C o n s t r u c t i e & u i t v o e r i n gB eto nte ch n o l o g i ecement 1999 344Dit artikel behandelt uitsluitendin het zicht gelaten ter plaatsegestort beton met het accent opeen glad, onbewerkt oppervlak.Het aspect gevelvervuiling / ver-oudering blijft buiten beschou-wing. Voor informatie daaroverzie literatuur [1 en 2].R a n d z o n e o f b e t o n h u i dOnderzoek van een snede doorbeton toont aan dat de samenstel-ling, structuur, pori?ngrootte en-verdeling van de randzone ver-schillen van die van de kern. DeDuitse Beton-Verein [3] definieertde randzone als de laag tussen deoppervlakte en de kern van hetbeton. De laagdikte is ongeveergelijk aan de helft van de maxi-male korrelafmeting. Kreijger [4]heeft hier uitgebreid onderzoeknaar gedaan en maakt een onder-scheid tussen de kern, de beton-huid (ongeveer 50 mm dik) en decementhuid (0,1 tot 0,3 mm dik).Met cementhuid verwijst hij naarde cementrijke oppervlaktelaagen elke laag in rechtstreeks con-tact met de grove granulaten ende wapening.De kwaliteit van de randzone ende oppervlakte, hangt af van desamenstelling, de dosering, hetmengen, de bekisting, het storten,het trillen en de nabehandeling.De verhardingsfase speelt een cru-ciale rol. Door het hogere cement-gehalte in de randzone zal dehydratatie gepaard gaan met meerwarmteontwikkeling en meer che-mische en plastische krimp. Tehoge temperatuur- en vochtgra-di?nten kunnen aanleiding geventot scheurvorming. De duurzaam-heid van het beton hangt inbelangrijke mate af van de perme-abiliteit van de randzone. Het feitdat in normaal dicht beton hetvochttransport (drogen en benat-ten) hoofdzakelijk plaatsvindt inde buitenste 20 mm bewijst hetbelang van die zone [5].O p p e r v l a k t e o f c e m e n t -h u i dSpecifiek voor een betonopper-vlak is het hoge cementgehalte.Figuur 1 geeft de samenstellingvan de betonhuid van drie beton-soorten. Hieruit leiden we af datvoor een beton waarvan de water-cementfactor varieert tussen 0,4en 0,5 en de granulaat-cement-verhouding tussen 4,5 en 5, deoppervlaktelaag als volgt issamengesteld:72% (10 % (V/V) cementsteen;23% (10 % (V/V) granulaten;6% ( 5% (V/V) lucht.Kreijger heeft dus gelijk als hijhet betonoppervlak cementhuidnoemt.KleurCement is een belangrijke kleur-bepaler van het betonoppervlak.Invloeden op hetuiterlijk van betonir. Jef Apers, Federatie van de Belgische Cementnijverheid (Febelcem), BrusselVerschillende ontwerpers hanteren het zichtbare beton als middel bij uitstekom hun ontwerpen te materialiseren. Het zichtbare beton vraagt echter spe-cifieke kennis. Recente projecten in Belgi? tonen aan dat die kennis onvol-doende aanwezig is. Febelcem heeft besloten ??n van haar volgende informa-tiebulletins in het kader van het Dossier Cement, te bestemmen aan dit onder-werp. Dit artikel vormt daartoe een aanzet met aanbevelingen en voorstellen.In de bergen van Oberrealta(CH) zal niemand zichzorgen maken over eeneventueel vlekkerigoppervlak van deze kapelarchitect: Rudolf Fontanafoto: G. Bekaert1 | Samenstelling betonhuidDe Nederlandse term schoonbeton wordt in het Vlaams nietgebruikt. Daar spreekt men overzichtbeton. In dit door eenBelgisch auteur geschreven arti-kel, wordt de term zichtbetongebruikt.C o n s t r u c t i e & u i t v o e r i n gB eto nte ch n o l o g i ecement 1999 3 45Licht dat op een oppervlak valt, is`wit licht'. Als het oppervlakbestanddelen van het opvallendelicht absorbeert, ontbrekenbepaalde golflengten in het gere-flecteerde licht. Dit gereflecteerdelicht wordt dan als gekleurd waar-genomen. Een betonoppervlak isnooit egaal van kleur. Het mense-lijk oog ziet de kleur- of grijstint-variaties door de combinatie vande waarneming van kleine vlakjesverdeeld volgens een raster [6] vanongeveer 1/50 mm. Voor jongbeton hangt de waarneming vanelk vlakje af van de aard en hetgehalte aan:- niet-gehydrateerd cement(portlandcement is donkerdernaarmate het meer ijzeroxidebevat; hoogovencement wordtlichter naarmate het meer slak-ken bevat);- gehydrateerd cement (cementwordt lichter in gehydrateerdevorm);- kalkuitslag (calciumcarbonaat).Tijdens de hydratatie komt`vrije kalk' terecht in het porie-water. Stilaan geraakt het laag-je water dat zich vormt tussende bekisting en de betonspecieverzadigd. Na ontkisten zal dekalk reageren met het kool-zuurgas uit de lucht en zich inde vorm van wit calciumcarbo-naat afzetten op het oppervlak.Dit proces duurt zolang hetoppervlak vochtig blijft en erkalk wordt aangevoerd vanuitde pori?n. Hoe compacter derandzone, hoe vlugger de aan-voer wordt stopgezet;- andere zeer fijne delen, de fijn-ste fractie van het zand, toe-voegsels of pigmenten.Bepalend voor de kleur van elkvlakje zijn tevens:- grootte van de deeltjes (kleine-re deeltjes zijn lichter);- 0ppervlakteruwheid van dedeeltjes (over het algemeenzijn ruwere deeltjes donkerder);- water-cementfactor (plaatsenmet een hogere wcf (dus hoge-re porositeit) zijn lichter vankleur, die met een lagere wcf(lagere porositeit of groterecompactheid) donkerder.Ook het aantal, de grootte en devorm van holtes, luchtbellen enpori?n en de mate waarin ze metwater zijn gevuld, spelen een rol.De homogeniteit van het betonzal toenemen naarmate de aardvan de bestanddelen en desamenstelling tijdens de verwer-king constant blijft en elke ont-menging vermeden wordt. Despecie moet dus voldoendesamenhang hebben die dooronzorgvuldig storten of trillenniet verstoord mag worden. Decontactbekisting heeft een con-stant absorptievermogen enmoet dicht zijn.TextuurDe aard van de contactbekistingen de eventuele bewerking vanhet oppervlak bepalen de textuur.Het bewerken van het oppervlakwordt hier buiten beschouwinggelaten [7, 8, 9]. Het meeste inhet zicht gelaten beton heeft eenglad oppervlak met eventueel eenaftekening van de naden, de voe-gen en de centerpengaten. Eenspecifieke oppervlaktestructuurkan bekomen worden door eenstructuurmat te bevestigen op decontactbekisting.S a m e n s t e l l i n g , a a n m a k e ne n t r a n s p o r tEen specie met te weinig of te veelsamenhang is te mijden. In hetene geval is er gevaar voor ont-menging, in het andere voor eenmoeilijke verwerking. Ideaal iseen krimparm beton met een lagewcf, een continue korrelverdelingen een voldoende hoog mortel-gehalte met genoeg fijne deeltjes.Met de norm NBN B15-001 alsbasis, zou zichtbeton als volgtkunnen worden voorgeschreven:Sterkteklasse: C25/30 of C30/37(indien beton in contact metbuiten);Milieuklasse: 2b (of 4b in zee-wateromgeving of 3 indienoppervlak in contact komt metdooizouten);Consistentieklasse: F3 (vergelijk-baar met consistentiegebied 3van de VBT), te bepalen door deaannemer naar gelang dichtheidvan wapening, stortmethode,verdichtingmethode enz.;Maximale korreldiameter: (deVBT spreekt over grootste korrel-afmeting) volgens de aanbeve-lingen van een in 1997 uitgege-ven `Merkblatt' van de DBV [8]moet de grootste korreldiameterbedragen:- 0,2 x de kleinste afmetingvan het te storten bouw-element,- tussenafstand van dewapeningsstaven,- betondekking.Aanvullende eisen:- gehalte, eigenschappen (enherkomst) van de verschillendebestanddelen blijven constant;- maximale wcf: 0,5;- minimaal cementgehalte:320 kg/m3;- de granulaten zijn zuiver, niet-ijzerhoudend en bevatten geenorganische bestanddelen;Een sprekende hoofdvorm,een egaal patina van kleuren textuur: het ministerievan Buitenlandse Zaken inBrazili?architect: Oscar Niemeyerfoto: Jef ApersC o n s t r u c t i e & u i t v o e r i n gB ek i s t i n g encement 1999 346- gehalte aan chloorionen< 0,4% van de cementmassa(geen chloorhoudende hulp-stoffen);- korrelverdeling continu;- gehalte aan fijne deeltjes(< 0,250 mm) tussen 400 en450 kg/m3, afhankelijk vanmaximale korrel.Plastificeerders en superplastifi-ceerders moeten eerst beproefdworden op het veroorzaken vankleurverschillen.Luchtbelvormers verminderenwel de kans op bleeding, maargeven aanleiding tot een toe-name van het aantal oppervlakte-pori?n. Ook de toevoeging vanvliegas kan oorzaak zijn vankleurverschillen.Voorafgaandelijk contact tussende betoncentrale, aannemer enarchitect is wenselijk. Er dienenafspraken gemaakt te wordenover het beoogde aspect (textuuren kleur), de transporttijd,doseernauwkeurigheid, eventu-ele aanvullende controles enz.De tijd tussen laden en lossenbedraagt hoogstens 60 min. Omde kans op ontmenging zo veelmogelijk te beperken gebeurt hettransport best met kleineretruckmixers.E i s e n a a n d e b e k i s t i n gBekistingsconstructieDe bekisting bestaat uit een con-tactbekisting bevestigd op eenondersteuning. Die constructieis meestal van staal of alumi-nium, eventueel in combinatiemet hout. De contactbekistingbepaalt de uiteindelijke vorm entextuur en be?nvloedt de kleurvan het oppervlak. Daarom moetde ontwerper het contactbekis-tingsmateriaal kiezen.ContactbekistingDe meest toegepaste materialenzijn planken (ruw of geschaafd,los of tot platen verzameld), mul-tiplexplaten (al dan niet gecoat),staal en kunststof. Mindergebruikt zijn hardboard, spaan-plaat en andere vezelmaterialen.De waterabsorptie is een belang-rijke parameter. Planken en nietgecoate multiplexplaten absorbe-ren een gedeelte van het aan-maakwater in het contactvlak.Indien de geabsorbeerde hoe-veelheid water beperkt is engelijkmatig verdeeld, is het effectpositief. De water-cementfactorvermindert waardoor de cement-huid sterker en duurzamerwordt en minder onderhevig aankrimp. Er zal dus ook mindergevaar zijn voor krimp- of haar-scheurtjes.De absorptie reduceert ook lichteontmengingen in het contactvlaken verhindert wolkvorming vanfijne deeltjes. Een ongelijkmatigabsorptievermogen leidt tot eenvariatie van de wcf en dus totkleurverschillen. Wanneer decontactbekisting een aantal keeris gebruikt, zullen de pori?ndichtslibben en vermindert deabsorptie. Daarom is vermen-ging van veel en minder vaakgebruikte platen te mijden. Testerk absorberende panelenmogen niet aangewend worden.Het gevaar is dat er te weinigwater overblijft in de cementhuidvoor de hydratatie en de huidgaat `verbranden'. De absorptiekan altijd tot een minimum her-leid worden door vooraf de con-tactbekisting goed nat te maken.Het gebruik van natte plankennaast drogere resulteert in afwij-kingen.Staal en kunststof zijn niet-absorberende materialen. Deabsorptie van multiplexplatenhangt af van de aangebrachtebeschermingslaag en haar duur-zaamheid. Een niet-absorberen-de plaat kan na een aantalgebruikscycli zwak absorbeer-baar worden. Geen of heel wei-nig waterabsorptie leidt tot eenzeer glad, glanzend, soms zelfsspiegelend oppervlak. Daarom isdeze contactbekisting zo geliefdbij architecten. Blootgesteld aande buitenlucht verdwijnt de spie-gelglans al snel. Door de hogewcf is de cementhuid meeronderhevig aan krimp. De kansop scheurvorming is dus groter.Door de gladheid zullen eventu-ele scheuren en kleurverschillenzichtbaarder zijn.De contactbekisting moet vol-doende sterk, stabiel en stijf zijn.Een slappe bekisting vervormtonder invloed van de speciedruken het trillen. Dit leidt tot ont-menging, plaatselijke afwijkin-gen en kleurverschillen. De con-tactbekisting moet ook zuiverzijn (elke onzuiverheid zal zichlater aftekenen) en maatvast(binnen de tolerantie).Alle planken of platen worden opdezelfde wijze gestockeerd enbezitten hetzelfde vochtgehalte.Villa te Bordeaux, kenmer-kend is de uitgebouwdemassa zwevend boven dehelling; een zo sterke vormdat onvolkomenhedenonbelangrijk zijnarchitect: Rem Koolhaasfoto: Hans WerlemannFelix Nussbaum museum teOsnabr?ck, overwegendgeslaagde uitvoeringarchitect: Daniel Liebeskindfoto: Christian RichtersC o n s t r u c t i e & u i t v o e r i n gB ek i s t i n g encement 1999 3 47Naden en voegenDe contactbekisting moet dichtzijn. Elk lek zal zich aftekenen ophet oppervlak. Afhankelijk vande grootte van het lek loopt erwater, cementpasta of mortel uit.In de cementhuid ter plaatse vaneen lekkende naad daalt de wcfen vermindert de hoeveelheidfijne deeltjes. Daardoor ontstaateen donkere strook met eenruwe en onregelmatige textuur.Deze aftekening is ontoelaatbaar.Daarom moeten de naden goedtegen elkaar aansluiten. Opennaden zonder achterhout (aan deachterzijde geen ligger of staan-der) zijn niet toegestaan.Zichtbeton zonder aftekeningvan de naden is haast onmoge-lijk, tenzij een stalen contactbe-kisting gebruikt wordt. Vandaardat het beter is om de afdruk vande naad op te nemen in hetgevelontwerp. Met het oog op dekostprijs is het voordelig om demaatvoering af te stemmen opde in de handel beschikbare stan-daardmaten.Een goed aangesloten open naadmet achterhout zal vlug dicht-slibben na infiltratie van watermet fijne deeltjes. Een homoge-ne en goede oppervlaktekwaliteitmet duidelijke aftekening zal hetresultaat zijn. Het is ook moge-lijk om de naad te vullen met eenelastisch materiaal, zoals eenstrip, schuimrubber of kit. Hetmateriaal moet wel uitstekendhechten, soepel zijn, verenigbaarmet het ontkistingsmiddel enalkalibestendig.Het gebruik van een profiellatleidt tot een meer uitgesprokenvormgeving. De lat moet eenvorm hebben die gemakkelijkontkist. Bij het ontkisten wordthet beste resultaat bereikt als delat in het beton blijft zitten. Hetverwijderen gebeurt gemakkelij-ker en met minder gevaar opafbrokkelingen als het houtgedroogd en gekrompen is.Voorwaarde is dat de lat maar netvast hangt aan de contactbekis-ting. Voor de betondekking moetrekening gehouden worden metde profieldiepte.Hoeknaden verdienen specialeaandacht. In de hoeken zijn dekrachten door het storten en hettrillen moeilijker met centerpen-nen op te vangen. Een specialedetaillering is nodig om te ver-hinderen dat de krachten denaden openduwen. Een hulp-middel is het voorzien van eenhoeklat of kunststofstrip. Hetbeste resultaat wordt bereikt meteen stalen bekisting met mini-maal afgeronde hoeken[11].Stortvoegen en hun aftekeningzijn niet te verhinderen. Er zijntwee mogelijkheden: de stort-voeg verbergen (bijvoorbeeld inde schaduwzone) of beklemto-nen door verdiepte profilering.Ter hoogte van de voeg is het ergmoeilijk om de krachten op tenemen en lekken te vermijden.Een handige oplossing bestaaterin om de bekisting te bevesti-gen aan het pas ontkiste betonele-ment. De aangespannen center-pennen door de bestaande center-pengaten houden de bekistingwel dicht. Deze methode be?n-vloedt de maatvoering van de afte-kening van de naden en de voe-gen. Dus hiermee moet op voor-hand rekening gehouden worden.Centerpengaten, afstandhoudersCenterpennen zijn nodig om dehorizontale speciedrukken op tevangen. Na het verwijderen vande centerpennen met de coni-sche eindstukken blijven er hol-ten over. Deze kunnen met spe-cie of met isolatie (minerale wol)opgevuld worden en afgeslotenmet afdekdopjes of ingelijmdevulpropjes.Het verschil tussen eenabsorberende houtenbekisting (boven) en eenniet-absorberende stalenbekisting (links)Maison Communale in Bech-Kleinmacher, Luxemburg,aanbouw in contrasterendzwart `basaltbeton'architect: Hermann & Valantinfoto: G.G. KirchnerC o n s t r u c t i e & u i t v o e r i n gB ek i s t i n g encement 1999 348De conusholten zodanig opvul-len met specie dat hun afteke-ning verdwijnt, is quasi onmoge-lijk. Het is aanbevelingswaardigom de afwerking en het patroonvan de conusholten op te nemenin het ontwerp.Het is spijtig dat de plaats van degaten, voorzien in de meestebestaande bekistingssystemen,louter is bepaald op basis van eeneffici?nte krachtsoverdracht zon-der aandacht voor de implicatieop de vormgeving. Cometal, deenige Belgische producent vanbekistingen, maakt hierop eenuitzondering. Zij heeft in haargamma panelen opgenomen,ge?nspireerd op de betonarchi-tectuur van Tadao Ando.Indien het bestek geen afteke-ning van conusholten toelaat,moeten de horizontale krachtendoor schoren tegen de bekisting-constructie opgevangen worden.OntkistingsmiddelenHet ontkistingsmiddel moetafgestemd zijn op het absorptie-vermogen van de contactbekis-ting. Een proef vooraf is wense-lijk. Voor een sterk-waterabsor-berende contactbekisting is eenolie-in-water-emulsie aan teraden. Voor de andere gevenminerale oli?n met oppervlakte-actieve stoffen en nieuwe midde-len op basis van was goede resul-taten [12, 13]. Aangebracht opniet-absorberende contactbekis-tingen moet het middel een`drogend' effect hebben [14].Een onjuist gebruik leidt tot vlek-ken en verschillen in grijstint.Met de hand aangebrachte mid-delen laten vaak veegsporen na.Vloeibare ontkistingsmiddelenworden best beneveld op debekisting en dan met een doekuitgewreven. Het product moetgelijkmatig en in een dunne laagaangebracht worden. Naarmatede laag dikker is, kan het vuil zichgemakkelijker vastzetten en laterkleven op het beton. Er is ook eentoenemend gevaar voor het ont-staan van oppervlaktepori?n.WapeningEr is een tendens naar slankereconstructies. Indien een slankeconstructie ook een grote lastmoet dragen impliceert dit eenhoog wapeningspercentage. Decombinatie van toenemendeslankheid en meer wapeningbemoeilijkt het storten en hettrillen. Er is dus meer kans opontmenging en dus op overdre-ven kleurverschillen en onregel-matigheden.De afstand tussen de wapenings-staven moet groter zijn dan demaximale korreldiameter.Afdrup van wachtstaven (stekwa-pening) op zichtbeton leidt totroestvlekken en moet dus verme-den worden. Roestdeeltjes op debekistingbodem afkomstig vande wapening zullen zich afteke-nen op het oppervlak. Er moetenvoldoende afstandhouders ge-plaatst worden, liefst in eencementgebonden materiaal.E i s e n a a n d e v e r w e r k i n gStortenAlleen arbeiders met voldoendekennis en ervaring kunnen dedelicate stortoperatie tot een goedeinde brengen. Een goed stort-plan en duidelijke afspraken metde betoncentrale over de trans-porttijd en de continu?teit van deleveringen zijn onontbeerlijk.De eerste speciehoeveelheid(ongeveer 300 liter) die uit dewagen komt, heeft meestal nietde vereiste samenstelling enwordt beter niet verwerkt. Destorthoogte dient beperkt te wor-den tot maximaal 1,5 m om over-dreven luchtinsluiting te vermij-den. De stortsnelheid is laag enconstant. Er wordt laagsgewijs(30 cm) of op vaste punten metbeperkte tussenafstand (van 1 tot1,5 m) gestort. Voor hoge wandenzo schrijft een Duits Merkblattvoor, is het interessant voorafeen 15 cm dikke laag uit plas-tisch, fijn beton te gieten. Hetbevat alleen fijne bestanddelenen heeft dezelfde wcf als de daar-op ingebrachte specie. Enerzijdsfungeert het als een soort `val-kussen', anderzijds zullen defijne deeltjes zich nestelen in hetcontactvlak en zo bijdragen tot dehomogeniteit van het oppervlak.Storten bij regenweer is niet toe-gestaan. Na het storten wordt debekisting bovenaan goed afge-dekt om insijpeling van regen inhet contactvlak te vermijden.TrillenTrillen is een moeilijke operatiedie de nodige kennis en ervaringvraagt. Eens in het beton moet detrilfrequentie van de naald con-stant blijven. De trilnaald wordtsnel ingeduwd, voldoende langin het beton gehouden en traaguitgehaald. De tussenafstand vande insteekpunten wordt gekozenin functie van het trilbereik (? 10x de grootste korrelafmeting) enzodanig dat de afstanden elkaardeels overlappen. Om de onder-linge lagen goed te vermengen ishet nodig om de trilnaald door testeken tot in de reeds getrildelaag. De vibraties die ontstaan inde bekisting of de wapening bijcontact met de trilnaald, leidentot ontmenging en kleurverschil-len. Aftekening van de wapeningop het oppervlak is hierdoorWoning te Esneux waarvanhet betonnen oppervlakmet profilering alsreferentie heeft gediendvoor de Haagse Schouwburgarchitect: Charles VandenhoveC o n s t r u c t i e & u i t v o e r i n gUit voeringcement 1999 3 49mogelijk. Het vermijden van tril-len is mogelijk met zelfverdich-tend beton. Zie de desbetreffen-de artikelen elders in dezeuitgave.OntkistenVaak blijft beton maar ??n dag inde bekisting. Een verlenging vandie periode zal de kwaliteitvan het zichtbeton bevorderen.Verschil in ontkistingstijd leidttot kleurverschillen en moet dusvermeden worden. Breekijzers ofandere werktuigen worden nietaangewend bij het ontkisten.Ontkiste elementen moeten na-behandeld worden en beschermdtegen stoten.NabehandelenNa ontkisting moet het opper-vlak beschermd worden tegenuitdroging. Dit is zeker nodig bijwarm, winderig weer en bij eenlage luchtvochtigheid.Besproeien met water of bedek-ken met folie leidt tot uitbloeiin-gen. Het is beter om op geringeafstand van het oppervlak nattezeilen of doeken te hangen [15].De opening moet bovenaan welafgesloten worden om lucht-circulatie (schouweffect) te ver-mijden.P l a n n e n , b e s t e k e nt o l e r a n t i e sDe bekistingsplannen en hetbestek moeten volledig zijn. Zijbevatten gegevens over degewenste vlakgeleding, zoals: deafmetingen van de contactbekis-ting, de plaats, soort en vorm vannaden en voegen, het profiel vande ribben en randen (scherp,afgeboord met hoeklat; breed-te?), de positie en soort van cen-terpennen met conische eind-stukken. Zij vermelden degewenste grijstint of kleur enmet betrekking tot de textuur deaard van de contactbekisting.Het bestek vereist dat vooraf-gaandelijk aan de werken eenproefstuk wordt gemaakt dat nagoedkeuring dient als referentie-monster. Het heeft een opper-vlak van minimum 1 m2. Een 2 mbrede, verdiepingshoge wand isechter een idealer proefstuk voorzowel de kleur, de textuur als degeleding (naden, conusholtenenz.). De vergelijking dient tegebeuren op een vooraf te bepa-len minimale afstand en onderidentieke omstandigheden. Debesteksbepalingen moeten welrealistisch zijn. Eisen zoals `vol-ledige homogeniteit', `volledigekleurgelijkheid', `zonder enigeuitbloeiingen en pori?n', zijnonuitvoerbaar en dus onaan-vaardbaar.Belgi? heeft geen norm metoppervlakte-eisen voor stortklaarbeton. Er bestaat wel een norm[16] voor architectonisch prefabbeton. Een interessante basisblijft het in 1975 gepubliceerdeCIB rapport nr. 24 [17]. De Fransenorm P18-503 `Surfaces et pare-ments de b?ton. El?ments d'iden-tification' is er op gebaseerd.Het `Handboek Bekistingen' vanStubeco geeft een goed overzichtvan de Nederlandse richtlijnen.Een Oostenrijkse norm [18] defi-nieert `Sichtbetonklassen' metdaaraan gekoppeld eisen in ver-band met kleur, textuur en opper-vlaktepori?n. Ook de DuitseBeton-Verein verwijst er naar inzijn Merkblatt over `Sichtbeton'.B e s l u i t e n a a n b e v e l i n g e nOntwerp, bestek, betonspecifica-tie, samenstelling, aanmaken enverwerken, al deze aspecten zijnbelangrijk en vormen crucialeschakels in het proces dat alseinddoel heeft zichtbeton te ver-krijgen dat beantwoordt aanesthetische en constructieveeisen. Het succes hangt af vanontwerper, ingenieur, aannemeren betoncentrale. Kennis enervaring en vooral de bereidheidtot samenwerking en het makenvan werkzame afspraken, vor-men de sleutels tot succes. sL i t e r a t u u r1. Kijk op gevels van beton,VNC 1984.2. Apers J, Gevelvervuiling,een beheersbaar proces,studiedag KVIV, 25-3-1990.3. Deutscher Beton-Verein,Betonoberfl?che ?Betonrandzone, DBV-Sachstandbericht 10/1996.4. Kreijger PC, Inhomogenityin concrete and its effect ondegradation: a review oftechnology; Proceedingsinternational conference onProtection of Concrete,Dundee, 1990.5. Duurzaamheid en onder-houd van betonconstructies,CUR rapport nr 172.6. Linder R., Poren, Lunkerund Holzeinschl?sse beiSichtbeton, Beschichtungs-und Nutzfl?chen, Betonwerk+ fertigteil-Technik, nr. 5 +nr 6, 1992.7. FeBe, technische aanbeve-lingen voor architectonischbeton, Brussel 1993.8. Memento van architectonischbeton, FeBe, Brussel 1996.9. Apers J, Architectonischbeton, studiedag genootschapCiviele Techniek, 19-3-1998,Antwerpen.10.Deutscher Beton-Verein,Sichtbeton, Merkblatt,maart 1997.11./12. Schoon beton, VNC, 1990.13. Deutscher BetonVerein,Trennmittel f?r Beton.14./15. Karsten Ebeling,Planungs- undAusf?hrungshinweise.Der aufgabenbereich desBetoningenieurs., BETON,4/9816.NBN B21-601 `Voorafvervaardigde architectonischeelementen van zichtbaarsierbeton'.17. CIB, Tolerances on blem-ishes of concrete, Reportno.24, 1973.18. ?NORM B 2211, `Betonund Stahlbetonarbeiten,Werkvertragsnorm, 07.86.
Reacties