ir. J.J.BJ.J.Bouvy erelid Stuvo en Stupr?Aan het eind van een lang gesprek met Bouvykomt, nadat we zijn doen en laten in groten-deels chronologische volgorde hebbendoorgenomen, het faillissement van de IBIS-groep ter sprake. 'Ik was 68 toen dat gebeur-de', zegt Bouvy, 'al driejaar niet meer bij dedagelijkse gang van zaken betrokken, wantde statuten voorzagen in het terugtreden opje 65-ste. Vanzelfsprekend had ik financi?lebelangen in het bedrijf en heb nog gepro-beerd mee te helpen om het tij te keren, maarjuist toen liet mijn gezondheid me een tijdlang in de steek. Het was onontkoombaar,IBIS was een kritisch bedrijf, in z'n opzet zeerdemocratisch en niet bang voor hobby's enexperimenten. Toppen en dalen hadden zichaltijd al afgetekend. Toen dan ook het econo-misch klimaat verslechterde eind jaren '70en IBIS een grote order miste die het bedrijfhad kunnen redden, betekende dat het ein-de. Het management had gefaald'.Na een korte onderbreking zegt hij: 'weetjedat Beukenholdt is doorgegaan en nu met 15man prima werk levert in het bedrijf Samaco,en dat BVN als algemeen ingenieursbureauweer op de markt is. Onder de oude naamen met Manhoudt en Van der N?et als direc-teuren. Daar ben ik werkelijk blij om'.Jim Bouvy kijkt vrolijker dan tevoren, eigen-lijk zoals de Nederlandse betonwereld hemkent; bescheiden en vriendelijk, een oudebekende, in de ware zin van het woord. Hijis een goed spreker en schrijver over datgenewat zijn werkzaam leven grotendeels heeftbeheerst, namelijk het voorgespannen be-ton. Bouvy behoort tot degenen die deze be-tontechniek vanuit Frankrijk in Nederlandhebben ge?mporteerd. Langdurige contac-ten met dat land zorgden ervoor dat hij onbe-rispelijk Frans spreekt.Stuvo en Stupr?Pas geleden, bij het 7e lustrumfeest van deSTUVO, is Bouvy benoemd tot erelid van devereniging. Niet lang daarna vierde de STU-PRE haar 5e lustrumfeest en benoemde Bou-vy eveneens tot erelid.Voor de STUVO hangt deze waardering nauwsamen met het naar Nederland brengen enverder ontwikkelen van het voorgespannenbeton. Bouvy behoort tot de drie initiatiefne-mers voor de oprichting van STUVO en hijwas vanaf het begin lid van deze vereniging,totdat hij in 1956 zijn plaats afstond aan eenvan de jongere ingenieurs van IBIS, te wetenVan der Vlugt.De opzet en werkwijze van de STUVO waarinvertegenwoordigers uit alle sectoren van hetvakgebied zijn betrokken, hebben v?rstrek-kende betekenis gehad voor het vereni-gingsleven in de betonwereld. Het bleek eenzeer bruikbare formule, die terecht navolgingheeft gevonden.Bouvy was ook vanaf de oprichting in 1959betrokken bij de studievereniging op het ge-bied van geprefabriceerd beton (STUPRE).Tien jaar na zijn komst werd hij voorzitter,wat hij tot 1976 is gebleven. Door zijn voor-zitterschap is hij gedurende die tijd ook be-stuurslid geweest van de Betonvereniging.Een belangrijk gebeuren uit de STUPRE-pe-riode is wel zijn medewerking geweest aanhet rapport 'Constructieve Verbindingen',dat zelfs door het Duitse Beton-Verlag alsEngels/Duits boek op de markt is gebracht.Zo is er terecht internationale belangstellingvoor een uitstekend Nederlands produkt.Het boek bevat een inventarisatie van allemogelijke en voorkomende verbindingen inde prefab-bouw. Nadat in commissiewerkdeze inventarisatie was voltooid, waaraandoor zeer velen was meegewerkt, hebbenBouvy en ing.E.J.Apol samen aan de handvan het commissiewerk het uiteindelijkeboek geschreven. Daarbij is ook een waarde-ringssysteem voor het beoordelen van deverbindingen ingevoerd. Juist dit laatste ver-hoogt de praktische bruikbaarheid van hetboek.Over het werk aan dit rapport zegt Bouvy,'Apol en ik kunnen voortreffelijk samenwer-ken, ook in de tijd dat hij secretaris en ik voor-zitter van de STUPRE was'.Door het STUVO-lidmaatschap is Bouvy be-trokken geraakt bij de FIP (Federation Inter-nationale de la Pr?contrainte). Namens STU-PRE werd hij lid van de commissie Prefabri-cage en naderhand voorzitter van de sub-commissie Segmental Constructions (brug-gen).Schrijven over het vakgebied is hem nietvreemd, getuige het boek Constructieve Ver-bindingen, verschillende artikelen in Ce-ment, alsmede zijn medewerking aan hetboek 'Compendium van het voorgespannenbeton'.Contacten met voorgespannen betonTerug nu naar het eerste oorlogsjaar waarin. Bouvy afstudeert (november). Hij treedt indienst van het Laboratorium voor Grondme-chanica onder Huizinga, met Josselin deJong, Starink en Plantema als jonge colle-ga's. In een uitwisseling met de Belgischetegenvoeter van het Laboratorium voorGrondmechanica, komen Starink en Bouvybij prof. De Beer in Gent terecht. Al gauwontstaan dan contacten met het in hetzelfdegebouw gevestigde laboratorium van Mag-nel, waar onderzoek op beton wordt verricht.En hier kwam Bouvy in contact met het voor-gespannen beton, wat een blijvende relatiezou opleveren.Nog tijdens de oorlog vertrekt Starink naarde STUP in Parijs met een introductie vanMagnel. Bouvy volgde hem vlak na de oorlog,in augustus 1945. STUP is de afkorting voorSoci?t? Technique pour l'Utilisation de laPr?contrainte. Technisch directeur was Eu-g?ne Freyssinet en Yves Guyon was hethoofd van de rekenafdeling. Na een eersteverkenning keert Bouvy terug bij de STUP,nu echter in opdracht van Van Hattum &Blan-kevoort, HBM en de Nederlandse Aanne-mingsmij. v/h Boersma. Zijn opdracht ismeer kennis over dit nieuwe materiaal te ver-zamelen en daarover te rapporteren. Een he-le reeks rapporten wordt vanuit Parijs naarNederland gestuurd. Later zal de groep op-drachtgevers zich uitbreiden tot 10.Bouvy doet veel ervaring op, ook in de prak-tijk zoals bij de Marnebrug te Luzancy en eenfabriek van vloerbalkjes in Orl?ans, waar het,zo herinnert hij zich nu nog, vreselijk warmwas, vanwege het versneld verharden doorstomen. Bouvy werkte ook als assistent-uit-voerder bij de brug over de Romanche in deRoute Nationale 91, bij Bourg d'Oisans. Overdeze brug komt men ook nu nog in Alped'Huez, bekend als wintersportplaats enetappe-plaats van de Tour de France.Begin 1947 komt een eind aan het werkenvoor de Groep van 10 als Bouvy in Nederlandeen agentschap voorde STUP begint, samenmet zijn oude schoolvriend F. de Koningh.CementXXXVI(1984)nr.9 573Hun compagnonschap krijgt de naam Inter-nationaal Bureau voor Industrie Service: IBISis geboren.IBISIBIS deed niet alleen aan voorgespannen be-ton en Bouvy praat enthousiast over de ont-wikkeling van woningbouwsystemen waar-toe A.A.S.Verwey in het compagnonschapwerd opgenomen, handel met Brazili? en desamenwerking met dr.ir.LSanders voor hetin exploitatie brengen van diens proc?d?voor het kleuren van betonoppervlakken.Bouvy hield zich bezig met het voorgespan-nen beton. De eerste werken in Nederlandwaren masten voor de elektrische bovenlei-ding van de trolleybussen in Arnhem, ge-maakt door NV Betondak, gevolgd door defabrieksloods van Duinker & Verruijt, de on-dergrondse parkeergarage van de KLM inDen Haag en elektrificatieportalen voor deSpoorwegen gemaakt door Duinker & Ver-ruijt.Opnieuw praat Bouvy enthousiast over hetwerken in die tijd, al ging het beslist niet vaneen leien dakje. Het duurde enkele jarenvoordat IBIS een bescheiden winst wist tebereiken.'Maar de belangstelling was groot en ik werdoveral in het land uitgenodigd om lezingente houden. Ook het werk werd allengs meeren in 1951-1952 kwamen ir.J.F.Herbschleb,ir.H.W.Westenberg en ir.B.W. van der VlugtIBIS versterken', aldus Bouvy. 'In de tijd vande E-55, de wereldtentoonstelling die in Rot-terdam werd gehouden, waren we zeer ac-tief. Met betonfabrieken en aannemers had-den we een stand met een olifant aan eenvoorgespannen galg die op een voorgespan-nen ligger danste. En op rijm werd uitgelegdwaarom die ligger niet brak'.De ontplooiing van IBIS aan het begin vande jaren '50 was mede mogelijk doordat na-mens STUP achterstallig octrooigeld opvoorspanstaal bij de Duitse staalindustriewerd ge?nd. Het geld dat IBIS toekwam gafhet bedrijf de nodige financi?le ruimte. Na-dien is in samenwerking met de STUP hetonafhankelijke Freyssinet-agentschap inD?sseldorf opgericht. Herbschleb heeft daarin het begin veel werk verzet.Steeds omvangrijker werd het onderdeel'ontwerp' en tot 1965 had IBIS een eigen ont-werpbureau. Niet alleen Nederlandse pro-jecten kwamen aan bod, zelfs heeft Van derVlugt de verankeringsmassieven van dehangbrug te Tancarville over de Seine bere-kend. En dat is maar ??n van de vele projec-ten waarmee het bureau bemoeienis had. Inde nauwe samenwerking met STUP wordt in1957 FITAC gevormd (de Freyssinet Interna-tional Advisory Committee) waarin 5 Europe-se landen participeren. Deze organisatie hadtot taak research en ontwikkeling te koppe-len en te stroomlijnen. Bouvy wordt voorzit-ter en Herbschleb secretaris. Ook nu roemtBouvy het vele werk dat zijn vriend JanHerbschleb hierin heeft verricht. 'Mede doorzijn inzet is de FITAC tot in dejaren '70 blijvenbestaan. Uiteindelijk hebben de Fransen dezaak getorpedeerd; ze raakten teveel uit huneerste positie', meent Bouvy.BVNIn 1965 wordt het ontwerpbureau losge-maakt uit IBIS om als onafhankelijk bureaubeter te kunnen optreden. BVN wordt opge-richt en geleid door Bouvy, Van der Vlugt enVan der Niet. Het kantoor is gevestigd op dehoek van de Scheveningse boulevard, eenunieke situering. De Koningh blijft directeurvan IBIS.De belangen van IBIS in het buitenland zijntalrijk geweest. Er waren agentschappen inZuid-Afrika, Pakistan, Isra?l, Turkije en Indo-nesi?. Verder waren er contacten in Mozam-bique, Zambia en Cyprus. Ook hier gold deuitdrukking 'de wereld is ons werkterrein'.BVN heeft tot 1979 belangen gehad inNoord-Amerika, in de joint-venture BVN/STSInc., gevestigd te Indianapolis.CementBouvy is intussen 70 jaar oud en - zoals deEngelsen zeggen - still going strong. Nooithebben wij als redactie Cement een vergeefsberoep gedaan op zijn medewerking. Tweevan zijn artikelen die in dit tijdschrift zijn ver-schenen fungeren als mijlpalen, namelijk deintroductie van het voorgespannen beton inhet allereerste nummer, onder de titel 'Hetbouwen in beton een stap vooruit' en het ar-tikel bij gelegenheid van het 25-jarig bestaanin 1974, getiteld '25 Jaar voorgespannen be-ton'. In het laatste bespreekt hij de ontwikke-lingen die in die periode hebben plaatsge-had, gelardeerd met eigen indrukken enzienswijzen; een in alle opzichten lezens-waardig artikel. En op de komende Betondagis Bouvy een van de sprekers, in het kadervan 'De toekomst van de prefabricage'.WaarderingPas als iemand ouder wordt, tekenen zijnverdiensten zich duidelijker af. De benoe-mingen tot erelid van STUVO en STUPREmoeten worden bezien als uitdrukking vanwaardering voor het vele werk van een be-scheiden en beminnelijk man. Bouvy waar-deert deze erkenning bijzonder, evenals hijveel waarde hecht aan de hem door Eug?neFreyssinet geschonken Freyssinet-medaille.De tekst van de bijbehorende brief luidt:Ch?r Monsieur Bouvy,Je vous prie d'accepter cette m?daille dereconnaissance de vos efforts pour la diffu-sion de mes id?es.Tr?s amicalement,Eug?ne Freyssinet.In een enkel woord kun je Bouvy misschienals volgt kenschetsen: een vriendelijk man,z'n leven lang bezig met voorgespannen be-ton, met een brede belangstelling voor watzich in het vakgebied en daarbuiten voor-doet. Hopelijk zullen we hem nog vele jarenin de betonwereld blijven ontmoeten.Bouvy als assistent-uitvoerder bij de bouwvan een voorgespannen brug bij Bourgd'Oisans (1946)P.L.SpitsCement XXXVI (1984) nr. 9 574
Reacties