W e t e n s c h a pDuur zaamheidcement 2002 2106De inzet van poederkoolvliegas incement en beton en daarmee hetreduceren van de te delven hoe-veelheid primaire grondstoffen,levert niet alleen een bijdrage aanhet duurzaam omgaan met onsmilieu, maar ook aan de duur-zaamheid van het materiaal betonzelf.Als basis voor de grootschaligetoepassing van poederkoolvliegasin cement en beton is een uitge-breid onderzoek naar het effectvan poederkoolvliegas op de ei-genschappen van cement en be-ton uitgevoerd. Er is in Nederlandinmiddels meer dan 20 jaar prak-tijkervaring opgedaan, zodat ereen goed inzicht in de langeter-mijnprestatiesvanbetonmetpoe-derkoolvliegas is opgebouwd. Inditartikelwordtdeduurzaamheidvan beton vervaardigd met poe-derkoolvliegas behandeld.T o e p a s s i n g e n i n b e t o nPoederkoolvliegas kan op ver-schillende manieren als grond-stof voor beton worden toegepast.Het kan dienen als grondstof voorde vervaardiging van portlandce-mentklinker of uit poederkool-vliegas kan een kunstgrindkorrelwordenvervaardigd.Deproductievan Lytag, een gesinterde poeder-koolvliegaskorrel, is in Nederlandper1april2000stopgezet;inGroot-Brittanni?wordtdezekunstgrind-korrel nog steeds geproduceerd.Beidetoepassingsvormenvanpoe-derkoolvliegas in beton vallenbuiten het kader van dit artikel.De volgende drie toepassingsvor-men worden nader beschouwd:? als bestanddeel van cement:portlandvliegascement (CEMII/B-V 32,5 R);? een combinatie van een speci-fieke cement en een specifiekepoederkoolvliegas als bind-middel voor beton: het zoge-noemde `attestbeton';? als vulstof in beton.Portlandvliegascementwordtsinds1981 op de Nederlandse markt ge-bracht, voornamelijk als vervan-ger van portlandcement (CEM I32,5 R). Uitvoerig onderzoek [2, 3]heeft aangetoond dat deze port-landvliegascement op relevanteeigenschappen ten minste gelijk-waardig is aan portlandcement.Het cement moet voldoen aan deeisen gesteld in de Europese ce-mentnorm NEN-EN 197-1 en dedaaraan gerelateerde Nederland-se cementnorm NEN 3550.Het zogenoemde `attestbeton'moetvoldoenaandeeisendiezijnopgenomen in de beoordelings-richtlijn BRL 1802 [4] voor hetgebruik van een combinatie vancement en poederkoolvliegas alsbindmiddel in beton. In het attestzijn de specificaties opgenomenvan de poederkoolvliegas en hetcementenvanhetdaaruitvervaar-digde cement/poederkoolvliegas-beton voor ??n of meer aangege-ven samenstellingen die geschiktzijn bevonden voor toepassing inde aangegeven milieuklasse(n).Uitgangspunt voor het verlenenvan een attest voor cement/poe-derkoolvliegasbeton is, dat de ge-attesteerde betonsamenstellingengelijkwaardig zijn aan betonsa-menstellingen die voldoen aanNEN 5950 (VBT 1995). Dit wordtvastgesteld door de sterkte enduurzaamheid van de te atteste-ren betonsamenstellingen te ver-gelijken met de sterkte en duur-zaamheid van een referentie-(hoogovencement)beton, met hetminimum-cementgehalte en demaximalewater-cementfactorpermilieuklasse conform NEN 5950.Kenmerkend voor de samenstel-ling van het attestbeton is, dat hetminimum-cementgehalte onder-schredenen/ofdemaximalewater-cementfactor overschreden wordttenopzichtevandehuidigegrens-waarden volgens NEN 5950.Aan de grondstoffen voor en desamenstelling van het attestbetonworden voorwaarden gesteld. Zodient onder meer:? de poederkoolvliegas tevoldoen aan NEN-EN 450;? het cement te voldoen aanNEN 3550;? het cementgehalte minimaal200 kg/m3beton te zijn;? het totale bindmiddelgehalte(cement + poederkoolvliegas)ten minste gelijk te zijn aanhet minimum-cementgehaltevoor de betreffende milieu-klasse volgens NEN 5950;? het gehalte aan poederkool-Duurzaam beton met poeder-koolvliegas ? state of the artdr.ir. G. van der Wegen, INTRON bv, instituut voor kwaliteit in de bouw, Sittard/CulemborgJ.W. van den Berg, Vliegasunie bv, De BiltBij de opwekking van elektriciteit door verbranding van fijn gemalen kolen(poederkool) komen de asdeeltjes voornamelijk vrij via de afvoer van verbran-dingsgassen. De zogenaamde poederkoolvliegas wordt door elektrofilters uitde verbrandingsgassen afgescheiden. In Nederland komt op deze wijze perjaar cica 1 miljoen ton poederkoolvliegas vrij, die nagenoeg volledig wordtgebruikt als grondstof voor de bouw. Ongeveer 70% van de vrijkomende poe-derkoolvliegas vindt afzet in de cement- en betonindustrie [1]. Daarnaastwordt poederkoolvliegas afkomstig uit het buitenland op grote schaal ingezetin de betonmortel- en betonproductenindustrie. Een en ander typeert de voor-aanstaande positie van Nederland op het gebied van duurzaam bouwen.W e t e n s c h a pDuur zaamheidcement 2002 2 107vliegas maximaal 1/3 (massa)deel van het totale bindmid-delgehalte te bedragen;? de water-bindmiddelfactorkleiner dan of gelijk aan demaximaal toelaatbare water-cementfactor voor de betref-fende milieuklasse te zijn.De toepassing van poederkool-vliegas als vulstof en als bind-middel(bijdrage) in beton is gere-geld in NEN 5950, NEN-EN 450en CUR-Aanbeveling 83 [5]. Bijhet gebruik van poederkoolvlieg-as in ongewapend en gewapendbeton mag bij de bepaling van hetbindmiddelgehalte en de water-bindmiddelfactor aan een gedeel-te van deze poederkoolvliegas eenbindmiddelfunctie worden toege-kend (= bindmiddelfactor k). Dewaarde van deze bindmiddelfac-tor k bedraagt 0,2 voor alle CEM l,CEM lll/A en CEM lll/B cemen-ten, behalve voor CEM l 42,5 (NenR)enCEMl52,5(NenR)waar-voor een k van 0,4 van toepassingis. Deze k-waarden zijn voor allemilieuklassen geldig. Voorwaar-den hierbij zijn: de poederkool-vliegas voldoet aan NEN-EN 450,het cement voldoet aan NEN-EN197-1 of NEN 3550 en de hoe-veelheid poederkoolvliegas waar-aan een bindmiddelfunctie wordttoegekend, is niet groter dan 1/3(massa)deel van de hoeveelheidcement [5, 6, 7].C o n s t a n t e k w a l i t e i tVanwege (geringe) verschillen inprocesvoering bij de kolenge-stookte elektriciteitscentrales enomdat de kolen van diverse her-komst zijn, mag een zekere, na-tuurlijke spreiding in de eigen-schappen van de poederkool-vliegaswordenverwacht.Devraagin hoeverre de spreiding in kwali-teit van de poederkoolvliegas vaninvloed is op de spreiding in kwa-liteit van daarmee vervaardigdebeton is dan logisch. Diverse on-derzoeken [8, 9] hebben aange-toond dat de spreiding in druk-sterkte en consistentie van betonmet gecertificeerde poederkool-vliegas niet significant groter isdan die van hetzelfde beton zon-der poederkoolvliegas. Met ande-re woorden: de bijdrage van ge-certificeerde poederkoolvliegas inde spreiding van de maatgevendeeigenschappen van beton is nietgroter dan die van de andere be-standdelen van beton. Onderzoe-ken aan Duitse en Britse poeder-koolvliegassen hebben dezelfdeconclusie opgeleverd [10, 11].In Nederland bestaat al 5 jaar er-varing met het meestoken van se-cundaire brandstoffen bij de op-wekking van elektriciteit doorverbranding van poederkool. Uit-gebreid onderzoek [12, 13] heeftaangetoond dat tot maximaal 10%meestoken van specifieke secun-daire brandstoffen geen signifi-cante invloed heeft op de kwaliteitvan de poederkoolvliegas en hetdaarmee vervaardigde beton.Momenteel is onderzoek in uit-voering die het effect bepaalt vanmeestoken, waarbij het asaandeelafkomstig van de secundairebrandstoffen in de poederkool-vliegas tussen 10% en 20% ligt.D u u r z a a m h e i dDat poederkoolvliegas vanwegezijn fijnheid en ronde korrelvorm(foto1)eenpositieveinvloedheeftop de samenhang (cohesie) enverwerkbaarheid van betonspe-cie, is bij de meeste betrokkenenbekend. Ook bekend is dat doorde puzzolaniteit van poederkool-vliegasdesterkteontwikkelingvanbeton in de periode na 28 dagengroter is dan die van hetzelfdebeton zonder poederkoolvliegas.Minder goed bekend is dat diepuzzolaniteitindeloopdertijdre-sulteert in een zeer dichte beton-structuur, niet alleen in de ce-mentsteen zelf maar ook op hetgrensvlak van cementsteen entoeslagmateriaal. De dikte vandeze poreuze grenslaag (`inter-face') wordt hierdoor aanzienlijkminder [14, 15]. Een dichtere be-tonstructuur resulteert in een ver-hoogdeduurzaamheid.Deinvloedvanpoederkoolvliegasopeenaan-talvoorNederlandrelevanteduur-zaamheidsaspecten wordt hier-onder nader beschouwd.CarbonatatieDe carbonatatiesnelheid van eenbeton is af te leiden uit (de reci-proke waarde van) de druksterkteen het kalkgehalte van het beton.Bij gedeeltelijke vervanging vancement door poederkoolvliegas is1 | PoederkoolvliegasW e t e n s c h a pDuur zaamheidcement 2002 2108de carbonatatiesnelheid vergelijk-baar met die van het referentie-beton indien van beide beton-mengsels de druksterkten na 28dagen gelijk zijn. Het lagere kalk-gehalte wordt gecompenseerddoor de hogere sterkteontwikke-ling na 28 dagen van het beton-mengsel met poederkoolvliegas.Toevoeging van poederkoolvlieg-as aan een bepaald betonmengselresulteert in een lagere carbona-tatiesnelheid dan bij hetzelfdebeton zonder poederkoolvliegas[6, 14, 16]. Dit is ge?llustreerd infiguur 2 [16], waaruit tevens blijktdat hoogovencement sneller car-bonateert dan portlandvliegasce-ment en portlandcement met ofzonder poederkoolvliegas als vul-stof.Voor het attestbeton geldt even-eens dat een hogere druksterktevan het poederkoolvliegasbeton(na 7 dagen verharden) een lagerecarbonatatiesnelheid inhoudt.Door de dichter wordende struc-tuur neemt de carbonatatiesnel-heid van het poederkoolvliegas-beton meer af dan die van hetreferentiebeton zonder poeder-koolvliegas [4].Onder vergelijkbare omstandig-heden is de carbonatatiesnelheidvan beton vervaardigd met port-landvliegascement hetzelfde oflager dan die van beton met port-landcement van dezelfde norm-sterkte [3].Chloride-indringingBeton vervaardigd met portland-vliegascement heeft aanvankelijkeen vergelijkbare weerstand tegenchloride-indringing als vervaar-digd met portlandcement onderdezelfde omstandigheden. Na en-kele maanden, als de puzzolanewerking van de poederkoolvliegasvoldoende op gang is gekomen,neemt de weerstand tegen chlori-de-indringing van het portland-vliegascementbetontoe(chloride-diffusieco?ffici?nt neemt af), ter-wijl die van portlandcementbetonongeveer constant blijft. Na 21/2jaar is de weerstand tegen chlori-de-indringing van het portland-vliegascementbeton factoren ho-ger dan die van portlandcement-beton. Deze ligt dan bijna op hetniveau van hoogovencementbe-ton, dat bekend staat om de goedeprestaties op dit vlak (fig. 3 [17]).Het positieve effect van poeder-koolvliegasopdeweerstandtegenchloride-indringing is in verschil-lende onderzoeken vastgesteld [3,14, 16, 17, 18]. Ook uit metingenaan hieraan gerelateerde eigen-schappen zoals waterindringing,zuurstofdiffusie en elektrischeweerstand blijkt het positieve ef-fect van poederkoolvliegas op dedichtheid van de structuur endaarmee op de weerstand tegenindringing van agressieve be-standdelen in beton.In figuur 4 is het effect van poe-derkoolvliegas op de ontwikke-ling van de elektrische weerstandvan beton weergegeven [14, 17].Hieruit blijkt eveneens dat dedichtheid van beton met poeder-koolvliegas na verloop van tijd dievanhoogovencementbetonnadert.Een vergelijkbare waarneming isgerapporteerd in [18]. Een hogereelektrische weerstand betekentniet alleen een tragere indringingvan chloride-ionen en dus eenlangere initiatietijd tot het optre-den van wapeningscorrosie, maarook een lagere corrosiesnelheidals de initiatie ervan heeft plaats-gehad. Dit heeft dus een tweele-dige positieve werking op deduurzaamheid van het gewapendbeton.Wat betreft het gehalte aan chlo-ride waarbij wapeningscorrosiegaat optreden (`kritisch' chloride-gehalte) is geen negatieve invloedvan de poederkoolvliegas waarge-nomen [14].Spanningscorrosie voorspanstaalIn de praktijk zijn geen schade-gevallen bekend als gevolg vanspanningscorrosie van het voor-spanstaal veroorzaakt door poe-derkoolvliegas. Op basis vanonderzoek [6] is in CUR-Aanbe-veling 83 [5] opgenomen: `In be-tonconstructies waarbij sprake isvan voorspanning met aanhech-ting en met voorgerekt staal, magbij gebruik van poederkoolvliegasuitsluitend een CEM l cementworden toegepast. Voor de poe-derkoolvliegas geldt bij voorge-rekt staal bovendien dat hetgehalte aan deeltjes groter dan212 ?m, bepaald door uitzevenvandepoederkoolvliegasovereenzeef van 212 ?m volgens NEN2560, niet groter mag zijn dan 3%(m/m)'. Omdat de ervaringen metpoederkoolvliegas en hoogoven-cement bij voorgespannen betonmet aanhechting of voorgerektstaal slechts beperkt zijn, wordtdeze toepassing vooralsnog ont-raden.Vorstdooi(zout)bestandheidSchade door vorstdooi-aantastingkomt in Nederland slechts zeldenvoor. Dergelijke schade is aanbeton met poederkoolvliegas indepraktijknietwaargenomen[16].Laboratoriumonderzoeken gevenin het algemeen een vergelijkba-re bestandheid tegen vorstdooi-belastingen voor beton met enzonder poederkoolvliegas [3, 14].Laboratoriumonderzoeken naarde invloed van poederkoolvliegasop de vorstdooizoutbestandheidvan beton geven geen ondubbel-zinnigbeeld[3,6,14,16].Ditheeftte maken met de representativi-2 | Carbonatatiediepte alsfunctie van de wortel uitde ouderdom; hoeveel-heden in kg/m3betona. 280 CEM I 32,5 Rb. 240 CEM I 32,5 R;60 vliegasc. 280 CEM I 32,5 R;60 vliegasd. 280 CEM III/B 42,5 LH HSe. 280 CEM III/B 42,5 LH HS; 60 vliegasf. 280 CEM II/B-V 32,5 R20181614121086420cabfedcarbonatiediepte(mm) t280 900 1 jaar 10 jaar+++++xxxxW e t e n s c h a pDuur zaamheidcement 2002 2 109teit, c.q. de interpretatie van deresultaten uit de verschillende be-proevingsmethoden. In de prak-tijk wordt over het algemeen eengoede weerstand tegen vorstdooi-zoutbelastingen waargenomenvoor portlandvliegascementbeton.In de meeste gevallen zal betondat onderhevig is aan vorstdooi-(zout)aantasting zijn vervaardigdmet een luchtbelvormer als hulp-stof. Bekend is dat bij gebruik vanpoederkoolvliegas rekening moetworden gehouden met de adsorp-tie van deze hulpstof door de kool-stofdeeltjesindepoederkoolvlieg-as. Dit kan een hogere doseringvan de luchtbelvormer betekenen[14]. Met name vanwege voorge-noemd effect is er een eis gesteldaanhetgloeiverliesvanpoederkool-vliegas voor beton (< 5% (m/m)).Alkali-silicareactie (ASR)Onderzoek heeft aangetoond datpoederkoolvliegas,mitstoegepastin voldoende hoeveelheid (tenminste 25% (m/m) van het bind-middel), destructieve alkali-silica-reactie sterk vermindert of zelfsvoorkomt[19,20].Ditishetgevolgvan de puzzolaniteit van de poe-derkoolvliegas, waardoor het ge-halte aan alkali?n wordt verlaagden tevens de betonstructuur dich-ter wordt gemaakt (vooral degrenslaag aan het oppervlak vanhet toeslagmateriaal).In een bepaalde damconstructieis waargenomen dat bij aanwe-zigheid van poederkoolvliegasgeen en bij afwezigheid ervan welASR is opgetreden [16]. Ook an-dere praktijkervaringen bevesti-gen de gunstige invloed van poe-derkoolvliegas op het voorkomenvan destructieve ASR [19].Bestandheid tegen chemicali?nPoederkoolvliegasverbetertinhetalgemeen de sulfaatbestandheidvan portlandcementbeton in ster-ke mate [3, 14]. Dit wordt veroor-zaakt door de dichtere beton-structuur en het lagere gehalteaan tricalciumaluminaat (C3A),hetgeen met sulfaat kan reagerentot het expansieve ettringiet.Vanwegededichterestructuurzalbij gelijke omstandigheden betonmet poederkoolvliegas een beterebestandheid tegen chemicali?nvertonen dan portlandcementbe-ton met dezelfde water-cement-factor. Wanneer het kalkgehalteals basische buffer eveneens eenrol speelt, bijvoorbeeld bij (bio-genezwavel)zuuraantasting,ishetvoordeel van de poederkoolvlieg-as niet meer zo duidelijk herken-baar [14].C o n c l u s i e sPoederkoolvliegas kan onder ver-der gelijke omstandigheden deduurzaamheid van portlandce-mentbeton aanzienlijk verbete-ren. Dit geldt zowel voor de toe-passing in de vorm van portland-vliegascement, als van `attestbe-ton' en van vulstof in beton.Deze positieve bijdrage aan deduurzaamheid van beton blijktniet alleen uit het vele onderzoekdat de afgelopen decennia zowelin als buiten Nederland is uitge-voerd, maar ook uit goed gedo-cumenteerde praktijkervaringen.Onderzoek aan vijf Nederlandsebetonconstructies met een ouder-dom oplopend tot 16 jaar, waarbijpoederkoolvliegas in de vorm van3 | Invloed cementsoort enwater-cementfactor opeffectieve diffusieco?ffi-ci?nta. CEM I 32,5 R; wcf 0,60b. CEM III/B 42,5 LH HS;wcf 0,60c. CEM II/B-V 32,5 R; wcf0,60d. CEM I 32,5 R; wcf 0,50e. CEM III/B 42,5 LH HS;wcf 0,50f. CEM II/B-V 32,5 R; wcf0,504 | Elektrische weerstandvan beton met en zondervliegasa. CEM I 32,5 R; 0%vliegasb. CEM I 32,5 R; 25%vliegasc. CEM III/B 42,5 LH HS;0% vliegasd. CEM III/B 42,5 LH HS;25% vliegase. CEM II/B-V 32,5 R; 0%vliegas20181614121086420Dc1-(10?12m2/s) verhardingsduur (weken)0 6 8 10 12 14 16 18 50 125afdbec niet stationaire toestandstationaire toestand5000100010001 10 100 500 tijd (dagen)R() + ++ +++++++dceabW e t e n s c h a pDuur zaamheidcement 2002 2110portlandvliegascement, attestbe-ton of vulstof is toegepast, heeftopgeleverd dat deze constructiesin een uitstekende staat verkeren.De puzzolaniteit van de poeder-koolvliegas zorgt ervoor dat in deloop der tijd een zeer dichte be-tonstructuur ontstaat, niet alleenin de cementsteen zelf, maar ookop het grensvlak van cementsteenen toeslagmateriaal. Beton ver-vaardigd met portlandcement enpoederkoolvliegas c.q. portland-vliegascement heeft aanvankelijkeen pori?nstructuur zoals port-landcementbeton,maarkrijgtdoorde puzzolane werking na enkelejaren een dichte betonstructuurzoals die van beton vervaardigdmet hoogovencement. En over deduurzaamheid van hoogovence-mentbeton bestaat geen enkeletwijfel! L i t e r a t u u r1. Jaarverslag 2000 van GKEVliegasunie bv.2. Goessens, L.H., Brouns, S.J.P.,Portlandvliegascement, eenalternatief met perspectief.Cement 1981, nr. 12.3. Brouns, S.J.P., Portlandvliegas-cement, onderzoek naar aspec-ten van duurzaamheid.Cement 1984, nr. 11.4. BRL 1802, Nationale beoorde-lingsrichtlijn betreffende hetKOMO-attest voor een combina-tie van cement en poederkool-vliegas voor toepassing als bind-middel in beton.Certificatie-instelling BMC,Gouda, 15-10-1996.5. CUR-Aanbeveling 83, Toepas-sing van poederkoolvliegas inmortel en beton. CUR, Gouda,2001, bijlage bij Cement 2001,nr. 6.6. CUR-rapport 96-2, Vliegas inbeton: verhoging van de water-cementfactor (carbonatatie-resultaten); verlaging van hetminimum-cementgehalte;corrosie van voorspanstaal.CUR, Gouda, 1996.7. INTRON-rapport 97274,Voorstel aanpassing k-waarde inbetonvoorschriften: evaluatie enmotivatie. INTRON, Sittard,1997.8. Bijen, J., Onstenk, H., Poeder-koolvliegas: een betrouwbaregrondstof voor beton? Cement1986, nr. 10.9. INTRON-rapport 2000348,Statistische evaluatie van deonderzoeksgegevens voorpoederkoolvliegas-attestbeton.INTRON, Sittard, 2000.10. Vom Berg, W., 25 Jahre Betonmit Flugasche: Vortr?ge derSondertagung vom 29 Mai 1984(VGB-TB203), TechnischeVereinigung der Grosskraft-werksbetreiber EV. Verlagtechnisch-wissenschaftlicherSchriften, Essen.11. Dhir, R.K., Apte, A.G., Munday,I.G.L., Effect of in-source varia-bility of pulverized fuel ashupon the strength of OPC/pfaconcrete. Magazine of ConcreteResearch vol.33, 1981, no. 117,p.199-207.12. KEMA-rapport 50080251-KPS/MEC 01-6145, Poederkoolvliegasmet bijstoken: een overzicht vanhet onderzoek naar de geschikt-heid voor de toepassing inbeton; periode 1995 tot 2000.KEMA, Arnhem, 2001.13. Draft CEN Report, CEN/TC104/WG4-Doc.110/2001, Fly ashobtained from co-combustion:a state of the art report on thesituation in Europe. March 2001.14. CUR-rapport 144, Vliegas alsvulstof in beton. CUR, Gouda,1992.15. Wong, Y.L. et al., Properties offly ash-modified cement mortar-aggregate interfaces. Cement andConcrete Research vol.29, 1999,p.1905-1913.16. CUR-rapport 2000-2, Duurzaam-heid van beton met poederkool-vliegas in de praktijk. CUR,Gouda, 2000.17. INTRON-rapport 86269, Be-scherming van wapening tegendoor chloride-ionen ge?nitieerdecorrosie bij vliegascementbeton.INTRON, Sittard, 1986.18. CUR-rapport 96-3, Durability ofnew types of concrete for marineenvironments. CUR, Gouda,1996.19. Fournier, B., The role of fly ashin controlling alkali-silica reac-tion in concrete. Paper in 7thCANMET/ACI InternationalConference on Fly Ash, SilicaFume and Natural Pozzolans inConcrete, India, 2001.20. CUR-Aanbeveling 38, Maatrege-len om schade aan beton doorde alkali-silicareactie (ASR) tevoorkomen. CUR, Gouda, 1994,redactionele bijlage bij Cement1994, nr. 6.R e c t i f i c a t i eWetenschapsraad CementIn Cement 2002 nr. 1, is op blz.86 een kort redactioneel opge-nomen over de instelling vande wetenschapsraad. Helaasstaan in de lijst met namenenkele fouten.Voor de volledigheid: bijdra-gen aan de artikelenserie zijnte verwachten van de volgen-de instellingen, die wordenvertegenwoordigd door deerachter genoemde personen.TU Delft:prof.dr.ir. J.C. WalravenTU Eindhoven:prof.ir. C.S. KleinmanRU Gent:prof.dr.ir. L. TaerweKU Leuven:prof.dr.ir. L. VandewalleKMS/VU Brussel:prof.dr.ir. J. VantommeTNO Bouw:dr. R.B. Polder/ir. J. SiemesIntron:dr.ir. G.J.L. van der Wegen.WTCB:ir. J. Vyncke.
Reacties