CAD/CAM met demicrocomputerVerslag van de 2e STUMIGO-dag, 7 maart 1985De Studievereniging Microcomputers STU-MICa is de jongste aangesloten verenigingvan de Betonvereniging en zoals dat meestalmet jong leven het geval is, ook de meestlevenslustige. Drie jaar na de oprichting ishet ledental de 200-grens al gepasseerd. Deledenvergaderingen worden druk bezocht.In diverse studiecellen wordt gestudeerd opspeciale onderwerpen, zoals CAD en Plot-ting, cursussen worden georganiseerd voorbijv. programmeren, ontwerpen van techni-sche programma's etc. Er is inmiddels eenprogramma-catalogus opgezet voor uitwis-seling van programma's; de catalogus wordtuiteraard nog voortdurend uitgebreid.Bovendien wordt in samenwerking met deBetonvereniging eenmaal per jaar een grotebijeenkomst belegd, waarvoor ook niet-le-den worden uitgenodigd.AI deze activiteiten worden uitgevoerd meteen jeugdig elan, datgeheel past bij de snelleontwikkelingen op het gebied van de infor-matica in de bouw.Op 7 maart 1985 is de tweedeSTUMICa-daggehouden, met als thema 'CAD/CAM met demicrocomputer'. Een nabeschouwing vandie dag is gepubliceerd in Cement nr. 5, on-der de Berichten uit de betonwereld, waarbijal werd aangekondigd dat de samenvattin-gen van de voordrachten in dit nummer zou-den worden opgenomen. Het programmavan die dag laat zien hoe ver de invloed vande computertechniek zich uitstrekt in de ver-schillende geledingen van de betonwerelden wat de huidige mogelijkheden van micro-computers daarin zijn.Voor adviesbureaus op het gebied vanbouwkunde en civiele techniek, aannemers-bedrijven, betonmortelbedrijven en anderefirma's en particulieren met een betrokken-heid tot de (beton)bouwis het daarom eengoede zaak kennis te nemen van de resulta-ten die het werk van deze studieverenigingoplevert, en wellicht via een lidmaatschapdaar actief aan bij te dragen.JHKCementXXXVII(1985)nr. 7Tekensystemen opmicrocomputersdoor ir.J.J.Duivenvoorden (CIAO, Zoeter-meer)Een iederkent het groeiproces van baby naarvolwassene. Het gebruik van vervoermidde-len tijdens dit groeiproces gaat van driewie-ler, step, kinderfiets, fiets, bromfiets, motornaar automobiel. Als we deze vervoermidde-len classificeren als 2D-systemen is er nogeen groei mogelijk naar de derde dimensie.Hier zien we als 3D-systemen de vlieger inde kindertijd opduiken en later de hanqqll-der, zweefvliegtuig, luchtballon en sport-vliegtuig.In de priv?sfeer wordt veelal genoegengeno-men met een 2D-vervoermiddel, hoewel ve-len misschien wel dromen van een eigenvliegtuig. Bovendien is bekend, dat binnende categorie 2D-vervoermiddelen en ook pervoertuigsoort een grote verscheidenheid be-staat in verschijningsvorm en prijsklasse. Erzijn paradepaardjes als racewagens en luxe-paardjes als de Rolls Royce. Maar ook hiergeldt dat in de priv?sfeer veelal genoegenwordt genomen met een middenklasse ver-voermiddel, hoewel velen misschien wel dro-men van een luxe- of paradepaardje.Graag gebruik ik bovenstaande herkenbarebeelden om duidelijk te maken, dat er in dewereld van de vervoermiddelen inmiddelseen redelijk herkenbaar en voorspelbaar pa-troon is ontstaan over keuze en gebruik vanvervoermiddelen.Dit herkenbare patroon is er nog nauwelijksin de wereld van tekensystemen, ontwerp-systemen en fabricagesystemen. Daaromkan het voorkomen dat in analogie met hetbovenstaande een kleuter een Rolls Roycekoopt of een sportvliegtuig en dat een vol-wassene zich schaamt als hij niet tenminsteeen racemonsterterbeschikking heeft. Ube-grijpt dat de Rolls royce model staat voorsupergeavanceerde 2D-systemen, hetsportvliegtuig een 3D-ontwerpsysteemvoorstelt en het racemonster model staatvoor de responsetijden van een supercom-puter.U vraagt zich wellicht af, wat dan de mid-denklasser is, waarmee de doorsnee burgerzich tevreden stelt. Dit is een gemiddeld 2D-tekensysteem, van f 40.000,- ? f 50.000,-557per werkstation (inclusief software), metkoppelingsmogelijkheden (via een netwerk)naar andere systemen voor uitwisseling vangegevens en programma's. Het systeemzorgt ook voor koppeling van de resultatenvan het tekensysteem met rekenprogram-ma's (applicatieprogrammatuur), terwijl om-gekeerd resultaten van deze rekenprogram-ma's (applicatieprogrammatuur), terwijl om-gekeerd resultaten van deze rekenprogram-ma's met het tekensysteem gevisualiseerdkunnen worden.In de informatie-infrastructuur voor ontwer-per, constructeur en werkvoorbereider,ishet niet nodig alles met het priv?-systeem afte werken. Er zal ook 'openbaar vervoer'moeten komen, zowel in 2D als in 3D: stads-bus, stadstram, metro, streekbus, trein,vliegtuig, interplanetaire lijndiensten. Ditvereist fysieke voorzieningen als bekabeling,straalverbindingen, satellietverbindingen,voertuigen als 2D- en 3D-informatiepak-ketjes (tekeningen/modellen) en 2D- en 3D-programma's. De taxi's zijn de servicebu-reau's. die speciaal voor u diensten kunnenverrichten: snel, betrouwbaar, maar natuur-lijk tegen een speciale prijs.De les uit het voorafgaande is duidelijk. Ie-dereen is onder de indruk van de mogelijkhe-den van allerlei geavanceerde systemen.Daarentegen is het niet zo, dat hieruit volgtdat iedereen een dergelijk systeem zou moe-ten kopen. Wat naast het kopen van syste-men moet ontstaan is een openbarebeschik"baarheid van gegevens (databanken), pro-gramma's (softwarebanken) en kennis (ken-nisbanken). Voor het transport hiervan is eeninfrastructuur nodig, die met spoed aange-legd moet worden, opdat het gebruik en deontwikkeling van priv?-middelen en het ge-bruik en de ontwikkeling van openbare mid-delen snel met elkaar in evenwicht komen.De ontwikkeling van de openbare middelenen de transportwegen hiervoor is een zaakvan algemeen belang, waarvoor betrokkenorganisaties ruime middelen terbeschikkingzullen moeten stellen.Wellicht dat er naast het Deltaplan en hetRijkswegenplan ook een Informatie-infra-structuurplan moet komen op nationaal ni-veau! Zonder dijken en zonder wegen kun-nen we ons Nederland niet goed voorstellen.Zonder informatie-infrastructuur bevindenwe ons straks als in het Nederland van voorde middeleeuwen!/?_--I , .- .- -----.../1Ontwerp van een betonnenbinnenspouwblad met deelementenmethode. De invoer van degeometrie werd gegenereerd met behulpvan een preprocessor. Alleen decontouren voor onderdelen met constantedikte worden opgegeven. Het programmagenereert dan zelf het elementennet,alsmede de randcondities in deknooppunten en de spanningen,,/....I .1.,.. -, IXI;:Ervaringen met AUTOCADdoor ing.J. van Atteveld,Raadgevend Technisch Bureau VanHeugten, NijmegenBureau Van Heugten is een van de grote ad-viesbureaus op het gebied van installatie-techniek en bouwfysica. Het bureau had aldiverse soorten computerapparatuur in huiszoals een aansluiting op Control Data te Rijs-wijk voor uitgebreid rekenwerk, een paarCommodore pc's, een HP 9816 pc, enkeleHP 75 computers en een aantal tekstverwer-kers van IBM. 1982 is een onderzoek ge-daan naar de haalbaarheid van een groterteken systeem met de capaciteit van een mi-nicomputer en de daarbij behorende softwa-re. De conclusie van toen was dat gezien degrote investering en het risico van snel ach-terhaald zijn, zo'n systeem voor ons bureauniet haalbaar was.Begin 1984 was de tijd rijp voor een nieuwmarktonderzoek in verband met het beschik-baar komen van diverse tekensystemen opmicrocomputers. Er werd besloten tot aan-schaf van een systeem met de navolgendeconfiguratie: 4 stuks IBM pc's met een RAMgeheugen van 256 opgenomen in eennetwerk van het fabrikaat Corfus type Omni-net. In dat netwerk zijn verder opgenomen:een winchesterdrive met een opslagcapaci-teit van 90 MB, een AO plotter van HewlettPackard, een Digitizer van Mutoh, een ma-trixprinter en een Back up tape unit.De software bestond uit het AUTOCAD pak-ket versie 1.4+ext. 1, met de systeemsoft-ware, alsmede een digitaliseerpakket ont-wikkeld door bureau Kooyman. Het geheelvoor de prijs van circa fDe systemen stonden verdeeld over twee af-delingen, nl. de werktuigkundige- en deelektrotechnische afdeling, waarbij de opzetwas om juist de samenwerking in de praktijkte kunnen beoefenen.De 'bemanning' werd gevormd door enkeleervaren constructeurs zonder computerer-varing en enkele jongere medewerkers. Nahet moeizaam doorworstelen van de hand-boeken is vrij snel begonnen met het opzet-ten van de bibliotheek bestaande uit syrnbo-len voor installatieprincipetekeningen en in-richtingscomponenten zoals wastafels, ba-den, aanrechten etc. Ook heel belangrijk washet maken, uitproberen en vastleggen vanafspraken, zoals het toewijzen van 'Iayers',het vastleggen van pentypen voor de plotteren het vastleggen van al deze gegevens inhet systeem. Na een periode van 2 maandenvan gewenning en kleine proefopzetten, is erbegonnen met een groter project, het ge-deelte van het installatie-ontwerp voor eenziekenhuis.Het AUTOCAD-pakket bleek aan de wensengoed te voldoen, alleen de snelheid vooralbij grotere tekeningen (150 KB) was onvol-doende. Daarom werd een pc-geheugen algauw uitgebreid tot 516 KB, wat wat meersnelheid gaf.Sinds kort is het systeem uitgebreid niettwee IBM AT's, een grafisch scherm en denieuwste AUTOCAD-paketten. Dit heeft ge-resulteert in een snelheidsverhoging met eenfactor 5 en een viervoudige schermvergro-ting, wat het geheel tot een professioneelsteem maakt, ook voor grotere werken.CAD/CAM voor staal- enbetonconstructies;onderliggende software-techniekendoor dr.ir.J. P.Rammant (Sycon BV,Kesteren)Het ontwerpen van staal- en betonconstruc-ties met behulp van een microcomputer om-vat sterkteberekeningen en detailleringsbe-rekeningen beantwoordend aan de voor-schriften, alsmede het tekenen (interactief ofgeparameteriseerd). Voor een constructeuris het meest aantrekkelijke software-gebruikte vinden in een integratie van de opgesomdedeelonderwerpen. Naeen sterkteberekeningkan hij direct de doorsneden (profielen of wa-pening), de verbindingen en andere detailsbepalen. Hierop volgt het tekenen van hetontwerp wat in vele gevallen automatischCement XXXVII (1985)nr. 7 558I,I'e10-110 I6500IIII?1? I?? I...II?8000? ?__uIIII?I::?IIII?I ?II . I, .2 { ( c ( < ?( r6005,c ?330 x 330 BALK 330 X 8002De berekening voor deze betonvloer isuitgevoerd met deelementenmethode. Deomtreklijnen zijn doorgestuurd naar hetAUTO-CAD programma, waarna dewapeningssymbolen zijn getekend,gebaseerd op de berekendewapeningsmomenten(met minimale tussenkomst van de construc-teur) kan geschieden. De noodzaak om tochhierin te kunnnen ingrijpen blijft bestaan om-dat een automatisch tot stand gekomen te-kening veelal onvolmaaktheden bevat: demaatvoering valt net in een andere tekening,de bijschriften staan niet op de juiste plaats,enz.8ycon is al1 0 jaar bezig met de ontwikkelingvan dergelijke softwarepakketten. Op basisvan deze ervaring constateren wij dat hetsucces van een programma ligt in enkele ba-sis softwaretechnieken. Deze techniekenomvatten enerzijds algoritmen die toelatenzeer omvangrijke berekeningen (gebaseerdop de elementenmethode) op een micro-computer uit te voeren en anderzijds eenaangepast technisch databeheer. Voor hetinteractief gebruik van de microcomputerzijn ge?igende methoden voorzien: menu-opbouwen het gebruik van speciale functie-toetsen.De meeste micro-computers (8 bit of 16 bit)zijn beperkt in aanspreekbaarheid van het in-terne geheugen. Een beperking tot 64 KB oftot 128 KB is zeer gebruikelijk. Binnen dit ge-heugen moeten zowel programmatekst alsdata (matrices en variabelen) passen. Ditprobleem is te omzeilen door het gebruik vaneen 'overlay' structuur van de programma'sen intensief gebruik van het extern geheu-gen.Neem nu het centrale probleem binnen deelementenmethode als voorbeeld: een stel-sel met een groot aantal vergelijkingen dientte worden opgelost (tenzij men met een fron-tale oplossingsmethode zou werken). In depraktijk zijn 3000 vergelijkingen geen zeld-zaamheid. Indien een bandbreedte (evenre-dig met het grootste verschil tussen tweeknooppuntnummers) na optimalisering zouontstaan van 300 dan is een halve structuur-stijfheidsmatrix op te slaan van 300 x 300 x8 bytes of ongeveer 7 Megabytes. Men be-grijpt allicht dat dit op een oplossingsroutinewordt ingezet. Om het aantal disc-raadple-gingen te beperken, zetten wij blokken van12 op 12 stijfheidsco?ffici?nten ineens wegop schijf. Er is aldus naar een evenwicht ge-zocht tussen intern en extern geheugen. Tij-dens de Gauss-eliminatie moet men 3 blok-ken van 12 op 12 co?ffici?nten simultaan bin-nen het geheugen laden; dit volgt uit het eli-minatieproces.Een virtueel data management-systeemwerd ontwikkeld om een eenvoudige integra-tie tussen verscheidene programma-modu-les mogelijk te maken. De basis is een ge-structureerde data toegangsmethode waar-in alle gegevens op schijf worden bewaarddoor het toepassen van een klein beheers-programma. Door het bijhouden vanschikte verwijzingsmatrices waarin de loka-ties van de data op schijf en van de data bin-nen het dynamisch intern geheugen zijn be-waard, kan men binnen elk programma-mo-dule gegevens ophalen of wegschrijven. Hetgrote voordeel hiervan is dat men zich nietmet de organisatie van de data op schijfhoeftte bemoeien daar dit automatisch gebeurt.Een aantal voorbeelden illustreerden in devoordracht deze technieken. Het ontwerpvan een staalconstructie waarbij op grondvan een raamwerkprogramma de profielenworden vastgelegd en de verbindingen ont-worpen. De tekeningen omvatten details vande knooppunten en het overzicht van hetspant met de bijbehorende stuklijsten. Enke-le berekeningsvoorbeelden met de elemen-tenmethode werden getoond voor beton-constructies (vloeren en wanden) (fig. 1).Een beton-tekenprogramma, waarin de con-structeur sterk interactief kan ingrijpen, illu-streert de grafische mogelijkheden (fig. 2).De voorbeelden zijn alle uitgewerkt op een16 bit microcomputer met 256 KB intern ge-heugen en 20 MB schijfgeheugen op Win-chester.Cement XXXVII (1985)nr. 7 559Automatisering van hetwapeningsprocesdoor ing.L. ToepoeI (TH-Delft, afdelingCiviele Techniek)Er zijn duidelijke redenen om binnen het to-tale bouwproces de automatisering van hetdeel dat betrekking heeft op de wapeningapart te beschouwen:het wapeningsproces is van ontwerp toten met de uitvoering van de ruwbouw goedherkenbaar;de uitvoering wordt doorgespecialiseerdevakmensen, werkzaam in speciale bedrijvenverricht;- het wapeningsproces is weinig afhankelijkvan het type bouwwerk of van uitvoerings-omstandigheden;de kosten vormen een belangrijk deel vande ruwbouwkosten (?25%); de totale omzetis circa 500 000 ton betonstaal per jaar;- het interactief tekenen van wapenings-constructies brengt speciale en complexeproblemen mee;- bij de produktie bestaan goede mogelijk-heden tot automatisering;- door constructieve eisen en voorschriftenis er weinig variatiemogelijkheid in het ont-werpen van wapening;- het plaatsen van wapening ligt in de uit-voering van de ruwbouw vaak op het kritiekepad van de planning. Verbetering van hetproces zal dus het totale bouwproces tengoede komen.Bij het wapeningsproces zijn drie gebiedente onderscheiden:1. verwerking van staven;2. produktie van beugels;3. produktie van gepuntlaste wapenings-netten.Beginpunt van het proces is de berekeningvan de wapeningshoeveelheden. Plaatsingvan de wapening in de bekisting is het eind-punt.Als gunstige factoren voor automatiseringkunnen worden genoemd:bijna alle project-gebonden informatiekomt van de constructeur;er is maar een beperkt aantal Europeseleveranciers van machines voor de bewer-king van wapening;dimensies, eigenschappen en kwaliteitvan betonstaal vari?ren slechts weinig;- ontwerp, detaillering en specificatie vande wapening is sterk gebonden aan voor-schriften.Er zijn echter ook omstandigheden die rem-mend werken op de automatisering:- het proces wordt bestuurd door verschil-lende onafhanklijke partijen:constructeur, aannemer, buig-Ivlechtbedrijfen netten leverancier.de zwaartepunten van de automatiseringliggen bij de ontwerpers en de buig-/vlecht-centrales. Voor beide groepen geldt dat hetoverwegend kleine bedrijven zijn, die overeen weer weinig kennis van elkaars gebiedhebben.Cement XXXVII (1985)nr. 7Automatisering in debetonmortelindustrieNa een algemene inleiding door ing.C.Sou-werbren (Bureau Betonmortelcontrole) overhet produktieproces van betonmortel en demogelijkheden van automatisering is dehandeling toegespitst op twee onderdelen,nl. automatisering van de produktie en auto-matisering van de transportplanning.Automatisering vanproduktiedoor F.P.Verdonk (Betonmortet CentralePurmerend, SCP)Sinds januari 1984 produceert BCP beton-mortel door middel van een volledig compu-tergestuurd systeem, ontwikkeld en ge?n-stalleerd door een combinatie van de firma'sPacon en Bocol.Het systeem bestaat uit een real-time koppe-ling tussen een doseercomputer (Sestep530) en een Digital-computer (DEC: 512 KBRAM, 10MB DISC). Hieraan kunnen weeg-meester, transportleider en betontechno-loog tegelijkertijd met eigen monitor en toet-senbord werken. Door middel van de Sestep530kunnnen 50 recepten worden opgesla-gen en geproduceerd, zonder de mogelijkhe-den van de DEC-computer aan te spreken.Het hele produktieproces vangt aan met detelefonische aanneming van een leverings-opdracht door de transportleider. Er wordenafspraken gemaakt over stortwijze en snel-heid, aanvangstijd, betonkwaliteit e.d. Dezeleveringsopdracht wordt vervolgens ingele-zen, waarvoor een willekeurig werknummerwordt gekozen. Alle afnemers zijn reedsvastgelegd en onder een codenummer opge-slagen. Tevens zijn doorde betontechnoloogcirca 300 recepten berekend en vastgelegd.Indien tijdens het werk-inlezen een recept-nummer wordt gekozen, verschijnt de type-ring van dit recept op het scherm, om vergis-singen uit te sluiten. Alle gegevens van hetingelezen werk worden onder het nummeropgeslagen in het geheugen, totdat deweegmeester deze weer oproept via zijn mo-nitor.De analyses van de toeslagmaterialen (zand/grind) worden gemaakt door het inlezen vande zeefgewichten waarna de computer deanalyse berekent en toetst aan de geldendevoorschriften voordat ze worden uitgeprint.Na vaststelling van de eisen waaraan hetmengsel moet voldoen (klasse, kwaliteit,consistentie, nominale grindkorrel, hoeveel-heid 'fijn'enz.), kiest de betontechnoloog deuit te voeren berekeningsmethode (Rengers-Antonisse of AB-gebied). Hierna berekent decomputer het mengsel conform alle gesteldeeisen en toont de verhouding van de te ge-brui ken grondstoffen, alsmede de uiteinde-lijke zeefkromme van de toeslagmaterialen,560voordat tot uitprinting wordt overgegaan opeen speciale laboratorium-printer/plotter.Bij deze beide berekeningsmethoden vindteen automatische kubieke meter controleplaats.Er kan gebruik worden gemaakt van vier ver-schillende toeslagmaterialen, twee ce-mentsoorten (van de drie beschikbare), tweehulpstoffen (van de vijf beschikbare) en zo-wel warm als koud water.De computer heeft een voorkeur cementge-halte volgens het geldende minimum van devoorschriften, of volgens de B-formule inklasse 11. Uiteraard kan aan deze voorkeurvoorbij worden gegaan.Als er in de beschikbare materialen/grond-stoffen veranderingen optreden, dan bere-kent de computer deze automatisch door inalle opgeslagen recepten waarop geen blok-kering is ingesteld, met een toetsing aan allegestelde eisen. Overschrijding van deze ei-sen worden, per recept, gemeld. Tevensvindt een kostprijsberekening plaats per re-cept en gebruikte grondstoffen.Er vindt een constante dialoog plaats tussendebetontechnoloog en de computer, waarbijde computer suggesties doet en de beton-technoloog de uiteindelijke verantwoordingen beslissing neemt.De produktie is in handen van de weegmees-ter, via zijn eigen toetsenbord en monitor.Naast het computergestuurd producerenvan betonmortel, biedt de Sestep-computertevens de mogelijkheid de 50 ingebrachtere-cepten op te roepen, uiteraard zonder de ad-ministratieve bewerkingen hiervan.Tevens vindt op de Sestep-computer de au-tomatische navalcorrectie plaats, alsmedeinstelbare grof/fijn dosering en instelbarevochtgehalten van de toeslagmaterialen, diebij het te produceren recept worden doorbe-rekend. Als extra correctiemogelijkheid kande weegmeester plus ?f min 5, 150f 20 literwater per kubieke meter doseren, na ge-bruikmaking van de ??n-charge knop. Te-vens biedt deSestep-computer de mogelijk-heid automatisch warm water in plaats vankoud water te doseren. Het eigenlijke weeg-proces vangt aan, nadat de weegmeester opzijn monitor een werknummer heeft ingege-ven, waarna alle betreffende gegevens hier-van worden afgedrukt op de afleveringsbonen een charge-verdeling met de af te wegengrondstoffen op het scherm verschijnen. Te-vens verschijnen op het scherm een aantalboodschappen, zoals een typering van hette produceren recept, overschrijding van dete leveren hoeveelheid beton mortel per weeken overbelading van de truckmixer. Bij hetdefini?ren van het truckmixer-bestand zijndeze namelijk op grootte en inhoud vastge-legd. Overbelading wordt door de computerniet toegestaan.De werkelijk afgewogen gewichten wordenzowel op de afleveringsbon qeprint als door-gestuurd naar de DEC-computer. Hiermeekan de transportleider alle bongegevensnaar willekeur laten verzamelen en uitprintenteneinde een waqenparkadministatie,wachttijdenadministratie, voorraadbeheerof klantgerichte informatie te verkrijgen. Te-vens kan zo een uitleveringsproef wordengedaan!Tot slot heeft de betontechnoloog de be-schikking over een compleet statistiek-pro-gramma voor de gemaakte proefkubussen.Door het kubusnummer in te geven, alsmedehet bonnummer waarop de gecontroleerdevracht is geproduceerd, zoekt de computerautomatisch alle bijbehorende gegevens,waarna debetontechnoloog de meetresulta-ten hieraan kan toevoegen. Na beproevingvan de kubus worden vervolgens de druk-sterkten en volumieke massa's ingegeven,waarna de dag overzichten worden uitge-print. Zodoende heeft de computer een ge-gevensbestand van 1500 proefkubussen totzijn beschikking.Er is een verzamel- enselectieprogrammawaarop diverse overzichten worden ge-maakt met berekening van de gemiddelde-en standaardafwijking. Hiermee worden te-vens de verplichte overzichten gemaaktvoorhet bureau Betonmortelcontrole.Automatisering van detransportplanningdoor G.Coo/en (ACS Computer Services,Hengelo)In het algemeen is het op te lossen probleemals volgt te formuleren: 'een bepaalde hoe-veelheid, van een bepaalde samenstelling,op een bepaalde tijd, op een bepaalde plaatsbrengen'.Gegevens over hoeveelheid, samenstelling,afleveringtijd en plaats van bestemming wor-den door de klant bij de bestelling opgege-ven. Met behulp van deze gegevens wordteen planning van de distributie opgezet.Variabelen die van invloed zijn op de plan-ning:- bestelde hoeveelheid;- loscapaciteit;- afleverplaats (i.v.m. rijafstand en rijtijden);laadvermogen van de voertuigen;- produktiecapaciteit van de leverancier.Hierin zijn onderlinge relaties:- de produktiecapaciteit van een leverancierbepaalt hoeveel voertuigen er maximaal peruur geladen kunnen worden;- het laadvermogen van de voertuigen be-paalt het aantal ritten dat naar de aflever-plaats moet worden gemaakt;- de loscapaciteit en de rijtijd bepalen hettempo waarmee voertuigen moeten wordenbeladen om aan de klant zo optimaal moge-lijk te leveren.Een van de meest voorkomende problemenis dat het aantal voertuigen dat nodig is omeen klant optimaal te leveren niet een heelaantal is. Een ander veel voorkomend pro-bleem is dat de gegeven loscapaciteit op debouwplaats niet overeenkomt met de werke-lijke loscapaciteit.Het computersysteem van ACS, genaamdADCS, wordt vooraf .gevoed met een aantalvaste gegevens. Bij een orderaanname moe-ten nog een aantal variabelen worden vast-gelegd. De planner kijkt op zijn beeldschermof de order op het gevraagde tijdstip gele-verd kan worden, met andere woorden: zijner genoegd voertuigen aanwezig om deze or-der uit te voeren. Als dit het geval is, wordtde order ingevoerd in het computersysteem.Zijn er onvoldoende voertuigen aanwezig,dan is nader overleg met de klant noodzake-lijk.Hetsysteem kan een planningsoverzicht ge-ven van maximaal 10 dagen vooruit.Tot ZOver spreken we over een statischeplanning. Als de distributie begint, gaat ditover in een dynamische planning. Dyna-misch plannen houdt in, dat tijdens het uitle-veren van orders de transportleider een to-taal overzicht heeft van de situatie en doorhet computersysteem wordt gewaarschuwdbij OVerschrijding van een vastgestelde va-riabele, bijv. lostijd en rijtijd. Dan zijn maatre-gelen nodig om de werkelijkheid en de stati-sche planning weer met elkaar in de pas telaten lopen.Alle noodzakelijke gegevens verschijnen ophet beeldscherm. Het bovenste gedeelte vanhet beeld bevat een momentopname van dedistributie, dat wil zeggen ordergegevens(groen) en voertuiggegevens (blauw). Het on-derste gedeelte bevat een beladingssche-ma, een overzicht van de voertuigen die nogter beschikking staan en een overzicht vanvoertuigen die op korte termijn ter beschik-king zullen komen.Statusveranderingen (bijv. aankomst op af-leveradres of begin aan terugreis) kunnendoor de mobilofoon worden doorgegevenaan de transportleider, maar ook recht-streeks aan het computersysteem. Iedereminuut werkt het computersysteem de tijdenbij en geeft, waar nodig, door de signaalkleurrood aan dat een bepaalde geplande tijdwordt overschreden.Bovendien berekent het systeem een gemid-delde waarde van de loscapaciteit over dedrie laatste afleveringen en geeft dit weer ophet beeldscherm. De transportleider kan zelfingrijpen als blijkt dat een theoretische varia-bele in de praktijk sterk afwijkt (bijv. rijtijd,volgende aflevertijd, loscapaciteit).Een computer is ook maar een machine endus kunnen er storingen optreden. Om dit(gedeeltelijk) op te lossen wordt er ieder uureen overzicht afgedrukt waarop alle geplan-de en nog niet uitgevoerde afleveringen vandie dag staan vermeld, uitgaande van delaatst bekende gegevens.Een bijkomend voordeel van een computer-systeem is de mogelijkheid om de opgesla-gengegevens op vele manieren te kunnencombineren en hiervanoverzichtslijsten af tedrukken. Dit verschaft bijv. allerlei statisti-sche gegevens, die de transportleider be-hulpzaam zijn bij het opstellen van de vol-gende planning.DistrictsbureauRijkspolitie, leeuwardenIn Cement nr.2 1985 is in de rubriek 'Betonin beeld' een artikel gepubliceerd over detoepassing van beton in de gevel. E?n vande daarbij afgebeelde bouwwerken washet nieuwe kantoor van de Rijkspolitie teLeeuwarden. Daarbij werd verzuimd tevermelden dat het ontwerp voor ditgebouw is gemaakt door ir.J.G.C.Vegter bi,architect BNA te Leeuwarden.Omdat in dat artikel het werk en deopvattingen van architect ir.A.Bonnemacentraal stonden, zou gemakkelijk eenmisverstand kunnen ontstaan. Bij deze isdat dan rechtgezet.Red.Cement XXXVII (1985)nr. 7 561
Reacties
F.P. Verdonk - BeFrankly 04 juli 2020 11:28
Ik zou graag het hele artikel willen lezen voor een onderzoek naar de BCP, plus dat ik heb meegewerkt aan dit artikel. CAD-CAM met de microcomputer ma 1 juli 1985