ir. D. Stoelhorst, directeur BetonverenigingDe Betonvereniging bestaat dit jaar 75 jaar, het zal demeesten van u niet zijn ontgaan. Alle reden dus om terugte blikken, alhoewel de toekomst nog veel interessanteris. Welke positie zullen het materiaal beton in het alge-meen en de Betonvereniging in het bijzonder gaan inne-men de komende jaren? Centraal element in dat alles zalhoe dan ook het persoonlijk engagement van de ledenblijven.De omstandigheden in de tijd waarin de kiem voorde Betonvereniging werd gelegd, de jaren '20 van devorige eeuw, waren in verschillende opzichten heelbijzonder. De zogenoemde Roaring Twenties vorm-den het begin van de afrekening met oude systemenen maatschappelijke structuren, de opkomst vannieuwe ideologie?n, tezamen met een behoorlijkeeconomische groei en het geloof in de techniek.Er werd veel gebouwd; er was een grote behoefte aanwoningen, fabrieken, kantoren en infrastructuur.Beton werd in al die sectoren meer en meer gebruikt.De kennis om beton te kunnen toepassen werd vaakmet vallen en opstaan opgedaan, hoewel er al ver-schillende soorten regels en voorschriften waren.D e S t a r tDe toepassing van beton is op zichzelf tamelijk oud.Daarover is in historische beschrijvingen veel terugte vinden*). Met de ontdekking van gewapend betonin de loop van de negentiende eeuw ontstonden erevenwel veel nieuwe mogelijkheden. Vaak ontwik-keldenaannemersoffabriekenzelfplanneninbetoncement 2002 76Betonvereniging 1927 - 200275 JAAR*) Meer over de introductie en acceptatie van het gewapend betonin Nederland in de periode 1890-1940 is te vinden in het boekje`Bouwt in beton!' dat door de Betonvereniging in 1995 ter gele-genheid van de Betondag is uitgegeven.1 | De Betonvereniging, eennetwerk van mensen;dat was zo, is zo en zalzo blijvenPERSOONLIJK ENGAGEMENTals alternatief voor een door de opdrachtgever uitge-werkt ontwerp. Ook werden bedrijven uitgenodigdom met een voorstel te komen. De toepassing vanbeton was op die manier echter voorbehouden aanechte kenners, specialisten.Na 1910 kwam daarin verandering, want beton werddoor een steeds grotere groep toegepast. Het wasimmers zo gemakkelijk te bereiden en te verwerken.De eerste gewapend-betonvoorschriften uit 1912brachten ordening in de situatie. De Eerste Wereld-oorlog leidde, door de bijzondere marktsituatie, toteen sterke verbreding van de toepassing en dus totvergroting van het aantal bedrijven en personen diehet materiaal gebruikten. Dat leidde ook tot allerleiinitiatieven om kennis te bundelen, zoals:? de oprichting van de Betonijzerbond;? de uitgave van het maandblad Gewapend Beton,vanaf 1912;? het verzorgen van opleidingen tot Betontechni-cus door PBNA vanaf het begin van de jaren '20;? de uitgave van Het Bouwbedrijf, met daarin ergveel informatie over beton;? de oprichting van de Bond van Fabrikanten vanBetonwaren in januari 1922;? de oprichting van de Betonbond op 5 januari1925;? de omvorming van de Betonbond tot de Beton-vereniging op 16 november 1927;? de oprichting van de Beton Aannemers Bond op20 december 1928.De eerste jaren van de Betonvereniging waren nietonmiddellijk succesvol. Immers de start werd spoe-dig gevolgd door een sterke economische teruggang.Dat had zijn weerslag op de activiteiten in de bouw.Pas laat in de jaren dertig kwam daarin verandering.Desondanks werden er vele activiteiten ontplooid,zoals excursies, studiedagen, filmavonden en publi-caties.Ook de opstelling van regelgeving was een belang-rijketaak.Gemeentensteldennoghuneigenregelge-ving op; harmonisatie daarvan kreeg veel prioriteit.Samen met KIvI werden voorschriften opgesteld.H e t v e r v o l gNa ongeveer vijftien jaar, aan het einde van de oor-logsjaren,vielendeactiviteitenvandeverenigingstil.De Duitse bezetter maakte verder functioneren ergmoeilijk, maar ook de algehele situatie noopte totstopzetting van de activiteiten.De opstart na de Tweede Wereldoorlog verliep ergmoeizaam, logisch want ook de economie kon na deoorlog maar moeizaam op gang komen. De toepas-sing van voorgespannen beton, de wederopbouw, deroep om nieuwe kennis enz. gaven echter eenbelangrijke impuls aan de activiteiten. Door deoprichting van de Commissie Uitvoering Research(CUR) werd het onderzoek gestimuleerd. De oprich-ting van verschillende studieverenigingen maaktehet mogelijk ook aan de verschillende deelgebiedenvoldoende aandacht te geven. STUVO, STUPRE,STUBECO, STUTECH, STUMICO groeiden in deloop van de tijd uit tot volwaardige dochtervereni-gingen.D e p e r i o d e 1 9 5 0 - 2 0 0 2Met de wederopbouw ontwikkelde ook de Betonver-eniging zich erg sterk. Zo groeide het ledental naarcirca 1600 rond 1980, werd de betonmortelcontroleopgericht, werden opleidingen verzorgd enz. De pe-riode werd echter ook gekenmerkt door enkele diep-tepunten. Financieel ontstonden wel eens proble-men, de verenigingskas was soms bijna leeg, maarelke keer opnieuw werden oplossingen gevonden.De vereniging werd meer en meer gestructureerd.De dochterverenigingen evolueerden tot geheel zelf-standige verenigingen met de naam `aangeslotenorganisaties'. De CUR werd steeds zelfstandiger,omdat zij zich niet alleen meer met beton maar metallerhande activiteiten op het gebied van de civieletechniek ging bezighouden.Debetonmortelcontrolekreegeeneigengezicht.HetBureau Betonmortelcontrole werd omgevormd toteen zelfstandige, maar sterk aan de Betonvereniginggelieerde, stichting; de stichting BMC.Na 1980**) werd de aanpak van de Betonvereniginggekenmerkt door de plaats van beton in het bouw-proces. Daaraan kon de behoefte aan technischekennis worden ontleend. Op grond van die strategiewerd het aantal cursussen sterk uitgebreid en werdook informatieoverdracht over beton op de bouw-plaats als werkveld gezien. De activiteiten breiddenzich in die periode sterk uit.De wijze van kennisoverdracht werd verder be?n-vloed door de opkomst van moderne leermiddelen.De eerste schuchtere stappen op het gebied van e-learning leverden bemoedigende resultaten op.De volle breedte van het ledenbestand kwam aan bodbij de verschillende activiteiten. Meer nog dan invoorgaande perioden ontstond een dynamisch net-werk van personen die zich persoonlijk ge?ngageerdvoelden bij een technisch verantwoorde toepassingvan beton.P e r s o o n l i j k E n g a g e m e n tNamen noemen is bijna ongepast, omdat je hoe danook anderen tekort doet, maar ik doe het toch.Bij alle eerder genoemde initiatieven uit de jaren`20 komen bepaalde namen opvallend vaak voor:de ingenieurs Bakker, Boon, Kentie en Geluk, deOostenrijkse betondeskundige Dr. Emperger, kapi-cement 2002 7 7**) De eerste zestig jaren van de Betonvereniging zijn uitvoerig beschreven in `De geschiedenis van de Betonvereniging 1927-1987'.tein Scharroo. Er zal een commercieel aspect hebbenmeegespeeld, maar dat was het niet alleen. De be-hoefte aan het bewaren en verdiepen van de techni-sche kennis speelde een veel grotere rol.Maar ook daarna blijven er steeds personen opdui-ken die de lege plekken opvulden. Bestuurders alsSweijs, Boon en Witte, de hoogleraren Bakker, Haasen Bruggeling, maar ook belangrijke vertegenwoor-digers uit de hoek van de leveranciers (Ophorst,Andr?delaPorte),gemeenten(Rengers,Janssonius),alsook de aannemerij (Van Geluk, Kauffeld).Nog steeds is de drijvende kracht, de bereidheid vande leden onderling kennis uit te wisselen. De groepactieve leden blijft groeien en dat maakt het moge-lijk met elkaar het kennisnetwerk te onderhouden.Maar daarnaast zullen we ook pro-actief op ontwik-kelingen moeten inspelen. Er wordt voortdurendnieuwe kennis ontwikkeld, zoals omtrent de nieuwebetonsoorten, kennis die in de bouwpraktijk wordttoegepast. Verder zijn er ook ontwikkelingen over decement 2002 782 | Breed actief: congres-sen, studiedagen, excur-sies en cursussenmanier waarop kennis kan worden verspreid, bij-voorbeeld via internet.De Betonvereniging is groot geworden dankzij depersoonlijke contacten. Dat heeft een niet weg te cij-feren invloed gehad op de prestaties die met betongeleverd kunnen worden. Dit sociale netwerk, ge-richt op technisch inhoudelijke kennisuitwisseling,is het handelsmerk van de Betonvereniging.D e T o e k o m s tDe toekomst voorspellen is onmogelijk. Je kuntdaarbij twee wegen bewandelen: of je laat het daarbijen ziet wel wat er gebeurt of je probeert aan de handvan trends enige inschattingen te maken en wast ver-volgensjehandeninonschuldalshetandersuitpakt.Wij hebben de laatste weg gekozen en om er dan nogenig gewicht aan toe te kunnen toedichten, hebbenwe enkele brainstormsessies met betonexperts ge-houden.***)Deze sessies leverden enkele trends op: De opper-vlaktevanNederlandisminofmeereenvaststaandgegeven, maar we zullen daar met een steeds gro-ter aantal personen op moeten wonen, werken,recre?ren, vervoeren enz. Wellicht zullen er alter-natieven worden ontwikkeld die aanspraak opoppervlak zullen beperken: een stad of lucht-haven in zee, meer ondergrondse activiteiten.Voor die alternatieven is alles wat we in de kasthebben aan technisch vernuft nodig.De doorgaande spiraal van verhoging van dekwaliteit van ons bestaan zal naar verwachtingniet worden onderbroken, we stellen steedshogere eisen aan comfort, bereikbaarheid enleefomgeving. Belangrijke randvoorwaarde daarbijis natuurlijk wel dat dat alles duurzaam kan plaats-hebben. Immers, we willen die ontwikkeling graagdoorzetten en dat zou niet kunnen als we de leef-omgeving volledig verzieken. Daarnaast magworden verwacht dat die spiraal soms meer op eenprocessie van Echternach zal lijken, dan op een vloei-ende beweging voorwaarts.Hoe dat alles dan gerealiseerd? Bouwen blijft men-senwerk. De creativiteit van de mens is de drijvendekracht achter noodzakelijke ontwikkelingen om aande complexiteit van de bouwvraag van de maat-schappij te kunnen voldoen. In het verleden zijn weer steeds in geslaagd oplossingen te vinden voorcomplexe problemen. De problemen zullen steedsgecompliceerder worden, nog meer disciplines, nogmeer beperkende randvoorwaarden.Maar daarop wordt ingespeeld met nieuwe beton-soorten, industrialisatie, logistieke vondsten, hybrideconstructies, lichtere constructies, innovatieve uit-voeringsmethoden; niet ??n van deze suggesties opzichzelf, maar juist dankzij ge?ntegreerde deelinno-vaties. De hiervoor benodigde kennis zullen mensenin de toekomst waarschijnlijk in een minder geor-dende wijze tot zich nemen. De structuur daarin zalzich wellicht meer richten op onpersoonlijke infor-matieuitwisseling op afstand via internet en de op-volgers.E?n element zal in de toekomst echter niet verande-ren. Een vonk voor een echte ge?ntegreerde innova-tie in de praktijk zal pas overslaan bij direct mense-lijk contact. Mensen moeten elkaar ontmoeten enenthousiast maken. Dat was de aanleiding de Beton-vereniging op te richten, dat heeft de afgelopen 75jaar geleid tot geweldig innoverende projecten dienodig waren om aan de maatschappelijke vraag tekunnen voldoen en zal dus de reden zijn waarom deBetonvereniging een geweldige toekomst tegemoetgaat. Met u allen als actief betrokkenen zullen weantwoord kunnen geven op de bouwvragen die demaatschappij ons zal stellen. cement 2002 7 93 | De maatschappij veran-dert, de Betonverenigingverandert mee***) Over de uitslag van deze sessies zal worden bericht in de publicatie `Zon & Beton' die ter gelegenheid van de komende Betondag zal verschijnen.
Reacties