A r c h i t e c t u u r & o n t w e r pU t i l i tei t sb o u wcement 2008 4 9prof.ir. R. Nijsse, TU Delft, fac. Bouwkunde/ABT advi-seurs in bouwtechniekHet mystieke, door de wereldberoemde architect LeCorbusier voor Philips ontworpen paviljoen voor deWereldtentoonstelling van 1958 in Brussel (foto 1), washet eerste gebouw ter wereld waarin een beeld- engeluidshow werd gecombineerd met architectuur. Na deWereldtentoonstelling werd het afgebroken, maar sinds-dien leeft de wens het paviljoen te herbouwen. In 2006 en2007 is een studie gedaan naar hoe het gebouw indertijdis gebouwd en hoe het, anno nu, effici?nter zou kunnenworden gerealiseerd.Het verhaal van het paviljoen begint met de wens vanhet elektronicaconcern Philips om een indrukwek-kende presentatie te geven op de Wereldtentoonstel-ling in Brussel. De directeur voor `artistic affairs' - mr.L.C. Kalff - wordt verantwoordelijk gemaakt voor hetontwerpproces en de resultaten. Hij besluit opdrachtte geven aan de beroemdste architect van die periode,de Fransman Le Corbusier. Deze laatste ziet in dezeopdracht de kans een, wat in het Duits zo mooi heet`Gesamt Kunstwerk', te ontwerpen; een gebouw/kunstwerk dat een beroep doet op alle zintuigen.Geassisteerd door Iannis Xenakis (later een beroemdmodernmusicus!)ontwerptLeCorbusierhetgebouw,besteedt aandacht aan de verlichting, de beeldprojec-ties en de geluidshow en betrekt de componist EdgarVarese erbij voor de (zeer) moderne muziek. Le Cor-busier cre?ert een vorm die gedicteerd wordt dooreen aantal hyperparabolo?de vlakken die op elkaaraansluiten en zodoende het gebouw vormen. In plat-tegrond noemt Le Corbusier het gebouw `l'estomac'Opnieuw Bouwen;Le Corbusier's Wereldtentoonstellingsgebouw van Brussel, 1958LE PO?ME?LECTRONIQUESE R?P?TE 1 |Le Corbusier (de manmet de hoed) bezoekthet paviljoen Le Po?me?lectronique in 1958A r c h i t e c t u u r & o n t w e r pU t i l i tei t sb o u w10 cement 2008 4(de maag), alwaar de bezoekers als het ware `verteerd'zullen worden gedurende een circa zeven minutendurende, intense ervaring met licht, beeld en geluid.D e b o u wDoor onder meer de Franse firma Eiffel, bekendvan de toren in Parijs, en de TU Delft wordt gestu-deerd op methoden om dit ongewoon vormgegevengebouw te kunnen bouwen. Omdat de tijd maarverstrijkt, zonder dat er een concreet voorstel komt,groeit de behoefte aan een aannemer die het wilbouwen (en ook aan de wetenschap hoeveel het zalgaan kosten.....). Dit leidt tot onderhandelingen metde Belgische aannemer Strabed, vertegenwoordigddoor hun hoofdingenieur, ir. H.C. Duyster. Dezeneemt de beslissing, mede gedwongen door dekorte resterende tijd, om het gebouw op een zeerdirecte maar complexe wijze te realiseren. Op doorcement gestabiliseerde zandhopen in de werkplaatsworden de hyperparabolo?de vlakken in de correctevorm gestort en na verharden in kleine elementenverdeeld (foto 3). Bedenk wel dat arbeid in die tijdnog goedkoop is. De dikte van de betonnen vlakkenis slechts 50 mm!Op de bouwplaats worden alle kleine elementen weertot het hele schaalvlak samengevoegd, rustend op eenstalen framewerk (foto 4). Op de positie waar tweevlakken elkaar ontmoeten, worden deze vlakken aanelkaar vastgestort met een betonnen massieve staaf?400 mm. Door stalen kabels in twee vlakken(binnen en buiten) aan te spannen, worden devlakken aan elkaar geklemd tot ??n monoliet vlak.Later wordt het beton met zilververf gekleurd en debinnenkant bekleed met een asbest (sic) plafond.Ongeveer 2000 prefab betonnen elementen wordenop deze wijze voor de hypparvlakken vervaardigd.Het werk begint in juli 1957 en wordt in juni 1958opgeleverd. Heel snel dus maar wel een maand n? deopening van de Wereldtentoonstelling op 2 mei 1958.Het Philips paviljoen is echter niet het enige pavil-joen dat te laat wordt opgeleverd; er zijn er meer.Het Philips paviljoen is een enorm succes. Alhoewelde zeer moderne muziek en experimentele beeldeneen paar afstotende reacties oproepen, trekt het zo'n300 000 bezoekers. Men zou kunnen zeggen dat hetpaviljoen het eerste gebouw ter wereld is waarinArchitectuur, Muziek en Beeld worden gecombi-neerd in een totaalervaring (foto 5). Eigenlijk vindende videoclips die wij tegenwoordig op de televisie zienhun voorganger in Le Po?me ?lectronique.De bedoeling is dat het paviljoen na de Wereldten-toonstelling zal worden afgebroken. Ondanks eenpaar halfslachtige pogingen het te behouden, wordthet gebouw op 30 januari 1959 om 14.00 uur metdynamiet opgeblazen. Vanaf die tijd gaat het pavil-joen in de architectuurboeken en publicaties eenmystiek leven leiden, wat er in resulteert dat het2 |Schetsen van de archi-tect waarin de opbouwvan het paviljoen wordtuitgelegd3 |Het in de werkplaatsstorten van de betonnenpanelen op met cementgestabiliseerde zandho-pen4 |Samenstellen van hetpaviljoen op een stalensteigerwerkA r c h i t e c t u u r & o n t w e r pU t i l i tei t sb o u wcement 2008 4 11gebouw een icoon voor de Moderne Architectuurbegint te worden. Pogingen het te herbouwen wordendan ook op diverse plaatsen in de wereld overwogen,maar nooit gerealiseerd.S t u d i e n a a r m o g e l i j k e h e r b o u wIn 2004 werden in Eindhoven initiatieven onderno-men om het Le Corbusier paviljoen te herbouwen.Aanleiding was dat een deel van de Eindhovense bin-nenstad (`De Strijp', in feite door Philips achtergela-ten terreinen) tot een bedrijventerrein voor de crea-tieve industrie werd gebombardeerd. Aan architectWessel de Jonge en het ingenieursbureau ABT werdopdracht gegeven de mogelijkheid tot herbouw, en,niet onbelangrijk, de kosten hiervan te onderzoeken.Eerst werd studie gedaan naar hoe het Philipspavil-joen indertijd is opgebouwd. Met behulp van inmid-dels over de hele wereld verspreide archieven ? Parijs,(Fondation Le Corbusier), Los Angeles (GuggenheimFoundation) en Eindhoven (Philips zelf) ? kon ditworden gereconstrueerd.Vervolgens werd de bedoelde vorm bestudeerd enmet een computermodel doorgerekend om tezien op welke manier het paviljoen tegenwoordighet effici?ntst te bouwen is. Hiertoe werd eeneindige-elementen computermodel opgebouwd(fig. 6). Interessant is dat in de jaren `50 alleeneenvoudige handberekeningen met formules enproeven met schaalmodellen mogelijk waren; eenwel haast onmogelijke manier om (be-)grip voorzo een complexe structuur te krijgen.De computerberekeningen toonden aan dat opsommige plekken de spanningen in de betonnenschaalvlakken hoge waardes bereiken. Vooral op dieplaatsen waar het dak min of meer vlak is, lopen debuigspanningen behoorlijk op. Ook in werkelijk-heid, tijdens de Wereldtentoonstelling, werd algeconstateerd dat deze punten behoorlijk vervorm-den en lekkages veroorzaakten. Deze spanningenleidden tot het besluit het beton niet, zoals in 1958,50 mm dik te maken, maar 100 mm.Nu de spanningen en vervormingen van het gebouwgoed konden worden berekend, kon ook goed wordennagedacht over bouwmethoden om het paviljoen opeen meer economische wijze op te bouwen. Vooralomdat de hiervoor omschreven oorspronkelijke wijzeheel arbeidsintensief en dus tegenwoordig zeer duurzou zijn. Natuurlijk zal een en ander met respect voorde uiterlijke verschijningsvorm van het gebouwmoeten plaatshebben. Na uitvoerige studie werdendrie bouwmethoden geselecteerd, waarmee, metrespect voor de architectuur van Le Corbusier, hetpaviljoen kan worden herbouwd.Variant 1: Ter plaatse gestorte betonnen schalenBij een uitvoering van de hypparschalen in terplaatse gestort beton moet met een bekisting en5 |Beelden uit de lichtshowdie op de binnenkant vanhet paviljoen werdengeprojecteerd (links) enEdgar Varese die muziekcomponeert in hetPhilips laboratorium(rechts)A r c h i t e c t u u r & o n t w e r pU t i l i tei t sb o u w12 cement 2008 4tegenbekisting worden gewerkt; anders zijn de com-plexe vormen niet te storten (fig. 8a). Door het betontussen twee kisten te storten kan wel worden gega-randeerd dat het bekistingsysteem goed en volledigmet beton is gevuld. Van belang is wel dat het betonzeer goed vloeibaar is tijdens het storten; de toepas-sing van hogesterkte- en dus supervloeibaar betonligt voor de hand.Dubbele bekistingsystemen zijn echter vanwege hetvele benodigde materiaal en de arbeid, erg kostbaar.De betondikte is op 100 mm gesteld en de hyppar-schalen moeten goed worden gewapend. De hoeken,randen waar de verschillende vlakken op elkaar aan-sluiten, worden gevormd door ter plaatse gestortemassieve betonnen staven ?400 mm, waardoor het-zelfde uiterlijk ontstaat als van het oorspronkelijkepaviljoen.Variant 2: Geprefabriceerde betonnen schalenDe verschillende hypparschalen kunnen ook alsgeprefabriceerde betonnen elementen worden ver-vaardigd (fig. 8b). Vanwege hun afmetingen zijn zeniet meer over de weg te vervoeren en transportmet een schip is op deze locatie helaas ook nietmogelijk. Daarom moeten ze, per stuk, op de bouw-plaats, horizontaal liggend op de grond wordenvervaardigd en vervolgens met een kraan op dejuiste positie worden gebracht. Overwogen is net6 |EEM computermodel vanhet Philips paviljoen7 |Deformaties en span-ningsniveaus zoals zemet het EEM computer-model zijn berekendA r c h i t e c t u u r & o n t w e r pU t i l i tei t sb o u wcement 2008 4 13als in 1958 op met zand gestabiliseerde heuvels testorten, maar een uitgetimmerde bekisting blijktgoedkoper. Ook de maatvoeringnauwkeurigheidvan houten bekisting is hoger.Na omhoog hijsen in de juiste positie worden deprefab hypparschalen verbonden met een zoge-noemde `natte knoop', die de twee aansluitendevlakken aan de betonnen buis ?400 mm vastzet.Deze buis is al van tevoren op de juiste locatiegemanoeuvreerd. De afmetingen van de prefab ele-menten etc. wijken niet af van variant 1.Variant 3: Staalskelet bekleed met een laag spuitbetonBij deze bouwwijze wordt een stalen frame opge-bouwd door stalen buizen ?300 mm in de hoeklij-nen van de vorm van het oorspronkelijke paviljoente plaatsen (fig. 8c). Tussen dit staketsel van stalenbuizen wordt dan, in elk vlak, met stalen HE-balkeneen hypparvlak beschreven, gelijk aan de hyppar-vlakken van de oorspronkelijke vorm van het Po?me?lectronique. Zoals bekend mag worden veronder-steld kan elk hypparvlak met twee stelsels, elkaarkruisende rechte lijnen worden beschreven. Op ditstelsel van stalen balken wordt een fijn net van staal? bijvoorbeeld strekmetaal ? bevestigd en daaropwordt met spuitbetontechnieken een laag van 50mm beton aangebracht. Interessant is te vermeldendat de ingenieurs van Eiffel, die in 1957 in eersteinstantie door Le Corbusier bij de ontwikkeling vanhet paviljoen waren betrokken, dezelfde techniekhadden voorgesteld.Van de vier mogelijke bouwwijzen zijn de bouwkos-ten berekend (bouwkosten, zonder interieur, licht-en beeldshow e.d., prijspeil mei 2006). Dit leidde tothet volgende overzicht:a. zoals gebouwd in 1958, kleine betonelementenmet spandraden geklemd: 5,4 miljoen.b. ter plaatse gestort met dubbele bekisting(variant 1): 4,2 miljoen.c. prefab schalen, gestort op de grond op de bouw-plaats (variant 2): 4,8 miljoen.d. stalen hyppar frames, spuitbeton (variant 3): 3,1 miljoen.Bij de TU Eindhoven is nog een studie naarherbouw verricht met een experimentele, verstel-bare bekisting. De bouwkosten hiervan zijn onge-veer gelijk aan de spuitbetonvariant.V e r v o l gDe resultaten van de studie naar mogelijke herbouwin Eindhoven zijn in juni 2007 tijdens een conferen-tie, die speciaal aan het paviljoen Le Po?me ?lectro-nique was gewijd, aan de opdrachtgever en ge?nte-resseerden uit de hele wereld gepresenteerd. Nadeze presentatie was er een paneldiscussie waar-voor niet alleen diverse experts op bouwgebiedwaren uitgenodigd, maar ook Le Corbusier-deskun-digen en een vertegenwoordiger van de FondationLe Corbusier, die de rechten van het werk van LeCorbusier beheert.Herbouw werd in principe goedgekeurd, met dienverstande dat de vorm en het uiterlijk van het pavil-joen, zowel van binnen als van buiten, moetenworden gerespecteerd.De opdrachtgever is op dit moment nog druk bezig defondsen te verwerven om het paviljoen van de Wereld-tentoonstelling van 1958 in volle glorie, dus met deoorspronkelijke licht- en geluidshow te herbouwen.Tevens is het de bedoeling dat het nieuw gebouwdePo?me ?lectronique als een ontwikkelcentrum voorbeeld gecombineerd met geluid zal gaan functione-ren.Hopelijk kan over een paar jaar het unieke experi-ment van Le Corbusier (architectuur en beeld) enVarese (muziek) worden herbeleefd. Een ervaring diedan kan worden gedeeld met de duizenden mensendie deze ervaring vijftig jaar geleden op de Wereldten-toonstelling in Brussel mochten ondergaan. n8 |Drie onderzochte uitvoe-ringsvarianten;a: ter plaatse gestort;b: geprefabriceerd;c: met staalskeletabc
Reacties