L...--~ ~_---l~__~__~~__1INFORMATICACALI, EEN CONSTRUCTIEF ONTWERPPROGRAMMA VOOREENGEZINSWONINGENir.WJ.M.Peperkam.p, ir.S.E.van Manen, ir.A.J.Wubs, IBBC~TNO, RijswijkCAD/CAM-bouwbeleidmBCHet pakket CALI is voortgekomen uithet CAD/CAM-bouwbeleid, zoals datin het begin van de jaren tachtig doorhet IBBC is geformuleerd en later waarnodig is aangepast. In essentie is hetCAD/CAM-bouwbeleid gericht op hettot stand brengen van produktafuanke-lijke technische informatiesystemen,die zijn afgestemd op de Nederlandsedoor een verandering in de bouwwijze,van grootschalig monotoon naar klein-schalig gevarieerd. Gelijktijdig onder-vond de gietbouw meer en meer con-currentie van de stapelbouw. Deze om-standighedenhebben ertoegeleiddatdefunctionele eisen van het pakket voort-durend moesten worden bijgesteld.1 Skelet van draagconstructie enfunderinggedachte heeft het IBBC ingespeelddoor het totstand brengen van een pak~ket, waarmee snel en efficient het con-structief ontwerp voor de draagcon~structie in volledig gedocumenteerdevorm kan worden verkregen.Sinds de start van CALI is de situatie inde woningbouw echter aanzienlijk ver-anderd. Niet alleen verminderde de to-tale woningbouwproduktie met zo'n30% perjaar, maar liep ook het aandeelvan de gietbouw daarin terug. Boven-dien nam de gemiddelde projectgrootteaf;warenvroegerprojectenvan 300 wo-ningen geen uitzondering, tegenwoor-dig zijn de projecten beperkt tot nogmaar 10 ? 30 woningen. Hiermee is eentrend ingezet die werd gekenmerktMarktbehoefteMet de ontwikkeling van het CAD/CAM-programma CALI is begonnenineen periode dat er nog op grote schaaleengezinswoningen werden gebouwdvolgens de gietbouwmethode. Van dejaarlijks te bouwen woningen werd cir-ca 55% gerealiseerd ingietbouw. Hetac-centlagop hetbouwvolume, deproject-en seriegrootte en de geringe vormdif-ferentiatie. Als gevolg hiervan loondehet om door middel van een doordachtconstructief ontwerp, kleine besparin-gen per woning na te streven. Op dezeIn deze artikelenserie opnieuw een voorbeeld van een ontwerp- en tekenpakket, datin de praktijk wordt toegepast. Door mBC-TNO is een technisch informatiesysteemontwikkeld ter ondersteuning van het constructiefontwerpen van woningen dievolgens de gietbouw- ofstapelbouwmethode worden uitgevoerd.In samenwerking meteen aantal adviesbureaus voor betonconstructies zijn veelpraktijkgerichte aanpassingen en verbeteringen verwerkt, hetgeen heeft geleid toteen praktisch bruikbaar programma.Het systeem omvat zowel het? ? casco van de bovenbouwals defundering (fig. 1). Het pro-gramma, dat uit een gekoppeld reken-en tekenpakket bestaat, is modulair Vanopbouwen interactief in het gebruik.Het rekenpakket dimensioneert de wa-pening en controleert ofwordt voldaanaan de eisen met betrekking tot bezwij-ken en bruikbaarheid. Met het teken-pakket worden de vloeren, de wanden,de funderingsbalken en het palenplangetekend.. De relevante normen envoorschriften zijn volgens het modulai-re concept opgenomen.Het project waaruit de huidige versievan CALI is voortgekomen, diende eentweeledig doel: het voorzien in een be- I----~----~-~----~--~----~---~-__ihoefte van de woningbouwmarkt aaneenge?ntegreerd reken- en tekenpakketvoorgiet- en stapelbouwenhetverwer- L...-- ~_ _- ~_~ -_~--~-_--_Iven van inzicht in de structuur vanbouwstenen voor CAD/CAM-syste-men, waarbij een door het IBBC ge?n-troduceerde systematiek als uitgang-punt is gekozen.Cement 1990 nr. 5 23'-- -~__~~--'-- ~ ~I~IN_F_O_RMA:--.-T-I-C~A~-----2 Enkele dwarsdoorsnedevorlllenvan de woningpaald op grond van door de gebruikeropgegeven vloer- en wanddikten. In-dien gewenst kan de vloerdikte ookdoor het programma worden bepaald.In het tweede deel wordt de wapeningvan de funderingsbalken berekend opbasisvandedoorde gebruiker te specifi-ceren balkafmetingen en de positie vande palen onder de balken. Tevens Vlfordtin dit deel ondersteuning geboden bijhet ontwerpen van het palenplan.Het pakket voorziet in:- een raamwerkberekening, gebaseerdop de eindige-elementenmethode,met inachtneming van fysische engeometrische niet-lineariteit, Waar-meede sterkte enstabiliteitvan de bo-venbouw wordt gecontroleerd;- een niet-lineaire berekening van dedoorgaande vloeren bij woningen dievolgens de stapelbouwmethode wor-den uitgevoerd;- het samenstellen van de belastings-combinaties uit gegevens die zijn ont-leend aan de TGB Algemeen (NEN3850);- de mogelijkheid om als gebruiker be-lastingen te defini?ren, die bijvoor~beeld afkomstig zijn van een sporen-spant en een gevelvulling;~ het controleren van de toelaatbarepaalbelasting;~ het berekenen van de wapening in defunderingsbalken;- het leveren van een tekening van hetpalenplan en de wapeningsteke-ningen van de vloeren, de wanden ende funderingsbalken;- het documenteren van een volledigecontroleberekening ten behoeve vanBouw- en Woningtoezicht;G,Het dak en de begane-grondvloer zijnuiteraard wel van belang voor de verde-ling van de hieruit afkomstige belastingop de geschematiseerde constructie.De begane-grondvloer, waarvan wordtaangenomen dat diteensysteemvloeris,draagt het eigen gewicht en de overigedA/G,dSchematiseringFiguur 2 toont een viertal dwarsdoor-snedevormen van een woning, waarophet programma CALI van toepassing is.De draagconstructie van de woning be~staat uit de eerste, tweede en eventueelderde verdiepingsvloer en de wanden.In de schematisering tot een tweedi-mensionaal raamwerk worden de bega-ne-grondvloer en het dak niet opgeno-men.Bij toepassing van de gietbouwmethodewordt de stabiliteit uitsluitend ontleendaan de verbinding tussen de wanden ende verdiepingsvloeren en eventueel aande ondersteuningswijze van de wandenter hoogte van de begane~grondvloer.Voor dit laatste kan worden gekozen uiteen scharnierende, verend ingeklemdeofvolledig ingeklemde ondersteuning.Bij de stapelbouwmethode wordt ver-ondersteld dat deschijfwerking van bij-voorbeeld het metselwerk in de langs-gevels, de stabiliteitverzorgt. De stabili-teit, de sterkte en stijfheid van dezeschijven wordt niet gecontroleerd. Deontwerpberekening beperkt zich in ditgeval tot de dimensionering van dedoorgaande vloeren.I'- het berekenen van de hoeveelhedenbeton en staal met eenspecificatievande netten en bijlegwapening.?1ddI,Gevel AGevel ABenodigde hardwareCALI is geschrevenin FORTRAN 77 enkanop demeestecomputerswordenge-installeerd. Bij de gebruikers die op ditmoment over het pakket beschikken,draait CALI op IBM-compatibele pc's.De minimaal benodigde configuratiebestaat uit:- een werkgeheugen van 512 kBytes;- een mathematische co-processor;- een vaste, harde schijf;- een printer;- een HP-plotter (HP7550a ofHP747Sa) ofeen tekenpakket meteenIGES 2.0 interface.In'het eerste deel wordt de wapening indeverdiepingsvloerenendewandenbe-bouww?jze en voorschriften en die zijnsamengesteld uit onafhankelijke func-tionele bouwstenen.Inhetonderzoek naarde meestgeschik-te structuur voor technische informa-tiesystemen speelt de uitwisselbaarheidvan gegevens tussen de modulen waar-uit een dergelijk systeemis opgebouwd,een essenti?le rol.Binnen de Tl-systemen van IBBC zijndrie ontwikkelingsniveaus te onder-scheiden:- op het laagste niveau komen de mo-dulenvo'or met eenzeeralgemeenka-rakter. Deze functioneren als bouw-stenen in uiteenlopende TI-systemen.Voorbeelden hiervan zijn database-management modulen en tekenmo-dulen;- op het bedrijfstype-gericht niveauworden de modulen aangetroffen dievantoepassingzijnbinneneenbepaal-de bedrijfstak, zoals de woningbouw,de scheepsbouw en dergelijke;- op het produkttype-gericht niveauzijn de modulen specifiek voor eenbepaald produkt binnen een bedrijfs-tak, zoals hier de gietbouwwoning.Teneinde de systematiekvoor TI-syste-men te kunnen toetsen is een aantalspeerpuntprojecten opgezet. Het pro-ject CALI is er ??n van.CllLIalsonbwerpprograr.nnrraCALI is een pakket waarmee de Qnt~werp- en dimensioneringsactiviteitenworden ondersteund ten behoeve vaneen rij eengezinswoningen die wordenuitgevoerd volgens de gietbouw- ofsta-pelbouwmethode. In de totale 'life-ey-cIe' van de woning bestrijkt het pro-gramma de fase vanaf het architecto-nisch ontwerp tot en met het definitieveconstructiefontwerp. Hetpakketomvattwee delen, die afzonderlijk zijn te ge-bruiken en respectievelijk betrekkinghebben op het casco van de woning enop de funderingsconstructie.24 Cement 1990 nr. 5belasting rechtstreeks af aan de funde~ring en is dus alleen van belang voor deberekening van de funderingsbalken enhet palenplan.Het dak van de woning kan bestaan uiteen plat dak ofeen kap. In het geval vaneen kapconstructie zijn er drie moge-lijkheden ten aanzien van de uitvoe~ringswijze en de daaruit voortvloeiendebelastingsafdracht. In het geval van gor-dingen die van wand tot wand dragen,wordt de dakbelasting rechtstreeksovergebracht op de wanden. Worden degordingen 'halverwege ondersteunddoor een tussenspant, dan wordt eendeelvan de dakbelasting op devloerran-den evenwijdig aan de langsgevels over~gebracht.Bestaathetdak uiteen sporen-kap, danwordt eveneens eendeelvan dedakbelasting via de vloerranden afge~voerd.Modulaire opzet van CALIHet pakket CALI bestaat uit 14 modu~len; dit zijn zelfstandige programma'smet elk hun eigenin- en uitvoer. Figuur3 geeft een overzicht van de modulenvoor de bovenbouw en figuur 4 eenoverzicht van de modulenvoor de fun-dering. De modulen moeten worden'gerund' in de volgorde zoals ze in defi-guren zijn getekend. Elk volgend mo~duul maakt gebruikvan de gegevens diedoor voorafgaande modulen zijn gege~nereerd en vraagt interactief om aan~vullende gegevens met betrekking totdatmoduul.Aldusvoegtelkmoduulin~formatie toe aan het datamodel van deconstructie. Is het model volledig ge~vuld dan kunnen hiervan representatiesworden vervaardigd in de vorm van te~keningen, documentenenIGES~files.Inde IGES~files wordt op een gestandaar~diseerde manier tekeninformatie opge-slagen, waardoor het mogelijk is de te~keningen uit te wisselen met andere te-kensystemen, zoals bijvoorbeeld Auto~Cad.De databestanden, die m de figurenruitvormig zijn aangegeven, verzorgende communicatie tussen de modulen.Het opslaan enophalenvan de gegevensin die bestanden berustop een eenvou-dig data-management systeem.Bij de berekeningenworden de gangba-re voorschriften gehanteerd, zoals deVoorschriften Beton VE 1974/1984, deVET 1986 en de TGB Algemeen, terwijlde tekeningen voldoen aan de eisenge-steld in NEN 3870.Bovenbouw (fig. 3)De voorschriftgegevens worden doorhet moduul NENDAT opgeslagen ineen databestand 'NENDATD'. Dit be~stand wordt door alle modulell, voorzo-ver nodig, geconsulteerd. Het gebruikvan een apart voorschriftenmoduul be~vordert de consistentie en de onder-houdbaarheid van het programma. Hetverwerken van gewijzigde voorschrift-gegevens is beperkt tot een enkel mo~duul. Verder is hiermee bereikt dat hetmoduul als bouwsteen ook bij andereontwerpprogramma's kan worden ge~bruikt, zoals bijvoorbeeld bij CAPRI,een bij het IBBC ontwikkeld ontwerp~pakket voor geprefabriceerde betonnenhallen.Het moduul INVOER verzorgt de in~voervan de geometrieende belastingen,voor zover die niet rechtstreeks via hetvoorschriftenmoduul worden ingele-zen. Zo worden er bijvoorbeeld aanvul~lende belastingsgegevens opgevraagdmet betrekking tot de vloerafwerking,de lichte scheidingswanden en de lijn-lasten op de verdiepingsvloerell. Voorhet specificeren van de materiaaleigen-schappen is het opgeven van de vereistesterkteklasse voldoende.De invoer gebeurt alfanumeriek aan dehand van een eenvoudige USer interface.Veelal aan de hand van keuzemenu's be~antwoordt de ontwerper vragen die intermen van zijn vakgebied zijn gesteld.Nadatalle vragen voor een bepaald pro-ject zijn beantwoord, worden de ver~werkte gegevens weggeschreven naareen bestand. Is een project reeds eerderingevoerd dan bestaat er al een bestand.INVOERzal de hierin opgeslagen gege~vens gebruiken als 'default'-waarden,waardoor eenvoudig en snel wijzigin-gen kunnen worden doorgevoerd. Hetgebruikvandefault-waarden geldtvooralle modulen.r------...,....--JI 111 NENDATlli -;/NENDATD/__L_ ---l-'----~--"~~-IIINVOER21 -;/ INVOER. D / - -I---~-IISTANLI 31 -;/ STANLI.D / -_---'---I~-.---~~-I1 STR0031 -;/STROOKD / - -I-~~~--IIWAPEN 517 WAPEND / - -1--1--1--11 RAPPOR6' I TEKEN 71 I TEKIGS 61 1 HOEVEy4'I I I IIDOCUMENTI1 ~f{:: ~ I ~f:s ~ IDOCUMENTI3Overzicht van de modulen van het progranuna voor dedraagconstructieCement 1990 nr. 5r--,.-----?----,I I'i INENDATli -;/NENDATD/_L----l~-----~...J--__1 INVOER 2 ' z:INVOER.D / -I-------~IFUNINV9' ~ FUNINV D / -1---1-----IFUNBE~o' - -;/FUNBERD/---1--1--1----1I FUNRA~11 I FUNTEI)zl 1 FUNIGSl311 HOEVE~41I I I IIDOCUMENTI 1~~r;~1~~ffi~:~@~ 1~~F~I?~fEg~~~CIjJ~ IDOCUMENTI4 Overzicht van de modulen van het progranuna voor defundering25M-extra12,114,096,394,839,16M-~tra12,114,096,394,839,16M-totaal32,6222,9625,2723,6929,67M-totaal32,6122,9325,2323,6629,78breedte : 1,000 mpundast: 14,24 kNM-extra12,834,386,874,9910,41M-extra12,114,096,394,839,16M-totaal39,9029,2831,7929,8837,475 Veldmolllenten in doorgaande.versterkte vloerstroken langstrapgatenIINFORMATICAstramien1-22-33-44-55-6stramien1 - 22-33-44-55-6Strook 3Het moduul STANLI voert op basis vande eindige-elementenmethode eenvol-ledige fysische en geometrische niet-li-neaire raamwerkberekening uit per be-lastingscombinatie, gecombineerd meteenoptimalisatieprocedurevoor dewa-pening. De berekening itereert overmaximaal vier belastingscombinatiesnaar een eindoplossing, waarbij de mi-nimaalbenodigdewapeningin mm2perm wordt gevonden. Op dit moduul zalnog nader worden ingegaan.FoutenafhandelingWanneer de ontwerper bij het invoerenvan gegevens ongebruikelijke infor-matie verstrekt, reageert het desbetref-fende moduul direct met een foutmel-ding, meestal gevolgd door een aanwij-zing. Het is ook mogelijk dat een con-structie wordt ontworpen die niet vol-doet aan de gestelde eisen. Zijn bijvoor-beeld de wanden te licht gedi-mensioneerd dankan ergeenevenwichtworden bereikt in de stabili-teitsberekeningvan het moduul STAN-LI. In dit geval krijgt de ontwerper hetadvies dewandenofdevloeren dikkertemaken....6 Ondernetten in een verdiepingsvloer ter plaatse van het 7 Bijlegstaven als onderwapening in een verdiepingsvloereerste veld ter plaatse van het eerste veld26 Cement 1990 nr. 5massatotaal46,84-23,08- +69,92 kg215555totaalaantal354-179haaklengte(mm)102878110,08,0kenmiddellijn (ontw) lengte(mm)merk9 Overzichtsstaat van de wapeningin een verdiepingsvloerhakenHet moduul STROOK vult de STAN~LI~berekening aan meteen detailleringvan de wapening in de versterkte stro-ken langs de trapgaten en ter plaatse vande randenvan devloeren,waarop de ge-velbelasting en in sommige gevallen detussenspantbelasting werken. De wape-ning wordt gesuperponeerd op die vande raamwerkberekening in STANLI.De uitvoer van RAPPOR is een over-zichtelijkverslagvan de ingevoerdeont- 8 Netwapening in een eindwandwerpgegevens, de berekeningsprincipes I----,..,.-,..,.-,..,.-,..,.-,..,.-,..,.-,..,.-,..,. .....,........,...-,..,.-,..,.-,..,.-,..,.-,..,. -,..,.-,..,.-,..,......,...-,..,.-,..,.-,..,.-,..,.-,..,.-,..,. ~-,.,-jen de berekeningsresultaten. Het docu-mentvoldoet aan de eisen die door con-trolerende instanties als Bouw- en Wo-ningtoezicht worden gesteld en wordtopgeslagen in een bestand dat recht-streeks naar de printer kan worden ge-stuurd. Figuur 5 geeft eenvoorbeeld vande uitgevoerde veldrnomenten in dedoorgaande versterkte stroken langs detrapgaten.WAPEN vertaalt de eerder berekendehoeveelheid wapening in mm2naar sta-ven en netten. Er wordt een minimumaan massa nagestreefd, waarbij de ge-bruiker nog wel invloed heeft op dekeuze van de staven en netten. De staaf-en netgegevens zijn verzameld in eenvoor een tekstverwerker toegankelijkbestand, zodat de constructeur/ontwer~per zijn eigen voorkeursnetten, dan weldievan een bepaaldeleverancier kange-bruiken. Het programma voorziet in demogelijkheid de netten passend te ma-ken, indien dat beter uitkomt ofgoed~koper is.NaWAPEN is hetproduktmodelvan debovenbouw gereed en kunnen repre-sentatieshiervan in devormvan rappor-ten en tekeningen worden vervaardigd.~====~~~==~~~~~~~Het moduul TEKEN verzamelt alle in-formatie die nodig is voor het makenvan bouwkundige tekeningen en wape-ningstekeningen enregelt het daadwer-kelijk tekenen, zoals het besturen van deplotter. De uitvoer bestaat uit diverse fi-les, ??n voor elke tekening, die directnaar de plotter kunnen worden ge-stuurd.Met het oog op het praktisch gebruik opde bouwplaats wordt voor alle tekenin-gen het A3-formaat aangehouden, integenstelling tot het meestal gangbareformaat Al of AO. Bovendien kunnendeze tekeningen met relatief goedkopeplotters worden gemaakt.vande onder-en bovenwapening in de vloeren wor-den aparte tekeningen van de wape-ningsnetten en de bylegwapening ge-maakt (fig. 6 en 7). Van de wape-ningsnetten in de eindwand wordtin fi-guur 8 een karakteristiek voorbeeld ge-geven.Cement 1990 nr. 5 27______________________I_IN__FO_RMA:__T_I_C_A _Wapening in een funderingsbalkonder de kopwand .11Dimensionering van de boven-bouwHet zwaartepunt van CALI wordt ge~vormd door het moduul STANLI, om-dat hierin de feitelijke dimensioneringvan de hoofddraagconstructie plaats-heeft. De dimensionering komt neer ophetbepalenvan de wapening in de wan-den envloeren en eventueel het bereke~nen van de vloerdikte. Zijn de wape~Met de modulen FUNRAP, FUNTEK,FUNIGS en HOEVEL worden van hetproduktmodel van de fundering opovereenkomstige wijze als voor de bo~venbouw, de representaties in de vormvan gedocumenteerde verslagen en te-keningen geproduceerd. Een voorbeeldvan de wapeningstekening voor de fun-deringsbalk is gegeven in figuur 11.ooLDNooLDNooLDNPalenplanstramienlijnen cp ~ T~1-..,..-:.2=--7--"O--"O~-I-- 5=-i~+(O:"'::O -4--_ _-....:c5--"4,,,-oo-,-----_ _-{1I 0 I 0 I IJ l_.,_fiL I~ _ ~~ 2, ?..__/_Mb~xcentriciteit ~ T-y ~:~~? Ander 81 8 II N # N +II~ ~ I ~I 0 -0/ 0 +/.u.~ g i g lIlI~Js~?~~~~'-; l' : j~ N ~ 7__I 100,excentriciteit gr Ipalen onder LO....1__k_O_pg_e_Ve_i_wa~n_d -+I - __~_---'110ve procedure kan met het aantal palenen de paalpositie zodanig worden ge-schoven, dat de totale belasting uitein-delijk gelijkmatig over alle palen wordtverdeeld. Het opgegeven draagvermo-gen mag daarbij nietworden overschre-den. Met behulp van de door het pro-gramma berekende excentriciteit tus~sende resultante vande paalkrachtenendie van de verticale belasting, kan snelnaar eencorrecte oplossingworden toe-gewerkt.In het tweede deel wordt voor de afzon-derlijke funderingsbalken een door~gaande liggerberekening uitgevoerdwaarbij, rekening houdend met de toe~laatbare scheurwijdte, de meest econo-mische wapening wordt bepaald. Uit debeschikbarekenmiddellijnenwordt eenoptimale keuze gemaakt.FunderingFiguur 4 geeft de berekeningsgang vande fundering weer. De modulen NEN-DAT en INVOERdie nodig zijnvoor debovenbouw, worden ook gebruikt voorde fundering. INVOER levert in dit ge-val de gegevens voor het berekenen vande belastingdie uit de bovenbouwop defundering wordt afgedragen.Het moduul FUNINV regelt de addi-tionele invoervan de belastings-engeo-metriegegevens die specifiek zijn voorde fundering en nog niet eerderzijnver-strekt via het moduul INVOER. Hetgaat hierbij om gegevens over de palenen de funderingsbalken onder de langs-gevels en bouwmuren. Bij het opgevenvan de positie van de funderingsbalkenen palen, worden als referentie de stra-rnienlijnen uit de plattegrond van debovenbouw gebruikt (fig. JO).Het moduul FUNBER bestaat in feiteuit twee delen. Het eerste deel dient alshulpmiddel bij het ontwerpen van hetpalenplan. Met het tweede deel wordtde wapening van de funderingsbalkenberekend. Op grond van een interactie-Ook het moduul HOEVEL verzameltinformatie, maar nu gericht op het ma-ken van overziehtsstaten, waaruit dehoeveelhedenstaal en beton direct kun-nen wordt;n afgelezen. Van de netten,haken en bijlegstaven worden .de type-aanduidingen, afmetingen, aantallen enmassa's in onderdeel- en totaalstaten af-gedrukt (fig. 9).Het moduul TEKIGS verzamelt, even-als het moduul TEKEN, alle teke~ninformatie. De tekeninformatie wordtnu echterin IGES-formaatweggeschre~ven, zodat ieder tekenpakket dat eenIGES-interface bezit deze informatiekan lezen... ~r--II'-""'---J'H-- 2 ti:i6'-- f--lii2Ir-----.I-If- 2 I BI....++:l~h: u:~I ji, 5 I~, 211621 bgl IB - 20021B~~._._._._._._._._._.-tI?II~...... -;,_ 400 '1', 2 116 + 3112P "I ~'I-,-ITDsn. I28 Cement 1990 nr. 5jjBepaal buigstijfheden voor Igewapende wanden envloerenI Corrigeer primaire knoop- Ikrachten in de liggers (vloeren)IIStel systeemstijfheidsmatrix op Iuitgaande van aangepastebuigstijfhedenIjIIIIZijn tussen twee opeenvolgende itera-ties de verschillen van een of meergrootheden groter dan een voorafvast-gestelde tolerantie, dan wordt het itera-tieproces voortgezet totdat de gewenstenauwkeurigheid is bereikt oftotdat hetopgegeven maximum-aantal iteratieswordt overschreden. Indien er geenevenwichtwordtbereiktbinnen het op~gegeven aantal iteraties, terwijl het ite-ratieproces wel convergeert, dali biedthet pakket de mogelijkheid het aantaliteraties alsnog op te voeren.grootheden:- stijfheid van de ongewapende wan-den;- hoeveelheid wapening m de(eind)wanden en vloeren;- normaalkracht in de kolommen;- primaire inklemmingsmomenten inde liggers.liter"" 1 IIBepaal de maat-Igevende wapening IjIBepaal initiele stijfhedenlvoor liggers 'en wanden IIVoer geome,trisch-nlet-IineairelI raam werkberekening uit IIBepaa,1 bij resulterende snede~'1krachten de wapeningin wanden en vloeren/Haal ingevoerde gegevens op m.b.t. /geometrie, materiaaleigenschappenen belostinaenNEEIStel systeemstijfheidsmatrix Iop uitgaande van de initielestijfhedenStroomschema voor de dimensioneringsberekeningin het moduul STANLIVoor allebelasting~combinaties12ToetsingsgroothedenHet iteratieproces wordt gecontroleerddoor een aantal nauwkeurigheids-toetsen. De nauwkeurigheidstoetsenhebben betrekking op de volgendewapening, worden met behulp van M-N-lC-beschouwingen de buigstijfhedenVan de wanden en vloeren opnieuw be-paald. Met de rueuwe buigstijfhedenwordt opnieuw de systeem-stijfheidsmatrix opgesteld, waarmee devolgende iteratie van de raamwerkbere-kening wordt uitgevoerd. Dit leidt toteen nieuwe inwendige krachtsverde-ling, waaruit vervolgens weer nieuwewapeningshoeveelhedenenbuigstijfhe-denvolgen.Ditproces herhaalt zichtot-dat tussen twee opeenvolgende iteratiesgeen noemenswaardige verschillenmeer optreden tussen een aantal toet-singsgrootheden.Voor, allenauwkeurig-heidseisen- Om de rekentijd te beperken is ervoorgekozen de windbelasting slechts aan??n kant te laten aangrijpen. Hiermeewordt het aantal belastingscombinatieswaarbij wind een rol speelt, tot de helftgereduceerd. De benodigde wapeningmoet dan echter wel worden gespiegeldten opzichte van het verticale midden~vlak van de woningrij.- Uitgaande van de in de vorige iteratiegevonden inwendige knoopkrachten enI Spiegel de mootgevende Iwap?ning in wanden en vloeren I- Na de eerste iteratie zijn de eerste ~schattingen voor de inwendige knoop-krachten, de normaalkrachten N en de I _~ -_.:..:N=EE,,"--
Reacties