O n d e r w i j sO nt wer p o efen i n gBijeenbezoekaanhetJava-Eilandwordt men geconfronteerd meteengroteopenvlakte,waarrustenstilte heersen. Deze leegte maakthetmogelijkteontsnappenaandedrukte van de stad. Het is een plekwaar je door water en wind wordtomringd en waar je kunt genietenvan een schitterend uitzicht overAmsterdam. De kwaliteiten vandezeplekdreigenverlorentegaanals men er een grootschalige in-greeppleegt.Omdittevoorkomenheeft Coen Sijm een museumontworpen dat de interactie mo-gelijk maakt tussen genieten vande kunst en genieten van delocatie. Het museum verbindtdoor zijn vormgeving de kop aanhet stedelijk woongebied van heteiland.RouteDe looproute voor bezoekers vanhet museum draagt bij aan de ver-binding tussen het eiland en destad. De route begint bij de nieu-webrugenleidtdoorhetmuseumnaar de kop van het eiland. Vanafde entree stijgt men via een thea-trale trap tot aan het hoogste punt,het panoramaterras met eenwijds uitzicht. Vervolgens voertde route terug naar beneden viade diverse museumzalen, om opdebeganegrondineengroteopenruimte te eindigen. Een groteglaspartijzorgthiervoorderelatietussen binnen en buiten.MaterialiseringDe twee gebouwdelen waaruit hetmuseum bestaat zijn qua vorm-geving en materiaalafwerking to-Panorama op de stad Coen Sijmcement 2002 28843210panoramaterrasexpositiezalenkantoor / vergaderruimtesgehoorzaalentreewinkel / infobaliegarderobetoilettenopslag en techniekO n d e r w i j sO nt wer p o efen i n gcement 2002 2 89taal verschillend. Het gekromdegebouw wordt afgewerkt met eenzinken beplating, een slangen-huid die het museum volledigomhult. Het lagere, rechthoekigegebouw wordt daarentegen volle-diginbetonuitgevoerd.Indeplat-tegronden is de scheiding even-eens doorgezet. De gevolgen vande `botsing' tussen de beide ge-bouwen zijn hier duidelijk zicht-baar: er bestaat een strikte schei-ding tussen de publieke ruimtesen de niet-publieke ruimtes vande eerste verdieping. De indivi-dualiteit van de gebouwen wordthiermee benadrukt. Toch bestaater ook een koppeling tussen detwee gebouwen. De begane grondis maximaal open gehouden, metgrote raampartijen om het exteri-eur zoveel mogelijk te betrekkenbij het interieur. Daarnaast is degrote lezingenzaal door zijn spe-cifieke vorm en positie een be-langrijk koppelend element in decompositie van de plattegrond.InterieurDe looproute van het museum ishelder. Er zijn twee trappenhui-zen die met elkaar in verbindingstaan.Daarnaastiserdegrotetrapdievanafdeentreeeentussenstopheeft op elke verdieping en dieeindigt op het panoramaterras.De kantoren van de eerste verdie-ping worden ontsloten via eenapart trappenhuis.In het museum is veel aandachtgeschonken aan de verlichtingvan de expositieruimtes. Voor dekunstwerken die in deze ruimtesstaan tentoongesteld, is dit vangroot belang. Dankzij de sculptu-rale vormgeving van het gebouwis het mogelijk te experimenterenmet de lichttoetreding in deruimtes. Iedere ruimte heeft zijneigen natuurlijke lichtinval. Hier-door ontstaat er een spannings-veldtussenderuimteendekunst.De ruimtes zijn verder neutraalafgewerkt zodat de kwaliteit vanhet licht en die van de kunstwer-ken zoveel mogelijk op de voor-grond treden.
Reacties