CAD uit de boom kijkenan een echte doorbraak van CAD, laat staan vanCAD-CAM is in de bouw geen sprake. Van de moge-lijkheden om grafische, kwantitatieve en kwalitatieveinformatie in een data base vast te leggen en over te dragen,wordt niet of nauwelijks gebruik gemaakt. Dat wil zeggen datgrafische informatie hooguit op simpele tekensysteempjes isgecomputeriseerd. Los daarvan zorgen administratieve syste-men voor de kwantitatieve informatievastlegging en losstaan-de tekstverwerkers zorgen voor de kwalitatieve gegevensover-dracht. Tekening, hoeveelhedenstaat en beschrijving van hoe-daniglieden blijven losse besteksonderdelen. Oorzaak vandeze aanpakis de lage investering voor zo'n bena-dering wat alseen voordeel wordt ervaren. Daar staat als nadeel tcgenover, datdc echte winst die uit de voordelen van de infor-matietechnologie behaald kan worden, niet wordt verkregen.En dat is: integrale overdracht van produktinformatie!In een vreemd pakhuisOm vele redenen is de bouw een onvriendelijke omgevingvoor CAD-CAM.- De segmentatie van het bouwbedrijf van ontwerp tot uitvoe-ring heeft tot gevolg dat de baten van investeringen in CAD te-recht komen bij een andere partner in het proces. Dat is andersdan bij een industrieel bedrijf waar het gehele proces in eenhand ligt. Demon stratieprojecten uitgevoerd door verschil-lende partijen in het produktieproces, zoals beoogd in dePBTS (Projectmatige Bedrijfsgerichte Technische Stimule-ring) van het Ministerie van Economische Zaken geven hierenigc doorbraak.-De enkelstuks-produktie in de bouw, gecombineerd met ge-ringe marktaandelen van de individuele ondernemers, gevenin vergelijking met een serieproduktie als in de au to-industrie,maar weinig financielc ruim te voor het voorbereiden van ont-werp en produktie. De 10 tot 20% die hiervoor in de bouw be-schikbaar is, verhoudt zich tot de kosten van enkele duizendenstuks in de auto-industrie. Om deze reden zal enerzijds de in-dustrieel georganiseerde toelevering van bouweomponenteneerder op CAD overgaan dan de bouwproduktie op proj ectba-sis. Anderzijds is samenwerking tussen gebruikers voor ont-wikkelingen een onontbecrlijke randvoorwaarde. Dit laatstebrengt de kosten van speciale 'bouw applicatie software' op be-reikbaar niveau.- Daarnaast kent de klassieke modelvorming in de bouw op te-keningen een aantal vreemde gewoontes. Wapeningstekenin-gen zijn bijvoorbeeld een mengelmoesje van nogal wat sym-bolen en een geometrisch correcte weergave. De geometriewordt vervolgens geweld aangedaan terwille van de leesbaar-heid. Ondanks dat moet dc tekening exact te vertalen zijn inhoeveelheden-staten, maar is er voor het corrigeren van 'on-mogelijkheden' op de bouwplaats zelf voldoende ruimte. Bijelkaar een beeld, dat niet bepaald vriendelijk, maar wellichttoch nog uitdagend overkomt op een informatica-deskundi-ge. Standaardisatie, mede ingegeven vanuit de produktiemo-gelijkheden, zullen dit beeld in de toekomst helpen verande-ren.Wie bindt de bel om?Is het nu de informatica-deskundige, de in mechancia en ma-teriaaltechnologie geschoolde constructeur of een ander, diedeze ontwikkelingen gaat bepalen? Gebeurt dat binnen hetveld van de hardware fabrikanten, de grote softwarehuizen ofbij de gebruikers, zoals constructiebureaus, aannemers en le-veranciers?Omdat CAD-CAM een integratie van genereren en gebruikvan produktinformatie in het gehele proces beoogt, kan suc-cesrijke ontwikkeling niet aan enkele 'deskundigen' wordenovergelaten.Proces- en gegevensanalyse van de bestaande werkwijze en denieuwe met CAD-CAM beoogde manier van werken is eenzaak van het gehele management top down, wil er ooit niet al-leen van een goed softwarepakket maar ook van een succesrij-ke implementatie sprake zij n. De daartoe ontbrekende kennis,behoort eveneens top down te worden toegediend.Op z'n pootjes terecht. . . ?Als catalisatoren voor de ontwikkeling werden reeds genoemdde PBTS-projecten van EZ en de deels door buitenlandse on-dernemingen geinitieerde automatisering, waaronder CAD-CAM, in de toeleveringsindustrie. In dezelfde reeks ho-ren deinitiatieven tot gezamenlijke studie op CAD-gebied vanCLAD, het onderzoekwerk van de TU Delft binnen hetCADCRETE-programma en het werk van TNO-IBBC. Ookdeze onderzoekingen worden in overleg en samenwerkingmet de beroepspraktijk uitgevoerd.Van wellicht meer importantie is dat de grote leveraniers vanhard- en software gaan inzien dat de indu striele auto- en vlieg-tuigmarkt redelijk is verzadigd.Perspectieven zien zij in de bouwmarkt ofwel AEC (Architec-ture, Engineering & Construction) zoals zij dit noemen. Euro-pa met voor sommige producentcn een derde van de wereld-markt, neemt daarbij een belangrijke plaats in. Tenslotteligtin de investeringssfeer ook nog een aantrekkelij-keontwikkeling buitcn de zonder meer al voortschrijdendekostenverlaging van geheugen en rekencapaciteit met toene-mende snelheden. Verscliillende leveranciers hebben inmid-dels een geleidelijke overgang van Main frame CAD naarPC-CAD gebruik ontwikkeld, waarbij de onderlinge com-municatie vlot verloopt.Voor iedereen komt er zodoende een CAD op maat met groei-mogelijkheden.Verdichter28VCement 1988 nr. 7/8
Reacties