ing.W.A.Metman, Bedrijfschap STS, Woerdening.W.Bassie, Bouwcentrum Advies, MaarssenOnder de noemer bedrijfsvloer verbergen zich heel wat verschillende typen vloeren. Op-pervlakkig gezien zou men iedere vloer dle zich in een bedrijfsruimte bevindt een bedrijfs-vloer kunnen noemen, in duidelijke tegenstelling tot een vloer gelegd in een woonhuis.Beter lijkt het naar het gebruiksdoel te kijken om tot een omschrijving van dergelijke func-tionele bedrijfsvloeren te komen. Een reeks van vloertypes is te maken, waaruit men opbasis van een goed gedefinieerd programma van eisen zou moeten kunnen kiezen. Dit ar-tikel geeft een aanzet daartoe.BEDRIJFSVLOEREN:HETISVOORALDEKEUSWAAR HET OM GAAT....DE ACTUELE PROBLEMATIEK OP HET GEBIED VAN DEKVLOERENHet komt jammer genoeg nog regelmatigvoor dat met ergernis moet worden gecon-stateerd, dat men beter eerst even had kun-nen nadenken alvorens te kiezen voor eenwillekeurige vloer - soms zelfs alleen op ba-sis van de prijs. Het besef groeit langzamer-hand, dat de bedrijfsvloer een zeer belang-rijk element is, waarover goed moet wordennagedacht Sterker nog, het is tegenwoordigeen bouwelement dat moet worden "ontwor-pen".Er zullen immers aan de vloer van een show-room van een garagebedrijf andere eisenmoeten worden gesteld dan aan een indu-strievloer in de chemische industrie. Even-zeer dient een vloer in een kantine of archiefte voldoen aan specifieke voorwaarden, omverder nog maar te zwijgen over vloeren inoperatiekamers of computercentra. Met an-dere woorden, men zal bij het ontwerpen vanbedrijfsgebouwen actuele kennis moetenhebben van de verschillende mogelijkheden- of misschien nog meer van de onmogelijk-heden - op het gebied van de bedrijfsvloeren.Of men zal zich op dat gebied terdege moe-ten laten adviseren.Korte termijnVaak realiseert men zich niet, of te laat,dat een verkeerde keus voor een vloertypezich meestal slechts laat verhelpen tegenonno-dighoge kosten aan vervanging,reparatie en verlies aan produktie ofandere stagnatie. Gezien de doelstellingvan een bedrijf, hetkaraktervan het produkt of de werkzaamhe-den zal ook voor de vloer een gedegen pro-gramma van eisen moeten worden opge-steld.Dit programma zal, in overlegmet het betrok-ken gespecialiseerde vloerenbedrijf of deadviseur, op haalbaarheid moeten wordengetoetst. Voorgespecialiseerde vloeradvies-bureaus lijkt dus een aantrekkelijke markt opte doemen. Dergelijke bureaus ontstaansoms zelfs vanuit een oorspronkelijk vloe-renbedrijf, waardoor sprake kan zijn van eenstabiele vaktechnische achtergrond.Het is dus te allen tijde de ontwerper, die, aldan nietdoor middel van het inhuren van eenadviesbureau, in nauw overleg met de uitein-delijke gebruiker moet komen tot een zorg-vuldigopgestelde en actuele, liefst nog op denabije toekomst ingestelde, "staat van ei-sen". Die gebruiker moet dan wel de op-drachtgever zijn.Bij dit proces komen in de praktijk van van-daag aandachtsvelden aan de orde als toe-komstige belasting van een vlak of punt,vloeistofdichtheid, mechanische eigen-schappen, slijtweerstand, stootweerstand,thermische isolatie, geluidisolatie, elec-trisch geleidend vermogen, mate van stof-ontwikkeling, bestandheid tegen chemica-li?n, vervuiling, aantasting en onderhoud.55Veelheid van eisenHet is duidelijk, dat een vloer die aan al dezeeisen voldoet bij de huidige stand van detechniek nog niet voorhanden is. Vandaardatde ontwerper een goed ontwikkeld analy-tisch vermogen zal moeten hebben om alleeisen van de gebruiker - die overigens naarmate de technologie voortschrijdt steeds kri-tischerzal worden -in detail te kunnen beoor-delen en te kiezen voor de juiste prioriteiten.In het algemeen beschouwd kan de bedrijfs-vloer grofweg in twee lagen worden onder-scheiden: de constructieve laag en de ge-bruikslaag. De eisen die aan beide lagenworden gesteld zullen zeer divers zijn. In hetalgemeen kan men zeggen dat de construc-tieve laag dynamische en statische belastin-gen moet kunnen opvangen, terwijl de ge-bruikslaageen veelvoud van anderssoortigebelastingen moet kunnen weerstaan.MonolietEen groot deel van de vloeren die in het be-drijfsleven worden gebruikt, is monoliet vanaard (uit ??n geheel bestaand). De slijtvastegebruikslaag behoort tot dit geheel. Verderkunnen betonvloeren vele soorten van dek-vloeren dragen die elk op hun beurt weer deeffecten van specifiek gebruik kunnen weer-'staan.Die combinatie tussen de twee lagen is ver-antwoordelijkvoor de juistheid van de vloer-keuze. Al naar gelang de plaats van de vloerbinnen het bedrijfsgebouw, zal de gebruiks-laag hechtend dan wel losliggend (zwevend)aan de constructieve laag worden aange-bracht. In alle gevallen zullen de beide lagentot in detail op elkaar afgestemd moeten zijnom optimaal te kunnen functioneren.Om te kunnen voldoen aan de te defini?rengebruikerseisen zullen de volgende zakenmet elkaar in relatie moeten worden ge-bracht:? in de chemische industrie hoge chemica-li?nbestandheid en slijtvastheid;? in de elektronische industrie elektrischegeleiding en stofvrijheid;? bij hangars mechanische sterkte en slijt-vastheid;? bij keukens en in de voedselindustrie be-standheid tegen chemische middelen,stofvrijheid en vloeistofdichtheid;? bij koelruimten flexibiliteit en stootvast-heid, eigenschappen die zich ook bij lagetemperaturen snel moeten kunnen her-stellen;? bij een magazijn, waarin hoogstapelaarshun werk verrichten, vooral vlakheid;? bij de grafische industrie vooral de sterkebestandheid tegen de chemische en et-sende werking van de verschillende mid-delen en het voorkomen van stof;? in winkels onder meer decoratieve en re-presentatieve functies en het gemakkelijkreinigbaarzijn.GebruikslagenIn relatie tot de functionaliteit zal op de con-structieve vloer een adequate gebruikslaagmoeten worden aangebracht. In de nieuw-bouw bestaat deze meestal uit beton, hoe-wel bij bedrijfsvloeren op staal ook toepas-sing van asfaltlagen zeer goed mogelijk is.Bij het renoveren en herstellen van vloerendoor middel van nieuwe functionele ge-bruikslagen of speciale dekvloeren, kan mensoms een grote diversiteit van constructie-vloeren tegenkomen. Vaakzijn dit vloeren dieover verschillende en wisselende samen-stellingen en vaak daaraan gekoppeldesterktes beschikken. Degelijk onderzoek isnoodzakelijk, teneinde vast te kunnen stel-len in hoeverre dergelijke dragers geschiktzijn om te worden gecombineerd tot een wer-kelijk functionele bedrijfsvloer.Destructief onderzoek, wellicht zelfs in com-binatie met laboratoriumproeven, op sa-menstelling en onder meer de mate van ver-vuiling, zal tot de standaardprocedures moe-ten worden gerekend. Indien er hoge eisenworden gesteld, zal zelfs geologisch onder-zoek niet tot de onmogelijkheden behoren.Ook zullen samenstelling, struktuur endraagvermogen van de bodem moeten wor-den bekeken.Van belang is reeds in dit stadium te beden-ken dat waterdampdiffusie en capillair wa-fertransport de noodzakelijke functies vaneen bedrijfsvloer teniet kunnen doen. Moge-lijk kunnen problemen ontstaan bij de toe-passing van kunststofgebonden vloeren opeen betonnen drager op grondslag of bij detoepassing van calciumsulfaatgebondenvloeren, afgewerkt met een dampdichte be-dekking.DimensioneringEen vloer is veelal in velden verdeeld, waarbijdilatatievoegen met bijbehorende profielenworden toegepast. Het lijkt voor de hand teliggen, maar is niet onverstandig, toch nogweer eens stil te staan bij het effect hiervan.Zeker als men uiteindelijk een vloer moetmaken die chemisch resistent is, dient overde invloed van een niet afgewerkte schijn-voeg te worden nagedacht.Een ander, zeer belangrijk, aspect is de vlak-heid. Wellicht is het beter te spreken over demate van onvlakheid van vloeren. Dit aspectis voor een bedrijfsvloer meestal van hetgrootste belang. Als achtergrond voor hetslordig omgaan met dergelijke eisen kan inNederland vooral het ontbreken van vol-doende criteria worden genoemd. Veelalontstaat bovendien bij oplevering ontevre-denheid over de geleverde kwaliteit, omdatmen zich soms heeft beperkttot de vlakheid.Bij het aanvaarden van een opdracht tot le-vering van een bedrijfsvloer, zal het vloeren-bedrijf zelf moeten nagaan aan welke eisenmoet worden voldaan. Van hem mag immersdeskundigheid worden verwacht en hij be-hoort de maatstaven te kunnen interprete-ren en vervolgens om te zetten in een ade-quaat geleverde vloer.Van bijna gelijke orde is de ruwheidsfactorvan de bedrijfsvloer. Deze eis is moeilijkerobjectief te omschrijven: de begrippen ruw,glad en vlak zijn immers voor velerlei uitlegvatbaar. In de wegenbouwsector heeft menmet behulp van een zandvlekmethode eisenkunnen vastleggen. Binnen de vloerensec-tor heeft deze proef echter een veel beschei-dener plaats ingenomen, omdat slechts dievloeren met deze methode te objectiverenzijn, die enige ruwheid moeten bezitten.56Objectieve criteriaHet is van het grootste belang dat er objec-tieve criteria beschikbaar komen, waarmeeook de gebruikers in staat zijn samen methun adviseurs een doeltreffend programmavan eisen neer te leggen, waarop het gespe-cialiseerde vloerenbedrijf zich bij zijn vak-technische invulling kan baseren. De vakbe-kwaamheid daartoe is in ons land nog ruimaanwezig en wordt ook door de branche zelftegenwoordig in stand gehouden.Een omvangrijk bijscholingsprogramma steltde praktische vakmensen regelmatig op dehoogte van de laatste technische ontwikke-lingen. Verder houdt men door middel vanverschillende publicaties de branche en hunopdrachtgevers op de hoogte van 'the stateof the art'. De 'Handleiding dekvloeren, voorontwerp en uitvoering' van het BedrijfschapSTS: Afbouwbedrijf is een voorbeeld van zo'npublikatie.OVERZICHT DEKVLOERTYPEN EN -SYSTEMENEen dekvloer is de afwerking van een draag-vloer en heeft doel bepaalde gebreken vande draagvloer op te heffen, zoals onder meeronvoldoende weerstand tegen verkeersbe-lastingen, een te grote oneffenheid enscheurvorming. Vaak ook wordt voor een be-paald type dekvloer gekozen om eigen-schappen te verkrijgen die de draagvloer nietheeft, zoals resistentie ten aanzien van be-paalde chemicali?n, vloelstofdichtheld, ge-leiding van statische elektriciteit of bepaal-de esthetische eigenschappen.Indien een ter plaatse gestorte betonvloerniet monoliet wordt afgewerktzal in hetalge-meen een dekvloer worden toegepast. Menheeft keuze uit een groot aantal mogelijkhe-den, waarvan de voornaamste zijn:? cementgebonden dekvloeren;? cementgebonden, met kunstharsverbe-terde cementdekvloeren;? anhydrietgebonden dekvloeren;? asfaltdekvloeren;? kunstharsvloeren;? houten dekvloeren;? dekvloeren van cementgebonden tegels;? dekvloeren van keramische tegels;? dekvloeren van natuursteen.De meeste van deze dekvloeren kunnen optwee manieren worden aangebracht: hech-' tend of niet hechtend. De hechtende uitvoe-ring is normaal, niet hechtende afwerkingenworden vaak met een specifiek doel aange-bracht. Het doel van een niet hechtende uit-voering kan onder meer zijn:? verbetering van de contactgeluidisolatie(zwevende dekvloeren);? verbetering van de thermische isolatie(dekvloeren, met of zonder vloerverwar-ming, op isolatie);? overbrugging van bewegende scheuren(dekvloeren op een spanningsverdelendelaag).Tenslotte kan een dekvloer op zijn beurt ookweer worden afgewerkt met een vloerafwer-king. Bij bepaalde typen dekvloeren, zoalsde laagste kwaliteit cementdekvloer (D15)en de anhydrietdekvloeren, is dit zelfs nood-zakelijk, omdat de oppervlaktekwaliteit vandeze vloeren niet geschikt is voor slijtendebelastingen.Cementgebonden dekvloerenDit dekvloertype behoort nog steeds tot demeest toegepaste voor bedrijfsvloeren. Eencementgebonden dekvloer bestaat uit eenfijngegradeerd cement-zandmengsel, datmet een vrije-val-menger of met een tegen-stroommenger wordt gemengd en met luchtof per kruiwagen wordt getransporteerd.Voor hoogwaardige dekvloeren worden intoenemende mate voorgemengde speciesgebruikt, die in zakken of silo's worden aan-gevoerd.Men kan onderscheid maken tussen ce-mentgebonden dekvloeren die moeten wor-den afgewerkt meteen vloerafwerking ( D15,D20) en die, welke rechtstreeks aan het ver-keer kunnen worden blootgesteld (D30 enhoger). Daarnaast is er het onderscheid tus-sen vloeren die in ??n laag worden aange-bracht (D15 tot en met D55) en die welke intwee lagen worden aangebracht (D75). Dein??n laag aangebrachte dekvloeren gaanmeestal van D15totD30, hogere kwaliteitenblijken in de praktijk moeilijk uitvoerbaar, ze-ker indien aan hoge vlakheldseisen moetworden voldaan.De kwaliteit D75, die uit twee lagen bestaat,wordt wel veelvuldig toegepast. Deze is op-gebouwd uit een tussenlaag met kwaliteitD40 en een toplaag D75. De tussenlaagwordt samengesteld met een laag cement-gehalte en een lage water-cementfactor,57waardoor hij een enigszins poreuze structuurkrijgt. De toplaag, die een dikte heeft van 7tot 12 mm, is cementrijk en kan extra slijtvas-te toeslagstoffen bevatten. Deze vloerenkunnen zeer vlak worden uitgevoerd; de ver-hoogde vlakheidseis volgens NEN 2741 ofDIN 18202 (zeile 3) is haalbaar.In principe kunnen deze vloeren praktischscheurvrij worden aangebracht, omdat de inde toplaag opgewekte krimpspanningenkunnen worden overgedragen aan het korrel-pakket van de tussenlaag. Vaak ziet men indeze vloeren echtereen net van haarscheu-ren. Deze behoeven, bij een geringe wijdte,de mechanische eigenschappen van devloer niet te schaden; vloeistofdicht zal zo'ngescheurde pantserlaag echter niet meerzijn.De kwaliteit van cementgebonden dekvloe-ren is genormaliseerd in NEN 2741. De in de-ze norm gehanteerde kwaliteitsaanduidin-gen wijken af van die welke voor beton wor-den gehanteerd, wat vaak aanleiding geefttot misvattingen. De norm wordt binnenkortherzien.GietvloerenDe sterkte van een cementgebonden mortelis in hoge mate afhankelijk van de dichtheid.Dit blijkt bijvoorbeeld uit de hoge sterkte diewordt bereikt bij intensieve verdichting, dieplaats vindt bij monoliet afgewerkte vloerenen pantserdeklagen. Het ligt voor de hand tezoeken naar middelen om de cementspeciezelfverdichtende eigenschappen te geven.Daarbij wordt gebruik gemaakt van zoge-noemde superplastificeerders en/of vanmiddelen om de microporositeit van de ce-mentsteen te verminderen.Men spreekt in dat geval van gietvloeren, diein dikten van 5 tot 10 mm worden aange-bracht. Deze vloeren hebben het voordeeldat ze, ondanks hun hoge plasticiteit, vrijwelgeen overtollig water bevatten. Daardoorkunnen ze vrij snel worden afgewerkt metdampdichte afwerkingen. Een nadeel is dematige oppervlaktekwaliteit, zodat afwer-king noodzakelijk is.Een bijzondere plaats nemen bepaalde giet-vloeren in die silica fume bevatten, een vul-stof die de micoporositeit van cementge-bonden mortels opheft. Deze mortels kun-nen een sterkte bereiken die hoger is danlOON/mm2. Bij goede uitvoering zijn ze vrijvan scheuren en dus vloeistofdicht; de op-pervlaktekwaliteit is zodanig dat deze dek-vloeren bestand zijn tegen zeer hoge slijten-de belastingen. Een juiste uitvoering van ditdekvloertype vereist echter een aanzienlijkemate van deskundigheid.Cementgebonden met kunstharsverbeterde dekvloeren (P.C.C.vloeren)Een andere mogelijkheid de waterbehoefteen de scheurgevoeligheid van cementdek-vloeren te verminderen, is toevoeging vankunstharsdispersies. De meest toegepastezijn de kunstharsdispersies op basis van po-lynethyl met hacrylaat en op basis van epo-xyhars.Het kunstharsgehalte van deze vloeren be-draagt doorgaans 20 tot 40%m/m van decementhoeveelheid. Daardoor hebben dezevloeren een taai-elastisch karakter en eenhoge treksterkte (de druksterkte bedraagt40 ? 50 N/mm2).Ze worden toegepast als slijtlaag of als tus-senlaag en hebben door hun geringe scheur-gevoeligheid vloeistofdichte eigenschap-pen. Bepaalde typen hebben zodanige ei-genschappen dat ze zeer snel kunnen wor-den afgewerkt met dampdichte vloerafwer-kingen. Dit vloertype is bijzonder geschiktvoor renovatiesituaties.AnhydrietvloerenAnhydriet is een klassiek bindmiddel, dat on-der meer in dekvloeren wordt toegepast. Hetis watervrij calciumsulfaat, dat zich na toe-voeging van zogenoemd starterzout met wa-ter bindt tot gips. Doortoevoegingvansuper-plastificeerders aan de anhydrietspeciekunnen gietbare mengsels worden vervaar-digd, waarmee, afhankelijk van de samen-stelling, druksterkten van 12 tot meer dan40 N/mm2kunnen worden gerealiseerd.Door de zelfverdichtende eigenschappenvan de anhydrietspecie kunnen zonder zwa-re arbeidsinspanning kwalitatief goede dek-vloeren worden vervaardigd tegen een prijsdie concurrerend is ten opzichte van de klas-sieke cementdekvloer. Dit heeft ertoe geleiddat de laatstgenoemde steeds meer wordtverdrongen in toepassingen waar de dek-vloer wordt afgewerkt met een vloerbedek-king.De toepassing van anhydhetdekvloerenwordt beperkt door het feit dat deze nietrechtstreeks mogen worden blootgesteldaan vocht. Ook de situatie waarin inwendigecondensatie in anhydhetdekvloeren kan op-treden, dient te worden vermeden.Een anhydrietdekvloer wordt als regel vaneen afwerking voorzien. De oppervlaktekwa-liteit ervan maakt deze dekvloeren mindergeschikt voor direkte blootstelling aan hetverkeer.De kwaliteit van anhydriet gietvloeren isvastgelegd in CUR-Aanbeveling 34, "Giet-vloeren met calciumsulfaat als bindmiddel".In deze publikatie wordt onderscheid ge-maakt tussen de kwaliteiten GD 12, GD 20,GD 30 en GD 40, waarbij de getalwaarde deminimum druksterkte in het werk aangeeft.Certificering van anhydhetdekvloeren Is invoorbereiding.AsfaltdekvioerenDit klassieke dekvloertype heeft een enigs-zins plastisch karakter en een lage druk-sterkte. Daardoor is de weerstand tegenpuntlasten gering en die tegen schuivendebelastingen matig. Asfaltvloeren kunnensnel in gebruik worden genomen (na ltot2dagen) en zijn gemakkelijk te repareren. Zeworden onderscheiden in koudasfaltvloerenen gietasfaltvloeren.KoudasfaltvloerenDe koudasfaltvloer bestaat uit een asfalte-mulsie ais bindmiddel, cement en steenach-tige vulstoffen. Het cement heeft als functiehet in de emulsie aanwezige waterte binden.Hierdoor zal de emulsie gaan coaguleren enwordt directe binding bereikt. De vloer wordtdoor walsen verdicht en heeft een zeer goe-de slijtweerstand, maar geeft direct na hetleggen stof af.Deze dekvloer kan mechanisch worden aan-gebracht en is geschikt voor toepassing bijgrote oppervlakken, zoals tentoonsteliings-hallen, parkeergarages en veilinghallen. Devloer heeft een beperkt scheuroverbrug-gend karakter en kan bij beschadiging ge-makkelijk worden gerepareerd.Koudasfaltvloeren zijn niet geschikt in situa-ties van langdurige vochtinwerking. De duur-zaamheid van dit type dekvloeren blijkt in depraktijk zeer hoog; er zijn vele asfaltemulsie-vloeren van tientallen jaren oud.58GietasfaltvloerenWarmasfaltvloeren of gietasfaltvloeren be-staan uit een bitumineus bindmiddel ensteenachtige vulstoffen. De asfaltspeciewordt in hete toestand (meer dan 200? C)aangebracht. Om de ondergrond te bescher-men tegen een te grote temperatuurschokwordt de dekvloer aangebracht op een mem-braan. Hij ligt dus los en moet worden gedila-teerd.Een gietasfaltvloer heeft bij goede verwer-king een zeer hoge dichtheid en is dan ookvloeistofdicht. De dichtheid wordt echter insterke mate mede bepaald door de detaille-ringen. Warmasfaltvloeren worden veel bui-ten toegepast (onder meer bij parkeerdek-ken). Daarnaast zijn ze bijzonder geschiktvoor natte bedrijfsruimten (visverwerkendeindustrie, voedingsmiddelenindustrie, enz).In garagebedrijven wordt gietasfalt wel toe-gepast in combinatie met een afwerking vanpolyurethaan in een dikte van circa 2 mm.Zo'n vloer is vloeistofdicht en bestand tegenoli?n en oplosmiddelen, maar niet tegenzware puntlasten.Kunstharsgebonden dekvloerenDe meest bekende typen zijn epoxyvloeren,maar ook kan aan polyester, acrylaat of po-lyurethaan als bindmiddel worden gedacht.Deze alternatieven hebben doorgaans eenwat lagere sterkte. Een belangrijk voordeelvan deze dekvloeren ten opzichte van de ce-mentgebonden en bitumineuze typen is, datze in verschillende kleuren kunnen wordenuitgevoerd.Kunstharsvloeren moeten worden aange-bracht op droge ondergronden. Een te hoogvochtgehalte van de ondergrond kan, metname bij gietvloeren, aanleiding geven totblaasvorming (osmose), wat desastreus isvoor de gebruikskwaliteit en het aanzien.De epoxytroffelvloer wordt meestal aan-gebracht in een dikte van 5 mm, al zijn ookgrotere dikten mogelijk. De druksterkte vandeze dekvloeren ligt meestal rond de50 N/mm2of hoger en de taaiheid is redelijktot goed. Een optimale kwaliteit wordtslechts bereikt door mechanische verdich-ting van de vloer, gevolgd door het aanbren-gen van een seallaag. In de praktijk blijkt hetmoeilijk een perfect oppervlakte verkrijgen.Kunsthars gietvloeren hebben een dikte van1 tot 3 mm en worden in de regel aange-bracht op een tussenvloer, teneinde vol-doende vlakheid te kunnen bereiken. Degietvloer is zeer slijtvast De stroefheid innatte toestand is kritisch. Daarom wordengietvloeren vaak ingestrooid met slijtvast"materiaal. Bij spaarzaam instrooien blijft dereinigbaarheid van de vloer redelijk goed. Inde praktijkblijktgoed instrooien echter moei-lijk.Kunstharsvloeren kunnen binnen 1 tot 2 da-gen na uitvoering in gebruik worden geno-men. De duur van de uitvoering is sterk af-hankelijk van de vraag of een tussenvloer no-dig is.Overige dekvloertypenNaast de genoemde dekvloertypen zijn erty-pen die minder algemeen, en vooral in speci-fieke situaties, worden toegepast. Genoemdkunnen worden de keramische tegelvloeren,cementgebonden tegels, natuursteen, houten rubber.Vooral keramische tegelvloeren en rubber-vloeren kunnen worden toegepast in mecha-nisch zeer zwaar belaste situaties, waaraantevens hoge esthetische eisen worden ge-steld. Een voorbeeld zijn keramische tegelsmet een hoge dichtheid ( porositeit lager dan0,3%), die in hetspeciebed worden ingetrild.Vaak past men in dergelijke situaties zeskan-tige tegels toe, omdat die minder schadege-voelig zijn.Hoogwaardige rubbervloeren worden ge-maakt van speciale kwaliteiten synthetischerubber. Ze zijn elastisch en zeer goed be-stand tegen puntlasten en snijdende belas-tingen. De rubbertegels worden gelijmd opeen hoge kwaliteit tussenvloer en eventueelafgevoegd met een elastische kit.Tabel 1 vergelijkt de verschillende hoogwaar-dige dekvloertypen.Tabel 1Prestatievergelijking van enkele hoogwaardige dekvloertypenCEMENTGEBONDEN KUNSTHARSGEBONDENPRESTATIE D75 metsilicafumemetpolymeerEP-troffelEP-gietvloer Keramisch(vlak)Rubber(geprofileerd)beloopbaarheid 8 8 8 8 8 7 9schadelijke bestanddelen 8 8 8 6 6 1 7reinigbaarheid 6 7 7 7 6 9 8comfort visueel 5 6 6 8 7 9 9comfort akoestisch 6 6 6 6 6 5 9berijdbaarheid 8 8 8 8 8 7 6repareerbaarheid 8 8 8 7 5 6 8onderhoudsbehoefte schoonmaak 5 7 6 6 5 8 8onderhoudsbehoefte reparatie 7 8 6 6 6 7 8duurzaamheid mechanischduurzaamheid thermisch79996876768989aspect verlies 5 6 5 6 6 8 8schade bij vervanging 5 5 5 5 5 5 8schadelijk sloopafval 8 8 6 6 6 8 7gem. score 6,8 7,4 6,6 6,6 6,3 7,5 8,0Weegmodel van Bouwcentrum Advies bv, in opdracht van Stichting Bouwresearch. 5 = juist voldoende, 10 = uitstekend.59Samenspel tussen draagvloer en dekvloerBij de keuze en de wijze van uitvoering vaneen dekvloer is het belangrijk rekening tehouden met de eigenschappen van dedraagvloer.Vooral de volgende kenmerken van de draag-vloer zijn relevant:? krimp en kruip;? scheurvorming;? adhesieve eigenschappen;? bouwfysische eigenschappen.Krimp en kruipEen betonvloer heeft een droglngskrimpvanmaximaal circa 5 mm per meter. De kruip ver-oorzaakt een zekere doorbuiging en daar-door een verkorting van de bovenzijde. In-dien op zo'n betonvloer een niet krimpendeafwerking wordt aangebracht, zal deze on-der druk komen te staan.Kritischer zijn afwerkingen die een zekerezwelling kunnen ondergaan door vocht datuit het beton wordt opgenomen. In sommigegevallen leidt dit tot zodanige spanningen,dat de dekvloer (vaak met een knal ) loskomtvan de draagvloer. Dergelijke schades heb-ben zich in het verleden voorgedaan bij toe-passing van dubbelhard gebakken tegelsmet een smalle voeg, aangebracht op eenbetonvloer.Nog kritischer zijn in dit opzicht parketvloe-ren, indien ze in droge toestand (bijv met 8%vocht) op de draagvloer worden aange-bracht. Zo'n vloer kan gemakkelijk 4% vochtopnemen uit het beton, wat gepaard gaatmet een uitzetting van circa 15 mm per m(!)in tangentiale richting van het hout. Welis-waar heeft een houten dekvloer vele naden,maar niet voldoende om die uitzetting op tevangen. De oplossing is het hout enkele da-gen van te voren uit de dampdichte folie tehalen, zodat het kan acclimatiseren.Problemen van dezelfde oorzaak kunnenzich voordoen bij computervloeren. De vloer-panelen zijn vaak van hout of gips met eenhoog gehalte aan cellulosevezels. Ze zettendus uit. De betonconstructie krimpt enkruipt, waardoor een zekere verkorting op-treedt aan de bovenzijde van de vloer. Aan-gezien de vloerpanelen doorgaans weinigspeling hebben, komen ze spoedig klem tezitten. Dit verklaart voor een deel de proble-men met krakende computervloeren.ScheurvormingEen draagvloer van gewapend beton zalscheuren, indien onvoldoende rekeningwordt gehouden met de optredende krimpvan het beton. Door toepassing van wape-ningkan de scheurvormingworden verdeeld,maar niet geheel voorkomen. De zogenoem-de plastische krimp van beton, die in eenvroeg stadium van de verharding optreedt,kan worden voorkomen door opname vankunststofvezels in het beton.Scheurvorming als gevolg van de drogings-krimp, die over een veel langer tijdsbestek(jaren) optreedt, kan alleen worden voorko-men door het aanbrengen van dilataties,waarbij een draagvloer wordt verdeeld in de-len die vrij kunnen bewegen.Inde praktijkgeeft scheurvorming vooral pro-blemen bij draagvloeren die bestaan uitge-prefabriceerde elementen, die na plaatsingworden verbonden tot ??n geheel. Bekendzijn de zogenaamde combinatievloeren, diebestaan uit betonbalken en vulelementen("broodjes") van beton of polystyreen-schuim en die worden afgewerkt met eendruklaag en/of een dekvloer. Ook zijn er devloeren die bestaan uit grote elementen(plaatvloeren, ribbenvloeren, kanaalplaat-vloeren en breedplaatvloeren).De elementen worden door middel van, aldan niet gewapende, mortelvulllngen metel-kaar verbonden en eventueel voorzien vaneen druklaag. Men kan ze in principe afwer-ken met allerlei typen dekvloeren. Dilatatiesworden bij dit vloertype doorgaans niet gead-viseerd.In de praktijk kunnen zich tussen de elemen-ten en in de daarop aangebrachte dekvloertwee soorten scheuren voordoen: in langs-richting en ter plaatse van de opleggingen.Oorzaken zijn de drogingskrimp, het verschilin doorbuiging tussen naast elkaar gelegenelementen en het wijken van de aansluitingtussen elementen die in eikaars verlengdeliggen.Uit een globale Inventarisatie die door Bouw-centrum Advies is uitgevoerd, blijkt dat dezeschade regelmatig aanleiding geeft totklachten (geschat wordt tenminste enkeletientallen malen per jaar). Het betreft dandoorgaans vloeren met een kostbare afwer-king (natuursteen, keramische tegels of sier-grind). Bij industri?le vloeren wordt dit typescheurvorming vaak als aanvaardbaar be-schouwd, omdat hetgeen praktische proble-men oplevert.De oplossing zal moeten worden gevondenin het aanbrengen van dilataties, wat echterniet altijd aanvaardbaar en ook niet geheelafdoende is. Een andere mogelijkheid is hetaanbrengen van een scheuroverbruggendeafwerking, bestaande uiteen spanningsver-delende laag waarop een taai-elastischetussenlaag wordt aangebracht. De laatstekan worden afgewerkt met een niet-elas-tisch materiaal, zoals natuursteen of kera-miek.60Een losliggende dekvloer, bijvoorbeeld eenanhydrietdekvloer op een folie, heeftook scheuroverbruggende eigenschappen,maar moet bij zeer grote of onregelmatigeoppervlakken zelf wel worden gedilateerd.Voor industrievloeren kan een gietasfalt-vloer, die altijd los wordt gelegd, een goedeoplossing bieden.Adhesieve eigenschappenCementgebonden dekvloeren en kunstharsdekvloeren kunnen hechtend worden aan-gebrachtop een draagvloervan beton. Hech-ting is hier ook nodig: kunstharsvloeren zijnmeestal te dun om zware kervende en sto-tende belastingen te kunnen opnemen encementgebonden dekvloeren hebben eenbros karakter en neigen tot schotelen (op-krullen van de randen).Van minder belang is hechting bij asfaltvloe-ren, vanwege het plastische karakter daar-van. Zowel een gietasfaltvloer als eenkoudasfaltvloer kunnen onder belasting ver-vormen zonder te scheuren. Koudasfaltheeft in zekere mate "self-healing"-eigen-schappen. Anhydrietvloeren hebben nauwe-lijks hechting op een betonvloer. Ze schote-len echter niet en liggen dus zeer goed aanop de draagvloer. Schuifspanningen wordenopgevangen door de haakweerstand op deruwe draagvloer. Hechting kan worden ver-kregen door toepassing van een kunstharshechtlaag. Dit is alleen zinvol als het eendunne dekvloer betreft (dunner dan 20 mm)of indien hoge stootbelastingen kunnen op-treden.Bouwfysische eigenschappenBeton is een materiaal dat, behalve bij zeerbijzondere samenstellingen, na verhardingeen aanzienlijke hoeveelheid overtolligvocht bevat. Door de microporeuze structuurvan het materiaal wordt dit vocht zeer lang-zaam afgestaan. Hetduurtjaren voordat eenbetonnen draagvloer wat betreft zijn vocht-gehalte in evenwicht is met zijn omgeving. Erzal dus geruime tijd een vochttransportplaatsvinden vanuit de betonvloer naar deomgeving.Deze vochtstroom gaat via de vloerafwer-king. In het voorgaande hebben wij verschil-lende effecten behandeld die daarvan hetgevolg zijn: het zwellen van parket en uitzet-ting van vloerpanelen in verhoogde vloeren(a) en osmoseverschijnselen bij bepaaldetypen kunstharsvloeren (b). Daarnaast kanhet verschijnsel van verkleurende natuur-steenvloeren -vooral hetgewilde Bianca Car-rara, een wit marmer- worden genoemd (c).Bij (a) betreft het eenvoudig een vereffeningvan het vochtgehalte in de totale vloercon-structie: het overtollig vocht uit de draagvloerverplaatst zich naar de relatief droge afwer-king.Bij (b) is een geheel ander mechanismewerkzaam: in vocht oplosbare bestanddelenin de dekvloer trekken vocht aan uit de on-dervloer. Dit vocht passeert een semiper-meabele laag (een dichte oppervlaktehuidvan beton, een voorstrijklaag van een kunst-harsvloer) en wordt op die manier opgeslo-ten in de dekvloer.De aanzuigende kracht is groot: in een osmo-sebel kan een druk worden opgebouwd vanmeer dan honderd atmosfeer. Ten gevolgehiervan ontstaan plaatselijke opbollingen inde'kunstharsvloer. Als men die lek prikt, spuithet sterk riekende vocht eruit. Het verschijn-sel doet zich onder meer voor bij kunsthars-vloeren en coatings. De omstandighedenwaaronder dit optreedt en de wijze waarophet kan worden voorkomen, zijn tot op hedenniet afdoende onderzocht.Verkleuren van natuursteenvloeren(c) is hetgevolg van een vochtstroom vanuit de onder-grond naar de natuursteenbekleding. Ditvocht neemt uit de ondergrond bepaalde op-losbare Produkten mee (ijzerhoudende ofteerhoudende stoffen), die een bruine ver-kleuring veroorzaken. Waarschijnlijk is eenvochtstroom alleen al in staat verkleuring teveroorzaken, doordat ijzerhoudende be-standdelen in het marmer worden omgezet.Ook hier is een afdoende remedie nog nietgevonden. Het beste lijkt het hoge eisen testellen aan de drogingsgraad van de onder-grond en de marmerplaten te lijmen met eenprodukt dat geen of zeer weinig vocht bevat.Voor adviezen (onder meer op het gebiedvan vloeren) kan men zich wenden tot de af-deling Technische Informatie en Onderzoekvan het Bedrijfschap STS:Afbouwbedrijf teWoerden.61
Reacties