A r c h i t e c t u u r & o n t w e r pVe r b i n d i n g e ncement 2004 612Diagnostiekgebouw UMC St Radboud, Nijmegenir. G. Groot Zwaaftink, EGM architecten bv, DordrechtVoegen, ze komen meestal pas ter sprake als het `te laat'is. In het stadium van werktekeningen worden ze toege-voegd, op advies van bouwfysici en fabrikanten, en wij,architecten, zoeken naar de minst `schadelijke' oplossing.Bij metselwerkgevels is dit nog goed te doen, bij betonnenprefab elementen gevels is dit onverantwoord. Af-hankelijk van de verdere afwerking zullen de voegen, inzekere mate, altijd het beeld bepalen. Het is daarom zaakvan de voegen uit te gaan en deze te nemen als ??n vande uitgangspunten van de materialisering.Ervaring met voegen in grote, gevelvullendebetonelementen is bij EGM vooral opgedaan bijde bouw van een aantal grote ziekenhuizen. Bijhet UMC Utrecht is in de periode 1979 tot 1989een gevel gerealiseerd met prefab-betonelementenmet ingeschokte, wit geglazuurde tegels. De ele-menten bestaan uit een 180 mm dikke binnen-plaat van 7800 mm breed, een open spouw enbuitenelementen die vanwege thermischeuitzettingsverschillen niet breder dan 3900 mmmochten zijn. De maatvoering van de tegels in degevel is strikt gekoppeld aan de modulaire maatvan de plattegronden (door de grote hoeveelheidkon een tegel 90x90 mm2vervaardigd worden dieaansluiting geeft op de moduulmaat van 300mm). Vanuit het fabricageproces lag er de eisvan `passe-partouts' van minimaal 50 mm.Ook in verticale zin is op deze wijze regelmaatbereikt in het geveluiterlijk. De hoogte van de bega-ne grond oversteeg de maximum transporthoogtevoor prefab elementen. Door de elementen intwee?n te delen is meer regelmaat in de gevel ver-De kunst van het dilaterenBij de koppeling van een buitenblad (gevel) aan eenbinnenblad, zijn dilataties in de Nederlandse bouw-praktijk bijna onvermijdelijk; in het geval van prefabgevels zelfs onontkoombaar, want de gevelelementenzijn met betrekking tot productie, transport en monta-ge aan maximale afmetingen gebonden. Toch lijkenontwerpers nog te vaak door dit gegeven te worden`overvallen'. Hoe hou je in je ontwerp rekening met dievoegen? Moeten ze zichtbaar zijn, of juist niet?Wanneer is overleg met leveranciers noodzakelijk? Aande hand van enkele voorbeeldprojecten vertellen debetrokken ontwerpers over het gevolgde ontwerpproces.Kunstig omgaan met (schijn)voegenDILATERENOF NIET?1 |Diagnostiekgebouw UMCSt Radboud, Nijmegen;het deels vrijstaandescherm rondom de tech-niek op het dak is duide-lijk zichtbaar2 |De stenen gevel is opge-bouwd uit grote traver-tin-kleurige betonele-mentenA r c h i t e c t u u r & o n t w e r pVe r b i n d i n g e nkregen. De verdiepingshoogten waren namelijkgedicteerd door de overstelpende hoeveelheid tech-niek, en het principe van technische tussenlagen.De ervaring dat voegen niet alleen noodzakelijkzijn, maar ook kunnen worden ingezet als schaal-middel in de gevelopbouw, heeft tien jaar later eenrol gespeeld bij de gevel van het UMC St Radboudin Nijmegen (foto 1). Beeldbepalend aan het pleinzijn daar ambachtelijke metselwerkwanden uit dejaren vijftig. De nieuwbouw aan de overzijde vanhet plein is van een andere schaalgrootte. Opgrond van deze stedenbouwkundige context isdaarom gekozen voor eveneens een stenen gevel,maar dan opgebouwd uit grote travertin-kleurigebetonelementen (foto 2). Omdat vanaf het beginduidelijk was dat het gebouw uiteindelijk in tweefasen, door mogelijk verschillende aannemers, zouworden gerealiseerd, is expliciet gezocht naar eennatuurlijke samenstelling voor de kleur. Met eenpotenti?le leverancier is overlegd en een monstergekozen. In het bestek werd voorgeschreven dat erlouter natuurlijke grondstoffen mochten wordengebruikt, opdat het resultaat reproduceerbaar zouzijn. Het gewenste resultaat is met de definitieveleverancier bereikt met taunus zand en grind.De dragende binnenbladen zijn uiteraard stramien-breed (7200 mm), het zichtwerk de helft, 3600 mm.Deze keuze is in overleg met de constructeurbepaald. Figuur 3 geeft aan waar de dilatatievoeg isaangebracht. De mogelijkheden qua hoogte (verdie-pingen h = 4000 mm, begane grond h = 4160 mm)vereisten overleg met enkele leveranciers. Debovenste laag, een deels vrijstaand scherm rondomde techniek, was te hoog voor transport. De schijn-voeg in het buitenblad van beneden werd daar deechte voeg tussen enkelwandige elementen, diealdus toch, gekanteld, op transport konden.Dezelfde gevel komt tevoorschijn in de binnen-ruimte van de `centrale as', een extra reden om viavormgeving van de elementen de verschillendeschaalniveaus tussen plein en hand vorm te geven.De hoogtemaat is verdeeld in stroken met een wis-selende afwerking (travertin-motief en gestraald).De verticale voegen dragen wezenlijk bij aan hettotaalbeeld en zijn niet gezien als obstakel in devormgeving. Integendeel, het zichtbaar maken vande maat van de elementen is een wenselijk onder-deel van de beleving op verschillende schaalni-veaus.Projectgegevensopdrachtgever:UMC St Radboud, Nijmegenarchitect:EGM architecten bv, Dordrecht i.s.m. Nijst Idema Burger,Amsterdamaannemer:BAM Utiliteitsbouwconstructeur:Aronsohn, Rotterdamprefab leverancier:HIBEX bv, GroningenMillennium Tower, AmsterdamA. van Waart, EGM architecten bv, DordrechtIn de ontwerpfase van de Millennium Tower (foto 4), stel-de de opdrachtgever aan het ontwerp-/bouwteam eenaantal voorwaarden: tijdige oplevering, een hoogwaardi-ge uitstraling, praktisch onderhoudsvrije gevels en eengelimiteerd budget. Vanwege de korte bouwperiode,waarbij eerst nog twee parkeerlagen als onderkelderinggerealiseerd moesten worden, lag het voor de handzoveel als mogelijk met prefab elementen te bouwen.1253304603016075225761555020220120120205501576aluminium waterslagvochtkeringalu. afwerkingkit+bandgipswandingestort pvc railprofielpvc regenkeringsstrippu- schuimkit+bandaluminium geisoleerd kozijnraam of vastglasas3 |Detailtekening van dedilatatievoeg in de gevelvan hetDiagnostiekgebouwcement 2004 6 13A r c h i t e c t u u r & o n t w e r pVe r b i n d i n g e ncement 2004 614Met hoogbouw in prefab beton had EGM eerderervaring opgedaan, waardoor onder meer het trans-port (rekening houdende met een vrije hoogte vanviaducten van maximaal 4,2 m en maximaal tonna-ge voor het vrachtverkeer) en het op hun plaats hij-sen van prefab-betonelementen met bouwkranen,geen onbekend terrein was. Het gehele dragendeskelet (dus wanden, vloeren en balken) werd inprefab beton uitgewerkt. Door te kiezen voor eenzo compleet mogelijk afgebouwd prefab-betonnensandwich gevelelement, dus inclusief de gevelkozij-nen en een deel van de beglazingen, kon zo snelmogelijk aan de binnenafwerking worden begon-nen. Om dit te kunnen realiseren, moesten gevel-perforaties (zoals kozijnen) binnen de afmetingenvan het prefab element vallen. Ook de anders tochmoeizame water- en luchtdichte detaillering van dekozijnaansluitingen in twee elementen speeldehierbij een rol (fig. 5).Vanuit deze gegevens is een gevelverdeling ont-worpen uitgaande van:? enveloppe sandwichelement (buitenblad overlaptbinnenblad in verticale zin, in horizontale zineen doorlopende voeg), waardoor een natuurlijkeverticale waterhuishouding ontstaat, en in dehorizontale voeg een voegafdichtingsprofiel inhet buitenblad moet worden toegevoegd;? maximale hoogte van 3,6 m en enveloppe vancirca 0,35 m;? maximale lengte 7,2 m en bruto gevelpakket vancirca 0,47 m dik (ter plaatse van de kopgevelele-menten);? maximale massa circa 12 ton.Voor het ontwerp resteerden daarna de volgendekeuzemogelijkheden:Textuur/kleur van het buitenbladGekozen is voor een in de massa gekleurd zwartbeton, waaraan gebroken graniet is toegevoegdwaardoor een authentieke `glimmering/textuur'van natuursteen ontstaat. Het buitenblad is terplaatse van de `bisschopsmutsen' gepolijst, terwijlt.p.v. verticale voeg afplakkenoppervlakte gezuurdloshangend folieASaluminium kozijncellenband + kitisolatiesandwich gepolijstlekdorpel + kopschotjesdoorlopend polyester profiel(zwart labrador)b.k. computervloerpeil50909040208801901902019019085151501006 |Horizontale voegen wor-den verwerkt in de tex-tuur van het buitenblad;de verticale voegen zijnniet of nauwelijks tecamoufleren4 |Millennium Tower,Amsterdam (foto: InekeKey, Rotterdam)5 |Detaillering van de kozijnaansluitingenin twee elementen. Let ook op deschijnvoeg, die dezelfde dikte heeft alsde echte voegA r c h i t e c t u u r & o n t w e r pVe r b i n d i n g e nhet bij de neggekanten van de raamopeningen ende gesloten stroken bij de raamstroken is gezuurden deels gecanneleerd. Hierdoor is het grote vlakgebroken en ontstaan bijzondere schaduwwerkin-gen.Wel of niet zichtbare voegen tussen de elementenDe voorkeur ging uit naar in het zicht blijvendevoegen (zowel horizontaal als verticaal), echtermet de restrictie dat de voegen zoveel mogelijkmoesten worden gebruikt voor de uitwerking vande textuur van het buitenblad (foto 6). De hori-zontale voegen zijn verwerkt in de textuur vanhet buitenblad door deze te integreren in de ver-diept liggende voeg van de `kussenprofile-ring/bisschopsmutsen'. De verticale voegen zijnniet of nauwelijks te camoufleren, wel is hierbijhet voegprofiel (couvraneuf/b?ffle) verdiept aan-gebracht in de kleur van het buitenblad (zwart).Type raamopeningenIn eerste instantie ging de voorkeur uit naar eengevelpui met doorlopende stroken. Door de eerdergenoemde problematiek van de onderlinge aan-sluitingen tussen puien en prefab beton is echtergekozen voor rechthoekige puien in goudkleurmet neutraal getinte beglazing.Afwerking binnenzijde (ook ter plaatse van met namede verticale voegen)De borstweringen ter plaatse van de raamopenin-gen zijn afgeschuind (geen vensterbanken) engeschilderd, het resterende vlak is fabrieksmatiggevlinderd en in de bouw voorzien van spuitwerk.De verticale voegen van de binnenbladen zijnvoorzien van een terugliggend gedetailleerde sta-pelmortel en van een spuitpleister afwerking.De bouw van deze 98 meter hoge toren was welis-waar een race tegen de klok, maar aan de in deontwerpfase gestelde opleveringstermijn werd vol-daan: op 1 juli 2004 is de Millennium Tower opge-leverd.Projectgegevensopdrachtgever:IMCA Vastgoed, Amsterdamarchitect:EGM architecten bv, Dordrechtadviseur constructie:Ingenieursgroep Van Rossum, Amsterdamaannemer:Wessels Zeist / IBB Kondor Sassenheimprefab leverancier:Westo Prefab Betonsystemen BV, Coevordenconstructeur prefab:Aveco de Bondt, RijssenBurgemeester De Monchyplein, Den Haagir. Q.R. Wildeboer, Pieters Bouwtechniek Haarlem b.v.Het project De Monchyplein, gelegen op de plek van hetoude stadhuis in de Archipelbuurt in Den Haag, is een ont-werp van Ricardo Bofill. De architectuur van Bofill, geken-merkt door een neoclassicistische vormgeving, sluit goedaan bij de naast gelegen bebouwing van de statige 19deeeuwse wijk. Het Monchy-project bestaat uit twaalf appar-tementengebouwen, tien twee-onder-??n kap stadsvilla'sen drie kantoortorens (foto 7). De parkeerplaatsen zijnonder de bouwblokken en onder een omvangrijke binnen-tuin gesitueerd. De eerste ontwerpschetsen dateren van1996; de uitvoering is in 1999 gestart, waarbij de bouw-blokken gefaseerd zijn uitgevoerd. Het laatste bouwblok ismedio 2003 afgerond.Naast de architect en de gebruikelijke adviseurs,participeerden in de ontwerpfase ook de project-ontwikkelaar en de aannemer in het projectteam,zodat in een vroeg stadium zaken als bouwmetho-de, bouwkosten en detailtechnische aspecten(maakbaarheid, onderhoud enz.) aan de orde kwa-men. De aannemer kon hierdoor vroegtijdig hetontwerp beoordelen en samen met de prefab fabri-kant zijn inbreng leveren. Door de gefaseerdebouw van de blokken kon opgedane kennis wor-den meegenomen naar de volgende bouwblokken.Ter voorbereiding op het ontwerp bracht het pro-jectteam een bezoek aan eerder door Bofill ontwor-pen woningbouwcomplexen in Parijs. Een aantalvan deze projecten bleek te bestaan uit in het werkgestorte massieve wanden zonder spouw en over-wegend zonder isolatie. Het bouwteam kwam alsnel tot de conclusie dat de gevels bij het Monchy-project moesten worden opgebouwd uit prefabgevelelementen in de vorm van op- of aangehan-gen en/of gestapelde buitenbladen (foto 8). Bij dekantoortoren zouden dragende sandwichelemen-ten moeten worden toegepast.De schetsontwerpen van de architect vormden hetstartpunt voor de bouwkundige tekenbureaus omhet gevelbeeld nader uit te werken, zoals maatvoe-ring en de veelvuldige sprongen (diepe en gelaagdeneggen) en overgangen in de gevel. Aan de handvan de gevelaanzichten is door de constructeur deafdracht naar de hoofddraagconstructie bepaald. Inhet project zijn voor de belastingafdracht verschil-lende principes toegepast, via de vloer, via dunneprefab binnenspouwbladen, rechtstreeks naar defundering en via dragende sandwichelementen. Depositie van de voegen werd vanuit constructief oog-punt in hoofdzaak bepaald door de belastingaf-dracht, elementafmetingen, thermische vervor-ming en door de plastiek van de gevel.cement 2004 6 15A r c h i t e c t u u r & o n t w e r pVe r b i n d i n g e ncement 2004 616Een groot aantal horizontale voegen kon wordengecombineerd met de overgang van de naar bin-nen en buiten springende geveldelen en warendaardoor niet beeldbepalend. Moeilijker lag hetvoor de verticale voegen. Er is veelvuldig gebruik-gemaakt van schijnvoegen (fig. 9). Dit stelde ech-ter hoge eisen aan de maatvastheid van productieen van plaatsing van de elementen. De hoekoplos-singen waren hierbij nog kritischer dan de gewonevoegen. Hier waren geen correcties mogelijk in deuitvoering.De detailuitwerking van het prefab gedeelte is ver-zorgd door de constructeur van de leverancier,waarbij de bouwkundige tekeningen en principe-details van de hoofdconstructeur de basis vorm-den. Een aantal complexe details, waarvoor vanuitmeerdere disciplines inbreng nodig was, zijn pasin de werkfase uitgewerkt en vastgesteld. Het ini-tiatief hiervoor lag bij de hoofdconstructeur.Uiteindelijk hebben bij de ontwikkeling van de pre-fab detaillering de volgende aandachtspunten alseen rode draad door het ontwerpproces gelopen:? belastingafdracht van de gevel op de hoofddraag-constructie;? wijze van bevestigen van gevelelementen (stape-len, ophangen);? thermische vervormingen (horizontaal en verti-caal);? uitvoering (montage, stelruimte, elementafme-ting);? productietechniek, zoals te maken bekistingsmalen gelijkmatige kleurverdeling in het element;? last but not least: de architectuur. Projectgegevensprojectomvang:382 wooneenheden en 3 x 4.000 m2kantoorruimteopdrachtgever:De Monchyplein C.V. (Eurowoningen Blauwhoed en Hillen &Roosen)ontwerp:Taller de Arquitectura, Ricardo Bofill, Barcelonadirectie:Eurowoningen Blauwhoed, Rotterdambouwkundige uitwerking:Pieters Projectbureau, Haarlem; Bouwstart, IJsselstein; Archi-tectenbureau P.Schurink, Rotterdamhoofdconstructeur:Pieters Bouwtechniek, Haarlemhoofdaannemer:Hillen & Roosen, Amsterdamleverancier prefab gevels:Hurks beton, Veldhovenconstructeur prefab:Delphi Engineering, Veldhoven en Adviesburo L. Snijders, Val-kenswaardschijnvoegschijnvoegschijnvoeg31515151550505788515851531515315915315151585851550748407250 120 150 5020250 120 1507487 |De woontoren Olympus aan het Burgemeester De Monchypleinin Den Haag8 |Gevelbeeld van de woontoren Olympus9 |Detailtekening van de woontoren Olympus, waarin de echteen de schijnvoegen zijn aangegeven
Reacties