catalogus.Voor het inventariseren van ri-ooisystemen zijn goede inspec~tietechnieken een vereiste. Ditartikel behandelt de in Nederland toe-gepaste inspectietechnieken en het ka-der waarin deze worden uitgevoerd.Het inventariseren van de staat waarinrioleringen zich bevinden, staat in di-recte relatie methet beheer. Deze relatieheeft niet altijd bestaan. Het was voorgemeenten veel belangrijker de door-stroming en afVoer van water te garan-deren dan prognoses te maken overwanneer een riool vervangen zou moe-ten worden. Buiten het feit dat hierom-trent geen enkel inzicht bestond, wasmen nog van mening dat met name be-tonnen buizen een zeer lange levens-duur hadden, met als enig nadeel lek-kende voegen.De inspectietechnieken die destijdsvoor niet toegankelijke buizen gehan-teerd werden, waren afgestemd op debehoefte te kunnen controleren of eenriolering niet lek ofverstopt was.De technieken bestonden uit het open~trekken van de putten en controlerendoor middel van afdalen ofspiegelen.In 1975 begonnen enkele bedrijven in-specties aan te bieden met de toen inop-mars zijnde zwart/wit televisiecamera's.Deze werden op een karrelje ofslee ge-monteerd en via een handlier door een58rioolstreng getrokken. Het beeld werdop een videoband vastgelegd voor laterebeoordeling.Adviesbureaus zagen in die .tijd al eenverband tussen rioolinspectieenwegbe-heer, maarvondenhiervoorbij de mees-te gemeenten geen gehoor. Wegbeheerbevond zich nog in een aanloopfase enproblemen met rioleringen werden nognietonderkend.Hetonderwerpwas ookpolitiek niet interessant en het rnilieu~besefwas nog niet zo ver ontwikkeld alsheden ten dage.Inde 10jaartussen deeerste televisie-in-spectie in Nederland en de eerste Noti-tie Riolering [1], in december 1986 doorminister Nijpels van VROM aangebo~den aan de Tweede Kamer, is veel ge-beurd.De grote vorderingen in de techniekbrachten gedetailleerde kleuropnamenvan rioleringen binnen handbereik.Hierdoor kreeg mensteeds meer inzichten werd informatie verkregen omtrentde staatwaarin de riolering zich bevond.Beslissingen over renovatie of vervan-ging konden op rede gronden wordengenomen. De werkzaamheden moestenveelal uit de lopende begrotinggefinan-cierd worden. De wens van de gemeen-te, later verwoord in de Notitie Riole-ring, was om reeds in de meerjaren-begroting rekening te gaan houden metrede bedragenvoorvervanging ofreno-vatie.Dit bracht adviesbureaus en gemeentenertoe beheerprogramma's te ontwikke-len gekoppeld aaneen of ander modelvoor de levensduurverwachting [2].Samen met een beheersysteem van we~gen, openbaar groen, kabels en leidin-gen, kunnen gemeenten de verschillen-de onderhoudprogramma's optimaalafstemrnen tegende laagste (maatschap-pelijke) kosten.Het schema in figuur 1 geeft het ver-band aan tussen inspectie en beheersys-teem.In dezelfde 10jaar werd duidelijk dat erafspraken gemaakt moesten wordenomtrent de classificatie en waarderingvan de geconstateerde schades. In eersteinstantie hield elk inspectiebedrijf eeneigen schadeclassificering aan.Door de introductie van beheerpro-gramma's kwamen bepaalde inspectie-bedrijven en adviesbureau's al een soortstandaardisatie overeen [3]. Onder au-spici?n van de Stichting Rioned (Stich-ting Platform Buitenriolering Neder-land), werd in 1989 als ontwerp NEN3399 een rioolschadecatalogus ge?ntro-duceerd [4].Het is een classmcatiesysteem. voorvisuele inspectie van riolen, waarbijschades inbepaalde groepenwordenin-gedeeld. Een voorstel voor inter-pretatie van de waargenomen schadesis in januari 1990 gepresenteerd doorNNI-comrhissie NPR 3398.Cement 1990 nr. 5Naast de tv-inspectie bestaan er nog talvan andere primaire danwel aanvullen-de inspectietechnieken. In de paragra-fen 3 en 4 wordt daarop nader ingegaan.Na een verhandeling over de kwaliteit,veiligheid en milieu volgt als laatste eenslotbeschouwing.1. Plaats van de inspectie in de be-heerplannenDe inspectie van rioleringen is gegroeidvan een op reiniging en renovatie ge-richte activiteit tot een instrument voorhet opstellen van beheerplannen. In hetvierde artikel uit de serie rioleringen [2]is reeds aangegeven welke plaats de in-spectie inneemtin de beheer-enonder-houdsplannen. In het kort komt hethierop neer dat voor rationeel rioolbe-heer inspecties noodzakelijk zijn. Zijdienen systematisch te worden uitge-voerd in een representatiefdeel van hettotale rioolstelsel en de waargenomenschades moeten op standaardwijze ge-classificeerd worden. Heel duidelijkmoetworden gesteld dat er een scheidingis tussen het waarnemen van een schadeOverzicht serieBlok /- Het functioneren van de rioleringenCement 1989 nr. 7/8.- Biogene zwavelzunraantasting vanbeton in riolen Cement 1989 nr. 9.- Duurzaamheid van beton in riolen.- Oorzaken en optreden van lekkagesCement 1990 nr. 2.Blok 2- Rioolbeheer Cement 1989 nr. 12.- Rioolbeleidsplan in Rotterdam Ce-ment 1990 nr. 4.- Onderhoudsaspecten.- Inspectietechnieken.- Herstelmethoden op basis van ce-mentgebonden materialen.Blok 3- Relatie tussen ontwerp en functio-neren stelsel.- Betonnen buizen.- Uitbreiding en herstel rioolstelsel inGouda, Cement 1989 nr. 10.- Resultaten van in Rotterdam onderhanden zijnde expositieproeven.VERKLARING GEBRUIKTE CODERINGENlekkageZandinloopAxiale verplaatsingRadiale verplaatsingHoekverdrooiingInhangende rubberringJnhangend voegmateriaalAlA2A3A4A5A6A7De schadebeelden worden in drie cate-gori?en ingedeeld, te weten:A. waterdichtheid, B. toestand van dewand en C. afstromingstoestand.2. Normering van schadebeeldenMet het verschijnen van het ontwerpNEN 3399, de Rioned catalogus, werdde basis gelegd voor een uniforme clas-sificering van schadebeelden.Ruim eenjaar is de Rioned catalogus nuoperationeel engebruikers zijninde ge-legenheid tot 1juli 1990 kritiek te leve-ren, opdat deze in de definitieve versieverwerkt kan worden. De norm wordtvan toepassing op riolen onder vrij ver-val, uitgevoerd in beton, metselwerk, as-bestcement, gr?s ofPvc.Elke categorie is onderverdeeld in eenaantal schadegroepen voorzien van eencodenummer (tabel/). In het artikel Ri-ooibeheer [2] is hierop al uitgebreid in-gegaan.Een voorbeeld voor beoordeling vanscheurvorming met de classificatietabeluitde Rioned catalogusis in figuur 2 ge-geven.Tot nog toe is de inspectievoornamelijkbehandeld als een methode om oudererioleringen te kunnen beoordelen. Ge-zien de gevolgen van schades, veroor-zaakt door onjuiste uitvoering bij aan-leg, wordt er steeds meer toe overgegaaninspectietechnieken ook toe te passenbij de opleveringscontrole van nieuwaangelegde rioolsystemen. De uitvoe-ring van een dergelijke inspectie werktuitermate preventief De classificeringvan schadebeelden kan op dezelfde wij-ze plaatsvinden als bij oudere buizen.WATERDICHTHEIDDe wijze waarop de gegevens verderaangeleverd of verwerkt worden is af-hankelijk van de mogelijkheden enwensen van de opdrachtgever. Voor elkbeheerprogramma is vanwege de ver-schillende opbouw in ieder geval eenaangepast conversieprogramma nodig.Tabel!Schadegroepindeling volgens de Rioned-catalogusDe NPR 3398 is bedoeld als een 'verta-ling' van waarneming naar interpretatievoor opdrachtgevers die niet beschik-ken over een beheerprogramma en tocheen uitspraak willen hebben over hettijdstip van onderhoud, reparatie ofver-vanging.De waarnemingen van inspecties zijnzodanig gestandaardiseerd dat automa-tische verwerking in beheersystemenmogelijk is en dat bovendien de classifi-cering, onafhankelijk van het inspectie-bedrijf, uniform is. Een inspectiebedrijfzal voor een zodanige presentatie van dewaarnemingen zorgen, dat al bladerenddoor het inspectierapport, de staat vande riolering vastgesteld kan worden.TOESTANDCATEGORIE CODE ASPECTen het interpreteren van de schade. De ri-ooiinspecteurs zijn uitsluitend belastmet de waarneming van de schade enhet documenteren hiervan. Zij kunnenen mogen geen uitspraak doen over hetre?el te verwachten effect van de waar-genomen schade op de kwaliteit van deriolering.De scheiding van waarneming en inter-pretatie is terug te vinden in het ont-werp NEN 3399 (de Rioned catalogus)als classificatiesysteem met daarnaast deontwerp-praktijkrichtlijn NPR 3398 alsrichtlijn voor beoordeling van de in-spectieresultaten [5].Relatie tussen rioolinspectie enrioolbeheer1t t. schadec?talogusc.l;ass.ifi?atiesY~teem . . .I waarnementI classificatieR100LlNSPECTIEI I interpreteren IClaSSificatie'RIOOLBEHEERITOESTAND WANDAFSTROMINGSTOESTANDBlB2B3B4ClC2C3CACSC6ClBeschadigingAantastingScheurvormingDeformatieInstekende inlootWortelingroeiAongroeiAfzettingZand/vuilophopingObstokelsAfschotCement 1990 nr. 5 59IWEGENBOUW IBEHEER IRIOLERINGENOpmerldngen:afmetingen: _.._?.??_~.---,400=~~~~~--_--mate/kml- b?ton'Verbinding' ----c-=--~-~~---~-wijzevol'l inspectie" _~put~~~~---~_.Voorwaarde voor tv-inspectie is wel dathette inspecterenriool schoonenzoveelmogelijk vrij van water is.In verschillende gevallen kan het nood-z~kelijk zijn tijdens de inspectie het ri-ool afte sluiten van de rest van het stel-sel.Het zal duidelijk zijn dat met deze in-spectietechniekgeeninformatieverkre-gen kan worden over vervuilingsgraaden (slib)afzetting. Deze zijn immersdoor de reiniging verdwenen. De me-thode is snel, veilig en geeft een volledigbeeld van de zichtbare schades.3 Een van de vroegere tv-catnera'stnet verlichting en wagenad 2. Inspectie vanuit de putDit is een eenvoudiger inspectiemetho-de. Vanafdestraatworden tv- offotoca-mera's in de put neergelaten tot voor dete onderzoeken streng.. De opnamenworden later op kantoor ge?nterpre-teerd. Met de fotocamera wordt ??noverzichtsfoto gemaakt, met de tv-ca-merawordteen opname gemaaktwaar-bij door 'inzoomen' details verderop inde streng kunnen worden waargeno-men.Deinspectiesworden uitgevoerd terwij1het rioolsysteem in bedrijf is en geven4Moderne tv-catnera geschikt voorvideo-opnatnen met verlichting,getnonteerd op een tractordes liggen tussen 50 en 1000 mm ofver~gelijkbare doorsnedes in ei-profielen.De camera's. zijn voorzien van eenwendbaar super groothoek objectief,waarvande beeldhoekca. 100?is. Devol-ledige buiswandvlakvoor, boven, onderen opzij van de camera kan hiermee be-keken worden.Nadat het riool is gereinigd worden decamera's vanuit de put in de rioolbuisgeplaatst. Vanuit de bovengronds staan-de inspectiewagen wordt de camera be~stuurd. Op een monitor wordt de buisbekeken, de schades worden geregi-streerd en geclassificeerd volgens deovereengekomen norm. Van opvallendeschadebeelden worden foto's van hetmonitorbeeld gemaakt. Deverwerkingvan de schadebeelden kan met de handofgeautomatiseerd plaatsvinden.Als mobiele camera wordt meestal eenzelfrijdende camera gebruikt. Dit is dege?ntegreerde tv-camera gemonteerdaan ofop een tractor. In bijzondere ge-vallen kan de camerageduwd ofgetrok-ken worden of, wanneer er zeer bochti-ge en steil lopende buizen zijn, doormiddel van een klimmechanisme wor~den voortbewogen (Pipecat).De eerste generatie inspectiecamera'sbestond uit een standaard zwart-wit tv-camera ingebouwd in eenonderwater-huis ofuit speciale offshorecamera's. Zijwerden op een slede ofkar gemonteerdsamen met een batterij lampen (foto 3).De kleinste camera's van nu passenin depalm van een hand, zijn volledig ge?nte-greerd in een waterdichte explosievei-lige behuizing en zijn uitgerust met in-gebouwde halogeen- dan wel infra-roodlampen (foto 4).Camera en verlichting moeten aange-past zijn aan de te inspecteren buis.SCHEURVORMINGafstand vanaf pIJl: _ _~ .._._._mScheutrkhting: axioolklok ~O"'I"'?04~~.Klasse2Classificatie-voorbeeld uit deRioned-catalogus [4]ad 1. Inspecties mettv-camera:S-(zwart/witenkleur)Deze worden uitgevoerd in niet-man-toegankelijke riolen. De buisdoorsne-Verwacht mag worden dat in de defini-tieve versie de structuur van de catalo-gus gehandhaafd blijft. Waarschijnlijkkomt er nog een uitbreiding in de scha-degroepen en een wat andere omschrij-ving bij .de klasse-indeling.3. InspectietechniekenVoor het uitvoeren van de rioolinspec-ties staat een aantal technieken ter be-schikking. De keuze is afhankelijk vande gesteldeeisenen de praktische moge~lijkheden ter plaatse. NPR 3398 geeft dekeuzecriteria voor inspectietechnieken.Voor controle zijn de visuele ofprimaireinspecties het meest geschikt. Daarbijgeldt dat hoe dichter men bij de te be-oordelen buis kan komen, des te beterkan dewaarneming worden uitgevoerd.De secundaire inspecties zijn bedoeldals aanvulling op de primaire inspecties,of als doelgericht middel ter controlevan klachten ofstoringen.Eerst wordt een aantal primaire inspec-tietechnieken behandeld, die op zichvoldoende zijn om een beeld te verkrij-genvande toestandwaarin een rioleringzich bevindt. In paragraaf4 komen nogvijftechnieken tersprake die aanvullen-de en soms noodzakelijke informatiegeven over de liggingvan het riool en detoestand van de buiswand.De primaire inspectietechnieken zijn:1. inspectie met een tv-camera in debuis (met getrokken, zelfrijdende ofzelfklimmendecamera);2. inspectie vanuit de put (foto-inspec-tie of tv-inspectie);3. maninspectie;4. spiegelen.60 Cement 1990 nr. 5daarmee een onverstoord beeld van detoestand. Afzettingen en vervuilingkunnen worden vastgesteld, echter nietdatgenewatzicheronderoferachterbe-vindt.Deze vorm van inspecteren is goedko-per, snel en veilig. Het geeft echter eenminder gedetailleerd resultaat over eenklein deel vande streng. Niettemin kanhet voldoende informatie geven over deactuele stand van zaken.ad 3. ManinspectieManinspectie wordt alleen uitgevoerdinbuizen met diameters vanaf1000 mmofei-vormige profielen vanaf700!1050mmo Bij deze inspecties loopt ofkruiptde inspecteur door de rioolbuis en regi-streert de aangetroffen schades. Opval-lende punten worden gefotografeerd.Deschaderapportagewordtaan dehandvan waarnemingen en foto's op kantoorsamengesteld.De inspectie kan om hygi?nische enpraktische redenen alleen worden uit-gevoerd in een gereinigde buis. De vei-ligheid gebiedt de te inspecteren buis afte sluiten van het rioolstelsel en te zor-gen voor voldoende ventilatie. Voor ditsoort inspecties gelden strenge veilig-heidsmaatregelen, waarbij veiligheids-kleding, zuurstofmaskers, gasdetec-tieapparatuur en explosiemeetappara-tuur, alsmede communicatieappara-tuur aanwezig dienen te zijn.Aan de hand van continue metingenwordtvastgesteld waar enwanneerwel-ke persoonlijke beschermingsmiddelendaadwerkelijk gebruiktmoetenworden(foto 5).De maninspectie geeft zeer gedetail-leerde en betrouwbare informatie doorde directewijze vanwaarnemen, nietal-leen door te kijken maar ook door temeten. De waarnemingen worden ineen later stadium verwerkt volgens hetovereengekomen classificatiesysteem.Ad 4. SpiegelenDe eenvoudigste inspectietechniek ishet zogenaamde spiegelen. Deze tech-niek is mogelijk bij niet te grote putaf-standen. Het bestaat uit het in de putneerlaten van een spiegel die onder 45?aan een stok is bevestigd. Door zonlichtoflamplichtvia de spiegelin de streng telaten schijnen kan een indruk wordenverkregen van de staat waarin de riool-streng zich bevindt. Ookis het mogelijkom door de hele streng te kijken als in devolgende put een lamp wordt geplaatsten de buis niet teveel is vervuild ofver-zakt.Bij spiegelenworden geen opnamenvanCement 1990 nr. 55 Maninspectiede streng gemaakt en de informatiewordt normaliter niet volledig vastge~legd. Het spiegelen kan beschouwdworden als een goedkope, snelle wijzevan inspecteren waarbij de waarde vande waarneming louter indicatiefis.4. Aanvullende inspectietech-niekenDe in paragraaf 3 vermelde inspectie-technieken zijn alle gebaseerd op datge-ne wat vanuit de putofbuis zichtbaar is.Op grond van deze waarnemingenwordt de schade aan het riool geclassi~ficeerd en kunnen in een aantal gevallenbeslissingen voor onderhoud ofvervan~ging worden genomen. Er zijn echterook gevallenwaarin zonder extra infor-matie geen goede uitspraak gedaan kanworden. Het betreft dan meestal devraag hoe de kwaliteitvan de buis is, watde restwanddikte is bij aantasting, hoede ligging van de streng is en oferwel ofniet holle ruimten achter de buis aan-wezig zijn.Een vijftal aanvullende inspectietech-nieken wordt besproken, te weten:a. boorkernonderzoek;b. radaronderzoek;c. lengteprofielmeting;d. plaatsbepaling;e. fysisch-chemisch onderzoek.ad a. BoorkernonderzoekMet de huidige standvande techniekle-vert het boorkernonderzoek de meesteinformatie op [6,7]. De methode bestaatuit het vanaf het maaiveld nemen vankernen uit de betonbuis en het vaststel-len van een aantal eigenschappen hier-van (foto 6). In de vorige aflevering in de-zeserieis de methodeduidelijk beschre-ven.De uitgeboorde kernen worden onder-worpen aan een visueel, mechanisch enfysisch-chemisch onderzoek. Het boor-kernonderzoek levert dan ook informa-tie over de betonsamenstelling, de re?lewandreductie door aantasting, de soortaantasting, de sterkte (druk en trek) ende dichtheid van beton. Al deze gege-vens resulteren in een indicatie van dekwaliteit van het beton in de kruin vande buis. Op die plaats treedt meestal degrootste spanning in het beton op. Be-schadigingen in de trekzone hebben erde grootste invloed. Omdat de kernenop de meest verdachte en slechte plek-ken worden geboord, mag de kwaliteitals ondergrens worden beschouwd. Omhet nadeel van het incidentele karaktervan deze onderzoekmethode te onder-vangen, is integratie in de tv-inspectienoodzakelijk.ad b. RadaronderzoekEen tweede aanvullende inspectieme-thode is radaronderzoek [8,9]. Een ra-darbron wordt samen met een ontvan~ger door het riool getrokken ofgereden.In de inspectiewagen op de straat wor-den de uitgezonden en weer ontvangenpulsen geregistreerd en geanalyseerd.Veranderingen in de structuur van deomgeving kunnen waargenomen wor-den, bijvoorbeeld de aanwezigheid vanleidingen in de buurt van het riool enhet voorkomen van holle ruimten ach-ter de buis.Uithet beeld van de uitgezonden en ge-reflecteerde signalen is men in staat dewanddikte van de buis te berekenen.Bovendien leidt men uit de signaleneenschatting van de betondruksterkte af.Deze techniek is vandaag de dag nogvolopin ontwikkeling.Delandelijke in-troductie heeft eind maart plaatsgehad.Voor een juiste interpretatie van debeelden dienen altijd als referentie ijk-kernen te worden geboord. Een duide-lijk inzicht in deze sterktebepaling ont-6 Boorkernonderzoek61IL,-WE~G_E_Nll~O_UW_~~~~~~.L1B_E_HEER~~~~~~~~I~lU_O_L_E_lU_N_G_E_N_~~~~~_breekt tot nog toe. Een voordeel van demethode is dat deze, met uitzonderingvan deijkkernen, niet destructief is eneen continu beeld kan geven. Nadeel isdat voor de interpretatie van de signalenzeer hoog gekwalificeerd personeel no-digis.ad c. Lengtepro.fielmetingEen derde aanvullende methode omvathet bepalen van de verticale ligging vanhet riool. Als deze niet is afte leiden uitverkleuring~nter hoogte van de water-lijn ofwanneer deverzakkingen te grootzijn, kan op het maaiveld aan de handvan drukverschillen een continu verti-caal profiel wordenverkregenvan de ri-ooistreng tussen twee putten. Een twee-tal methodes is daarvoor bruikbaar.ad d. PlaatsbepalingHet bepalen van de ligging van een ri~aalbuis lijkt in eerste instantie geen las-tige opgave. De normale strengenliggenvan put tot put en door in de streng tekijken kan het verloop worden bepaald.Anders wordt het wanneer de puttenonder de bestrating verdwenen zijn en!of vertakkingen van buizen van jarenherin de grond liggen.Voorde plaatsbe-paling van niet-metallische buizenwordt met behulp van radiodetectie ge-bruik gemaakt van een zender in de lei-ding en een ontvanger bovengronds.Hetverloop van de leiding en de diepte-ligging totca. 4,50 m onderhetmaaiveldkunnen worden vastgesteld.ad e. Fysisch-chemisch onderzoekVoor fysich-chemisch onderzoek moeteen aanleiding bestaan.Bijvoorbeeldhetzoeken naar een verklaring voor localeaantasting. Fysisch-chemisch onder~zoek is werkvoor specialisten en bestaatuit deskundige monsternames en hetuitvoeren van analyses en metingen.Gelet moet worden op de representa~tiviteit van het onderzoek en het vaakincidentele karakter van de monsterna-me. Als soorten van onderzoek kunnenwordengenoemd hetmetenvan tempe~raturen in het riool, het bepalen van dezuurgraad van de buiswand of van hetafvalwater, bepalen van het sulfide- enzwavelwaterstofgehalte in het afvalwa-ter of op de buiswand, het controlerenvan de grondwaterspiegel en veel ande-re op het te onderzoeken probleem toe-gesneden technieken.Behalve de genoemde aanvullende in-spectietechnieken zijn er nog diverseandere te noemen, zoals ultrasone me-thoden voor bepalen van het binnen-profiel van een buis en infra-rood foto~grafie voor het opsporen van holleruimtenin de bodem. Dit zijn inNeder-62land (nog) geen gangbare technieken.Steeds moet men zich afvragen in hoe-verre de gegevens van aanvullende in-spectietechniek bijdragen tot een beterebeslissing inzake het beheer.5. Kwaliteit - Milieu - en VeiligheidUit het voorgaande mag blijken dat deinspectie geen doel op zichzelfis, maarge?ntegreerd moet worden in een be~heersysteem, hetzij eenvoudig dan welgeavanceerd. De inspectiebedrijvenhebben zich te houden aan een genor-meerde wijze van waarnemen wat in-houdt, dat er eisen gesteld worden aande kwaliteitvan de inspecteurs en de in-spectiebedrijven. Het betreft ondermeer de te gebruiken inspectie-appara-tuur, het opleidingsniveau van de in-specteurs en de wijze waarop de inspec-tieresultaten worden verwerkt en ge-presenteerd.Inspecties kunnen tevens inzicht gevenin welke mate slibophoging in riole-ringen plaatsvindt. Capaciteits-vermindering leidt tot hogere over-stortfrequenties waardoor het opper-vlaktewater extra wordt verontreinigd.Hetspreektvanzelfdatbij welkeinspec-tietechniekdan ook deveiligheid van demedewerkers voorop staat. Samenwer-king van de inspectiebedrijven metABOMA (Algemeen Bureau Ongeval-lenpreventieen Materi?le zaken) en deBGD (Bedrijfsgeneeskundige Dienst) isdan ook een verplichting.Nauwlettend moet worden toegeziendat bij de rioolinspecties de betreffendeveiligheidsvoorschriften en richtlijnenworden nageleefd.SlotbeschouwingIn de afgelopen vijftien jaar is het in-specteren van rioleringen uitgegroeidtot een volwaardige techniek die in staatis voldoende en volledige informatie televeren om beheerprogramma's voorrioleringen te voeden.De ontwikkelingen in de techniek heb-ben geleid tot betrouwbare en handza-me apparatuur, waarmee op adequatewijze kwalitatiefgoede inspectiesinrio-leringsbuizen uitgevoerd kunnen wor-den.Het uniform beoordelen van de waar-genomen schadebeelden via een genor-meerd classificatiesysteem heeft de ge-bruikswaarde van de rioolinspectiesterk verhoogd.Afhankelijkvan de gewenste informatiekan worden gekozen uit een breed scalavan primaire en aanvullende inspectie~technieken.Technische ontwikkelingen in de toe~komst zullen ongetwijfeld deze tech-nieken verder verbeteren ofuitbreiden.Door de Notitie Riolering van het mi-nisterie van VROM is aan de rioolin-spectie een volwaardige plaats toege-k~ndin de beheersystematiek van hetNederlandse rioleringsstelsel.Literatuur1. Notitie Riolering; Tweede Kamer1986 - 1987, 19826 nrs. 1 ev.2. C.Snaterse; rioleringen (IV), Rioolbe-heer, Cement 1989, nr. 12 pp 58 tlm 64.3. NBM/DHV; Handboek classificatieen beschrijving van schadebeelden bijvisuele leidinginspectie, september1988.4. Stichting Rioned; Rioolschade Cata-logus. Ontwerp NEN 3399. Ontwerpclassificatiesysteem bij visuele inspectievan riolen, Rioned,januari 1989, Ede.5. Nederlands Normalisatie Instituut;Inspectie en toestandsbeoordeling NPR3398,1990.6.J.GJansen;Boorkernonderzoeknieu-we ontwikkeling in rioolinspectie. Landen water, november 1989.7.1J. Kerkhof en M. Lips, Rioleringen(VI), Rioolbeheer in Rotterdam, Cement1990 nr. 4, pp 98~101.8. R. Ywema en A.M. de Haart, Radar-meting voorkwaliteitsbepaling riool-buizen; Proceedings 'Riolering en Wa~terkwaliteit', NVA Rijswijk, 1988, pp411-420.9. M. de Boo, Het riool in met radar entelevisie-camera , NRC-Handelsblad,31-1-1990.Rectificatie Rioleringen (VI)In het artikel Rioolbeheer in Rotterdam(Cement nr. 4), staat op blz. 100 een fou-tiefbijschrift bij foto 3.Niet een uitgeboorde kern is afgebeeld,maar het hulpstuk met stang dat wordtgebruikt om de kern uit de buis te boren.Rechts op de foto is een prop zichtbaarwaarmee het gemaakte gat wordt afge-sloten.Cement 1990 nr. 5
Reacties