De grote projecten in de infrastructuur worden steeds vaker als Design & Constructop de markt gezet. Dat vraagt in toenemende mate ook van de aannemers ontwerpcapaciteit. Binnen Heijmans Infra opereert daartoe een multidisciplinairingenieursbureau met 300 medewerkers, dat sinds vorig jaar de naam Breijn draagt.Guus Keusters is manager van de afdeling Grootschalige Infra van Breijn. Een constructeur pur sang, die nog altijd geniet als hij in de keet is. In het dossier Interviews vindt u alle interviews vanaf editie 2008/8.
Guus Keusters2200970interviewinterviewGuusKeustersAffiniteit met de uitvoering71CV"Mijn vader was architect. Dat zorgde ervoor dat ik bij mijnstudiekeuze twijfelde tussen Bouwkunde en Civiele techniek.Ik bezocht daarom beide open dagen en vond het bij Bouw-kunde een beetje chaotisch. Civiele techniek daarentegen wasredelijk gestructureerd. Bovendien stond daar de maquette vande Oosterschelde stormvloedkering, die op dat moment volopin aanbouw was. Dat vond ik echt geweldig. Dat project raaktemij zo ? ik ben er naderhand ook een aantal keer gaan kijken? dat mijn uiteindelijke keuze duidelijk was."Misschien toch be?nvloed door het vak van zijn vader, kiestKeusters vervolgens voor de specialisatie Utiliteitsbouw. Daarzijn het de constructieve vakken die hem het meest boeien,met voorop het college `Mechanica en constructies', gegevendoor professor Johan Blaauwendraad. "Bij UtiliteitsbouwNaam ir. Guus KeustersLeeftijd 44Opleiding TU Delft, Civiele techniekWerkgevers Grabowsky&Poort, DeltaMarine Consultants (HBW), HeijmansDe grote projecten in de infrastructuur worden steeds vaker als Design & Constructop de markt gezet. Dat vraagt in toenemende mate ook van de aannemersontwerpcapaciteit. Binnen Heijmans Infra opereert daartoe een multidisciplinairingenieursbureau met 300 medewerkers, dat sinds vorig jaar de naam Breijn draagt.Guus Keusters is manager van de afdeling Grootschalige Infra van Breijn. Eenconstructeur pur sang, die nog altijd geniet als hij in de keet is.22009hoorden ook nog wat bouwkundige vakken en afbouwcon-structies, maar die hadden voor mij toch wat minder inhoud."Ook zijn afstudeeronderwerp ? het gebruik van de gevel alsstabiliteitselement bij hoogbouw aan het Weena te Rotterdam? is puur constructief. Voorzitter van de afstudeercommissie isprofessor Arie Hogeslag.HoogbouwNa zijn afstuderen in 1989 begint hij bij het ingenieursbureauGrabowsky&Poort in Den Haag. Utiliteitsbouw, en hoogbouwin het bijzonder, staat dan centraal. Hij wordt er meteen `in hetdiepe gegooid'. "Ik werd aangesteld als constructeur, kreeg eenproject en moest gaan rekenen." Dat eerste project is HaagsePoort, het kantoor van Nationale Nederlanden dat over deUtrechtse baan is gebouwd. "Johan Galjaard was de projectlei-der en ik was de constructeur. Een heel groot project en vooralde overkluizing van de Utrechtse Baan was destijds heelbijzonder. Ook bij de uitvoering was ik volop betrokken."Vrij snel daarna `rolt' hij in de waterbouw en infrastructuur, alshij vanuit Grabowsky&Poort (nu Arcadis) voor Ballast Nedameen steiger in Maleisi? en later nog ??n in Indonesi? uitrekent.Hij werkt voor deze projecten ook een tijdje bij Ballast Nedamin Amstelveen op kantoor, en in Indonesi?. "Toen zag ik dat ikwaterbouw en infrastructuur eigenlijk leuker en uitdagendervond dan utiliteitsbouw. Ik had altijd al wat meer interessevoor constructieve aspecten dan voor bouwkundige aspecten.In de utiliteitsbouw werd ik eigenlijk alleen aangetrokken doorde hoogbouw, de grote constructies."foto: Peter de Koning2200972interviewHeijmansDe vrijheid die hij in Egypte had ondervonden, mist hij algauw na terugkomst in Nederland. Daarop besluit hij infebruari 1996 bij de Brabantse aannemer Heijmans te gaanwerken. Hij begint er als constructeur/ontwerper bij deKoninklijke Van Drunen, een werkmaatschappij vanHeijmans. "Van Drunen was net gestart met het opzetten vaneen eigen ontwerpafdeling, door in feite de afdelingenprojectvoorbereiding en engineering te combineren. Design& Construct was in opkomst, maar veel werk was nog traditi-oneel. Aanvankelijk hield ik me dan ook vooral bezig met hetontwerpen van tijdelijke constructies, zoals de evenwichts-constructie die bij de Tweede Stichtse Brug is gebruikt, maarook ondersteuningen en bouwkuipen. Een van mijn eersteprojecten ? een onderdoorgang in de Boezemweg voorProRail ? was in 1997 eigenlijk het eerste D&C-project datdoor ons werd aangenomen, voor welgeteld 15 miljoengulden. Ik was hiervan projectleider. Sindsdien is het heelhard gegaan en ben ik als ontwerpleider verantwoordelijkgeweest voor de ontwerpen van HSL Brabant Zuid en deAWZI Harnaschpolder. Nu zijn vrijwel alle grote projectenD&C."De opmars van D&C maakt dat aannemers meer ontwerpca-paciteit moeten gaan leveren, wat resulteert in het opzetten vaneigen ingenieursbureaus. "Toen ik bij Van Drunen begon,waren er misschien twee ontwerpers in dienst. Dat groeidelangzaam uit en op een gegeven moment werd `Projectvoorbe-reiding' binnen Van Drunen een zelfstandige ontwerpafdelingmet ongeveer 25 medewerkers, die zich uitsluitend nog en losvan de werkvoorbereiding met definitieve constructies enbouwkuipen bezighielden."BuitenlandHij besluit dan te solliciteren bij het ingenieursbureau van deHollandsche Beton- en Waterbouw (HBW), Delta MarineConsultants. Daar zwaait op dat moment professor CharlesVos de scepter. "Mijn sollicitatiegesprek met hem was echtbijzonder. Hij vroeg heel weinig en was vooral veel zelf aan hetvertellen. En aan het eind van het `gesprek' zei hij: `Het is goed.Kom maar.' Ik vermoed dat hij van tevoren al bij collega's vande TU Delft naar mij had ge?nformeerd."Anderhalf jaar werkt hij in Gouda. Aansluitend is hij ookanderhalf jaar gedetacheerd bij zusterbedrijf Interbeton, waar-voor hij in Egypte aan een brug over de Nijl werkt. "Daar deedik voor een deel site-engineering en voor een deel werkvoorbe-reiding. Dat was een heel bijzondere ervaring voor mij."Gaandeweg komt hij steeds meer in aanraking met uitvoe-ringsaspecten. "Bij Grabowsky&Poort was ik voornamelijktraditionele contracten gewend; aannemers voerden gewoonhet besteksontwerp uit. Ik was wel bij de uitvoering betrokken,maar dan als begeleider en vraagbaak, en de contacten beperk-ten zich tot aanwezigheid bij bouwvergaderingen. Bij BallastNedam waren het louter internationale projecten, en altijdvolgens Design and Construct. Bij de HBW was dat nietanders; in Egypte zat ik zelfs deels in het uitvoeringsteam."1Guus Keusters 22009 732Guus Keusters 22009 731 Nationale Nederlanden, deallereerste overkluizing van deUtrechtse Baan2 Port Dickson, Maleisi?nog altijd: dat is niet verkeerd werken! De dynamiek, dehectiek van de projecten mis ik dan wel. Het is toch mooi als jeeen paar jaar lang met heel je ziel en zaligheid aan iets werkt,en dan uiteindelijk vanuit de keet naar buiten kijkend het ookziet verschijnen! En als het klaar is, ben je trots op alles wat jemet elkaar hebt bereikt."Zijn opgave is nu iets moois van Breijn te maken. "Met hetenkel samenvoegen van een paar ingenieursdiensten heb jenog geen integraal opererend ingenieursbureau. Toen we dieverschillende diensten drie jaar geleden in ??n mandje bijelkaar gooiden, merkten we al gauw dat het verschillendebedrijven waren, met ook nog eens verschillende klanten enmanieren van werken, dat het totaal zich maar moeizaam tot??n herkenbare club ontwikkelde. We zijn daarop meer energiein het samenwerken gaan stoppen: dezelfde aanpak, naarbinnen en naar buiten toe, en daar hoorde ook ??n naam bij.Breijn is meer dan een naam, het is ook een ander gezicht, eenandere cultuur, een merk zelfs. Niet alleen op papier ? het logo,de brieven, de visitekaartjes ? maar ook de houding en hetgedrag van onze mensen. We hebben er zelfs kernwaarden aangekoppeld: pro-activiteit, integraliteit en perfectie. Ik durf tezeggen dat we ??n van de weinige bedrijven zijn waar iedereende kernwaarden kent."Intern betekent integraliteit dat de verschillende afdelingenbinnen Breijn zich naar buiten toe als integraal bureau moetenprofileren. "Dat betekent dat afdelingen wel eens iets voorelkaar moeten doen wat anders buiten de opdracht zou vallen."Maar ook betekent integraliteit binnen Heijmans dat er wordtsamengewerkt met de uitvoeringsafdelingen. "Uiteraard heb jedan discussies over geld, maar uiteindelijk hebben we allemaaldie gele Heijmanspet op.BreijnVervolgens wordt Van Drunen inclusief ontwerpafdeling opge-nomen in de werkmaatschappij Heijmans Beton- en Water-bouw. Begin 2006 ten slotte worden alle ontwerpafdelingenbinnen de Heijmans Infra-organisatie samengevoegd onder denaam Heijmans Infra Advies en Ontwikkeling; 300 man sterk!"Deze verzameling telde onder meer een grote groep civieleontwerpers van het veelal extern opererende ingenieursbureauVan Kleef. Vanuit de wegenbouw was er Infratech, dat weerveel meer intern gericht was. Verder zaten er nog wat kleinereclubjes in het grote geheel. De constructeurs van HeijmansBeton- en Waterbouw werden binnen die afdeling vooralgekoppeld aan de wegontwerpers van Infratech."Duidelijk is dan al dat een integrale projectbenadering veeltoekomstmogelijkheden heeft: Rijkswaterstaat en ProRailrichten zich steeds minder op het aanbieden van alleen eenviaduct of tunnel, en veel vaker op het totaaltraject `van A naarB'. "De vraag verplaatste zich dus langzaam maar zeker naareen integraal ontwerp, inclusief bijvoorbeeld geluidschermen.Daarom hebben wij begin 2006 onze interne ontwerporganisa-tie aangepast. Ons ingenieursbureau heet nu Breijn, en deontwerpafdelingen met oorsprong in Van Drunen en Infratechzijn binnen Breijn samengevoegd in de afdeling GrootschaligeInfra. Voor die club ? ongeveer 50 man sterk ? ben ik nuverantwoordelijk."KernwaardenNa bijna vijftien jaar construeren is Guus Keusters dan opeensmanager. Tegen wil en dank? "Ik heb inderdaad getwijfeld toenhet verzoek kwam, maar ben uiteindelijk toch door de knie?ngegaan. Ik vergelijk het met destijds de overgang van u-bouwnaar infra: voor een deel ben ik er ingerold, en voor een deelwas het een bewuste keuze. Toen de vraag voor de eerste keerkwam had ik eigenlijk net besloten eerst nog een paar projec-ten te doen. Omdat ik ook de uitdagingen in deze functie zag,heb ik het toch maar gedaan, want ik kan nu voor mezelf aanandere vaardigheden werken. Uiteindelijk sta ik dus wel achtermijn beslissing. Desalniettemin, als ik in de keet in Eindhovenof in Beesd kom, waar we langs de A2 bezig zijn, dan denk ik"De dynamiek, de hectiek vande projecten mis ik wel"74 Guus Keusters22009interviewzijn: er rolt een bestekje binnen en de aanbesteding is alvolgende week, er moet snel iets op papier komen. Aan sollici-tanten stel ik altijd de vraag of ze het leuk vinden om in de keette zitten. Je moet affiniteit hebben met de uitvoering, diehectiek durven voelen. En je moet het leuk vinden om metcalculatoren en werkvoorbereiders te werken die invloedhebben op jouw werkzaamheden en daarover een meninghebben."OnderwijsHet is lastig plannen bij een aannemer. "Als er een projectbinnenkomt, dan moet er een dag later een team gevormd zijn.En andersom komt het ook voor dat de stekker opeens uit eenproject wordt getrokken. We vragen dus veel flexibiliteit vanonze mensen, maar dat vragen wij ook van ingenieursbureausdie voor ons werken. Dat is lastig, en dan zit de arbeidsmarktmomenteel ook nog eens niet echt mee. We zitten allemaal tespringen om goede mensen, zowel de onafhankelijke ingeni-eursbureaus als wij."Keusters is echt bezorgd over het onderwijs. "De instroomvanuit de opleidingen is de laatste jaren veel te gering. Datkomt mede doordat we ons vak onvoldoende weten te verko-pen. Als persoon, als Heijmans, als gehele branche zouden weveel vroeger in de opleiding het vak onder de aandacht moetenbrengen. Het beeld overheerst nog altijd dat werken in debouw betekent dat je om vijf uur moet opstaan en buiten in dekou met een dikke jas aan een beetje ploetert. En dat terwijl debedrijfstak toch ook een enorme ontwikkeling heeft doorge-maakt. Ik ben van mening dat de bouw een heel aantrekkelijkebranche voor veel mensen is. Maar het imago werkt ons nogsteeds tegen."Het tonen van de maquette van de Oosterschelde stormvloed-kering is niet meer voldoende om studenten enthousiast tekrijgen voor een constructieve vakrichting. "De projecten zijnveranderd; een werk als Eindhoven is meer van deze tijd dande Oosterschelde stormvloedkering. Een project van eendergelijke omvang zullen we niet snel meer meemaken. Degrote projecten van nu zijn vaak interessant om andereAannemersmentaliteitNu er bij de grote aannemers de afgelopen jaren allemaal groteingenieursbureaus zijn ontstaan, ligt een vergelijking met deonafhankelijke bureaus voor de hand. "Voor ons is het relatiefgemakkelijk: we hebben maar ??n klant en dat is Heijmans.Die klant zit zelfs in hetzelfde gebouw, het zijn onze collega's.En die klant zit in een heel specifiek segment. Dus als wij goedzijn in het ontwerpen van wegen, viaducten, bruggen entunnels, dan is onze klant waarschijnlijk al heel tevreden.Omdat we het gemakkelijker hebben, kunnen we het beterdoen dan een onafhankelijk bureau, dat zich moet richten opverschillende klanten zoals Rijkswaterstaat, ProRail, maar ookaannemers. Dat segment is ook veel breder. Tevens kunnen wijveel beter dan externe bureaus aannemersgericht werken: wezijn kostenbewuster, zitten veel scherper op het contract: alshet contract een zes vraagt, dan leveren we ook een zes en nieteen acht. En we zoeken de grenzen op. Die houding en cultuurontstaan als je er elk uur van de dag op wordt gewezen. Demensen in de uitvoering en de calculatoren weten heel goedwaar de problemen zitten en waar de oplossingen moetenworden gezocht. Daardoor ontstaat er gemakkelijker eencultuur van scherp ontwerpen en scherp op het contract zijn,dan wanneer je bij een extern ingenieursbureau zo nu en danvoor een aannemer werkt."Die afwijkende klantbenadering vraagt ook om andere karak-tereigenschappen. "Extreem gesteld zal een aannemer eerstdoen en dan denken, en een ingenieur eerst denken en dandoen. Wij als aannemers-ingenieursbureau zitten daar eenbeetje tussenin. Onze mensen moeten redelijk snel en flexibel"Als het contract een zes vraagt,dan leveren we ook een zes en nieteen acht"375Guus Keusters3 Qena Bridge, Egypte4 HSL Brabant Zuid, evt. schrappen5 Harnaschpolderfoto: Martin KersUitstralingGuus Keusters gedijt bij grote projecten; complexiteit enomvang spreken hem aan. "De grootste verandering van delaatste vijf jaar is dat we van puur constructief en relatiefmonodisciplinair ontwerpen ? een tunnel, een viaduct, eenbrug ? nu veel integraler bezig zijn. De optelsom van wegont-werp en kunstwerken samen maakt het verschil; separaat kangewoon niet meer. Het project Randweg Eindhoven is in diezin voorbeeldig. Er zitten heel veel kunstwerken in die alle opzichzelf best wel complex, maar desondanks oplosbaar waren.Wat het project vooral lastig maakt, is de omvang: de raakvlak-ken met planning en logistiek, van de kunstwerken met dewegen en geluidsschermen, dat hele spel maakt het projectcomplex."Toch wordt hij nog het meest aangesproken door de construc-ties. "Als je bij knooppunt De Hogt die fly-overs ziet: dat blijftindrukwekkend! Maar de integraliteit en de complexiteit vaneen proces kunnen ook heel mooi zijn. Je mag er best trots opzijn als een proces goed loopt en er uiteindelijk een mooiwegontwerp ligt dat een optimale coproductie is van zowelwegenbouwers als kunstwerkontwerpers."Ook door buitenstaanders wordt er op een heel positievemanier over het project gesproken. Daarmee zet het ookHeijmans in een positief daglicht. "Ik hoop dat we over 1,5jaar, als het klaar is, kunnen terugkijken op een project datbijzonder was omdat het in zeer kort tijdsbestek moest wordengerealiseerd, complex en dynamiek; een project dat Heijmansin zijn eentje heeft geklaard! Zonder meer een voorbeeld voorandere projecten in Nederland." Henk Wapperomredenen, bijvoorbeeld logistieke complexiteit. Ook het 3Dontwerpen maakt dat verantwoordelijkheden van de ontwer-pers groter worden. Dat laatste zouden we beter over het voet-licht moeten brengen, want dat maakt ons interessanter voormensen die op universiteit of hogeschool afstuderen."Er is een andere aanpak nodig om de instroom te vergroten."Het organiseren van excursies voor hogeschoolstudenten naarEindhoven, wat wij verschillende keren hebben gedaan, iswaarschijnlijk niet meer voldoende. We zullen ons vak andersmoeten gaan verkopen en moeten dat eerder doen: op hetmoment dat scholieren hun profielkeuze maken. Ik denk weldat we ons inmiddels als branche ervan bewust zijn dat we erlast van gaan hebben. Ik vind het zelfs problematisch wat er opde arbeidsmarkt gebeurt. We kunnen nu al niet meer de juistemensen krijgen, met als gevolg dat we als Heijmans nog teveelontwerp moeten uitbesteden. Design & Construct is in deinfrastructuur, en dus ook voor Heijmans, gemeengoed gewor-den en daarom willen we dat het liefst zelf doen. Ik wil nietalles zelf doen, maar wel voornamelijk aan het stuur zitten endaar is groei voor nodig.""We weten ons vak onvoldoendete verkopen"4 5
Reacties