wij dit niet doorzien, zullen de resultaten van verschillende proe-ven wel onderlinge verschillen blijven vertonen.Wat de toeslag zelf betreft: gebroken basalt en graniet geven, bijdezelfde w.c.f. en dezelfde druksterkte na 28 dagen, een aanmerke-lijk minder waterdicht beton dan rijngrind.Eventueel aanwezige porositeit van toeslaggesteente kan natuur-lijk ook een rol spelen, namelijk doordat het in de pori?n aan-wezige water vaak gerekend moet worden bij het becijferen vande w.c.f., maar niet meewerkt om de massa de voor het verwerkenvereiste plasticiteit te geven.Bij het berekenen van het pori?nvolume moet men volgens Walzgebruik maken van het 'watergehalte, ongerekend de vochtigheidin de kern van het toeslaggesteente' en worden het gewicht aangebruikte toeslag en het stortgewicht daarvan bepaald als 'wind-droog maar in de kern vochtig'. Het lijkt referent, dat verschillen-de waarnemers hierover nogal uiteenlopende opvattingen zullenhebben, zodat men nog enigszins voorzichtig zal moeten zijn bijhet vergelijken van resultaten. Toch blijft controle van het versebeton aan de hand van deze berekeningen van belang wegens hetinzicht, dat men er door wint.Waar dat nodig is, kan natuurlijk de waterdichtheid veelal ver-hoogd worden door het gebruik van speciale middelen: air-hulp-stoffen, die de onderverdeling van de porie-holten in kleine ge-scheiden belletjes bevorderen en de neiging tot ontmengen enzweten verminderen, of smeermiddelen die de plasticiteit van despecie verbeteren, zodat minder 'overtollig' aanmaakwater ver-eist is voor de verwerkbaarheid, maar in Stuttgart houdt menzich liefst aan de uitspraak van wijlen prof. Graf, dat specialefysisch-chemische hulpstoffen bij normale civiele bouw nietnodig zijn, omdat door doelmatige samenstelling van de beton-specie aan alle voorkomende eisen kan worden voldaan. De doel-matigheid van air-hulpstoffen voor mager beton wordt echter welingezien, waarbij, evenals vroeger in CEMENT is betoogd (2), dewerking van de fijne luchtbelletjes wordt opgevat als 'fijnstetoeslag', zodat het gebruik van een air-hulpstof geheel op ??nlijn komt te liggen met een toevoeging van steenmeel.Uit hetgeen wij hier uit de inhoud van het boekje hebben ge-kozen, zal men licht begrijpen, dat ook de invloed van de korrel-opbouw, van de plasticiteit, de mengduur en het specietransportter sprake komen; voor- en nadelen van verschillende wijzen vanstorten en verdichten worden beschouwd evenals de invloed vanbekisting en wapening. En tenslotte die van de nabehandeling.In aparte hoofdstukken zijn de methoden besproken, waarmeemen de waterdichtheid of gasdichtheid meet. Een slothoofdstukvermeldt de verschillende soorten afdeklagen en impregneringen,waarmee men het indringen van water in beton achteraf kan voor-komen. Opvallend is, dat hier de sterk veldwinnende toepassingvan siliconen geheel onvermeld is.2) Bosschaert, Dr. R. A. ].; Lucht ?n Beton; CEMENT 1951 blz. 18id.; Is scepticisme tegenover air-hulpstof gemotiveerd ? CEMENT 1951blz. 142 en 177.Eldra-tegelsd.w.z. elkander dragende tegelsMet de tegels volgens dit systeem vervaar-digd, wordt bereikt, dat de bovenzijde nahet leggen ??n vlak vormt zonder oneffen-heden. Daar ze in elkander sluiten, kunnenze niet verschuiven. Door de geprofileerdevorm wordt de druk op ??n tegel voor eendeel op de omringende tegels overgedragen.Verzakkingen kunnen dan ook niet makke-lijk plaats vinden. Daar de tegels ineen-sluiten, zijn opsluitingen langs de zijdenniet vereist.De normale Eld ra-tegel (octrooi aange-vraagd) heeft de zelfde afmetingen als debetonnen trottoirtegel, nl. 30x30 cm. Ookandere afmetingen zijn mogelijk, tot haven-platen van 200x200 cm toe. Eveneens kun-nen zeskantige tegels worden vervaardigd,waarmee gemakkelijk wegkrommingen kun-nen worden aangelegd.De tegel in vierkante vorm heeft aan tweetegenovergestelde zijden gelijkvormige uit-sparingen. Het gevolg hiervan is, dat iederetegel met de 4omringende tegels ??n draag-vlak vormen. Met de zeskantige tegelswordt een draagvlak van 7 tegels verkregen.Door dit systeem is het leggen van de tegelszeer makkelijk. Nadat de grond is gewaterd,aangestampt of getrild, wordt een dunnezandlaag uitgestrooid, welke op de vereistehoogte moet worden afgereid. Hieropwordt de eerste rij tegels gelegd met deuitstekende lippen in de richting van devolgende rij. Men gaat hiermee door zonderte kloppen, daar de tegels altijd aan de bo-venzijde evenhoog komen te liggen. Ditbespaart zeer veel arbeid.Er zijn drie soorten tegels (zie de figuur),nl. hetA-profiel met twee in- en twee uitwendigezijden,B-profiel met drie uitstekende zijden en??n inwendige zijde,C-profiel met ??n uitstekende zijde en drieinwendige zijden.Het A-profiel wordt gebruikt voor niet opte nemen vloeren of wegdekken.Het B- en C-profiel worden toegepast in-dien de vloer of het wegdek moet kunnenworden opgenomen voor kabelverleggin-gen, reparaties aan rioleringen, enz.De tegeldikte varieert naar verkiezing ; voornormale gevallen wordt 5 cm tot 8 cm aan-gehouden. Ook tegels met vellingkantenzijn mogelijk. Desgewenst kunnen de tegelsmet speciale deklaag (slijtlaag) worden ver-vaardigd. Halve tegels worden niet gemaakt,omdat deze tegels niet in verband kunnenworden gelegd. Pas- en hulpstukken voorbochten zijn eenvoudig te maken.De tegels voldoen aan de eisen van N500. Desterkte van de tegel is even groot als van degewone betontegel, daar de hoeken de volledikte behouden.De tegel kan worden toegepast op perrons,rijwielpaden, voetpaden langs wegen en inplattelandsgemeenten, voor B-wegen in eengrotere dikte en met speciale slijtlaag voormagazijnvloeren, opritten, stop- en par-keerplaatsen.Het profiel van de Eldra-tegel biedt nogandere mogelijkheden, waarop t.z.t. zalworden teruggekomen.G.J.H.528 Cemenl 8 (1956) Nr. 2122
Reacties