Net voor de zomer verscheen bij uitgeverij WBooks in Zwolle het boek BRUUT, atlas van het brutalisme in Nederland. Het met veel uitstekend fotomateriaal en interessante achtergrondteksten gelardeerde boek bevat een bloemlezing van de honderd 'bruutste' gebouwen van Nederland. Leuk detail voor de lezers is dat de makers het hebben aangedurfd hieruit nog een top 20 samen te stellen! Absolute winnaar is de Aula van de TU in Delft en dat gebouw siert terecht het omslag.
74 ? CEMENT 6 20 23
boekbespreking
BRUUT
Atlas van het brutalisme in Nederland
Net voor de zomer verscheen bij
uitgeverij WBooks in Zwolle het boek
BRUUT, atlas van het brutalisme in
Nederland.
Het met veel uitstekend foto-
materiaal en interessante achtergrondtek-
sten gelardeerde boek bevat een bloem-
lezing van de honderd 'bruutste' gebouwen
van Nederland. Leuk detail voor de lezers is
"Er bestaat geen twijfel over
de keuze voor de Aula tot
het meest exemplarische
voorbeeld van het brutalisme
in Nederland"
1 De Aula van de TU Delft, foto: Bart van Hoek
dat de makers het hebben aangedurfd
hieruit nog een top 20 samen te stellen!
Absolute winnaar is de Aula van de TU in
Delft en dat gebouw siert terecht het omslag.
Sinds het materiaal beton eind jaren zeven-
tig tijdens mijn studie Civiele Techniek zijn
intrede deed in mijn leven, is het er niet
meer uit verdwenen. Hoe kon het ook
anders, met voor die tijd in Delft behalve
de Aula nog andere beeldbepalende
gebouwen als de faculteiten Bouwkunde
en Civiele Techniek. Alle drie waren ze ont-
worpen door hetzelfde architectenbureau
Van den Broek en Bakema, zonder twijfel
de grootmeesters van de internationaal
brutalisme genoemde architectuurstroming.
Aula
Er bestaat geen twijfel over de keuze voor
de Aula (foto 1) tot het meest exemplarische
voorbeeld van het brutalisme in Nederland.
De makers van BRUUT spreken over "de
sculpturale vormen, de toepassing van
kaal beton in al zijn ruigheid, de duidelijk
zichtbare constructie, het massieve karakter
en de gespierde vormen. Het entreegebouw
met de twee potige pijlers lijkt op een plom-
pe pad en en profil op de boeg van een
ark die niet kan drijven. In de achterzijde is
een ruimteschip te herkennen. Dit gebouw
prikkelt de fantasie." In Cement (1963-1964)
verschenen maar liefst vier artikelen om
de vele constructieve onderdelen te kun-
nen duiden, onder meer van de hand van
ir. H. van Dusschoten, constructeur bij de
CEMENT 6 2023 ?75
BRUUT, Atlas van het brutalisme in
Nederland
auteurs?Arjan den Boer, Bart van
Hoek, Martijn Haan, Martjan Kuit,
Teun Meurs
uitgave?WBooks
aantal pagina's?320
formaat?25 x 29 mm
ISBN?9789462585379
jaar?2023
prijs?? 69,95
meer informatie?www.wbooks.com
Aronsohn (ir. H.J.J. Engel) tekende voor dat
constructieve ontwerp.
Stadhuis Terneuzen
Ook de nummer 2 op de lijst, het in 1972
opgeleverde Stadhuis van Terneuzen, is
een ontwerp van het bureau Van den
Broek en Bakema. Aan de hand van twee
oudgedienden, de voormalig Cement-
redacteuren Werner Dees en Pieter Spits,
mocht ik aan het eind van de zomer een
bezoek brengen aan dit icoon. Werner was
ten tijde van de bouw directeur gemeente-
werken in Terneuzen, dus een uitstekende
gids. Het magnifiek aan de oevers van de
Westerschelde gelegen Stadhuis toont in
al zijn bescheidenheid de constructieve
principes waarmee het is opgebouwd.
De belasting uit groepen van telkens drie
pendelkolommen wordt opgevangen door
een korte voorgespannen balk, die op een
bredere kolom is opgelegd. De voorspan-
koppen zijn in het zicht gelaten en roepen
bij de argeloze bezoeker associaties op
van een wijnkelder in het beton. De pendel-
kolommen rusten met een scharnierver-
binding op korte kolommetjes, die vast aan
de korte balk zijn gestort. De kniklengte
werd daarmee aanzienlijk verkort ten op-
zichte van het oorspronkelijke ontwerp.
Veel over het constructieve ontwerp is
terug te lezen in een door de constructeur,
ir. H. Nieuwland van het adviesbureau
Dicke en van den Bogaard (het latere
D3BN), geschreven Cement-artikel. In het
hoofdontwerp was verder rekening gehou-
"Door het brutalisme zijn
ook de ontwikkelingen op
constructief en
materiaaltechnologisch
gebied gestimuleerd"
Rijksgebouwendienst. Meest in het oog
springt de voorzijde van de Aula, het audi-
torium: een 16 m uitkragende, halfronde
betonnen schotel van 1360 ton, die tot ruim
30 m hoogte reikt en aan alle kanten uit-
steekt. In totaal 35 km aan voorspankabels
maken dit mogelijk. De verankering is
duidelijk zichtbaar als ornamenten aan de
muren. Vandaag de dag, een kleine 60 jaar
na oplevering, is het vrijwel onveranderde
gebouw nog altijd blikvanger op de
TU-campus.
Civiele Techniek
Veel van onze lezers hebben ongetwijfeld
ook herinneringen aan het gebouw van
'Civiel', nr. 19 (foto 2) op de lijst van de
auteurs. Opvallend zijn hier de uitstekende
collegezalen aan de voorzijde, die meer de
aandacht trekken dan de weggedoken en
donkere ingangen onder het gebouw. De
eerste verdieping vormt de centrale hal en
het is daadwerkelijk op deze levendige
straat waar studenten, docenten, hoog-
leraren en staf elkaar ontmoeten. Hiervan-
daan verbinden luchtbruggen het gebouw
met de naastgelegen Stevinlaboratoria.
Zoals het een gebouw waarin civiel ingeni-
eurs worden opgeleid betaamt, zijn er vele
constructieve toepassingen van beton (ca.
60.000 m³) in terug te vinden: gewapend
beton, voorgespannen beton, prefab beton,
al of niet gecombineerd met voorspanning
en gecompleteerd met staalconstructies,
zo is te lezen in een artikel in Cement (1976
nr. 5). Het Rotterdamse ingenieursbureau
76? CEMENT 6 20 23
column
den met een latere uitbreiding, die echter
nooit is uitgevoerd. De loze uitkragende
balken en de verwering die 50 jaar buiten-
expositie hebben veroorzaakt, geven aan
dit constructieonderdeel de aanblik van
een verlaten industriecomplex.
Provinciehuis Noord-Brabant
Een andere architect van het brutalisme
was Hugh Maaskant, naar eigen zeggen
met zijn 2,10 m lengte 'de grootste archi-
tect van Nederland'. Hij ontwierp onder
meer het Provinciehuis van Noord-Brabant
(nr. 3 op de lijst) en het gebouw van John-
son Wax in Mijdrecht (nr. 5, foto 3). Beton
was voor Maaskant meer dan een con-
structiemateriaal: het mocht ook gezien
worden. Om de toren van het Provincie-
huis als één geheel te kunnen tonen, viel
de keuze op een glijbekisting met aan de toren gemonteerde balkonranden. Omdat
berekeningen van TNO hadden aange-
toond dat bezonning voor ontoelaatbare
vormveranderingen zou hebben gezorgd,
zijn in later stadium alsnog isolatiemateri-
aal en prefab-betonnen bekledingsplaten
op de constructie aangebracht, zo is te
lezen in een Cement-artikel uit 1970. Het
Provinciehuis geeft sinds die tijd de skyline
van 's-Hertogenbosch vanaf de langs zoe-
vende snelweg A2 een zekere status.
Technologische ontwikkelingen
Behalve dat het de nodige iconische ge-
bouwen heeft opgeleverd, zijn door het
brutalisme ook de ontwikkelingen op con-
structief en materiaaltechnologisch gebied
gestimuleerd. Om het in 1966 geopende
Evoluon (nr. 8) in Eindhoven naar de zin
van de architecten te kunnen kleuren, werd
2 Het gebouwencomplex voor de faculteit Civiele Techniek op de TU Delft, foto: Bart van Hoek
CEMENT 6 2023 ?77
door betontechnologen van de naast-
gelegen betonmortelcentrale van Beatrix
geëxperimenteerd met het drogen van
zand en grind vooraleer het met cement
te mengen. Dit procedé was zo succesvol
dat het bedrijf Beatrix nadien de droge
mortel onder de naam Beamix op de markt
bracht. Een nieuwe bedrijfstak was geboren!
Herwaardering
Het hoogtepunt van het brutalisme lag in
ons land duidelijk in de jaren zestig en de
vroege jaren zeventig. Toch zijn ook in
latere jaren nog diverse gebouwen gereali-
seerd die met deze architectuurstroming
kunnen worden vereenzelvigd. Bij opleve-
ring was de publieke opinie nogal eens
negatief, maar nu decennia later wordt
ook waardering getoond. Het gevolg is
onder meer dat de gebouwen nu vaker niet meer worden gesloopt, maar een
tweede leven krijgen. Beton is zo in alle
opzichten een duurzaam materiaal.
Henk Wapperom
3 Het gebouw van Johnson Wax in Mijdrecht, foto: Bart van Hoek
Lees meer over het constructief
ontwerp van het complex voor de
faculteit Civiele Techniek op de
TU Delft in het artikel 'Gebouwen
-
comple
x voor Civiele Techniek
TH-Delft' uit Cement 1976/5.
Auteurs: Arjan den Boer, Bart van Hoek, Martijn Haan, Martjan Kuit, Teun Meurs
Uitgave: WBooks
Aantal pagina’s: 320
Formaat: 25 x 29 mm
ISBN: 9789462585379
Jaar: 2023
Prijs: € 69,95
Meer informatie: www.wbooks.com
Sinds het materiaal beton eind jaren zeventig tijdens mijn studie Civiele Techniek zijn intrede deed in mijn leven, is het er niet meer uit verdwenen. Hoe kon het ook anders, met voor die tijd in Delft behalve de Aula nog andere beeldbepalende gebouwen als de faculteiten Bouwkunde en Civiele Techniek. Alle drie waren ze ontworpen door hetzelfde architectenbureau Van den Broek en Bakema, zonder twijfel de grootmeesters van de internationaal brutalisme genoemde architectuurstroming.
Er bestaat geen twijfel over de keuze voor de Aula (foto 1) tot het meest exemplarische voorbeeld van het brutalisme in Nederland. De makers van BRUUT spreken over “de sculpturale vormen, de toepassing van kaal beton in al zijn ruigheid, de duidelijk zichtbare constructie, het massieve karakter en de gespierde vormen. Het entreegebouw met de twee potige pijlers lijkt op een plompe pad en en profil op de boeg van een ark die niet kan drijven. In de achterzijde is een ruimteschip te herkennen. Dit gebouw prikkelt de fantasie.” In Cement (1963-1964) verschenen maar liefst vier artikelen om de vele constructieve onderdelen te kunnen duiden, onder meer van de hand van ir. H. van Dusschoten, constructeur bij de Rijksgebouwendienst. Meest in het oog springt de voorzijde van de Aula, het auditorium: een 16 m uitkragende, halfronde betonnen schotel van 1360 ton, die tot ruim 30 m hoogte reikt en aan alle kanten uitsteekt. In totaal 35 km aan voorspankabels maken dit mogelijk. De verankering is duidelijk zichtbaar als ornamenten aan de muren. Vandaag de dag, een kleine 60 jaar na oplevering, is het vrijwel onveranderde gebouw nog altijd blikvanger op de TU-campus.
Reacties