? ? ? duurzaamheidir.E.A.H.Snelders en ir.). van Wier, Tebodin Consultants & EngineersIn de reeks 'Handleiding Beton & Milieu' is een nieuw deel verschenen. De Betonvereni-ging heeft dit vijfde deel de subtitel 'Industrie en bodembescherming' gegeven (fig. 1).Hiermee is een informatiedocurnent verschenen dat specifiek gericht is op de toepas-singsmogelijkheden van beton in bodembeschermende constructies voor de Nederland-se industrie. De handleiding is bedoeld voor een ieder die betrokken is of betrokken zalzijn bij de bouw van nieuwe, of bij het onderhoud van bestaande, vloeistofdichte beton-constructies. De handleidingbehandelt de van toepassing zijnde wettelijke regelingen,het ontwerp, de uitvoering en het beheer (inspectie) van betonnen beschermingscon-structies en geeft daarmee een compleet beeld van de materie. Doorhet actuele en com-plete karakter biedtde handleidi-:Jgde 'state-of?the-art' op hetgebiedvan bodembescher-ming.HANDLEIDINGBETONENMILIEUNEDERLANDSE INDUSTRIE KRIJGT HANDVAT VOOR BODEMBESCHERMINGCD De Handleiding Beton & Milieu - Indus-trie en Bodembescherming, het vijfde deel ineen reeks uitgegeven door de Betonvereni-gingIndustrie en bodembescherming62Natuurl?k brengt de productievan het mate-riaal beton een zekere milieubelasting metzich mee, maar beton kan ook een positieveinvloed op het milieu hebben. Immers, b?toepassing van beton in bodembescher-mende constructies wordt voorkomen datmilieugevaarl?ke stoffen de bodem kunnenverontreinigen.Om bodemverontreiniging tegen te gaanmoet een constructie vloeistofdicht z?n.Rondom deze materie ontbreekt nog veelkennis en ervaring. De Handleiding Beton &Milieu bundelt de beschikbare kennis enbiedt ondernemers, ontwerpers, construc-teurs, uitvoerders en overheidsinstantiesdaarmee een handvat voor bodembescher-ming.Voor ondernemers en industri?le bedr?vengeeft de handleiding informatie over de gel-dende wettel?ke regelingen en verplichtin-gen. Daarb? worden mogel?ke oplossings-richtingen aangedragen om aan die verplich-tingen te voldoen. Aandacht wordt besteedaan inspectie en onderhoud van bodembe-schermende constructies, zodat een onder-nemerzich kan verzekeren dat ook geduren-de de gebruiksperiode de constructie vloei-stofdicht bl?ft'Ontwerpers, constructeurs en uitvoerdersworden met aandachtspunten en ontwerp-voorbeelden gewezen op de ter beschikkingstaande mogel?kheden om vloeistofdichtebetonnen constructies te realiseren. Vooroverheidsinstanties geeft de handleidingeen overzicht van de eisen waarop bescher-mingsconstructies gecontroleerd dienen teworden.Omdat de handleiding voor meerdere doel-groepen is geschreven is door middel vanleesw?zers en samenvattingen extra zorgbesteed aan de toegankel?kheid van het do-cument. Daarb? is een schema opgenomendat de materie van de handleiding kernach-tig dekt. Zodoende wordt het mogel?k ge-maakt om vanuit verschillende invalshoe-ken de handleiding gericht en doeltreffenddoorte kunnen nemen. De voor aanvullendeinformatie opgenomen verw?zingen, refe-renties en adressen completeren de hand-leiding.In het hiernavolgende staan de achtergron-den rond bodembeschermende construc-ties in beton voor toepassing in de industriecentraal. Allereerstwordtingegaan op de po-tenti?le verontreinigingssituaties in de in-dustrie, mogel?ke preventieve voorzienin-gen en de noodzaak tothet zorgvuldig behe-ren van de bodem waarop een bedr?fspro-ces plaatsheeft.Het belang van een goede materiaalkeuzevoor de voorziening komt separaat aan deorde. Vervolgens wordtin detail devoorvloei-stofdichtheid belangr?ke interactie tussenvloeistofindringing, het materiaal beton ende constructie beschreven, zoals deze in dehandleiding is gepresenteerd (fig. 2).Industrie en bodembeschermingIn de diverse industriesectoren wordt ge-werkt met milieugevaarl?ke stoffen en pre"paraten, die b? emissie naar de bodem ver-ontreiniging tot gevolg hebben. Emissiesnaar de bodem kunnen in de industri?le sec-tor het gevolg z?n van incidenten of calami-CEMENT1996/11VloeistofindringingEen constructie moet vloeistofdicht zijn ombodemverontreiniging tegen te gaan. Maarwanneer spreken we nu van een vloei-stofdichte betonconstructie? Indehandlei"ding is daarvoor de volgende definitie ge-hanteerd:? De relevante componenten van vloeistofdichtheid (vloeistofindringing, beton en con-structie) in relatie tot de in de Handleiding Beton & Milieu behandelde onderwerpenen hierop aansluitend als toelichting'dit betekent dat bij verschillende vloeistof"belastingsvormen de vloeistof in de periodewaarin de constructie haar bodembescher-mende werking moet vervullen niet door deconstructie dringt'.'een betonnen constructie is vloeistofdichtals het indringingsfront van het mediumvloeistof, over de gebruiksperiode gemeten,met een zekere veiligheidsafstand de aan deexpositie afgewende zijde van de betoncon-structie niet bereikt'Vloeistofdichtheid:Een betonnen constructie is vloeistofdicht als hetindringingsfront van het medium vloeistof, over de gebruiksperiodebeschouwd, met een zekere veiligheidsafstand de van deindringing afgewende zijde van de betonconstructieaantoonbaar niet bereikt.o0 2 3 4 5 6 7 8 9(air])'" (m'" /s"')Uit deze definitie blijkt direct dat inzichtenveranderen. De introductie van het begripveiligheidsafstand is nieuw en betekent infeite dat hiermee het risico van onzekerhe-den kan worden opgevangen.In een vloeistofdichte constructie kunnendus wel vloeistoffen indringen. Vloeistofin-dringing is daarbij zowel afhankelijk van devloeistof als van het materiaal waarin devloeistof indringt. Figuur 3 toont voor eenvloeistof het verband tussen de indringingen de vloeistofkarakteristieken.? Het verband tussen vloeistofindringingen vloeistofeigenschappen. De aard van devloeistof is van invloed op de indringings-diepte. Op basis van onderzoekingen is ge-bleken dat ereen rechtlijnig verband bestaattussen de indringingsdiepte van de vloeistofen de twee vloeistofeigenschappen; de op-pervlaktespanning en de dynamische visco-siteitI I I Ien;gem= 10 + 3;33 (cr/Tj) 0,5.-/V./VV../VVV50? 405~~ 30b..Q):0M20c:'61Jc:~ 10calamiteiten binnen de industrie nader uit-gediept. In essentie kunnen deze construc"ties terug worden gebracht tot vloeistofdich-te werkvloeren, reservoirs (voor productop-vang en bluswateropvang) en transportsys"temen voor afvoer van vloeistoffen.MateriaalkeuzeBij beschermingsconstructies voor de in-dustri?le sector vereist de materiaalkeuzede nodige zorgvuldigheid. De materiaalkeu- .ze moet worden afgestemd op de omstan-digheden waaronder de constructie moetfunctioneren en de aard van de stoffen dieopgevangen zullen worden. Het materiaalmoet weerstand bieden tegen de in de ge-bruiksperiode optredende belastingen enchemisch resistent zijn tegen de op te van-gen vloeistoffen.Een goede beoordeling van de gebruiksom-standigheden is van essentieel belang vooreen goed vloeistofdicht ontwerp. De Hand-leiding Beton & Milieu ondersteunt de on-dernemer en de ontwerper bij het beoorde-len van de gebruiksomstandigheden engeeft aan hoe het materiaal beton op eenverantwoorde wijze kan worden toegepast.Beton is goed vloeistofdicht te maken, ischemisch resistenttegen veel stoffen en kanin combinatie met een oppervlaktebescher-ming ook in voor beton agressieve milieusworden gebruikt. Hierdoor vormt beton eenbreed toepasbaar materiaal voorbodembe-schermende constructies in de industri?lesector.teiten. Bedrijfsmatige activiteiten waarbij in"cidentele vloeistofmorsing kan optredenzijn onder te verdelen in de categorie?n pro-ductie, opslag, transport en overslag (Ia-den/lossen). Onder calamiteiten vallen ex-plosies of brand op bedrijfsterreinen. Indiendergelijke calamiteiten worden bestredenmet bluswater bestaat het gevaar dat mi-lieugevaarlijke stoffen en preparaten in hetbluswater terecht komen. Vloeistofmorsin-gen, lekkages en bluswater vormen dan ookeen potenti?le bedreiging voor de bodem.De WetBodembescherming bepaalt dateenbedrijf of ondernemer aansprakelijk wordtgesteld voor schade als gevolg van bodem-verontreiniging. Daarbij is een ondernemerverplicht om bodembeschermende maatre-gelen te treffen als bodemverontreinigingkan optreden.In relatie totmilieubeschermingverdient hetvoor een bedrijf natuurlijk aanbeveling omhet gebruik van milieugevaarlijkestoffen tevermijden ofte reduceren. Echter, in veel ge"vallen is dit niet mogelijk en zal bodemver-ontreiniging tegengegaan moeten wordendoor toepassing van beschermingscon-structies. Ook maatregelen van organisato-rische aard reduceren de kans op bodem-verontreiniging. Veelal is een combinatievan technische en organisatorische aardaan te bevelen.In de Handleiding Beton & Milieu wordt deproblematiek rond beschermingsconstruc-ties voor het beheersen van incidenten enCEMENT1996/11 63? ~ ----~.,..,.J.~_---_'__~_____J. duurzaamheid@ Drie criteria voor het beoordelen Van scheurvorming in beton vanCURjCROWjPBV-on-derzoekscommissie 029. Voor ongescheurd beton, situatie 1, is de dikte van de betoncon"structie minimaal gelijk aan de indringingsdiepte van de vloeistof vermenigvuldigd met eenbepaalde veiligheidsfactor. Daarbij gelden aanvullende eisen ten aanzien van de maximale(buig)trekspanningen. Bij gescheurd beton worden eisen gesteld aan de minimale dikte vande betondrukzone (x), situatie 2. Indien door trekspanningen doorgaande scheuren ont-staan, kan de constructie toch vloeistofdicht zijn, situatie 3. Echter in de praktijk is geblekendat doorgaande scheuren in het kader van vloeistofdichtheid niet worden getolereerdMomenteel wordt vloeistofindringing nogbepaald aan de hand van de waterindrin-gingsproef volgens ISOjDIS 7301, maar hetis gebleken dat de capillaire absorptieproefde werkelijkheid beter benadert. Dit omdatin deze laatste proef de vloeistofindringingbepaald wordtper combinatie van vloeistofen materiaal en niet alleen voor water. Bo-vendien is in deze laatste proefgeen sprakemeer van indringing onder een hoge drukaangezien deze, zoals uitonderzoekingen isgebleken, een veel minder belangrijke in-vloed heeft dan in het verleden is veronder-steld.De verwachting is dan ook dat de capillaireabsorptieproef wordt gestandaardiseerd ende waterindringingsproef gaat vervangen.Deze beide beproevingsmethodieken, derelevante normen, richtlijnen en praktischbruikbare onderzoeksresultaten zijn in dehandleiding beschreven. Hiermee wordthanden en voeten gegeven aan, en vooralduidelijkheid verschaft op het gebied vanvloeistofindringing in betonconstructies.VloeistofdichtbetonBeton is een permeabel materiaal. De hand-leiding geeft dan ook aan op welke wijzevloeistoffen in het materiaal beton indrin-gen. Het transport van vloeistoffen door be-ton is afhankelijk van hetsamenspel tussental van factoren. Zo zijn bijvoorbeeld de po-ri?nstructuur van het beton, de diametervan de pori?n en de grootte van de micro-scheuren van invloed op het transport.Bij het transport van een vloeistof door hetbeton wordt een drietal transportmechanis-men onderscheiden:? transportalsgevolgvan een drukgradi?nt;? transportalsgevolgvan capillairewerking;? transport als gevolg van een concentratie-gradi?nt.wordt de permeabiliteitaanzienlijk verlaagd.Een andere maatregel is een juiste keuzevan de cementsoort, afhankelijk van desoort vloeistof. Voorts kunnen hulpstoffeneen belangrijke rol spelen bij het verhogenvan de dichtheid van het beton.Vloeistofdichte betonconstructiesUiteindelijk moet een constructie in zijn ge-heel vloeistofdicht zijn. De grootste bedrei-gingen voor de vloeistofdichtheid van beton-constructies ontstaan vooral door krimp-spanningen. Deze spanningen veroorzakenkrimpscheurtjes in het materiaal beton enverhogen daarmee de vloeistofdoorgang.Vooral de krimp ten gevolge van verdampingvan aanmaakwater in de plastische fase endoor temperatuurveranderingen in het jon"ge beton worden nog teveel onderschat.Scheurvorming in beton hoeft niet funest tezijn voor de vloeistofdichtheid.Zowel voor ongescheurde als voor gescheur-de betonconstructies worden in dehandlei-ding vloeistofdichtheidseisen nader toege-licht. Figuur 4 isovergenomen uitde handlei-ding en geeft een beeld van de criteria voorscheurvorming in beton die zijn opgestelddoor CURjCROWjPBV-onderzoekscommis"sie D29. Naast scheurvorming vormen aan-sluitingen en voegen (dilatatie", krimp- enstortvoegen) kritische onderdelen ten aan"zien van vloeistofdichtheid. Zorgvuldigheidin de ontwerpfase en in de uitvoering is opdeze onderdelen dan ook vereist.Voor het ontwerp en voor de uitvoeringvannieuw aan te leggen betonconstructies zijnin de handleiding aanbevelingen opgeno"men, zodat vloeistofdichtheid niet uit hetoog wordt verloren. Het ontwerp moet wor-den afgestemd op de te verwachten ge-bruiksomstandigheden en belastingssitua-tie van de constructie. Hierdoor wordt on-voorziene scheurvorming in of vervormingvan de constructie voorkomen.De ontwerpaanbevelingen richten zich oponderstaande constructies:? vrijdragende vloeren, in gewapenden invoorgespannen beton;? elastisch ondersteunde vloeren,in onge-wapend beton en in gewapend beton (be-tonstaal en staalvezels) en als elementen"verharding;? reservoirs, in hetwerk gestorten als gepre-fabriceerd systeem;? transportsystemen voor de afvoer vanvloeistoffen van en naar onderdelen zoalshiervoor genoemd.In aansluiting op het ontwerp komen voor degenoemde constructies aanbevelingen voorde uitvoering aan de orde. Deze aanbevelin-gen richten zich vooral op het beperken vanscheurvorming in de verhardingsfase vanhet jonge beton.Een belangrijk aspect bij de uitvoering vanbetonconstructies wordt gevormd door dekwaliteitszorg. In kortbestekwordtaangege-ven op welke wijze de verschillende partijenbeperking van de op- f.1\tredende?randspanningen(!..;Hoewel bovenstaande mechanismen in depraktijk veelal tegelijkertijd optreden, is hettransport als gevolg van capillaire werkingverreweg het belangrijkst.Voor ontwerpers en uitvoerders is in dehandleidingaangegeven welke maatregelenzij kunnen treffen om de vloeistofdichtheidvan beton in gunstige zin te be?nvloeden. Na-genoeg alle beschreven betontechnologi-sche maatregelen zijn erop gericht hettrans-port als gevolg van capillaire werking te be-perken.De meest inhetoog springende maatregel isdie waarbij voor vloeistofdicht beton steedsmoet worden gestreefd naar een water-ce-mentfactor die lager is dan 0,45. Hiermee64minimale?hoogte vande betondrukzonebeperking van descheurwijdteI~--~-I IIc~.?_~'l_~ )CD~.? :_--l.-JLJ11-1et =indringingsdieptewkr =.kritischescheurwijdtex := hoogte betonzoneh ~ constructiehoogle(jj, ~ betontrekspanningCEMENT1996jlldie bij de uitvoering van betonconstructiesbetrokken zijn, geachtworden de kwaliteit teborgen.Om een aanzet te geven voor de vertalingvande eisen die uit de Wet Bodembescher-ming volgen, naar daadwerkelijke bescher-mingsconstructies, zijn in de handleidingvoorbeeldconstructies uitgewerkt. Zodoen-de wordt ook weergegeven hoe de aanbeve-lingen inde praktijk zijn te gebruiken. Aan deorde komen verhardingen voor laad- & los-plaatsen, productopvang en transportsyste-men bij een opslagplaats en een bluswater-kelder. Op dezewijze worden concrete oplos-singen voor ondernemers en ontwerpersaangedragen.Ook bestaande betonconstructies zijn in dehandleiding onder de loep genomen. Ditlaatste in bijna letterlijke zin. Bestaande be-tonconstructies dienen gedurende de ge-bruiksperiode nauwgezet in de gaten te wor-den gehouden.Inde handleiding is de beoordeling van be-staande betonconstructies, conform PBV/CUR-Voorschriftencommissie VC 34, in driestappen verdeeld:? beoordeling of de constructie in beginselals vloeistofdichtkan worden aangemerkt;? visuele inspectie op vloeistofdichtheid vande constructie;? eventueel nader onderzoek op vloei-stofdichtheid van de constructie.Maschinentechnik im Betonbau,door Rudolf Riker, uitgever Ernst & Sohn,Berlijn 1996, 24 x 17 cm, 729 blz., 1074 ill.,103tab., prijs ca. DM 240,-Het is moeilijk dit boek te beschrijven wan-neerdaarslechts een beperktehoeveelheidruimte voor beschikbaar is. Natuurlijk wetende lezers van Cement dat de vervaardigingvan beton en grondstoffen voor beton is ver-bonden aan de inzet van een grote vari?teitaan machines.Het is echter nauwelijks voor te stellen hoe-veel verschillende machines dat zijn. In ditboek worden ze allemaal behandeld. Breek-en bewerkingsinrichtingen voor toeslagma-terialen, betoncentrales, transportsyste-men, procesbesturingen, bekistingssyste-men, verdichtingsapparaturen, machinesvoor bewerken en afwerken van betonop-pervlakken en nog heel veel meer. De veletekeningen en foto's geven samen met detekst een duidelijk overzicht van de verschil-lende uitvoeringen en mogelijkheden.CEMENT1996/11Ten behoeve van een visuele controle van debetonconstructie, die zeker aan de orde zalzijnindien de constructie als vloeistofdichtisgekwalificeerd,is een checklist gegeven.Met deze checklist kan een ieder in eersteinstantie een betonconstructie inspecteren.De problemen of onduidelijkheden betref-fende de constructie die met deze inspectienaar voren komen, kunnen aansluitenddoorgeschoven worden naar een onafhan"kelijke deskundige. Duidelijk dienttezijn, datde resultaten van een inspectie nimmer eenargumentzijn voorhetafschuiven van de ver-antwoordelijkheid inzake het zorgvuldig be"heer van de bodem waarop een bedrijfspro-ces plaatsheeft.Tot slotIn het bovenstaande is de problematiekrond bodembeschermende constructies inbeton nader toegelicht. Het is gebleken datbeton in de industrie goed toepasbaar isvoorbeschermingsconstructies zoals vloe-ren, reservoirs en transportsystemen. Hetontwerpen de uitvoervereisen echterde no-dige aandacht. Scheurvorming, aansluitin-gen en voegen kunnen de vloeistofdoorgangverhogen en vormen daarmee een bedrei-gingvoor de bodembeschermende werking.Het is duidelijk dat er voor vloeistofdichteconstructies geen standaardoplossingenzijn aan te dragen. Voor iedere te ontwerpenbodembeschermende constructie moet deTot zover sluit de uitgebreide inhoud goedaan bij de titel van het boek.Het boek gaat echter verder; het geeft ookaanwijzingen voor de manier van werkenmet de verschillende materialen en machi-nes en het bevat zeer gedetailleerde infor-matie over de eigenschappen van allegrondstoffen voor beton en mortel.De groep mogelijke gebruikers van dit boekis wellicht net zo breed als de inhoud.Deze informatie is waardevol voorproducen-ten van toeslagmaterialen, producentenvan betonmortel en betonwaren en de aan-nemer.nodige zorgvuldigheid in acht worden geno-men. De HandleidingBeton & Milieu vertaaltdeze zorgvuldigheid in hanteerbare aan-dachtspunten en biedtondernemers en ont-werpers tevens een goede leidraad voor op-lossingsrichtingen.De meerwaarde van de handleiding ligt in deaanbevelingen voor een juiste toepassingvan beton in beschermingsconstructiesvoor de industri?le sector. Het mag tevensduidelijk zijn dat bodembescherming niet al-leen een zaakis van het kiezen van dejuistepreventieve voorziening, maar ook van eencontinue zorg en verantwoordelijkheid vande onderneming ten aanzien van de con-structie, gedurende de gebruiksperiode.Handleiding Beton & Milieu - Industrie enBodembeschermingR.W.F.Henskens, E.A.H.Snelders en J. vanWier, Tebodin b.V. Lo.v. de Betonvereniging.Gouda, 1996.?Steeds weer als ik het boek opsloeg bleekhet een eye-opener, omdat vrijwel ieder on-derwerp veel uitgebreider wordt behandelddan de lezer vooraf voor mogelijk zou hou-den. De systematische en praktijkgerichtemanier van behandelen en de duidelijke af-beeldingen maken de informatie overzichte-lijk en goed toegankelijk.Ik heb een aantal mensen aangeraden ditboek aan te schaffen. Eerlijk gezegd durf ikhet nietaan ze uitte lenen. Het is waarschijn-lijk dat ik het boek dan voorlopig niet meerterugkrijg.H.H./VI.Soen?De in deze rubriek besproken boeken kun-nen worden uitgeleend door het Beton-infor-matiecentrum van de Vereniging Nederland-se Cementindustrie in 's-Hertogenbosch.Aanvragen bij voorkeur via de Beton-Info-Fax: (073) 640 12 84.65
Reacties