De Delfste poort in Rotterdam is niet langer het hoogste gebouw van Nederland. Na 18 jaar gaat die eer nu naar de 165 m hoge stadsgenoot de Maastoren. Voor de slanke, 44 verdiepingen tellende toren was een gedegen onderzoek naar stabiliteit nodig. Ook de fundering zorgde voor de nodige hoofdbrekens.
165 meter stabiliteit8200950165 meterstabiliteitDe Delfste poort in Rotterdam isniet langer het hoogste gebouwvan Nederland. Na 18 jaar gaatdie eer nu naar de 165 m hogestadsgenoot de Maastoren. Voorde slanke, 44 verdiepingentellende toren was een gedegenonderzoek naar stabiliteit nodig.Ook de fundering zorgde voor denodige hoofdbrekens.De Maastoren staat op een bijzondere locatie: op het terrein datv??r 1980 bekendstond als het Calpamterrein en vlak bij deinmiddels al vervangen Stieltjesbrug. De bouwput van deMaastoren lag volledig in het open water van de Spoorwegha-ven. De tweelaagse kelder sluit aan ??n zijde aan op de kadevan de Laan op Zuid, en ligt aan de zuidzijde direct langs denieuwe Stieltjesbrug.De huurders waren al zeer vroeg in het proces bekend. Dat hadtot gevolg dat hun wensen voor een groot deel in het programmavan eisen werden opgenomen. De belangrijkste eisen waren:? kolomvrije overspanningen;? vlakke binnengevel;? grote raamopening.Reusachtig H-profiel zorgt voor stabiliteit van Maastoren165 meter stabiliteit 82009 511 De 165 m Maastoren in Rotterdam is hethoogste gebouw van Nederland2 De hoogbouw is aangepast aan de liggingvan de Zuidkade en de Laan op ZuidHet programmaHet programma van de Maastoren bestaat uit: 35 000 m2kantoorruimte, 1500 m2hal, lobby en restaurant, 200 m2commerci?le ruimte en 637 parkeerplaatsen.Het eerste ontwerp werd halverwege de VO-fase naar aanlei-ding van het overleg met de stedenbouwkundigen gewijzigd.De hoogbouw is aangepast aan de ligging van de Zuidkade ende Laan op Zuid. Dit is bereikt door in het hoogste kantoordeeleen geknikte plattegrond toe te passen. Het schuine gedeeltestaat nu loodrecht op de rijrichting van de Zuidkade (fig. 2).Meer hierover is beschreven in Cement 2006/1.Het gebouwHet gebouw bestaat uit een laagbouwgedeelte en een hoogbouw-gedeelte. Op beganegrondniveau aan de westzijde ligt de entreehal.Aan de zuidwestzijde ligt een commerci?le ruimte met horecabe-stemming. Achter de entreehal, buiten de contouren van de hoog-bouw, ligt het restaurant van de huurder op de begane grond enniveau 1. Hierop sluit het vergadercentrum van de huurders aan.Aan de zuidzijde bevindt zich vanaf de Stieltjesbrug de toegangtot de bevoorradingshof, de ondergrondse parkeergarage en debovengrondse parkeergarage. De hellingbaan naar de boven-grondse parkeergarage loopt zichtbaar als een vrijdragendelement over/door de entreehal naar de eerste parkeerlaag opniveau 2 op peil +9000 mm.De bovengrondse parkeergarage is als splitlevel uitgevoerd. Inhet hoogbouwgedeelte zijn tien parkeerlagen (niveau 2 t.m. 11),in het laagbouwgedeelte negen. De eerste kantoorvloer bevindtzich op niveau 12 (fig. 3).De laagbouw en de hoogbouw vormen tot en met niveau 29 degrote kantoorplattegrond (fig. 4a). Op niveau 30 is de overgangnaar de kleine kantoorplattegrond (fig. 4b). In de laagbouw ishier aan de zuidzijde een technische ruimte opgenomen. Dehoogbouw loopt van niveau 31 tot en met niveau 43. Op hethoogste niveau, niveau 44, is aan de noordzijde een boardroomgesitueerd. Een gedeelte van de plattegrond op dit niveau is detweede technische ruimte.Architectuur, bouwkundigVoor de gevel van het gebouw is hoogwaardig isolatieglas eneen aluminium gevelbekleding toegepast. De kleur van degevelbekleding van de hoogbouw verloopt in 22 stappen van1ing. Jan van der WindtZonneveld ingenieurs b.v.2165 meter stabiliteit8200952Voor het project wordt een LTEO-systeem (langetermijnenergie-opslag) toegepast. In een gesloten watersysteem wordt in dat gevalop 50 m onder maaiveld een koud- en warmwaterzone gecre?erddoor middel van aan- en afvoer van kouder respectievelijkwarmer water. Om het systeem in balans te brengen bij een extrakoude- of warmtevraag is het gekoppeld aan een systeem dat hetwater uit de rivier de Maas gebruikt. De installatieruimte hiervoorbevindt zich in een gedeelte van de kelder op niveau -2.Constructief ontwerpVoor het constructief ontwerp waren de volgende aspectenmaatgevend:? de kolomvrije overspanning, die het mede mogelijk maakteom de structuur van kantoorplattegrond en parkeerplatte-grond op elkaar af te stemmen;? de vereiste snelle bouwmethode;? de vereiste vlakke binnengevel;? de indelingsvrijheid van de kantoorlagen;? de stabiliteit/gebouwhoogte;? de interactie tussen gebouw en ondergrond. Vanwege desamendrukbare laag van Kedichem (dieper dan 35 m) is eenzetting van circa 120 mm ? 160 mm berekend.StabiliteitOp grond van de bovenstaande gegevens/eisen is besloten eengeprefabriceerde, dragende gevel toe te passen die ? samen metde in-situ kern ? volledig meewerkt in de afdracht van de hori-zontale (wind)belasting. De koppeling tussen kern en gevel wordtgevormd door de wanden op as 5 en 6. Die zijn aan de zijde vande kern in de klimkist meegestort en aan de zijde van de gevels inprefab uitgevoerd. De lateien tussen de kern en de wanden zijn alsnatte verbinding gestort nadat het prefab was gemonteerd.VloerenDe kantoorvleugels worden in ??n keer overspannen door 14,4 mlange kanaalplaten met een gewapende druklaag. De parkeerlagenkonden met hetzelfde principe worden opgelost, zonder complexeovergangsconstructies tussen kantoor- en parkeergedeelte.bijna zwart onderaan, naar bijna wit bovenaan. De laagbouwheeft een donkere kleur.In een windtunnel is onderzoek gedaan naar windhinder opmaaiveldniveau. Dit onderzoek heeft voor de verschijnings-vorm van het gebouw twee kenmerkende aspecten opgeleverd.Langs de Laan op Zuid bleek een grote luifel noodzakelijk (foto5). Deze kraagt 10 m uit en reikt tot over het fietspad. Om deafmetingen van de luifel in de ontwerpfase te kunnen reduce-ren, is de gevel van de parkeerlagen open gehouden en voor-zien van open roosters. De wind kan zodoende door dit bouw-deel stromen, waardoor de windsnelheid op maaiveldniveauafneemt en voldoet aan de norm.Volgens het programma van eisen zijn een vlakke binnengevelen grote raamsparingen vereist. In overleg met de architect isgekozen voor raamopeningen met een breedte van 2400 mm,h.o.h. 3600 mm. Hierdoor is het mogelijk om penanten meteen breedte van circa 1200 mm te maken. De raamopeningenlopen van plafond tot circa 450 mm boven de verhoogde vloer.De hoogte van het raam is 2250 mm.34a5 6HA82009 533 In de eerste bouwlagen is een parkeergarage gesitueerd4 Op niveau 30 is een overgang van de grote kantoorplattegrond (a)naar de kleine (b)5 Langs de Laan op Zuid bleek een grote luifel noodzakelijkFunderingDe fundering bestaat uit 465 vibrocombinatiepalen en eengrotendeels 2,0 m dikke betonplaat onder de hoogbouw en een1,0 m dikke plaat naast de contour van de hoogbouw. Vanniveau -2 tot en met niveau +2 zijn alle wanden in het werkgestort. De dragende wanden van de hoogbouw zijn zoveelmogelijk doorgezet tot niveau -2, met uitzondering van degevel op as E. Die is over de hoogte van de ondergrondse enbovengrondse parkeergarage geplaatst op kolommen, waartus-sen de hellingbanen van de parkeergarage zijn gelegen.Bouwput en funderingDe locatie van de Maastoren kent een aantal bijzondere aspec-ten die invloed hadden op het ontwerp en de uitvoeringsme-thode van de fundering. In Rotterdam, dus ook op deze locatie,bevindt zich de laag van Kedichem. Deze laag bestaat uit meer-dere samendrukbare lagen tussen NAP -35 m en NAP -55 m.De draagkrachtige laag tussen NAP -17 m en NAP -35 m heeftvoldoende capaciteit om de gebouwbelasting van circa 600 kN/m? op te nemen. Deze belasting op de eerste zandlaag veroor-zaakt zettingen in de laag van Kedichem. Dit resulteert in eenschotelvormige zetting onder het gebouw met een maximum inhet midden van circa 160 mm en ter plaatse van de gevel circa60 mm (fig. 6).Dit betekent dat de funderingsplaat en de bovenbouw eenzettingsverschil van circa 100 mm ondervinden. Uit diverseinteractieberekeningen, waarbij de invloed van de stijfheid vanfundering en bovenbouw is geanalyseerd, bleek het uiteinde-De vloeren op -1 en begane grond zijn uitgevoerd in breed-plaat. De vloer op niveau +1 heeft in verband met de helling-baan naar de parkeergarage een zeer grote vide en is verdervanwege de grote overspanningen in kanaalplaat met druklaaguitgevoerd. Boven niveau 2 zijn ook kanaalplaatvloeren metdruklaag toegepast.Boven niveau 12 bevindt zich de eerste kantoorplattegrond. Opniveau 30 verjongen de kern en de kantoorplattegrond. De kernis op deze bouwlagen gehalveerd, de lifthal heeft hier een volle-dig glazen gevel die wordt afgesteund op de staalconstructie diede lifthal omsluit.De beide bovenste bouwlagen van zowel de hoogbouw als delaagbouw zijn uitgevoerd als staalconstructie. De volledigglazen buitengevel loopt van vloer tot vloer. Ook het restaurantop begane grond en 1e verdieping is uitgevoerd in staal. Staal-constructies zijn ook toegepast voor de interne hellingbaan ende glazen luifel.4b55 6H165 meter stabiliteit8200954De bouwput moest de uitvoering van de fundering en de twee-laagse kelder mogelijk maken. De bouwlocatie bevindt zich inde Spoorweghaven. Voor het project wordt als het ware een`landfill' gemaakt. Langs de Laan op Zuid ligt een talud op deplaats waar de voormalige kademuur is verwijderd. De bodemloopt af naar NAP -8,0 m. De waterstand varieert tussen NAP-1 m en NAP +2,75 m bij zeer hoog water.In de doorsnede is een laag slib aangegeven die bij het bouwrijpmaken in opdracht van de Gemeente Rotterdam zou wordenverwijderd. Na het aanbrengen van de damwanden en hetverwijderen van het slib zou een goed verdichte zandlaag meteen vari?rende dikte van 2 tot 6 meter tot NAP -1,7 m wordenaangebracht.Onder het zandpakket is een verticale drainage aangebracht omde zettingen in de slappe veenlaag onder dit pakket versneld telaten plaatsvinden. Doordat het slib nog onder het zandpakketaanwezig bleek te zijn, is de onverankerde damwand bij hogewaterstanden niet stabiel. Na overleg met alle instanties zijnextra groutankers aangebracht. De uitvoering hiervan isbeschreven in Cement 2007-6. Voor de definitieve funderings-constructie is de aanwezige sliblaag een onvoorziene slappelaag, die leidde tot een te grote horizontale vervorming bijextreme horizontale windbelasting op het project.Om de vervormingen terug te brengen naar toelaatbarewaarden, is de sliblaag verstijfd met geboorde grindkernen enzijn de palen alle als Vibrocombinatiepaal uitgevoerd.Ter plaatse van de periferie van de hoogbouw is een uitspoel-scherm onder de funderingsplaat aangebracht, zodat men ervanverzekerd is dat het grondpakket, dat zorgt voor de afdracht vande horizontale belasting naar de ondergrond, niet kan uitspoelen.De overhoogte van het zandpakket is door de verticale drai-nage gezakt, het zandpakket is voorafgaand aan het maken vande werkvloer op hoogte gebracht. Vanwege het nog aanwezigezettingsproces is een gewapende werkvloer over de palenaangebracht, zodat het gewicht van de funderingsplaat tijdensde verharding geen nadelige gevolgen zou hebben van dezetting ten gevolge van de veenlagen.De palen van het project zijn berekend op een horizontale belas-ting van circa 40 kN per paal. Bij het vaststellen van de horizon-tale vervorming is rekening gehouden met het feit dat het zand-pakket onder de funderingsplaat na het storten van de funderingnog circa 500 mm verder zakt. De palen brengen de horizontalebelasting over naar de onderliggende zand/grondlagen.De funderingsplaat is over een groot gedeelte 2,0 m dik. Bij hetaanbrengen van de fundering is rekening gehouden met het feitdat de kern 60 mm meer zakt dan de periferie van de hoog-bouw. De fundering is gestort met 40 ? 60 mm zeeg.lijke zettingsverschil slechts circa 60 mm te bedragen: 140 mmin het midden en 80 mm in de gevellijn. De reductie wordtveroorzaakt door de stijfheid van het gebouw en de fundering.De bovenbouw en de funderingsplaat brengen de gebouwbelas-ting voor een groot deel naar de periferie. Hier geven ook dedragende gevels de belasting af op de rand van de funderings-plaat. Om deze reden zijn in de periferie extra palen toegepasten zijn deze in de middenzone gereduceerd. De verdichting vande ondergrond is hierdoor meer gelijkmatig verdeeld.In het ontwerp waren Vibropalen en Vibrocombinatiepalenvoorzien. De Vibrocombinatiepalen moesten worden toegepastop de plaatsen waar de houten palen van de voormalige Stiel-tjesbrug en van de voormalige kademuur aanwezig waren. Depalen hebben een draagvermogen (Fd) van circa 3500 ? 4000kN. Het inheiniveau is circa NAP -23,0 m ? -24,5 m. Tijdens deuitvoering zijn alle Vibropalen vervangen door Vibrocombina-tiepalen omdat de aanwezige laag havenslib niet voorafgaandaan de zandsuppletie is verwijderd.67165 meter stabiliteit 82009 556 Principe zettingsmechanisme7 Stabiliteitsconstructie oost-west8 Stabiliteitswand in aanbouwkern, en daarboven aan ??n zijde van de kern. De koppelingvergroot de stijfheid aanzienlijk en reduceert de extra normaal-spanningen in de penanten door wind. In feite is er door dekoppeling een reusachtig H-profiel ontstaan (fig. 7), een profiel-vorm die in de staalindustrie is ontwikkeld vanwege zijn effici-ency.De koppeling tussen kern en gevel is niet aanwezig over deparkeerlagen, omdat de rijstrook van de parkeergarage hiergeen ruimte voor biedt.Voor wind in oost-westrichting is bij nadere uitwerking geble-ken dat de wanden op as 5 en 6 de langsgevels op as A en Hinderdaad op spanning brengen. Doordat de kern is uitgevoerdmet een klimbekisting waarbij een gedeelte van wand 5 en 6 alsuitstekende flap (foto 8) is meegestort, was het belangrijk omde verbinding met de gevel zonder complexe instortvoorzienin-gen te bewerkstelligen. Dit is bereikt door de verbinding tussenprefab en insitu met een natte verbinding uit te voeren terplaatse van de latei in de gangzone.De haakse prefabverbinding tussen wand 5/6 en de langsgevelsis vanwege de grote langsschuifkracht die hier wordt overge-bracht naar `de flenzen van het H-profiel' met een verdiepings-hoge vertanding uitgevoerd.Door alle koppelingen wordt voldoende stijfheid gerealiseerd(fig. 9).GevelelementenDe gevelelementen zijn in halfsteensverband gemonteerd (fig.10). Dit leidde tot minder complexe verbindingen en bood grotevoordelen in de constructieve samenhang. Een tweede draagwegbij een calamiteit was hierdoor vrij eenvoudig aan te tonen.De gevel draagt uiteraard ook een groot deel van de verticalebelasting die in combinatie met de windbelasting en de zettin-GeohydrologieTijdens de bouw moet rekening worden gehouden met dewisselende waterstanden in de omgeving. De stijghoogte vanhet spanningswater is normaal NAP +1,5 m. Bij extreem hogewaterstanden in de Maas kan de stijghoogte oplopen. De verti-cale stabiliteit van de bouwputbodem was voor de fase waarinde bouwput tot onderkant fundering is aangevuld stabiel tot dewaterstand in de Maas van NAP +2,7 m.Bij hogere waterstanden is de veiligheid tegen opbarsten nietgegarandeerd. In de ontwerpfase is daarom besloten de boven-zijde van de damwanden op NAP +2,750 m te houden. Bijhogere waterstanden zou de bouwput vollopen en werd opbar-sten van de putbodem automatisch voorkomen.In november 2006 is de waterstand +2,750 m inderdaad voor-gekomen. Door sluiting van de Stormvloedkering is de buiten-waterstand niet verder opgelopen en is de bouwput niet volwater komen te staan. In maart 2008 heeft deze situatie zichherhaald.StabiliteitSlanke hoogbouw vergt een gedegen onderzoek naar de stabili-teit. De kern van de Maastoren heeft een slankheid van 15. Hetbehoeft geen diepgaand onderzoek om te beseffen dat hetkerngedeelte de stabiliteit beslist niet zonder additionele voor-zieningen kan verzorgen. Oplossingen met outriggers zoudenin principe mogelijk zijn, maar bij de Maastoren was hetpassend te onderzoeken of de gevel en de kern als buis-in-buisprincipe zouden voldoen.Oost-westrichting: H-profielVoor wind in oost-westrichting (het gebouw wordt in dit gevalover de volledige breedte van 55,0 m aangeblazen) zijn debinnen- en buitenbuis door wanden op as 5 en 6 gekoppeld. Ditkomt voor op tussen niveau 12 en 30 aan beide zijden van de8165 meter stabiliteit8200956baangarage, de gevelelementen schuin met de vloer moestenmeelopen. Dit leidde tot zeer complexe en veel verschillendeelementen. De keuze is daarom gevallen op de splitleveloplos-sing. Om de gevelopeningen ter plaatse van de garage zo grootmogelijk te maken, heeft de architect voorgesteld om de gevel-roosters in hoogte over twee verdiepingen te laten lopen.Noord-zuidIn de noord-zuidrichting werken gevel en kern als een buis-in-buisconstructie. Om de stijfheid van de gevelbuis in horizon-tale richting te vergroten, is ervoor gekozen om de gevelele-menten van de parkeergarage te splitsen ter plaatse van delateien en ongedeelde penanten toe te passen. Voor de kantorenzijn ongelijke eindpenanten toegepast, omdat dit eveneens destijfheid van de gevelwand groter maakt (fig. 11)VervormingenZoals eerder beschreven, treden er relatief grote verticalevervormingen op in de ondergrond. Het samenspel van kernen gevel zal weerstand bieden aan deze vervormingen. In deanalyse van de constructie speelde de verticale vervorming eengrote rol; op talrijke plaatsen worden de spanningen in lateien,penanten en verbindingen met een flink percentage vergroot.Een nadere analyse heeft uitgewezen dat een deel van devervormingen al optreedt v??rdat de gehele gebouwstijfheidaanwezig is. Dit geldt vooral voor de koppeling tussen kern engevel, die tot niveau 12 in verticale zin min of meer vrij kanvervormen.In de rekenmodellen kan de vervorming van de ondergrondniet als veerstijfheid worden ingevoerd. Het leidt namelijk toteen extreem lage veerstijfheid, die bij een combinatie metwindbelasting zwaar is onderschat. In de nadere uitwerking isgen in de ondergrond leidden tot hoge drukspanningen in deonderste bouwlagen. De gevelelementen zijn vanwege deafname van de spanningen naar boven gereduceerd. De diktevan de 160 m hoge gevel is als volgt:600 mm begane grond ? 2e verdieping500 mm 2e ? 13e verdieping450 mm 13e ? 18e verdieping350 mm 18e ? 29e verdieping250 mm 29e ? 43e verdiepingIn de 7200 x 3550 mm grote elementen zijn twee raamsparin-gen opgenomen van 2250 x 2400 mm. De hoogte van de borst-wering is beperkt tot 450 mm. De lateihoogte is 850 mm. Uiteen onderzoek naar het gedrag van de gevelelementen kwamnaar voren dat de borstwering nauwelijks een bijdrage leverdeaan de stijfheid bij horizontale belasting, en dat het effici?ntwas om de eindpenanten een verschillende breedte te geven.De borstwering is vervolgens bij de dikkere elementen verjongdnaar 250 mm, waardoor het verhuurbaar vloeroppervlak vanhet gebouw werd vergroot.ParkeergarageTer plaatse van de parkeergarage is een uitgebreide studiegedaan naar de voor- en nadelen van een hellingbaangarage eneen split-level garage.Constructief uitgangspunt was dat de voeg tussen de gestapeldeelementen op vloerniveau moest worden gepositioneerd. Ditomdat de gevelelementen op dit niveau worden gesteund. Als jevan dit principe afwijkt, krijg je over de gevelhoogte gezien eenligger met `scharnieren' in de velden van een doorgaandeconstructie. Erg onwenselijk ten aanzien van stabiliteit en inte-griteit van de constructie.Het gevolg was dat als zou worden gekozen voor een helling-109165 meter stabiliteit 82009 579 Vervorming door wind oost-westrichting10 De gevelelementen zijn in halfsteensverband gemonteerd11 Voor de kantoren zijn ongelijke eindpenanten toegepast, omdat dit eveneensde stijfheid van de gevelwand groter maakt12 Zettingsmeting gedurende de bouwperiodetoonden aan dat het dynamische gedrag van de Maastoren zouvoldoen, omdat de verwachte versnellingen lager zijn dan 0,15m/s?, wat voor een kantoorfunctie goed voldoet.Bij de voorspellingen van het trillingscomfort moet altijdworden opgemerkt, dat deze gebaseerd zijn op een theoretischedemping van 1% en dat de torsietrilling moet worden gesuper-poneerd op de translatietrilling. Dit is in NEN 6720 niet vereist.Een onderschatting van het gedrag behoort met de beoordelingop basis van NEN 6720 dan ook zeker tot de mogelijkheden.PlanningDe uitvoering van de Maastoren is gestart in oktober 2006.Volgens planning zou de bouw als volgt verlopen.bouw start t.m. fundering 7 maandenfundering t.m. 2e bouwlaag (insitu) 4 maanden2e t.m. 13e parkeergarage 5 maanden14e t.m. 31e laagbouw 5 maanden31e t.m. 43e hoogbouw 5 maandenAfbouw (totaal 15 maanden) 5 maanden31 maandenDe oplevering was gepland voor januari 2009. Door de funde-ringsproblematiek (slibverwijdering) en enige overige problemenmet leveranties is de Maastoren in november 2009 opgeleverd. daarom de zettingscontour met behulp van een opgelegdevervorming als extra belastinggeval meegenomen. Hierdoorkonden ook reducerende effecten, nominale waarden en belas-tingco?ffici?nten worden ingebracht.De stijfheid van de constructieonderdelen is voorafgaand aande modellering met fysisch niet-lineaire deelmodellen onder-zocht. Hierdoor kon uiteindelijk met ??n model de totaleconstructie worden geanalyseerd.Tijdens de bouw worden de zettingen gemeten. Om de metin-gen tijdens de bouw te kunnen interpreteren is voor een aantalbouwfasen de zettingen berekend. De resultaten zijn weergege-ven in figuur 12.Dynamisch gedragHet dynamisch gedrag voldoet ruim aan de gestelde eisen inNEN 6720. Dit wordt eigenlijk veroorzaakt door de relatiefhoge massa van een ontwerp in beton. In de ontwerpfase isdoor de opdrachtgever echter gevraagd om een secondopinion. Voorgesteld is dit uit te laten voeren als een PeerReview door een Amerikaans bureau. In de Verenigde Staten ishet zeer gebruikelijk om een Peer Review rapport te latenmaken en wordt het onderzoek zeer effici?nt aangepakt. HetAmerikaanse bureau is gewend om het dynamische gedrag telaten vaststellen in een zeer geavanceerd windtunnelonderzoek.Omdat het beschikbare windtunnelonderzoek minder uitge-breid was dan in de Verenigde Staten, zijn dynamische bereke-ningen gemaakt met de Canadese voorschriften. Deze bereke-ningen kwamen uit op circa 80% hogere versnellingen danvolgens NEN 6720. Omdat wij onze opdrachtgever hierovervolledig wensten te informeren, hebben wij in samenwerkingmet TNO een nader onderzoek uitgevoerd en berekeningengemaakt met de Eurocode en de ISO 4354. Beide berekeningen-120-100-80-60-40-2000 200 400 600 800 1000 1200tijd (dagen)zettingen(mm)zetting, berekendx=40/y=200907,4 PROJECTGEGEVENSopdrachtgever OVG Projectontwikkeling b.v.huurders Deloitte en AKD Prinsenarchitect DAM & Partners Architecten i.s.m. Odile Deq Bernoit Cornetteconstructeur Zonneveld ingenieursonderzoek dynamica Cantor Seinuk Group / TNOaannemer Besixoplevering november 20091112
Reacties