IMATERIALENHommage aaning.A.GerritseIWAPENING IDE REK IS ERUITDE VEREISTE REKElGENSCHAPPENVAN BETONSTAALpro(ir.B.W. van der VlugtIn de Europese ontwerpnorm wordt onderscheidgemaakt tussen relatiefhoge (B 500.H) en lageductiliteit (B 500 N). In dit kader is al enige tijddiscussie gaande over de totale rek bij maximalebelasting en de verhouding tussen treksterkte enrekgrens, een discussie tussen staalproducent engebruiker (betonconstructeur). De laatste vraagt eenhoge ductiliteit om er zeker van te zijn dat deconstructie plaatselijk voldoende plastisch kanvervormen, vooral in de vorm van rotaties bijherverdeling van momenten. Een pleidooi voor behoudvan voldoende ductiliteit.Op 24 oktober JL had in Delfteen symposium plaats ter ge-legenheidvandepensioneringvan ingAGetritse.Gerritsewas sinds 1974werkzaam bij deHEG, Speurwerk en Ontwikkeling.Hij kan terugzien op een lange staat vandienst. Daarvoor bestaat veel waarde-ring, zoals blijkt uit de organisatie vandit symposium. Enkele gerenommeer-de sprekers hebben onderwerpen be-handeldwaaraanookGerritseveelheeftbijgedragen, zoals de brandwerendheidvan beton, de ontwikkeling van nieuwematerialen en de internationale voor-schriften.Nog steeds is hij nauw betrokken bij detotstandkoming van deEurocodes. NietalleenalslidvandeNederlandse delega-tie, maar ookals lidvande redactiecom-missie voor EC2.In de loop van velejaren heeft Gerritseregelmatig in Cementgepubliceerd.Wykennen hem als een gedreven man dieookveelheeftbetekendvoordeontwik~keling van het geprefabriceerd beton.Ais een hommage aan hem wordenhierbij de voordrachten afgedrukt vanachtereenvolgens de heren professorenRW van der Vlugt, K.Kordina enH:WReinhardt.Redactie6In september 1991 is de Europeseoutwerpnorm Pr EN 10080 ver-scheneu voor geribd betonstaal FeB500. Daarin wordt onderscheid ge-maakt tussen staalB 500 H meteeu rela-tiefhoge ductiliteit en B 500 N met eenlagere ductiliteit. Bij de voorgesteldemateriaaleigenschappen van B 500 Nzijn er twee, waartussen de redactie-commissieECISS TC19 nog geen keuzeheeft gemaakt:- de totale rek bij maximale belasting /Ouen- de verhoudiug tussen treksterkte enrekgrensI/irHet ziju precies de twee eigenschappendie de ductiliteit van het staal als wape-ning bepalen.Tabel 1 geeft een overzicht van de ver-schillende eiseu voor beide staalsoorten,zoals deze door de commissie zijn voor-gesteld.Hetverschil tusseu dewaardeu bij B 500N isprecies de tot uu toe onoverbrugba-re klooftusseu wat de gebruiker - in hetalgemeen de betoucoustructeuJ;,- uood-zakelijk vindt en wat volgens een deelvan de producenten haalbaar is.Ais gebruiker is ook te beschouwen deredactiecommissie die Eurocode 2 op-stelt. Zij heeft aljareu geleden de waar-deu /Ou = 2,5% enI/fr = 1,05 als ouder-grens vastgesteld en Gerritse als haar af-gezant uaar de ECISS-commissie ge-stuurd met de Herculestaak die com-missie - grotendeels producenten -Tabel!Mogelijke eisen voor B 500 H en B 500 Nft/fr Eu(%)B 500H 1,08 5,0B500N 1,05 2,5B 500N 1,03 2,0maar even te overtuigen.De discussie woedt nog steeds voort.Vereiste ductiliteitWaarom stelt de gebruiker eiseu aan deductiliteit van betonstaal.Naast de eisen die voortkomen uit deuitvoering, zoals bij het buigen, moethet staal als elemeut van een betoncon-structie een zekere ductiliteit hebben,opdat de constructie plaatselijk plasti-sche vervormingen kan ondergaan. Dievervormingen zijn vooral bekend in devorm van rotaties bij herverdeling vanmomenten. De beschikbare rotatieca-paciteit moet groter zijn dan de beno-digde.De benodigde rotatiecapaciteitis afhan-kelijk van de momentenherverdeling -in de VEC 1990 maximaal 20% - en bo-vendien recht evenredig met de slank-heid van ?le constructie. Ditlaatste is ge-makkelijk in te zien. Van twee liggersmet verschillende hoogte, een zelfdewapeningspercentage en gelijke beton-sterkteklasse enstaalsoortis bij bezwijk-Cement 1992 nr. 1
Reacties