I IMATERIALEN IREPARATIEONDERHOUD EN REPARATIEVAN BETONCON8TRUCTIES(VI)REPARATIEMIDDELENirJ.G.A. van Hulst, Vakgroep Materiaal- en Bouwtechniek, DHV Raadgevend Ingenieursbureau, AmersfoortNa de bespreking van de fysische en chemische processen die bij schade aanbetonconstructies een rol spelen, is het nu de tijd in deze artikelenserie aandacht tebesteden aan de reparatiemiddelen die thans beschikbaar zijn. Vooropgesteld wordtdat reparatiemiddelen altijd moeten worden bezien in het licht van de specifiekeomstandigheden en de toe passenreparatiemethode. Algemeen geldende uitsprakenover de keuze van reparatiemiddelen worden daarom niet gedaan.In deze bijdrage wordt ingegaan opde diverse reparatiemiddelen die erop de markt zijn.Vooropgesteldwordt dat er omtrent hettoepassen van reparatiemiddelen voorbetonconstructies thans nog geen volle-dig inzicht bestaat in een aantal aspec-ten. Gedacht kan worden aan:- de voorbehandeling van de onder-grond en de wapening;- het optreden van fenomenen zoalsompoling van de wapening en re-al-kalisatie en de invloed ervan op dewijze waarop reparaties moeten wor-den uitgevoerd;- de eisen te stellen aan de reparatie enbeschermingsmiddelen in relatie toteen specifiek toepassingsgebied.Daarbij komtnogdatlokale omstandig-heden (microklimatologische omstan-digheden, bouwkundige en construc-tieve detaillering) van grote invloed zijnop het uiteindelijk te kiezen reparatie-middel, alsmede het feit dat de marktvan reparatiemiddelen omvangrijk ennog volop in beweging is.Deze onduidelijkheden zijn voor deCURaanleiding geweestomin 1986 eengrootschalig en langdurig onderzoek teiniti?ren, waarbij door middel van fun-damenteel onderzoek wordt nagegaanof bovengenoemde fenomenen optre-den en welke reparatiemethoden devoorkeur verdienen.In dit verband zullen in een veldonder-zoek reparaties worden uitgevoerd enbeschermlagen worden aangebrachtwaarbij gedurende een viertaljaren hetgedrag van het aangebrachte reparatie-middel eu/of coating wordt gevolgd.Dit onderzoek moet als een parameter-Cement 1988 nr. 1studieworden gezienenhoudt geenon-derzoek van de in Nederland gebruiktereparatiesystemen in.Het is uiteindelijkde bedoeling dat naaraanleiding van de resultaten van hetfundamenteel onderzoek en het veld-onderzoek CUR-Aanbevelingen wor-den opgesteld.Niettemin kunnen thans wel opmer-kingen worden gemaakt omtrent de ef-fectiviteit van de beschikbare reparatie-middelen en de randvoorwaarden vooreen zinvol gebruik ervan.Inditartikel komen devolgende repara-tiemiddelen aan de orde:- traditionele cement-zandmortels;- polymeer-gemodificeerde cement-zandmortels;- spuitbeton;- (zuivere) kunstharsmortels.Ingegaan wordt op de voor- en nadelenvan de verschillende reparatiemortelsen -methoden, mede in relatie tot deaard en omvang van de te herstellenschade.Het voorbehandelen van de wapeningwordt apart behandeld.Tot slot van deze inleiding een opmer-king: het toepassen van een bepaald re-paratie- of beschertningsmiddel kannooit los worden gezien van:a. de oorzaak van de schade;b. de omvang van de schade;c. de noodzaak van repareren in relatietot de economische en technische(rest)levensduur;d. de specifieke omstandigheden waar-onder de te repareren constructies ofhet constructiedeel zich bevindt.ReparatiemiddelenDe meest voorkomende schade inNederland aan gewapende betoncon-structies, blootgesteld aan atmosfe-rische omstandigheden, is wapenings-corrosie en vorst-dooizoutschade.Wapeningscorrosie wordt veroorzaaktdoor carbonatatie in combinatie meteen te geringe betondekking, ofonvol-doende kwaliteitvande dekking ofdoorchloriden die het beton zijn binnenge-drongen of van oorsprong af in hetbetonmengsel aanwezig waren. Deaanwezigheid van zuurstof en vocht isdaarbij essentieel.Reparatie van wapeningscorrosie be-staat over het algemeen uit het verwij-deren van het beschadigde beton,ontroesten van de wapening, aan-brengenvan een primeropdewapeningen opvullen van de gesaneerde plaatsmet reparatiemortels ofspuitbeton. Hetreparatiemiddel brengt de wapening ineensituatiewaarbij roestvorming wordtvoorkomen,hetzij omdat:- het reparatiemiddel alkalisch iswaar-door het in oplossing gaan vanFe-ionen wordt voorkomen. Diteffect wordt bereikt met cementge-bonden reparatiemortels, spuitbetonof wanneer een nieuwe dekkingwordt aangestort;hetzij omdat- het reparatiemiddel vocht- en zuur-stofdicht is. Hierdoor wordt tevensvoorkomen datschadelijkestoffen hetwapen?ngsstaal bereiken. Dit effectwordt bereikt bij kunststof-reparatie-mortels op.11IMATERIALEN1? Terugdringen van het carbona~tatiefront, ten gevolge vanmigratie van hydroxyl-ionen uit dereparatielllortel naar oud beton(re-alkalisatie)IREPARATIE'---:--\11111~c'r\ (aIOIiJ2! I 'wapening deels vrijhakken l,-,--_.....J.:-.~.--f-('(Het door fabrikanten voorgeschrevenvoorbehandelenvan dewapening meteen primer als onderdeel van een re-paratiesysteem is op deze gedachtevan het zuurstof- en vochtdicht af-sluiten van de wapening gebaseerd.Traditionele zand-cementmortelsBij reparaties van kleine omvangwordtdit type mortel incidenteel nog wel ge-bruikt; in de praktijkis gebleken dat de-ze mortels vaak een onvoldoende be-scherming bieden. Oorzaak hiervan isdat zand~cementrnortels uitvoerings-gevoelig zijn: om te voorkomen dat demortel verbrandt, moet de ondergondworden bevochtigd, terwijl een nabe-handeling noodzakelijk is omvoortijdi-ge uitdroging te voorkomen. Daarbijkomt dat een zorgvuldigesamenstellingnodig is om voldoende dichtheid te be-reiken in combinatie met voldoendeverwerkbaarheid.Het praktische nut van dit fenomeen is De uitvoeringsgevoeligheidis indezesi-dat bij het repareren van door carbona- tuatie minder, mede door het gebruiktatie ge?nitieerde wapeningscorrosie, de van een bekisting.wapening niet volledig behoeft te wor- Over het algemeen wordt gebruik ge-den vrijgehakt. maaktvanbeton meteenlagewater-ce-mentfactor, een (super)plastillceerderIn theorie zou zelfs bij het aanbrengen en een aangepaste korrelafmeting vanvan een dichte coating re-alkalisatie het toeslagmateriaal, terwijl om dekunnen optreden wanneer (dool' het vorstbestandheid te vergroten desge-aanbrengenvan deze coating) het in be- wenst een luchtbelvormer kan wordenton aanwezige pori?nwater met hy- toegepast.droxyl-ionen zichin de richting van hetbetonoppervlak beweegt. Deze veron- Bij herstel van chloride-ge?nitieerdederstelling is overigens van onderge- wapeningscorrosie kan bij gebruik vanschikt belang omdat bij ~ichte) wape- aangestortbetonofspuitbeton mogelijkningscorrosie door het aanbrengen van gebruik gemaakt worden van corrosie-een dichte coating het roestvormings- inhibitoren. Hieronderwordteenhulp-proces wordt voorkomen doordat toe- stofverstaan, waarvan calciumnitriet detredenvan zuurstofen vocht wordtver- meestvoorkomende is,die de aantastinghinderd. Uit een eerste globale bereke- van de passiveringslaag door chloridenning in het kader van het CUR-onder- voorkomen.zoek, is geconcludeerd dat bij reparatie Bij het roesten van de wapening ont-op positieve effecten van re-alkalisatie staan Fe2+ ionen, die als chloride-com-mag worden gerekend. plexwordenafgevoerd; bij de aanwezig-Ter beperking van de verhardingskrimp heid van nitriet ontstaat een afsluitendekan grof toeslagmateriaal worden toe- Aanstorten met betonmortels Fe20 3-laag.Voorwaardevoordeeffecti-gevoegd, waarbij er voor moet worden In het verlengde van reparaties met ce- viteit van deze inhibitor is dat er vol-gezorgd dat de maximale korrelgrootte mentgebonden mortels, die handmatig doende nitriet ter plaatse van de wape-niet meer dan 113 van de laagdikte van worden aangebracht, kunnen reparaties ning is en blijft. Het voordeel dat dezedemortelis.Eenprobleembij de uitvoe- door middel van het aanstorten van be- hulpstof biedt moge duidelijk zijn. Bijringvandergelijke,metgroftoeslagma- ton worden uitgevoerd. Over het alge- diep ingedrongen chloriden is het niettemal gevulde mortels is dat een te re- meen is er dan sprake van dikkere lagen nodig de gehele constructie te slopen,pareren plaats in opvuldiepte varieert. (> 30 mm) en grotere oppervlakken. maar kan een laag spuitbeton ofaange-Wanneer cementgebonden mortels stort beton met inhibitor worden aan~worden gebruikt bij het herstel van gebracht waarbij geaccepteerd wordtvorstschade verdient het aanbeveling dat in een deel van de constructie nogeen luchtbelvormer toe te passen. r----~~~~~~--------; chloriden aanwezig zijn. Bij migratie2 De bescherlllende werking van d hl d dcorrosie-inhibitoren in reparatie- van e c ori e naar e wapening wor-Re-alkalisatie mortels berust op binding van den deze door het nitriet geneutrali-Eenfenomeen dat bij het handmatig re- chloride-ionen die uit het oude beton seerd (fig. 2).pareren met cementgebonden produk- in de reparanelUortel binnendringen Opgemerkt wordt dat onderzoek naartenkanoptreden(maarookbiihetrepa- 1-------~-~----~-1de duurzaamheid van de werking van:J beton verontreinigd metreren met spuitbeton, of wanneer een chloride ~ deze inhibitoren zeker gewenst is.dichte coating op het betonoppervlak nieuwe laag beton metwordt aangebracht) is re-alkalisatie. corrosl,'eJnh,ibitor,I , ' Zand-cementmortel. polymeerOnder re-alkalisatie wordt verstaan het ---t gemodificeerdverschuiven van het carbonatatiefront Om de hiervoor genoemde problemenonder invloed van het migreren van N~ x cr! met betrekking tot de porositeit en dehydroxyl-ionen uit het nieuwe beton of a 1 uitvoeringsgevoeligheid het hoofd tede nieuwe mortel naar het oude beton, ? i kunnen bieden worden polymeren aanwaardoor de wapening opnieuw in een ci de zand-cementmortels toegevoegd.niet-gecarbonateerde zone komt te lig- I Dit betekent niet dat dan aan de ver-N02 11gen, een nieuwe passiveringslaag wordt ,_,_, _, -----+ werking en de nabehandelinggeen aan~gevormd en het roestvormingsproces dacht meer behoeft te worden geschon-(fi. 1) nieuwe laag beton kstopt tg. . en.12 Cement 1988 nr. 1Uitvoering van reparaties aan eenbetonconstructie met plaatselijkeschade, met gebrnik van eencementgebondenpol~eer-gemod?1ceerdereparatiemortel.Devoorkeur gaatuit naarkant-en-klareprodukten omdat hiermee de kans oponjuiste doseringen en mengverhou-dingen wordt geminimaliseerd.Als polymeren kunnen worden ge-bruikt: polyvinylchloride (pvc), polyvi-nylpropionaat (pvpr), copolymeren vanvoornoemde monomeren, styreenbuta-dieen (sb) en acrylaten. Met polyvinyla-cetaat (pvac) zijn slechte resultaten be-haald in verband met de verzepingsge-voeligheid van dit materiaal; overigenszijn ook enkele propionaten en acryla-ten gevoelig voor vochten kunnen der-halve verzepen.De veelheid van mortel en polymeer-toevoegingen leidt tot een grote variatiein eigenschappen. Ter illustratie toontonderstaand overzicht de spreiding ineigenschappen die in een Duits onder-zoek [10] op dertig reparatiemortels isvastgesteld:druksterkte: 14-69 N/mm2buigtreksterkte : 6-14 N/mm2E-modulus : 8-25 . 103N/mm2krimp: 0,3-2,0 mm/mhechtsterkte : 1,3-3,6 N/mm2lineaire uitzettingsco?ffici?nt :10-17' 1O-6/KUit dit onderzoek is gebleken dat repa-ratiemortels voor het opvullen van totop of voorbij de wapening weggehaktbeton en waarop normaliter een af-werklaag en coating wordt aangebracht,voldoen wanneer de hechtsterkte groteris dan 1,5 N/mm2 en de scheurwijdtetussen reparatiemortel en het betonontstaan ten gevolge van krimp, kleineris dan 50-100 !Xm.De mortels die aan deze eisen voldedenhadden gemiddeld de volgende eigen-schappen:druksterkte: 35 +/- 15 N/mm2buigtreksterkte : 9 +/- 1 N/mm2E-modulus : 18 +/- 6? 103N/mm2krimp: 0,8 +/- 0,3 mm/mhechtsterkte : 2 +/- 0,5 N/mm2lineaire uitzettingsco?ffici?nt:13 +/- 2 . 1O-6/KCement 1988 nr. 1Uit het onderzoek kon tevens wordengeconcludeerd dat mortels met eenbuigtreksterktekleiner dan 5 N/rnm.2niet voldeden; relatief grotere scheur-wijdten tussende reparatiemortelenhetbeton werden bij deze mortels waarge-nomen.SpuitbetonWanneer betonschadeveroorzaaktdoorwapeningscorrosie over grote opper-vlakken moet worden hersteld, is spuit-beton een veel voorkomend reparatie-middel. Voorplaatselijke, kleine repara-ties is spuitbeton niet rendabel.Door het spuiten onder hoge druk vaneen betonofmortel ontstaateenrepara-tielaag met een goede hechting op deondergrond.Spuitbeton kan als waterdicht en goedvorstbe.stand worden beschouwd. Ge-bleken is dat de uiteindelijke kwaliteitsterk samenhangtmet de vakbekwaam-heid van de spuiter en de omstandighe-den waaronder wordt gewerkt. Ditleidtsoms tot tegenvallende resultaten van-uit het oogpunt van dichtheid van demortel. Omdatmetverhoogde cement-gehaltes wordt gewerkt, wordt over hetalgemeen toch een goede resistentie te-gen de indringingvan agressieve stoffenof tegen de invloed van carbonatatieverkregen. In het laatste geval zal hetVoor reparatiesvan grotereomvang komtspuitbeton inaanmerking,waarbij tevens debetondekking kanworden vergroot.binnendringend CO2relatief.snel kun-nendiffunderen; op z'nweg door de be-tondekking ontmoet het CO2 echterveel Ca(OH)2 waardoor het carbonata-tieproces bij spuitbeton minder snelverloopt dan bij gestort beton.Ter verdere verbetering van de eigen-schappen van spuitbeton, met name dedichtheid, en ter beperking van de matevan terugslag van materiaal, worden opdit moment proeven genomen met toe-voegingen aan spuitbeton, zoals poly-meren en silica fume.Door het aanbrengenvan een extradik-ke laag spuitbeton(ofaangestort beton)zullen vochtfluctuaties in de betondek-king meer worden uitgedempt, waar-door de wapening beter wordt be-schermd; vanzelfsprekend betekent eengrotere dekking ook een langer trajectvoor agressieve stoffen alvorens deze dewapening bereiken.Bij het repareren van chloride-ge?niti-eerdewapeningscorrosie zal eengroteredekkingvanspuitbetondechloridecon-centratie ter plaatse van de wapeningdoen verminderen door migratie vanchloride-ionen, waardoor de wapeningmogelijk in een niet-kritische chloride-concentratie komt te liggen (fig. 3J.In september van vorigjaar is de CUR-13IMATERIALEN IREPARATIEUit een door BouwcentrumITNO uit-gevoerde multiclient onderzoek [6] isverder gebleken dat:- ten gevolge Van een onvoldoendevoorbehandelen van de ondergrondonthechting optreedt vooral omdatbij sommige kunstharsmortels dikkelagen aanleiding tot uitzakken geven.Een remedie lijkt het aanbrengen vaneen kunstharsmortel in meerdere la-gen, maar problemen ten aanzien vande hechting van de reparatielagen on-derling zijn dan echter niet uitgeslo~ten;- de aanvankelijk hoge sterkte vankunstharsmortel door veroudering(uv) snel en in sterke mate kan terug-lopen.OmpolingEenprobleemdatzichbij plaatselijkuit-gevoerde reparaties kan voordoen,is hetverschijnsel 'ompoling'.Daarwaar dewapening roest, is hetstaalanodisch(Fe2+-ionengaaninoplossing).Door het aanbrengenvan een reparatie-mortel wordt een verder in oplossinggaan van Fe2+-ionen verhinderd; dezeplaats wordt nu kathodisch.De plaatsenaan weerszijdenvan de oor-spronkelijke anode waren kathodisch:het staal werd daar beschermd door hetroesten van het staal aan de anode, on-danks het gegeven dat het staal in gecar-bonateerd beton ligt (kathodische be-scherming). Na de reparatie wordt hetstaal op deze plaatsen niet meer katho-disch beschermd en kan gaan roestenwaardoor naast de gerepareerde plaatseen nieuwe schade optreedt (fig. 4).Of de oorspronkelijke kathodischeplaatsen na reparatie anodisch worden,hangt onder meer afvan de afstand tus~sen kathode en anode. Eenzelfde beeldals geschetst in figuur 4 kan zich voor-doen op kleinere schaal en is weergege-ven in figuur 5. Ter plaatse van (1) roestde wapening (anode); ter plaatsevan (2),de kathode, treedt nog geen corrosie opten gevolgevan de kathodische bescher-ming door (1), ditondanks hetfeit datdewapening in gecarbonateerd beton ligt.Na reparatie is het mogelijk dat terplaastevan(2) anoden ontstaan,zodatdewapening aldaar gaat roesten en de re~paratiemortel wordt losgedrukt.Voorbehandelen vanwapeningHet voorbehandelen van de wapeningbij cementgebonden, met polymeergemodificeerde mortels wordt vaakgeadviseerd door leveranciers.De bij deze voorbehandeling gebruikteprimers zijn meestal epoxyharsen ofAanbeveling 11 'Spuitbeton' versche-nen,waarmeeinhetkadervande erken-ningsregeling voor betonreparatiebe-drijveneen bijdrage is geleverd tot detechnische aspecten van deze regeling.wapening-_.----...afsta~t betonoppervlakwapeningsstaafJ11verlaging van de chloride~concentratie in deI wapeningszone!~_I"9"t"f\ gerepareerde I/\ plek I\ 1\ /--- \--?--carbonatatie frontI~---kritj~~-he-ch-to-ride_(on(entratieII.nieuwe Iaa~beton/Oor reparatie5 Ompoling op kleinere schaal,waardoor de reparatiemortelnaderhand wordt afgedrukt'"P's "'''2F~-~ ~/d........-..., -~._.__ -------.:.-.-.-JKunstharsmortelsHet laatste decennium is naast het ge-bruik van al ofniet met polymeren ge-modificeerde zand-cementmortels hetgebruik van kunstharsmortels bij hethandmatig repareren van kleine opper-vlakken .sterk opgekomen. Inmiddels isalweer een kentering in het gebruikvanzuivere kunstharsmortels waarneem-baar, ten gunste van polymeer-gemodi-ficeerde cementgebonden mortels; nietin de laatste plaats is dit het gevolg vanproblemen die zich, relatiefkort na uit-voering van reparatie met kunsthars-mortels voordeden.f----~---~~-~~~~~_l Als bindmiddel van deze mortels wordt3 Verlaging van de chloride- voornamelijk gebruik gemaakt van. concentratie door migratie van epoxyharsen, acrylaten of polyuretha-chloride-ionen van het oude beton naar nen. Polyesterharsen worden vanwegef__d~e~r~ep=-~ar~a~t1~'e_m~o~r_t~el_~ -l hun verzepingsgevoeligheid niet meertoegepast.Bij het gebruik van dit type mortelswordt door de leverancier bijna altijdhet gebruik Van hechtprimer (voor ver-beteringvande hechting tussen de mor-tel ende betonnenondergrond)voorge-schreven en een anti-corrosief middelvoor de behandeling van de wapeninggeadviseerd. Aan het nut van anti-cor-rosieve middelen wordt getwijfeld: infeite zouden deze niet nodig zijn als deopbouw van de mortel zodanig is datruimten tussen de toeslagkorrels volle~dig met het (kunsthars) bindmiddel zijngevuld enderhalvepenetratievanvocht,zuurstof en agressieve stoffen nauwe-lijks mogelijk is.na reparatie Het gebruik van primers en anti-corro-I - - - - - - - - - - - - - - - - - j sieve middelen maken het gebruik van4 Ompoling van wapeningsstaal bij kunstharsmortel duur omdatde hande-plaatselijk uitgevoerde reparaties, I b d fwaardoor naast de uitgevoerde ingen ar ei sintensie zijn. De uitvoe-reparatie een uieuwe schadeplaats ring is nogal kritisch omdat 'nat-in-nat'ontstaat moet worden gewerkt.De genoemde problemen bij het ge-bruikvan kunstharsmortels hebben metname betrekking op onvoldoendehechting. De oorzaak daarvan moetwaarschijnlijk gezocht worden in hetfeit dat de primers in de vorm van dis-pergeermiddelen worden aangeboden:naverdwijnenvan het oplosmiddel blij-ven de overige bestanddelen als een fil-ter achter en zijn soms gevoelig voorvocht.Problemen zijn ook te herleiden tot het(vaak grote) verschil in uitzettingsco?f-fici?nt van de betonnen ondergrond enf------------------4 de kunstharsreparatiemortel: onder in-vloed van thermische bewegingen vande ondergrond treedt verlies van hech-ting op.14 Cement 1988 nr. 1dispersies met minerale vulstoffen. De-ze voorbehandeling kan noodzakelijkzijn uit oogpunt van:- verbetering van de hechting tussenmortel en wapening. Hiertoe dientmen dan ook nog in de natte primerkwartskorrels te strooien;- anti-corrosieve werking.Het is devraag ofbij het aanbrengenvaneen primer op de wapening dehechtingtussenmortelenbetonnaastdeblootge-hakte wapening nadelig wordt be?n-vloed; hetis namelijkonmogelijkde be-tonnen ondergrond niet te raken metdeprimer. Tevens moet een vraagtekenworden gezetbij deveronderstellingdatmet de primer de wapening volledigwordt afgesloten van zuurstofen vocht:immers pinholes (ten gevolge van hetverdwijnen van oplosmiddelen) en zgn'heilige dagen' in de primerlaag zullenten enenmale voorkomen.Het voordeel van het gebruik van pri-mers op basis van een dispersie van mi-nerale vulstoffen boven die op basis vanepoxyharsen, is de geringere vochtge-vo.eligheid~ ~aar~oor ook de.uitvoeringmJllder kritiSch iS. De laagdikte van deprimers met minerale vulstoffen be-draagt circa 1 mm (ribben van het wa-peningsstaal vaak niet meer zichtbaar),die van expoyprimers 0,3-0,6 mm.In die gevallen waarinwapeningscorro-sie moet worden gerepareerd die doorcarbonatatie is ontstaan, doet zich devraag voor hoever de wapening moetworden blootgelegd: om het ontroestengoed mogelijk te maken en eventueeleen primer te kunnen aanbrengen ver-dient het voorkeur de wapening zoveelmogelijk vrij te hakken. Ditlevert bij deuitvoering problemen op en is duurderdan de situatiewaarbij dewapening nogvoor eendeel ingebed kan blijvenliggenin het (gecarbonateerde) beton.Het voorbehandelen van de wapening,gekoppeld aan het type te gebruiken re-paratiemortel, is derhalve een van de inCUR-verband uit te voeren basisonder-zoeken.RECTIFICATIECement 1988 nr. 1ConclusiesWanneer relatief kleinere reparatiesmoeten worden uitgevoerd, wordt opdit moment de voorkeur gegeven aanhet gebruik van (kant-en-klare) poly-meer gemodificeerde, 'cementgebon-den mortels.Nagegaan moet worden of het toege-voegde polymeer vochtgevoelig en on-verzeepbaar is. Het sanerenvan de te re-pareren plek mOet zodanig gebeurendat gevaar voor ompoling van de wape-ning wordt voorkomen, wat betekentdat de omvang van de reparatie groterzal zijn dan uit het oogpunt van degrootte van de schadeplaats strikt nood-zakelijk is.Bij het uitvoeren van grote reparatieskomt spuitbeton of het aanstorten metbeton(eventueel metaangepaste korrel-afmeting) het meest in aanmerk?ng.In een aantal gevallen zal het gerepa-reerde oppervlakvan een coating ofverfworden voorzien, uit esthetische over-wegingen of omdat een dergelijke be-scherming deel uitmaakt van het repa-ratieplan. Op de waarde van oppervlak-tebehandelingen als onderdeel van eenreparatiemethode of als preventievemaatregelenwordt in hetvolgende arti-kel in deze serie nader ingegaan.Zoals in de inleiding reeds is aangege-ven, kunnen geen algemene uitsprakenworden gedaan over het gebruik van deverschillende reparatiemiddelen die opdit moment voorhanden zijn. Daarvoorzijn de specifieke omstandigheden zo-als:- detaillering van het te repareren on-derdeel in verband met vochttoetre-ding,- uitvoeringsomstandigheden,- atmosferische belasting, inclusieftemperatuur,- eigenschappen gebruikte materialen,- kennis en ervaring applicateur van tegrote invloed.NS w?lopIABSE-Congres in ParijsIn het artikel over het IABSE-Congres,2-4 september 1987 in Parijs, gepubli-ceerdin Cement 1987 nr. 12 onderde titel'Fransenmaken zichopvoordeEurope-se markt', is de Nederlandse Spoorwe-gen ten onrechtegeschaard onder de af-wezige Nederlandse instanties. De NSheeft op het congres een poster gepre-senteerd over het inschuiven van via-ducten zonder hulpbruggen. Doorziekte van de auteur, ir.J.e. Kuiper, wasechtergeenpersoonlijkevertegenwoor-diging op het Congres aanwezig.Dit houdt in dat een deugdelijk repara-tieplan moet worden opgesteld dat ge-baseerd is op de interpretatie van be-trouwbare inspectie- en onderzoekge-gevens.Teallen tijde blijftgeldendat betoncon-structies die, met inachtname van dehuidige normen en voorschriften, vak-bekwaam zijn ontworpen en uitge-voerd, geen correctief onderhoud be-hoeven enook nietbehoeven te wordengerepareerd gedurende de technischelevensduur van het object.Literatuur1. CUR-VB rapport 84-1, Corrosie vande wapening in gewapend betoncon-structies2. CUR-VB rapport 91, Reparaties vanbetonconstructies deel Il, pleisteren,aanstorten, spuiten3. CUR-VB rapport 110, Reparaties vanbetonconstructies deel UI: reparatie enbescherming door middel van kunst-harsen4. S&E publikatie 9, Betonschade, pre-ventie en herstel; Betonvereniging5. S&E publikatie 5, Reparaties aan be-tonconstructies; Betonvereniging6. Bouwcentrum/TNO, Onderzoekmet betrekking tot betonreparatiemor-tel voor dekkingsschade en hun gedragin de praktijk7. CUR rapport 86-1, Reparatie en be-scherming van beton; literatuurstudie,vraagpunten en kennis lacunes8 Concrete SocietyTechnical Report nr.26, Repair ofconcrete damages by rein-forcement corrosion9. FJGehring: Betoninstandsetzungs-systemen im Vergleich10. JNeisecke: Eigenschaften und Eig-nungsnachweis von Betonoverfl?chen-InstandsetzungssystemenJnry Betonprijs 1987In het artikel over de toekenning van deBetonprijs 1987 (Cement 1987 nr. 12),komt een onvolkomenheid voor. Bij devermelding Van dejuryleden op blz. 32is ??n jurylid onvermeld gebleven, nl.prof. ir. D. Dicke.Onze verontschuldigingen voor dezefouten.Redactie15
Reacties