ir.Th.Mulder, voorzitter CUREen belangrijk kenmerk van het kennisnetwerk van CUR (Civieltechnisch Centrum Uit-voering Research en Regelgeving) is de vooral door kennisgebruikers aangestuurde engefinancierde programmering en uitvoering. Datkennisnetwerk is zeker de afgelopen vijf? tien jaar sterk in beweging geweest en zal dat naar verwachting de komende jaren ookblijven. Om op eenjuistewijze op nieuweontwikkelingen te kunnen inspelen, zal CUR zichdaarom steeds de vraag moeten stellen of doelstelling, taken en werkwijze nog voldoenaan de eisen die de maatschappij stelt.Daartoe wordt periodiek de positie van CUR bepaald, worden beelden over de toekomstgeschetst, waaruit een koers kan worden afgeleid. In het afgelopen jaar is de strategiebepaald voor hetjaar 2002, hetjaarwaarin CUR vijftigjaar zal bestaan. Op de afgelopenCUR-dag lichtte CUR-voorzitter ir.Th.Mulder deze strategie toe.KENNIS MAKENMET CURWerken aan de binnenstedelijke omgeving:het busstation in 's-HertogenboschCEMENT1997/6Het beleid van de 'grote verbreding' binnenCUR, van het smalle werkterrein van betonnaar het brede terrein van de civiele tech-niek,is duidelijk zichtbaar geworden. Wel ishierdoor in de afgelopen tien jaar bij zowelkennisvragers als eindgebruikers het gevoelontstaan, dat CUR in zijn onderdelen minderherkenbaar wordt.Waar bijvoorbeeld betononderzoek plaats-heeft zowel binnen de eigen vakdiscipline,als in een multidisciplinair programma (bijv.COB = Centrum Ondergronds Bouwen),wordt de kans op synergie nog onvoldoendeuitgebuit. Verheugend is het daarom de op-richting van de Programma Adviescommis~sie (PAC) Beton te kunnen melden. Een her-kenbare clustering binnen de matrixachtigeorganisatiestructuur van eURo Deze PAC Be-ton heeft als belangrijkste doelstelling deiniti?ring, co?rdinatie en overdrachtvan ken-nis op betongebied.Een eerste aanzet voor een soortgelijkecommissie op hetgebied van de Waterbouwis eveneens gegeven.Verhoging abstractieniveauMomenteel dringt zich nadrukkelijk de vraagop naar een nogverdere verbreding, of betergezegd een verhoging van het abstractieni-veau. Gedoeld wordt op een uitbreiding vande ori?ntatie van civieltechnischeconstruc-ties in enge zin naar een meer systeemach"tige benadering van bijvoorbeeld de infra-structuur of de binnenstedelijke omgeving.Hierbij wordt niet het bouwwerk als zodanigals startpunt genomen voor onderzoek enontwikkeling, maar hetsysteem waarvan hetbouwwerk deel uitmaakt. Op deze manierkomen ook andere oplossingen dan bouw-werken aan de orde.Dit betekent een toenemende vraag naarCUR-bemoeienis met beleidsrelevant on-derzoek en inschakeling bij maatschappelij-ke discussies. Dientengevolge lijkt de doel-groep opgerekt te worden van 'bedrijfsleven'naar 'maatschappij'.Daarbij zal de financiering een belangrijkpunt van aandacht zijn. De maatschappij alseerste belanghebbende is altijd in persoonmoeilijk aanspreekbaar. Dit probleem doetzich overigens al langer voor in het voor-schriftenwerk. De maatschappij vraagt eensteeds grotere inzet voor de realisatie vanvoorschriften, terwijl zowel de inhoud van devoorschriften als het proces van de tot-standkoming steeds complexer dreigt teworden. Daaraan dient een halt te wordentoegeroepen. Daarnaast dient de voortdu-rende druk waaronder de financiering vanhet voorschriftenwerk staat te worden weg-genomen.57Het CUR-bestuur is daarom verheugd overhet besluit dat in de GWW-sector (Grond-,Water-en Wegenbouw) is genomen, om viade RAW-bestekken (RAW = Stichting Ratio"nalisatie en Automatisering Grond-, Water-en Wegenbouw) te gaan starten met de in-ningvan een bijdrage vooronderzoek en ont-wikkeling (0&0). Deze middelen kunnendan vooral worden ingezet voor onderzoek-en voorschriftenwerk, dat een zeer alge-meen belang dienten waarvoor dus niet di-rect een concrete marktpartij als belang-hebbende isaan te wijzen. Een eerste aan-zet in de B&U-sector (Burgerlijke- en Utili-teitsbouw) is inmiddels ook al gegeven.Wel moet hierbij worden gewaarschuwd voorde neiging die momenteel bij het O&O-fondsbestaat om dit positieve initiatief teniet tedoen, door dit bedrag, dat als extra impulsbedoeld was, te korten op de door haar ver-strekte bedragen. Het bedrijfsleven dientjuistnu niet te verzaken.KennismanagementMetbetrekkingtot het interne proces is in deafgelopen jaren het accent definitiefkomente liggen op het managen van de ontwikke-ling van kennis en op de integratie van on-derzoek, regelgeving en kennisoverdracht.Bij dit laatste wordt opgemerkt, dat de over-drachtvan verworven kennis naar de gebrui-kers een voorwaarde is voorelk uitte voerenonderzoek. Kennis die nietwordttoegepast,is immers niets waard.58Als gevolg hiervan worden hoge eisen ge-steld aan alle facetten van hetprojectmana-gement, in het bijzonder de zorg voor be-heersing van de kwaliteit en de financi?lemiddelen.De informatietechnologie (IT) wordt daarbijonlosmakelijk een deel van het CUR-werk-pakket, zowel wat betreft de inhoud van deprojecten als het bekend maken van en hetomgaan met nieuwe kennis, met inbegripvan kennissystemen, afsprakenstelsels enstandaardisatie van communicatie tussengeautomatiseerde data-uitwisseling. Eenpunt van aandacht hierbij is het beheer vandeze afsprakenstelsels en de ontwikkeldeprogrammatuur.Een belangrijk programma waarbinnen deinformatietechnologische infrastructuur invele facetten van de civiele techniek, metin-begrip van ruimtelijke ordening en milieu,alaandacht heeft gevraagd, is het investe-ringsprogramma LWI (Land Water Milieu In-formatietechnologie ).Een veranderende omgevingDe overheid heeft een reeks van beleids-voornemens geformuleerd, die voor de ko-mende jaren grote bouwstromen tot gevolgzullen hebben. Extra aandacht zal wordenbesteed aan het oplossen van problemenals ruimtedruk en ruimtekwaliteit, werkgele-genheid, milieu en bestuurlijke daadkracht.Dit alles betekent de ontwikkeling van fun-damenteel nieuwe concepten.Dieper de grond in: het project Beursplein inRotterdamHet karakter van het bouwproces zal ookveranderen door technische en maatschap"pelijke ontwikkelingen: globalisering, indus-trialisering, informatisering, maar ookmarktreguleringen, zoals erkenningsrege-lingen, regelingen voor mededinging en aan-bestedings-en contractvormen.Daarnaast zal het karakter van de bouwwer-ken zelfveranderen. Lagere milieubelasting,dieper de grond in, hoger de lucht in, meeruitgekiende ontwerpen, nieuwe materialene.d.Dathet niet bij voornemens blijft, is in deafgelopen tijd wel gebleken en heeft zichgeuit in het werkpakket van CUR het afgelo-pen jaar.BodemsaneringHet werkterrein van de technische onder-bouwing van onder meer Bouwbesluit enBouwstoffenbesluit breidt zich uit. Een be-langrijk voorbeeld is het Plan Bodembe-schermende Voorzieningen (PBV), van bo-demsanering toten met bijdragen aan dediscussie rond de planologische inrichtingvan Nederland.Reeds jaren is er sprake van sanering vanland- en waterbodems. Momenteel wordtjaarlijks voor f 1 miljard gesaneerd. Het isgebleken dat- op grond van de huidige regel-geving voor schone grond - het totaal aan tesaneren gebieden een omvang van f 150miljard heeft. Een dergelijk grote hoeveel-heid geld zal maatschappelijk niet op tebrengen zijn.Daarom zal nader onderzoek en ontwikke-lingnodigzijn voor nieuwe, goedkopere tech-nieken en zal er een discussie worden ge-voerd over de grenswaarde voor schone bo-dem.Het ICES-investeringsprogramma (In-terdepartementale Commissie Economi-sche Structuurversterking) NOBIS (Neder-lands Onderzoeksprogramma Biotechnolo-gischeln-Situ Sanering) levert momenteeleen belangrijke bijdrage. Voor een deelmaakten de daarbij betrokken kennisinstel-lingen, adviesbureaus, aannemers en diver-se overheidsinstanties deel uit van het net-werk van CUR. Door het NOBIS-programmais dit netwerk belangrijk uitgebreid.Duurzaam bouwenDe aandacht voor het milieu beperkt zichniet tot de ondergrond. Binnen het thema'Duurzaam bouwen' bestaatgrote aandachtvoor het op een zodanige wijze plannen, ont-werpen, bouwen en beheren van de beno-CEMENT1997/6digde constructies, datzeop een milieuver-antwoorde manier worden ingevoegd in na-tuur en landschap; daarbij zuinig omsprin~gend met energie en materialen en de hin~deren overlasttoteen minimumbeperkend.Als belangrijke voorbeelden kunnen wordengenoemd:? verantwoord toepassen van secundairegrondstoffen;? demontabel bouwen;? selectief slopen;? leidraden duurzaam en energiezuinig ont-werpen;? methode voor 'milieuwaardering';? brochure 'Duurzaam bouwen in de GWW-sector';? basispakket van Dubo-maatregelen voorde GWW-sector.De projecten in de GWW-sector worden uit-gevoerd in nauwe samenwerking metC.R.O.W (Stichting Centrum voor Regelge-ving en Onderzoek in de Grond-, Water- enWegenbouw en de Verkeerstechniek) enmet belangrijke bijdragen van Rijkswater-staat en het Ministerie van VROM.CURin 2002Hoe zal het kennisnetwerk van CUR er in2002 uit moeten zien, opdat zij op een actie-ve wijze haar rol kan spelen bij het oplossenvan de vragen die de maatschappij zal stel-len?Centraal staat de nauwe samenwerkingtus-sen hetbedrijfsleven, de overheid en de ken-nisinsteHingen. Partijen die gezamenlijkzorgdragen voor het realiseren en beherenvan de gebouwde omgeving. Kennis en fi-nanci?le middelen zullen daarbij een be-langrijke overdrachtsfunctie vervullen.Om daarbij een zo hoog mogelijk rendementte behalen zal men de vaardigheid moetenontwikkelen om zo optimaal mogelijk ge-bruikte maken van de beschikbare en teont-wikkelen kennis. Een structuur, een organi-satie, een centrum tussen kennisaanbie-ders enkennisgebruikers met inbegrip vanpublieke en private regelgevers lal daarbijeen noodzakelijke voorwaarde zijn. Op diewijze kansamenwerking, ??n van de belang-rijke kenmerken in alle fasen van het procesvan kennishuishouding, tot stand wordengebracht.Samenwerking, zowel op het gebied vankennis als op het gebied van de financi?lemiddelen. Hier lag in het verleden, maar zalin de toekomst steeds nadrukkelijker de toe-gevoegde waarde van CUR liggen.CUR: knooppunt in kennisinfrastructuurCEMENT1997/6Signalering van ontwikkelingenIn het vroegste stadium zullen ontwikkelin-gen moeten worden gesignaleerd, die kan-sen en bedreigingen vormen voor de bouwen de infrastructuur. Via innovatieforums ishet dan vervolgens mogelijk aanspreekpuntte zijn voor ontwikkelingen van innovatieveconcepten; een duidelijke platformfunctieals toegevoegde waarde, vaak startend opeen relatief hoog abstractieniveau (ken-nisthema's),maar metals doelstellingte ko-men tot een uitwerking in concrete projec-ten. Het verleden heeft ons namelijk almeerdere malen geleerd, dat substanti?leinnovaties hetmeest optimaal tot stand zijngekomen binnen projecten.Het hieruit voortkomende onderzoek zal or-ganisatorisch worden ondergebracht incommissies of in programma's (geclusterdeprojecten), die alle dezelfdekarakteristie-ken hebben. Tussen de aanpak, de uitvoe-ring, de afhandeling en het communicatie-traject van de kennisproducten zal een dui-delijke afstemming plaatshebben.Het ligt voor de hand dat de ervaringen bin-nen alle projecten en programma's wordenhergebruikt. In de praktijk van alledag ge-beurt dit al in belangrijke mate. Er is hiersprake van toegevoegde waarde in termenvan kennisuitwisseling en organiserend enprogrammerend vermogen.Objectieve informatieHet blijkt nog steeds, dat het van groot stra-tegisch belang is om een sterke koppeling teleggen tussen onderzoek en regelgeving.Naast de roep om een steeds bredere enmeer integrale aanpak blijft de vraag naarvoorschriften en CUR-Aanbevelingen uit-drukkelijk bestaan, mede als grondslag voorcertificering in de vorm van Beoordelings-richtlijnen. Partijen blijken in hun marketingen bij het verkrijgen van vergunningen veelbaat te hebben bij een objectief document,opgesteld dooreen onafhankelijke, neutraleinstantie. Verder blijkt er een (latente) vraagte zijn naar een compensatie voor het ver-minderen van het Bouwtoezicht.Hetbeleid is gericht op de versterking en uit-bouw van de positie van hetfenomeen CUR-Aanbeveling, mede in het kadervan formeleGelijkwaardigheidsbepalingen in het kadervan het Bouwbesluit en bedrijfs- en object-gerichte kwaliteitsbewaking.De ontwikkelingen op IT-gebied brengen metzich mee, dat informatie steeds makkelijkeren sneller ter beschikking komt. De ontwik-keling van (geautomatiseerde) informatie-systemen is dan ook een vanzelfsprekende,zo niet een noodzakelijke aanvulling voor pri-vate partijen om de concurrentiepositie tekunnen behouden, te versterken en uit tebouwen, en voor publieke partijen ten be-hoeve van voorbereiding, uitvoering enhandhaving van beleid.De toegankelijkheid van de gegevens, vooralvia Internet-toepassingen, neemt sterk toe.Verder dient zich een ontwikkeling aan,waarbij hetverwerken van gegevens en infor-matie om prioriteit vraagt, met daarbij denoodzaakom tot doelmatige en gestandaar-diseerde afsprakenstelsels te komen. Opdeze wijze wordt de gegevensoverdrachtver-zekerd in het gehele bouwproces, van con-ceptontwerp tot beheer.Het beleid van CUR is erop gericht om dezenieuwe mogelijkheden uit te buiten en debouw wegwijs te maken in het gebruik vandeze nieuwe technologie.?59
Reacties