`Gewild Wonen' suggereert in twee woorden: bou-wen wat de consument wenst. Je kunt aanvoeren datwe allang weten wat de consument wenst, namelijkeen doorzonwoning met een achtertuin, uiteraardgericht op het zuiden. Deze formule is al sinds dejaren '70 uitgangspunt voor de vele uitbreidings-plannenaanderandvandestedenendorpen.Afhan-kelijk van het beschikbare budget is dit in meerder-heid de tuinkamergerichte rijenwoning, de twee-onder-een-kap-woning of in geringe mate de vrij-staande (catalogus-)woning. Vanwege een effici?nteproductie en een marktgerichte prijsvorming wor-den deze woningen in serie ontwikkeld, zij het in-middels in kleinere producteenheden dan vroeger.De consument kan een woning kiezen binnen eenproject, maar heeft een marginale invloed op de ver-schijningsvorm en de indeling. Met Gewild Wonenwilde de gemeente Almere aantonen dat het anderskan en moet.Vooropgesteld: het is een illusie te denken dat bij eenindividueel opdrachtgeverschap, zoals staatssecreta-ris Remkes het wil op dertig procent van de daarvoorbeschikbare bouwgrond, grote aantallen woningenkunnen worden geproduceerd. Relatief weinig con-sumenten zijn namelijk in staat een eigen woningte ontwikkelen en te financieren. Om productie te be-werkstelligen is projectmatige ontwikkeling onont-beerlijk. Zelfs in Almere wordt tien procent van hetjaarlijkse totaal bestemmen voor de individuele bouw,hetmaximaalhaalbaregeacht.Daaromisbijditexpe-riment gekozen voor het zogenoemde gedeeldeopdrachtgeverschap. Met een moderne term `Masscustomization' dus, wat neerkomt op het project-matig ??n op ??n bouwen. Ontwikkelaars en bou-wers produceerden een door hun architect ontwor-pen productprogramma en de consument bepaaldede uiteindelijke samenstelling. De woning werd dusin bestelling gegeven op basis van een offerte.A r c h i t e c t u u r & o n t w e r pWo n i n g b o u wcement 2001 810OP NAAR EEN MONDIGEWOONCONSUMENT?Hans Laumanns, Grondbedrijf AlmereNiet alleen de architecten en ontwikkelende bouwbedrijven moeten nog leren om tegaan met consumentgerichte woningbouw. Ook de woonconsument zelf heeft nogveel moeite met alle vrijheden die hem plotseling worden geboden. Wie zijn eigenlijkdie opdrachtgevers in de hoofdstroom van de woningbouw? Zijn het individuele danwel collectieve particulieren, of zijn het projectontwikkelaars? Enkele ervaringen van-uit het project Bouwexpo 2001 `Gewild Wonen' in de Eilandenbuurt in Almere-Buiten.Project van ABB Bouw; ont-werp: Laura Weeber. Zeergewild bij de consumenten.Alle 21 woningen warenverkocht v??rdat de bouwbegon, waardoor maximaleparticuliere inbreng moge-lijk was. Vooral de liggingaan het water inspireerdede aspirant-kopersfoto's: Harry Noback,ApeldoornK o p e r s b e g e l e i d i n gBijhetbekendwordenvandeplannenvoordeBouw-expo Gewild Wonen, in de zomer van 1999, schre-ven zich spontaan circa 1500 belangstellenden in omop z'n minst nader te worden ge?nformeerd. Alleplannen zijn op de Woonmarkt (permanente beursin het gemeentehuis van Almere) tentoongesteld enmet brochures gedocumenteerd. Vervolgens kondenge?nteresseerde kopers zich aanmelden bij de be-treffende makelaars. In het voorjaar 2000 startte deverkoop van de eerste projecten.De steeds terugkerende vraag van de consumentwas: wat gaat het gebodene kosten? Meestal werdenop informatiebijeenkomsten de consumenten diezich hadden ingeschreven niet alleen ge?nformeerdover de omvang en aard van het project, maar meernogdoordrongenvanhetplanconceptendegebodenmogelijkheden. In de hierop volgende individuelegesprekken werden de consumenten als het wareaan de hand genomen om met behulp van ondermeer maquettes, virtuele beelden, bouwplaten envragenlijsten de wensen en voorkeuren te achterha-len en te bekijken of al deze wensen financieel haal-baar zouden zijn. Uitgaande van een vooraf bepaaldeminimale woonkern met de utilitaire voorzieningenkon vervolgens de woning op maat worden samen-gesteld.Inmiddels zijn de nodige kanttekeningen te plaatsenbij de verschillende verkoopmethodes. Zeer bepa-lend daarbij was de veel te korte, beschikbare tijd omde consument uitgebreid en zorgvuldig te begelei-den, vanwege het feit dat de expositie was vastgesteldvoor september 2001. De woningen moesten op datmoment gereed zijn, verkocht of niet. Rondom eenaantal projecten bestond bij aanvang nog veel ondui-delijkheid en dat vertaalde zich in onvrede bij de kan-didaat-kopers. Met name de ingeschakelde make-laars konden niet adequate informatie verstrekken,watresulteerdeinnogalwatklachten.Debesteresul-taten werden bereikt door die bedrijven die hunzaakjes tijdig op orde hadden en rechtstreeks of metinzet van de architect de consument wisten te over-tuigen. Het verkoopproces heeft veel tijd en energiegekost. De les moet zijn: een goed uitgewerkt plan,een inzichtelijk keuzeprogramma en vooral eenhelder kostenoverzicht. Het proces vereist mis-schien een directere relatie tussen producent en con-sument.K o s t e n a s p e c t e nDe vraag: "Is Gewild Wonen duurder dan het tradi-tionele woningaanbod?" is niet eenvoudig te beant-woorden. Het voor de hand liggende antwoord zoukunnen zijn: neen, want de consument bepaaltafhankelijk van het gekozen planconcept de omvangen zodoende de prijs van zijn woning. Het antwoorddatmeerrechtdoetaandewerkelijkheidluidtandersen omvat verschillende aspecten.De traditionele bouw kenmerkt zich door een serie-matigeaanpak.Hetovergrotedeelisidentiekenhier-door is de inkoop van materialen en de productieoverzichtelijk en effici?nt. Deze aanpak heeft uiter-aard ook gunstige financi?le gevolgen voor het televeren bouwvolume. Ook de organisatie op debouwplaats is eenduidig en de invloed van deafnemer (de consument) is nihil of gering. De toe-passing van gietbouw en in mindere mate elemen-tenbouwenstapelbouwvergemakkelijkthetbouwenin grote aantallen.Consumentgericht bouwen plaatst de consument ineen centraIe rol. Hij bepaalt in hoge mate aard enomvang van het te bouwen volume, een woning opmaat. De seriematige onderdelen beperken zich totde ruwbouw. De invulling van de plattegronden endeafwerkingenaccessoireszijnindividueelbepaald.Dit heeft financi?le gevolgen. Een voorbeeld mogedit verduidelijken: een door de consument gewenstegeheel lege woning (loft) zal duurder zijn dan eenmet dragende binnenwanden gevulde woning, wantde stabiliteit zal dan moeten worden gevonden inde dragende buitenwanden (bijvoorbeeld extraspanten). Ook op organisatorisch gebied vergt deinbreng van de consument in de voorbereiding eenintensieve begeleiding en verandering in het denkenvan alle bij de bouw betrokkenen.Mocht het consumentgericht ontwikkelen in de toe-komst een grote vlucht nemen, dan zal op basis vande opgedane ervaringen van de Bouwexpo 2001 hetontwerp- en bouwproces zodanig moeten wordenherzien en gestroomlijnd, dat de consument geachtmoet worden met behulp van geavanceerde metho-dieken en virtuele modellen snel en effectief zijnwoningsamentestellen.Hierdoorzoudendekostenbeheersbaar kunnen blijven.A r c h i t e c t u u r & o n t w e r pWo n i n g b o u wcement 2001 8 11Project van Nijhuis Bouw;ontwerp: FARO Architecten.Van de 32 mogelijke varian-ten zijn er 13 daadwerkelijkgerealiseerd. Zestienkopers hebben alle keuzeszelf kunnen maken, omdatzij tijdig in het project zijngestapt. Voor de resterendetwaalf woningen hebbenontwikkelaar en architectde indeling bepaald, in hetverlengde van de reeds ver-kochte woningenHet afhankelijk stellen van de plannen aan de in-breng van de consument heeft veel hoofdbrekensgekost. Het bleek dat de gebruikelijke volgorde vanhet planproces soms drastisch moest worden gewij-zigd. Dit gold zowel voor ontwikkelaars, architectenals gemeentelijke diensten. De vele niet voorzieneen onverwachte ontwikkelingen noopten vele malentot planwijzigingen. Uitwerkingen en detailleringenwaren reeds nodig in de schetsfase. Telkens moesteen beroep worden gedaan op de flexibiliteit van allebetrokkenen en de term `voortschrijdend inzicht'werd een gevleugeld begrip.T o e k o m s tHet project Gewild Wonen mag gezien worden alskatalysator in het denken over de toekomst van dereguliere woningbouw. Misschien wel als keerpuntin het steeds opnieuw initi?ren en herhalen van destandaard-rijenwoning, met als bouwsteen die een-gezinswoning met tuin op het zuiden. In een aan-bodmarkt die tendeert naar een vraagmarkt mag jeaannemen dat de consument kritischer wordt enzich wil onderscheiden. De standaardwoning raaktzodoende uit de tijd. De woningaanbieder zal reke-ning moeten houden met de wensen van de consu-ment. De seriematige bouw zal een vertaalslagmoeten maken om aan deze wensen te voldoen. Eennieuwe, consumentgerichte efficiency is noodzake-lijk.In Almere is gebleken dat de consument zich laatleiden door een aantal keuzemomenten. Omdat hijkon kiezen uit twintig verschillende projecten ginghij als het ware shoppen. Op zichzelf niet verkeerd,want zo werkt de markt ook in ander sectoren. Ach-tereenvolgensbepaaldehijzijnkeuzevoordelocatie,het volume, de indeling, het materiaal en ten slottede accessoires. In de meeste plannen was dit heelgoed mogelijk, tot de verschijningsvorm aan toe. Deles uit dit patroon zal moeten zijn dat de consumentwordt gefaciliteerd middels een eenduidig stappen-plan, dat bestaat uit de volgende stappen:1 voorkeur voor locatie en woonconcept;2 keuze uit verschillende woningbreedtes;3 keuze uit verschillende woonlagen en verdie-pingshoogten;4 keuze uit verschillende plattegronden;5 keuze uit verschillende materialen en optiesvoor accessoires.De producent van de woning doet er goed aan ombij alle keuzen het benodigde budget aan te geven,zodat de consument beslissingen kan nemen. Zo ishet mogelijk dat hij kiest voor meer volume (eengrotere woning) ten koste van de inrichting (bij-voorbeeld keuken en badkamer) en andersom.Omdat de voor de consument beschikbare tijd bij deBouwexpo 2001 veel te krap was ingeschat, ontston-den onvoorziene logistieke problemen. Het doel wasom voor de start van de bouw de woningen te latensamenstellen door de consument. Dit is op velemanieren geprobeerd, rechtstreeks door het bouw-bedrijf (de producent), door de ontwikkelaar, dooreen makelaar en bij sommige projecten door dearchitect. Met meer of minder succes, maar niet inalle situaties op tijd. De begeleiding van de consu-ment was niet altijd professioneel en afgestemd opeen adequate en slagvaardige begeleiding. Veelalwaren de totaalkosten nog niet duidelijk in beeldgebracht, wat voor de consument uiteraard hetbelangrijkste gegeven is. Ook hier kan de les bete-kenendateenwoonproductvoorafvolledigmoetzijnuitgekristalliseerd. Een pleidooi voor het gestan-daardiseerde woonproduct dus. De oplossing zalmoeten bestaan uit gecatalogiseerde en inzichtelijkeproductinformatie volgens het eerder genoemdestappenplan. De bij het project Gewild Wonen be-trokkenbouwersgevenaandatdeontwikkelingwijstnaar toepassing van montagebouw, alhoewel decijfers uitwijzen dat gietbouw het grootste aandeelhad in de bouwproductie. De vrees dat wild of gewildafbreuk doet aan de samenhang en de harmonie inhet straatbeeld, is ongegrond. Dit blijkt overduide-lijk uit het gebouwde resultaat in Almere. Er zijn velekrachten die een afglijden in chaotische en onge-wenste ontwikkelingen tegenhouden. Allereerst dewettelijke bepalingen zoals het bestemmingsplan enhet Bouwbesluit naast de door de gemeente vastge-stelde stedenbouwkundige randvoorwaarden. Daar-naast zullen architecten altijd het evenwicht zoekentussen samenhang en individualiteit. De bouwer zalbijdragen tot een zekere afstemming door te kiezenvoor een effici?nt bouwsysteem en inkoopbeleid.Maar vooral de klant zal ? al wordt hij geacht koningte zijn ? beducht zijn voor te grote afwijkingen, nietvoor zichzelf, laat staan voor zijn buren. A r c h i t e c t u u r & o n t w e r pWo n i n g b o u wcement 2001 812Project van Visser Bouw;ontwerp: UN Studio. Tentijde van de Bouwexpowaren nog maar enkele vandeze 48 `volumewoningen'verkocht. Alle keuzes zijn inhet voortraject daaromdoor de ontwikkelaargemaakt
Reacties