? ? ?prof.ir.J. Stuip, Stichting CURir.G.RL. den Boer, BetonverenigingAfhankelijkvan de definitie bestaan ereigenlijkgeen nieuwe betonsoorten. Erzijn w?l va-rianten op het materiaal zoals wij datkennen vanaf de introductie van het (gewapend) be-ton,ruim honderd jaar geleden. Het scala van nieuwe betontoepassingen wordt steedsbreder; je kunt het zo gek niet bedenken of er is wel eens aan een uitvoering in beton ge-dacht. 'Nieuw' is dan ook een betrekkelijk,begrip. Feitelijk worden de mogelijkheden vanbeton steeds meer uitgebuit(variatie in samenstelling en combinaties met andere mate-rialen) en wordt het terrein van de toepassingen ook steeds breder.BETONONDERZOEK&DEPRAKTIJK (I)NIEUWE BETONTOEPASSINGEN EN BETONSOORTENHet is interessant om na te gaan waar dievooruitgang en innovaties van dat materiaalnu eigenlijk vandaan komen en hoe we dezeaspecten kunnen be?nvloeden en stimule-ren. Want als we iets kunnen leren uit de af-gelopen jaren is het dat voortdurende pro-ductvernieuwing essentieel is om de positievan materialen of producten in de markt tehandhaven en/of te versterken. Ook hiergeldt de algemeen geldende economischewetmatigheid: na productoptimalisatie is di-versificatie nodig om het marktaandeel tebehouden. Ditgeldtvoor zowel hagelslag alsvoor beton.Naast originele hagelslag zien we witte-, ha"zeinoot- en caramel-hagelslag. Naast 'nor-maal' beton verschijnen onder meerschuim-beton, hogesterktebeton, vezelbeton encollo?daal beton. Milieu-eisen, arbeidstech-nische eisen ?n concurrerende bouwmate-rialen versterken de noodzaak om te komentot een materiaal dat zich aanpast aan ver-anderende eisen, maar met behoud van deexcellente eigenschappen van het basisma-teriaal.VernieuwingInnovaties gaan ook in de betonsector ech-ter niet altijd vanzelf. Innovaties zijn in de(beton-)bouw veelal bouwproject- en pro-cesgericht [1]. Concurrentie heeft in hogemate plaats op grond van de prijs. Aanne-mers voeren het bouwproces uit en trachtendaarom vooral hun productieprocessen teoptimaliseren. Het bouwproces wordt nogsteeds ingericht op grond van een gedetail-leerde omschrijving van het te bouwen ob-ject (in onder meer bestekken en admini-stratieve voorwaarden). Anderen dan hetuitvoerende bouwbedrijf hebben deze om-schrijving gemaakt, veelal zonder gebruik temaken van de - bij de uitvoering van vorigebouwprojecten opgedane - ervaring en mo-gelijkdaaruitvoortvloeiende vernieuwingen.Tegenwoordig zijn alle bij de bouw betrokkenpartijen zich bewust van de - te verbeteren -situatie, maar vaak blijkt dat de acquisitie-en marketingafdelingvan een bedrijfnog 'vijfblokken' verwijderd zit van de H&D"afdeling,aldus Pries [1].Bij 'vernieuwing' kunnen twee paden wordenonderscheiden: hetversterken van de eigenmarktpositie en concurrentiekracht ('de pio-niers') en het bevorderen van een brede toe-passing van beproefde vernieuwing ('ver-krijgbaar voor iedereen'). Beide paden zijnvan belang in de betonsector, maar geble-ken is dat de echte winst voor de sector alsgeheel in hettweede spoor zit. Daarvoor zijnsamenwerkingsverbanden nodig. In debouw- en specifiek in de betonsector- heeftde samenwerking zich bij uitstek goed ont-wikkeld;andere industrie?n kijken daarvaakmet jaloerse blikken naar. Een recent voor-beeldis de gezamenlijke (zelfs internationa-le) aanpak voor de ontwikkeling van 'High-Performance Concrete'.Maarvoor implementatie van vernieuwing ismeer nodig dan alleen kennisontwikkeling.Het traject van productontwikkeling bevat??k kennisoverdracht, opleiding, training ?n(aanpassen van) regelgeving.Naast productontwikkeling in enge zin is ereen andere trend, namelijk de groeiendevraag naar integrale, samenhangende op-lossingen voor bouwopdrachten die zijn ge-formuleerd in termen van door de 'bouwop-~CEMENT1996/9 47lossing' te leveren prestaties. Het zal duide-lijk zijn dat voor de realisatie van dittype op-drachten een nog grotere samenwerking no-dig is tussen ontwikkelende, ontwerpende,toeleverende en uitvoerende disciplines.In de huidige overgangssituatie worstelenwe nog met de vraag waar in de dagelijksepraktijk het initiatief moet liggen voor dezenieuwe aanpak. Maarwie deze nieuwe vormvan samenwerken in zijn vingers krijgt, staatgesteld voor de nabije toekomst.ProductontwikkelingDe markt verandert, zoals reeds gezegd. DeAdviesRaad Technologiebeleid Bouwnijver-heid (ArtB) schetste al eens het beeld dat erin 2010 vooral vraag zal zijn naar totaalpro-ducten: complete bouwwerken, inclusiefontwerp, uitvoering, beheer en onderhouden zelfs financiering. Bedrijven -ook inde be-tonsector - zullen moeten kiezen of zij zichwillen ontwikkelen tot allesaanbiederof zichliever concentreren op de rol van specialis-tisch onderaannemer.Naast de gebruikelijke nadruk op de proces-gang bij het realiseren van een bouwwerk('Hoe regel ik de organisatie? Wat moet ikwanneer en in welke vorm leveren?') zal inde toekomst nog meer ruimte moeten ko-men voor (bouw-)projectongebonden sa-menwerking en productontwikkeling. Alleeniets uitzoeken wordtte duur en heeft meest-al een te smal draagvlak om succesvol teworden. Een uitvoerend bouwbedrijf dat ietsnieuws heeft ontwikkeld en toegepast, isniet zeker of dit bij volgend werk weer kanworden gebruikt, omdat wellicht anderensoortgelijke nieuwe bouwopdrachten krij-gen. De bouwer zal dus proberen de ontwik-kelingskosten zo snel mogelijk terug te ver-dienen (op ??n bouwproject).De opdrachtgever kan het nieuwe idee dathem is aangereikt zonder meer opnemen ineen volgend bestek, waardoor het ook toe-gankelijk is voor anderen die niet in de nieu-we ontwikkeling hebben ge?nvesteerd. In-dien het bedrijf het product heeft geoc-trooieerdkan dit weer nadelig zijn naar demeningvan deopdrachtgever, omdat hij zichdan bindtaan ??n bedrijf. Octrooiering is bo"vendien een tijdrovend en kostbaar proces.Binnen de betonbouw wordt ditsoortkennis-bescherming daarom ook nauwelijks toege-past. Kortom, de karakteristieken van hetbouwproces en het rollenpatroon van op-drachtgever en opdrachtnemer (met inbe-grip van toeleveranciers en onderaanne-mers) maken het voor een bedrijf all??n48moeilijk innovaties in te voeren en sucCesvolte maken.Daarom heeft productontwikkeling in debouw veelal in een samenwerkingsverbandplaats. Dit levert voor alle partijen voordeelop. Op den duur profiteert de gehele bouw-wereld daarvan, terwijl deelnemers in hetontwikkelings- en het (vroege) toepas"singstraject het eerst op de hoogte zijn Vande resultaten van het onderzoek en ook heteerst ervaring opdoen, waardoor zij zelf eenvoorsprong op 'concurrent-collega's' opbou-wen.Samenwerking is vooral een vereiste voorkleinere bedrijven. Ook zij worden tenslottemet (technologische) problemen gecon-fronteerd en hebben goede idee?n voor op-lossingen, maar missen veelal mankrachten kennis en kunnen de kosten voor ontwik-keling en mogelijke risico's bij falen niet dra-gen.De vraagkant en de regelgevingNieuwe ontwikkelingen in de betonbouw ko-men vaak voort uit het feit dat producentenzich voortdurend richten op d??rontwikke-Iing van hun producten en verbreden vanhun leveringsprogramma. Daarnaast rich-ten zij zich op het verbeteren van produc-tiefaciliteiten, intern in de betoncentrale of(prefab)fabriek, alsook extern OP de bouw-plaats. De daarbij gevolgde werkwijze is veel-al gedreven door technologie, gebruikma"kend van wat er mogelijk is.Het kan voor zowel de producent als de klant(afnemer of opdrachtgever) echter ook vanbelang zijn wanneer het oor meer aan devraagkant te luisteren wordt gelegd. Danmoet echter deze vraagkant ook voldoendeinzicht hebben in de technische mogelijkhe-den. Communicatie tussen toeleverancieren afnemeris essentieel. Deze communica-tievormt alshetware een onderdeel van hetproduct.Voorbeeld: een producent van betonnenheipalen heeft een naar eigen zeggen revo-lutionaire nieuwe paal ontwikkeld. In depraktijk blijkt echter dat de paal moeilijk ineen bestaande heistelling kan worden inge-past. De aannemer geeft aan dat hij lievereen andersoortige paalkop geleverd wil heb-ben, die gemakkelijker in de fundering is opte nemen. Een nieuw proefmodel wordt ge-maakt en tevens wordt een onderzoekinsti-tuut ingeschakeld om tests te doen, die ineen vroeg stadium worden voorgelegd aaneen deskundige commissie om te zien ofhetresultaatvoldoet aan vigerende regelgeving.Uiteindelijk blijkt dat het goedkoper en tech-nisch en organisatorisch gunstiger is om nietde revolutionaire paal te ontwikkelen, maareen bestaande paal aan te passen.Vaak zullen innovatieve idee?n, techniekenof producten nog in een te vroeg stadiumvan onderzoek en/of toepassing verkerenom breed te kunnen worden toegepast.Bouwregelgeving is daarbij een belangrijkefactor. Sinds jaar en dag wordt de bouw ge-kenmerkt door een netwerk aan voorschrif-ten, normen, enz. Deze zijnhet resultaat vanjarenlange ervaring met bepaalde, welom-schreven materialen en praktijken.Normalisatie en gestandaardiseerde bouw-elementen, bekistingen, wapeningsele-menten, werkmethoden enz. zorgen vooreen effici?nter bouwproces in beton. Maardeze regels blokkeren soms de productont-wikkeling. De regels zijn immers gebaseerdop oude (gerijpte) kennis. Productontwikke-linggebeurt (vaak) op grond van nieuwe ken-nis. Logisch dat er in hettrajectvan product-ontwikkeling ook aandacht moetworden ge-geven aan aanpassing van regelgeving.AI jaren wordt er geroepen om meer presta-tiegerichte eisen. Dit zou ruimte scheppenvoorslimme en nieuwe oplossingen. Er blijftnatuurlijk gelden datde kwaliteitkan wordengewaarborgd en van tevoren duidelijk kanworden aangetoond. Kwaliteitsverklaringenen/of attesten voor nieuwe producten moe-ten dan in hetzelfde tempo als van de ge-wenste marktintroductie (meestal snel)kunnen worden afgegeven.Niet toegesneden of zelfs ontbrekende re-gelgeving en beperkte ervaring met deinno"vatie remmen de implementatie van de ver"nieuwing. Deze vicieuze cirkel kan wordendoorbroken als alle partijen elkaar tege-moetkomen en enkele (extra) zekerhedeninbouwen: bijvoorbeeld een brug met eenspeciaal soort externe voorspanning magtoch worden gebouwd, als in extra meetpun-ten en veiligheidsmaatregelen wordt voor-zien.Op deze wijze valt de brug onder de 'innova-tieregels': een weloverwogen, veilige, con-troleerbare en beheersbare situatie, waarbijeen aantal regels uit de gangbare betonnor-men speciaal voor dit projectwordt geamen-deerd.Anderzijds kan voor een nieuw materiaal ofnieuwe toepassingbijvoorbeeld een conser-vatieve aanvulling op de gangbarebetonnor-CEMENT1996/9men in korte tijd worden opgesteld. Dezedraagt als zodanig meer veiligheid in zich,maar de toepassing wordt snel - echter zon-der uitputtend onderzoek -mogelijk (bijvoor-beeld de 2Q%-regel bij vervanging van grinddoor granulaat).Weten wat er speeltGrensverleggende productontwikkeling inde praktijkgedijt niet in een te brede collecti-viteit, wordt wel eens gezegd. Hierin schuiltweliswaar een waarheid, maar steeds blijktdat toepassing van innovaties draagvlakvereisen, mede gebaseerd op wetenschap"pelijk verantwoord onderzoek. Opdrachtge-vers zijn risicomijdend en eisen vooraf-be-wezen 'performance' en kwaliteit. Begripvoor en kennis van vernieuwingen is bij deopdrachtgevers niet altijd in dezelfde mateaanwezig als bij de ontwikkelaars. Essen-tieel is communicatie tussen ontwikkelaars,opdrachtgevers en financiers, publieke enprivate regelgevers, instellingen die kwali-teitsverklaringen afgeven ?n het onderwijsen opleidingenbestel.Daarbij speelt ook nog eens de maatschap-pelijke belangstelling een rol. Zo is thans, naruim tienjaarbinnen CUR daarop te hebben'gebroed', ondergronds bouwen h?t themavoor researchontwikkeling en voor feitelijketoepassing. De maatschappelijke belang-stellingis nu overduidelijk aanwezig.Het blijkt dus van belang te zijn om alle be-trokkenen goed te informeren. Onwetend-heid is eveneens een rem op ontwikkeling.Risico'sRisico's en aansprakelijkheid zijn zaken diein een vroegstadium van een ontwikkelings-project moeten worden uitgezocht en vast-gelegd. Dit is een zaak die mogelijk kan wor-den gesteund door een 'Innovatierisico-fonds' in hetleven te roepen. Risico's wordengespreid, leveranciers en aannemers kun-nen meer nieuwe ideeen toepassen. Bij detoewijzing van een bedrag uit het fonds kun-nen tevens afspraken worden gemaakt opoctrooiering, betrokkenheid van meerderedisciplines (ofgerelateerdeprojecten), ken-nisverspreiding enz. De toegankelijkheidvoor anderen is afhankelijk van de verhou-ding publieke-private financiering van hetfonds.Financiering kan bijvoorbeeld worden gerea-liseerd (zoals de kunstregeling) via een in-novatiepercentage op grote bouwwerken.Innovatie gedijt tenslotte vooral rond grotebouwuitdagingen. Ook opdrachtgevers heb-ben voordeel bij dezegangvan zaken.Er kanCEMENT1996/9geld worden bespaard bij uitvoering van hetwerk, dat bovendien promotioneel kan wor-den uitgebuit. De in uitvoering zijnde ICES(kennis)investeringsprogramma's zoals bij-voorbeeld Ondergronds Bouwen, hebbenenkele karakteristieken van zo'n fonds.De concrete uitwerking en organisatie ervanis waard om onderzocht te worden. Samenmet bestaande overheidsstimuleringkan diteen goede basis vormen om de innovatie inde betonwereld een 'push' te geven.SamenvattendWatis nu het resultaatvan alle discussies enoverwegingen tijdens deze workshop? Ineerste instantie heeft iedereen kennis kun-nen nemen van de diverse visies en ideeendie naarvoren zijn gekomen en deze binnende eigen situatie kunnen toepassen.Ten aanzien van de inzet van nieuwe beton-soorten en nieuwe toepassingen werd aan-gegeven dat deze kunnen worden gestimu-leerd indien:? regelgeving en gerelateerd technisch on-derzoek weliswaar juist, maar niet rigideworden toegepast en met enig verant-woord risico;? niet alleen op basis van prijs, maar ookvanuit maatschappelijke en milieu-over-wegingen overtoepassing wordt besloten(concept levenscyclus en duurzame ont-wikkeling);? de publiek-private basisfinanciering voorproductonafhankelijke ontwikkeling wordtuitgebreid;? de maatschappelijke belangstelling groterwordt (bijv. ondergronds bouwen);? alvorens te investeren in kennisontwikke-ling het gehele traject van productontwik-keling, met inbegrip van marktonderzoek,opleiding en aanpassing regelgeving inbeeld wordt gebracht;? het alternatief in staat wordt gesteld eeneigen 'markt' te veroveren (drempel verla-gen);? leveranciers ?n afnemers ?n opdrachtge-vers allen op de hoogte zijn van de 'ins andouts' van een nieuw materiaal of nieuwetoepassing.Tijdens de conferentie op Papendal zijn driebelangrijke speerpunten aangegeven:1. Mogelijkheden onderzoeken voor hetcreeren van een Innovatiefonds om kos"ten van ontwikkelingen risico's bijtoepas-singen van nieuwe producten of ideeengemakkelijker te kunnen dragen.2. Nut en noodzaak nagaan van het opzet"ten van een aantal beperkte 'Innovatie-Workshops' voor specifieke onderwerpen(bijv. hogesterktebeton, gebruik van de1Q-tons kraan), waaruit wellicht praktijk-gerichte aanbevelingen voor introductieen uitwerking van een bepaalde metho-diek of techniek kunnen voortkomen.3. Nut en noodzaak nagaan van uitbreiding,verbreding en clustering van lopende envoorgenomen ontwikkelingsprojecten,demonstratieprojecten en samenwer-kingsverbanden.De organisatoren van de Conferentie Beton-onderzoek & de praktijk - de Betonvereni-ging, eUR, VNC ende vele ondersteunendeorganisaties - zullen zich sterk maken vooreen concreet vervolg.Literatuur1. Pries, F., Innovatie in de Bouwnijverheid.Erasmus Universiteit Rotterdam, 1995.?49
Reacties