In het plan worden in de levensloop van bouw- en sloop-afval vier fasen onderscheiden:Preventieiase:Beperking van de hoeveelheid vrijkomendbouw- en sloopafval en verbetering van de kwaliteit ensamenstelling.Scheidingifase:Sturen van de hoeveelheden bouw- en sloop-afval zodanig dat (in 2000) 95% kan worden bewerkt.Bewerkingsfase:in deze fasewordt het gescheiden bouw- ensloopafval bewerkt tot grondstoffen. Tenminste 95% moetkunnen worden hergebruikt ofnuttig toegepast.Afzetfase:het beschikbaar doen zijn van afzetmarkten voorgrondstoffen uit bouw- en sloopafval.Bij de uitvoering van het plan is aan CDR een aantal takentoegedacht. Het betreft onderwerpen waarnaar CDR-commissies onderzoek hebben verricht. In dit verband kanonder andere worden genoemd: demonteerbaar bouwen,reparatie en bescherming van beton, toepassing van alter-natieve materialen in beton, vliegas, immobilisatie, milieu-kundig slopen en ook materiaalreferentiedocumenten vanprodukten uit bouw- en sloopafval.Bouw- en sloopafval vormt slechts een deel van het gehelegamma aan reststoffen. Binnen CDR wordt momenteelgewerkt aan een integrale aanpak van reststoffen en secun-daire grondstoffen in de civiele techniek en de activiteitenwelke CDR hierbij kan.ontplooien op het gebied vanonderzoek, voorschriften en kennisoverdracht.Het implementatieplan sluit goed aan bij de huidige activi-teiten; CDR verwacht dan ook zeker een bijdrage aan deuitvoering te kunnen leveren.Correctieblad op VBC 1990, NEN 6720Zoals reeds is aangekondigd in Cement 1992 nr. 2 onder hetartikel 'Correcties in de VEC 1990' is thans het erratumverktijgbaar. De titel is 'Correctieblad maart 1992 op NEN6720 1e druk september 1991'.Naast de in het genoemde artikel vermelde correcties isnog een aantal wijzigingen opgenomen. Het correctiebladis kosteloos verkrijgbaar bij het NNI, afdeling Verkoop, tel.015 - 690258.PROF.DR.IR.G.SCHERPBIERTREEDT AF ALS HOOFDREDACTEURDeze maand heeft prof.dr.ir.G.Scherpbier afscheid genomen van deredactie van Cement. Bijna vijfjaar is hij als hoofdredacteur aan het bladverbonden geweest. Prof.Scherpbier bereikte in 1991 de pensioen-gerechtigde leeftijd. Hij bleefeen jaar langer in functie omdat zijn opvolger nogniet in de gelegenheid was het hoofdredacteurschap over te nemen.Voor de dagelijkse redactie is het altijd even wennen aan dergelijke mutaties.Dat ligt niet aan de nieuwe hoofdredacteur, maar aan het gemis van de oude.Gerd Scherpbier heeft in alle opzichten aan de verwachtingen van de redactievoldaan. Een man met een uitstekende staat Vandienst: Publieke WerkenAmsterdam, raadgevend ingenieur, CDR-voorzitter en hoogleraar ConstructiefOntwerpen aan de TU-Eindhoven. Voor hem is nu de tijd gekomen om gelei-delijk aan de vele taken en functies afte stoten.Daarmee suggereren wij niet dat hij oud aan het worden is.Integendeel! Zijnjeugdig enthousiasme en zijn dynamische karakter lijken onaangetast. Ditgevoegd bij zijn grote deskundigheid, een rijke ingenieursloopbaan en een wijdewereld vol relaties, ziedaar het ideale profiel van een hoofdredacteur vanCement.Vanaf 1988 heeft hij leiding gegeven aan het redactieteam. Hij deed dat graag enhartelijk. Handenwrijvend betrad hij elke maand de vergaderzaal, de indrukwekkend 'wij gaan er weer tegenaan'. Hij had niet de neiging te lang bij zakenstil te blijven staan, was besluitvaardig en stak zijn bewondering voor goedeprestaties in de vorm van artikelen ofplannen niet onder stoelen ofbanken. Hijis zoals hij schrijft: heel direct zoals de lezer dat kan ervaren in zijn beschouwingover 40 jaar CDR in dit nummer van Cement. Hij had een aversie tegen langdra-digheid.In diezelfde directe stijl zeggen wij: 'Gerd, jouw tijd bij ons is voorbij. Jammer,wij hebben plezierig metje gewerkt. Veel dank.'Onze beste wensen vergezellen hem voor vele goede jaren. Op de eerste plaats inzijn persoonlijke leven en verder in de functies waarvoor men nu eenmaal graagmensen als Scherpbier aanzoekt.Wij gaan enthousiast verder met zijn opvolger, prof.ir.A.Glerum, in de overtui-ging dat wij een gelukkige hand hebben in het zoeken van een hoofdredacteur.RedactieCement 1992 nr. 12 41
Reacties