A r c h i t e c t u u r & o n t w e r pStedenb ou wcement 2006 8 Nieuwe infrastructuur wordt in Nederland al voor eenbelangrijk deel ondergronds aangelegd. In de woning- enutiliteitsbouw is dit evenwel nog slechts sporadisch hetgeval. Hiervoor zijn verschillende, op zichzelf plausibeleredenen aan te voeren. Maar, waar een wil is, is een uit-weg. Dat bewijst de gemeente Arnhem, waar de laatstejaren verschillende ondergrondse utiliteitsgebouwen ingebruik zijn genomen. Het werkt bij de juiste mix vanmensen en motieven.Het bekendste project is zonder meer Arnhem Cen-traal, met een nieuwe transferhal waar alle ver-voersmodaliteiten samenkomen, een aantal kan-toortorens, een ondergrondse parkeergarage enfietsenstalling, een nieuw spoorviaduct en een auto-tunnel annex parkeergarage-inrit [1, 2]. De parkeer-garage en de autotunnel zijn weliswaar exponentenvan geaccepteerde ondergrondse oplossingen, maarbreken met de klassieke uitvoering (foto 1). Met dehieraan gekoppelde integrale leidingentunnelneemt de gemeente zelfs een voorschot op de toe-komst; alle kabels en leidingen zijn hierin gebun-deld, inclusief een ondergronds afvalsysteem.Echt vernieuwend was de ondergrondse uitbreidingvan de ArtEZ Hogeschool voor de Kunsten [3, 4].Iets vanzelfsprekender wellicht was het onder-gronds huisvesten van een expositieruimte van hetNederlands Watermuseum [5]. Het restaureren enaaneenschakelen van een historisch keldercomplexvoor algemeen gebruik ten slotte paste perfect inhet nieuwe gemeentelijke, ondergrondse beleid.B e s t u u r l i j k b e l e i dMarcel Robben, programmamanager bij de afde-ling Strategie van de Arnhemse Dienst Stadsont-wikkeling, speelt een actieve rol bij de gemeentelij-ke ondergrondse lobby. "Het aspect `intensiefruimtegebruik' is een logisch gevolg van het huidi-ge beleid van rijk en provincie. Dat verplicht degemeenten tot binnenstedelijk herstructureren entransformeren. Stedelijke uitleg (uitbreiding doornieuwbouw aan de randen van de bebouwde kom;red.) is daarbij niet aan de orde! Dit uitgangspunt isbijna synoniem aan `de ondergrond opzoeken'."Samen met zijn collega's vertaalt Robben het rijks-ONDERGRONDAANKAARTEN1 |Parkeergarage Arnhem Centraal; prettige verblijfsruimtefoto: Voermans van Bree fotografieA r c h i t e c t u u r & o n t w e r pStedenbou w10 cement 2006 8beleid naar lokaal beleid. "Arnhem doet veel onder-gronds en dat is telkens met goede redenenomkleed. We hebben geen specifiek beleid, geen`nota voor ondergronds bouwen/meervoudig ruim-tegebruik', die omschrijft hoeveel en waar het alle-maal mag en moet. Wel hebben we flankerendbeleid georganiseerd, waardoor de druk op binnen-stedelijke ontwikkeling zo groot wordt dat het eenonvermijdelijke oplossingsrichting wordt. Binnende gemeente ben ik vervolgens degene die demethoden van ondergronds bouwen, de kennisont-wikkeling daaromtrent en de relatie naar het Cen-trum Ondergronds Bouwen onderhoudt."I m a g oIn Nederland heeft ondergronds bouwen een imagovan duur, complex, vertragend en risicovol. Project-ontwikkelaars hebben daarom snel de neiging dezeoptie af te serveren. Robben: "We vallen te snelterug in traditionele patronen en durven het nogniet aan de verschillende aspecten tegen elkaar af tewegen. Ondergronds bouwen heeft zeker voorde-len, maar het gaat erom die voordelen aan het beginvan een project te kapitaliseren."In Arnhem is het recent een aantal keren gelukt allepartijen w?l de ondergrond in te krijgen."Kennelijkhebben we hier de juiste mix aan opdrachtgevers -marktpartijen dan wel personen in het maatschap-pelijk veld met durf, lef en creativiteit. Daarnaast iser een gemeente die ervoor openstaat, met flanke-rend beleid, die je eigenlijk ertoe dwingt omlaagdan wel omhoog te gaan. Bovendien heeft Arnhemverschillende geografische voordelen, zoals de geac-cidenteerde ligging en de nabijheid van de rivier. Aldeze factoren zorgen ervoor dat de ondergrondinderdaad wordt benut."B e p e r k i n g e n"Voor ArtEZ lag een bovengronds uitbreidingsplan,inclusief maquette, in de richting van de Rijn eigen-lijk helemaal klaar. Toen werd opeens de hoog-water-problematiek actueel, met als gevolg een verbod omnog in de rivierbedding te bouwen. Weliswaar lagslechts een heel klein stukje van de uitbreiding in dierivierbedding, maar het plan moest van Rijkswater-staat toch van tafel."Vervolgens kwam het ontwikkelingsproces in eenimpasse terecht. "Het betrof een markant gebouwvan architect Rietveld waar niet zomaar tegenaankon worden gebouwd. Tevens lag het tegen eenstuwwal aan, een beschermd stadsgezicht waar jeniet zomaar hoogbouw naast zet. De directeur vanArtEZ ? een particulier ? nam toen de beslissing deondergrond in te gaan. Samen met de architect en de2 |ArtEZ; tussen stuwwal enRijn ingeklemd3 |ExpositieruimteWatermuseum op ruim7 m onder maaiveldfoto: Voermans van BreefotografieA r c h i t e c t u u r & o n t w e r pStedenb ou wcement 2006 8 11gemeente, die ook enthousiast waren, is het geheleontwikkelingsproces toen in gang gezet. Zit je mettegengestelde belangen aan tafel, dan gebeurt hetgewoon niet! Je hebt een welwillende gemeentenodig die de vergunningen verleent, die uitzoekt hoehet met bijvoorbeeld de brandweer zit. Het is dejuiste mix in Arnhem die maakt dat het hier werkt.""Ondergronds bouwen ?s duurder, maar het is ookduurzamer en levert meer kwaliteit op. Er is eenstuwwal bewaard gebleven en er is een school uitge-breid, er is een leefomgeving gecre?erd waarin stu-denten bijna optimaal kunnen vertoeven. Het gaathier wel om fysieke inspanning, dus die omgevingmoet ook nog eens een gecontroleerd klimaat heb-ben. In de zomer bijvoorbeeld hebben ze er minderlast van de zon dan in het oude Rietveldgebouw!Men heeft zelfs lichtreducerende maatregelen moe-ten treffen, terwijl studenten er soms urenlangondergronds vertoeven (foto 2). Ook de studentenzijn dus bijgedraaid van hun aanvankelijke scepsis."Voor het Watermuseum lagen aan de ondergrondseoplossing evenzeer bovengrondse beperkingen tengrondslag. "Het park Sonsbeek, een landgoed dateen uitloper vormt van het nationaal park de HogeVeluwe, heeft een beschermde status. Het idee daareen Watermuseum te bouwen stond haaks op hetverbod bovengronds nieuw te bouwen. Toen is mengaan kijken naar welke functies zoal ondergrondskonden worden ondergebracht (foto 3). De bestaan-de bovengrondse gebouwen zijn uiteindelijk inge-richt als entree en tentoonstellingsruimte."V e r b i n d i n g e nBeide toepassingen, onderwijsgebouw en museum,worden al langer genoemd als ondergrondse moge-lijkheden. "Alle zaken waarbij je niet direct hetdaglicht nodig hebt, zijn per definitie ook onder-gronds te huisvesten. We proberen nu ruimtelijk deondergrond aan elkaar te knopen. Waar je ruimte-lijke (beeld)kwaliteit nastreeft in de bovengrond,moet je heel snel de vertaling naar de ondergrondmaken. Ondergrondse verbindingen aanbrengen isdaarentegen weer heel lastig. Je hebt bijvoorbeeldeen ontwikkelaar bovengronds die niets met deondergrond wil doen. Als je daar toch iets onder-gronds wilt doen, krijg je bijna een gebruikerscon-flict. Moet die bovengrondse ontwikkelaar meebeta-len aan een ondergrondse ontwikkeling? Ga je dieontwikkelingen vervolgens ook nog eens onderlingaan elkaar verknopen, dan cre?er je er een uitda-ging bij! In het kelderproject is het wel gelukt. Degemeente heeft deze, vaak ongebruikte ruimtesopgekocht en vervolgens ondergronds met elkaarverbonden (foto 4)."Op dit moment worden veel zaken nog met vergun-ningen geregeld. "Als je nu grond koopt, dan zitdaar de ondergrond bij in. Er zijn ook pachtcon-structies, recht van overpad en recht van energiege-bruik. Met al dergelijke kadastrale termen kun jehet momenteel wel regelen. Voor VROM zijn we nupilotproject ROO (ruimtelijke ordening onder-grond) om te kijken hoe we in de toekomst hiermeeom moeten gaan. Moet er bijvoorbeeld een 3D-bestemmingsplan komen, waarin de ondergrond ismeegenomen, of kun je de ondergrond heel goedvanuit het platte vlak beschrijven? We ontkomen erniet aan op een gegeven moment die ondergrondgewoon te gaan benoemen. Dan kunnen we met-een de chaos aan leidingen en rioleringen die wedaar tegenkomen ordenen."R i j n b o o gHet Masterplan Arnhem Centraal is het begin vaneengrootschaligeherstructurering.Recentverscheenalweer de achtste editie (2006) van de Nieuwe Kaartvan Arnhem. Op deze kaart worden in ??n oogop-slag de veranderingen in de (nabije) toekomst zicht-baar. Robben: "Arnhem Centraal is in feite fase 0; in2008 hopen we het eerste deel in gebruik te kunnennemen. Daarna wordt het gebied rondom de Koren-markt aangepakt en vervolgens komt Rijnboog aande orde (fig. 5). Deze zuidelijke rand van de binnen-stad is in de Tweede Wereldoorlog geheel verwoesten heeft nu de kenmerken van de `wederopbouw',zoals deels verouderde architectuur en functies; hetis geen verblijfsgebied. We willen hier heel veel `pro-gramma' in kwijt. Het stedenbouwkundig plan gaatuit van de openbare ruimte als drager: looproutes, deaansluiting van de binnenstad aan de Rijn, een4 |Historische kelderswachten nog op commer-ci?le uitbatingfoto: www.keldersarnhem.nlA r c h i t e c t u u r & o n t w e r pStedenbou w12 cement 2006 8haven. Als we dit alles willen verwezenlijken, danzullen we de ondergrond moeten benutten, op zijnminst met parkeergarages, kabels en leidingen."Het stedenbouwkundig plan is na een herdefinitieinmiddels door de gemeenteraad vastgesteld. "Watnu volgt is de doorvertaling, de detaillering, degesprekken met de projectontwikkelaars, de vier-kante meters programma die we in het gebied wil-len onderbrengen. Niet alleen parkeergarages, maarook schouwburg, bioscoop en winkels kunnen(deels) die ondergrond in."Het cultureel cluster is rondom het havengebiedgesitueerd. Dit gebied lijkt dan ook het meest intrek bij projectontwikkelaars. "Het mooiste isnatuurlijk zoveel mogelijk kubieke meters op zoweinig mogelijk vierkante meters. Dat betekentautomatisch de hoogte en de diepte in. Maar welkefuncties daadwerkelijk de ondergrond in gaan en inwelke mate, wordt per deelproject bekeken. Datkun je niet afdwingen. Bepalend is het tijdstip, hetschaalniveau waarop je dit doet. Doe je dat te vroeg,dan heb je het in feite nog nergens over. Naarmateje gaat afdalen vanuit het abstracte tot bijna projec-tenniveau, komt het moment dat je haalbaarheids-onderzoeken gaat uitvoeren: wat zijn de meerkos-ten, wat de voordelen? Dat is telkens weer eenzoektocht."P r o e f t u i n K l e e f s e W a a r dProcessen als bij Arnhem Centraal en Rijnboog zul-len we steeds vaker in Nederland terugzien. Rob-ben: "Voorheen lag het voor de hand uit te breidenaan de randen, de weilanden in. Die ruimtelijkeluxe hebben we echter niet meer. Nu ligt er de uit-daging van binnenstedelijke inbreidingen. Zodrade druk bovengronds te groot wordt, komt deondergrond vanzelf in beeld. Via het COB hebbenwe inmiddels genoeg technische kennis over onder-grondse infrastructuur. We weten dus dat onder-gronds bouwen mogelijk is. Zachtjes aan komt ookkennisontwikkeling op gang over andere toepas-singen, omdat projectontwikkelaars serieus naar deondergrond moeten kijken."Op termijn ziet Robben voor Arnhem nog meerondergrondse mogelijkheden. "Neem het bedrij-venterrein Kleefse Waard met de AKZO-haven: wezouden dat ouderwets integraal op maaiveld kun-nen uitgeven, maar we zien meer kansen. Die 15 mdiepe haven komt binnen een grote dijk droog teliggen. Daar zou je binnen een betonnen bakondergrondse functies kunnen onderbrengen, danwel meerlaagse ondergrondse opslag. De kade hierligt 3 m lager dan de rest van het gebied. Kun je datniet als maaiveld beschouwen en de rest van hetterrein `multilevel' opbouwen en bijvoorbeeld eenkunstmatig maaiveld cre?ren? Deze `proeftuin'hebben we samen met Habiforum opgezet. We zijnnu serieus aan het bekijken of we dit bedrijventer-rein innovatiever kunnen gebruiken en duurzamerinrichten dan we tot op heden in Nederland gewendzijn.""Als overheid hierin sturen is lastig. Wij hebbentoevallig dit terrein opgekocht en zijn hier leidend.Als je wilt dat een terrein op een goede manierwordt ingericht, dan is er maar ??n mogelijkheid:eigendom verwerven. Je kunt de grond die je uit-geeft maar ??n keer gebruiken en vervolgens ben jehet minimaal vijftig jaar kwijt. Dat zou je in al jeberekeningen eens moeten meewegen." nHenk WapperomL i t e r a t u u r1. Koster, Egbert, Hybride architectuur. Cement2000 nr. 2.2. Overbeek, J., J. Wegman en F. Loeffen, Parkeer-garage Arnhem Centraal, voorbij de vorm.Cement 2000 nr. 6.3. Herwijnen, F. van, J.J.W. Wolters en M.C.W.Kimenai, Bouwkuip naast de Rijn; Ondergrond-se uitbreiding Hogeschool voor de KunstenArnhem. Cement 2003 nr. 5.4. Laarhoven, H. van, Beton als decorstuk. Cement2005 nr. 6.5. Nijsse, R., C.H.M. Winkels en G.A. Lebbink,Het Nederlands Watermuseum in Arnhem.Cement 2002 nr. 2.5 |Deel van de NieuweKaart van Arnhem
Reacties