specifiek de aandacht krijgen. BcplcJtwordt ook dat de Eurocodes daarmeerekening houden. Ofher laatste gaat gc-beuren is de vraag. Het is IlU eenmaal zodat cr in Europa verschillende bouw-redltsysremen bestaan. waardoor aan-passingen steeds moeizaam COt standkomen.Periodieke informatie nodigEr staatons komendejaren het nodige tewachten. Om de lezer hierover nader reinformeren zal in komende maandeneen reeks artikelen worden gepllbli-CI"erd over de uitgangspunten waaropenerzijdsEC 2. andetzijds de VEOE zijngebaseerd.Deze uitgangspunten worden aange-troffen in de nieuwe. binnenkort alsontwerp verschijnende TGE-Alge-meen, waarin de 'veiligheid' en de'bruikbaarheid' worden geformuleerd.De opzet daarvan is semi-probabilis-tisch, dat wil zcggen met parti?le facto-ren (ongelijk aan 1) voor enerzijds de be-lastingen en anderzijds de materiaalei-gensddppen.Echt nieuw is dat evenwelniet. De huidige TGB heeft echter de'overall'- belastingt:1ctor op 1,3 (voorstaal) el1 1,7 (voor beton) gesteld, waarbijde materiaalfacror 1 is.Opsplitsing in min of meer statistiscbverantwoorde deelfacroren moet nietzozeer als een nieuwe, Illaar meer als eenandere uitwerking van de bestaande engeaccepteerde filosofie worden be-schouwd, waarmee her veiligheidscrite-rium in principe onaf11ankelijk wordtgemaakt van de matetiaalkeuze.In een later stadium hoopt Ct'IIJeII! ooknader re kunnen ingaan op vergelijken-de CotlStrucrieberekeningen met ener-zijds de VDOB, anderzijds EC 2.De tijd vordert. De afgelopen zomer iseen 'definitief concept van EC 2 gereedgekomen, maar bet duurt nog enige tijdvoordat alle ECs hun uiteindelijkevorm hebben gekregen. DeECs 2 tlm 4worden gelijktijdig gepubliceerd in hetEngels. Van daaruir volgt de vertaalslagin de andere talen van de lidstaten. Voorher zover is zal er nog veel water door deRijn moeten stromen.M.G.P.NclisscnLiteratuurI. Van der Vlugt. RW.. De Nederlandseen Europese bouwvoorschriftcn. Ce-lIIelll1980 nt.4-, blz.179/ 1812.)allSllla. P.H., Eurocodes, Euro-TGB'smer perspectief?, Cemml 1982 nr.7.blz.H8/4313. Gerritse, A., De Eurocodes komen eraan . .. Ceme1l11984- nr.3, blz.308/313Cement 1988 nr. 12PRAKTISCHE RICHTLIJNEN VOOR HETINJECTEREN VAN VOORSPANKANALENOnlangs publiceerde de studic-vereniging STlNO een rap-port onder de titel 'Prakrischerichrlijnen voor berilljecreren van voor-spallkallalen'.Deze praktische richtlijnen beogen(bindende) aanwijzingen te geven voorde verschillende toepassingsgebiedenvall het iIljecteren bij voorgespannenbCWllCO!l5nuct?cs, alsmede de daarbij tevolgen werkwijzen.Ze zijn met name bedoeld voor gebruikop de bouwplaats door uitvoerend- entoeZichthoudend personeel. maar bake-nen daarnaast de verantwoordelijkhe-den af tussen ontwerper, opdrachtgeveren betrokkenen op de bouwplaats.Daarom is het ook voor de consrructeurvan belang kennis te nemen van dezeaanwljzingen, onder meer in verbandmer de toleranties op de kabelliggingwaarmee hij rekenmg dient te houden.De toepassing van uitwendige kabels.wikabds. grond- en rotsankers vallenbuiten deze richtlijnen.Er bestaan grote verschillen tussen dewerkwijzen bij het injecteren van voor-spankabeIs, opgebouwd uir 7-draadsstrengen en anderzijds voorspankabelsopgebouwd uit staven ofdraadbundels.Bij de 7-draads streng besraat de moge-lijkheid een deel van herwater(ofvochr)uit de i l~ecticmortel af te voeren doorde drainerende werking van deze stren-gen. Door zgn.napetsen wordt een goedgevuld kanaal verkregen. Dankzij eenIagewater-cemenrfactor wordt een uit-stekende kwaliteit Illortel verkregen.(Wat betreft de dy-form strengen be-staat geen volledige zekerheid of dezedrain-werking voor elk fabrikaat stren-gen goed functineerr.) nij staven ofdraadbundcls is de kwaliteit van demortel en de vulling van de spankanalenmet de gangbare mortels vtijwel niet tebehalen en zullen geheel afwijkendewerkwijzen moeten worden gevolgd.Daarom zijn deze ricbrlijnen in de eersteplaats geschikr voor kabels uit 7-draadsstrengen en bij de roepassing vannaper-sen. Voor de overige kabels wordt, voorzover sprake is van afwijkingen ten 01'-zidlte van het injecteren mer napersen,voorzien in twee aallvullingen:1. Het injecteren van voorspankanalenmet draden of strengen zonder hetgebruik van napersen.2. Het injecteren van voorspankanalenmet st;J.ven ofmonosrrengen.De richtlijnen zijn als volgt onderver-deeld:- omhullingsbuizen en plaatsing;- sam~nsrelling en eigenschappen vanil~ecriematcriaal;- apparatuur;- ~o.orb~rei.~ing;- IIlJecoewlJze;- controle vullingsgraad;- afwerking van de ankerkoppen. in-jectie- en ontluchtingsslangen;- aanvulling I en 2.Aan de samenstelling van dit rapporthebben meegewerkt: pro( ir. JH. vanLoenen, ing P. Boone. ir. W.B. Gr?nd-ldmer. ir. J.P. Koster en dr. ir. AJ Zie-linski.Ten slotte wordt er op gewezen dat debetreffende richrlijnen regenlOer ko-men aan een behoefte, waarin STUVOmeende op korte termijn te moetenvoorzien. De richtlijnen zijn aangemeldbij bet CUH-bestuur, teneinde te zijner-rijd re komen tot een CUR-Aanbeve-ling. STUVO-rapport 84- is te bestellenbij het STUVO-secretariaar. De kostenbedragen /23,~ per exemplaar.31
Reacties