J.J.BotsGrootel'sBouwmij BV, Eindhoven Modulaire co?rdinatie in depraktijkBevredigend voor het menselijk denken enzijn behoefte aan eenheid is het volgende:Geest en materie zijn twee fasen van een-zelfde realiteit en als wij de eenheid vangeest willen, moet er eerst ordening van dematerie zijn.Tei/hard de ChardinFiguur 1OPDRACHTGEvERF----I_----*__* __~:----__+~""'CWERHEIOAANNEMERCement XXXIV (1982) nr. 5InleidingTijdens de NIMA/Cobouw studiedag, ge-houden in oktober 1981, is door ir.F.J. vanSeyp van de werkgroep Kokon ArchitectenBV een juiste definitie gegeven van wat nueigenlijk onder woningbouw in Nederlandmoet worden verstaan:'woningbouw is een maatschappelijk pro-ces dat zich bezighoudt met volkshuisves-ting.'Het proces kent veel deelnemers en de ver-wevenheid van hun belangen is groot, hetkost de maatschappij enorm veel geld, dochkan zich troosten met een alom aanwezigezeer brede maatschappelijke discussie.De deelnemers aan het proces zijn globaalin vier hoofdgroepen te verdelen, ieder metzijn specifieke belangen en doelstellingen:1. opdrachtgever/overheid;2. ontwerpers/adviseurs;3. uitvoerend bouwbedrijf;4. bewoners.De maatschappelijke ontwikkelingen gaande laatste jaren nogal haastig. Recht op wo-nen, gewijzigde leefpatronen, andere sa-menlevingsvormen en dergelijke grijpenfundamenteel in het proces van het schep-pen van woonruimten in.Voor een kapitaalintensief gebruiksvoor?werp met een levensduur van 50 jaar of meeris dit echt te vlug gegaan vooral ook omdatrond het verschijnsel 'flexibel bouwen' pasenkele jaren geleden de discussie isontbrand.De behoefte aan de geborgenheid van eeneigen schuilplaats is diep verankerd in demenselijke ziel. De wijze waarop hij thansdie 'schuilplaats' moet verwerven heeftmaar weinig natuurlijke bindingen met zijninstinct. De techniek, de massaliteit en decomplexiteit hebben hem hiervan ver-vreemd en als de bewoner zich dan reali?seert wat hij er voor overmoethebben, raakthij in vele gevallen nog gefrustreerd boven?dien.Compensatie hiervoor probeert hij te halendoor, in zijn volgens alle voorschriften ge?bouwde woning, naar zijn persoonlijke in-zichten wijzigingen aan te brengen, te ver-bouwen of te vertimmeren.De ontwikkelingen in de bouwtechniek zijnduidelijk achter geraakt ten opzichte van deandere takken van industrie. Die ontwikke?Iingen zijn er wel geweest en verschillende307bouwprodukten worden industrieel ge-maakt zoals bakstenen, dakpannen en vloe-ren. Maar het overgrote deel van de ontwik-kelingen was project-gericht of bouwsy?steem-gericht, maarbijna nooit in de diepte,breed omvattend en zeker niet flexibel tenaanzien van de verwachte ontwikkelingen inde toekomst.De bouwkosten en de kosten voor levenson-derhoud zijn te ver uit elkaar gegroeid. Hetwonen begint onbetaalbaar te worden.Aannemer in de woningbouwVeel takken van industrie hebben voor deverantwoorde vormgeving van hun produk-ten specialisten in dienst. In de bouwnijver-heid zijn de functies van ontwerper en bou?wer gescheiden. Ieder heeft zijn eigen ver-antwoordelijkheid en specifieke doelstellin-gen. Beiden hebben belang bij het leverenvan een goed eindprodukt.Reeds in een vroeg stadium is een goede en'verstaanbare' communicatie daarvoor on-ontbeerlijk.Na de opdracht aan de aannemerworden decontacten die in de onderhandelfase zijnopgebouwd, op een lager niveau intensie-ver, ongeveer overeenkomstig het schemavan figuur 1. Men kan dit het beste defini?-ren als 'onderling afstemmen' en dan kanmen veel noemen:wensen opdrachtgever, architect, produk-ten, bouwsysteem, voorschriften, werkwij-ze, installatie-technieken, prijs en kwaliteit,bestek en tekeningen.Het is een moeilijke zaak het bouwproces indeze fase te sturen. Daarbij is gebleken datde architect in de loop der jaren zijn functieals 'bouwheer' is kwijtgeraakt.De technische ontwikkelingen hebben hemnamelijk steeds meer gedwongen techni-sche adviseurs in te schakelen, die ieder ophun beurt het bouwproces be?nvloeden.Bouwkunst is nog steeds een schepping vande geest, maar bouwen wordt meer en meereen produkt van intelligentie.Het sturen van het bouwproces is evenmineen taak van de opdrachtgever, zodat vaakde organisatie van de aannemer daarop in-speelt en de co?rdinatie in deze afstem-mingsperiode op zich neemt. Veelal moet deaannemer dit wel doen om de bouwtijd ookwerkelijk in de hand te hebben.De aannemer neemt deel aan het bouwteamen ten behoeve van de onderlinge afstem-OPDRACHTGEVERMOOUlAlRECODRDI~AT!EIjNSTAUATEURAANNEMEftFiguur 2Cement XXXIV (1982) nr. 5ARCHITECTming van de vele onderdelen, neemt hijpersoneel in dienst en noemt deze mensen'bouwkundige tekena?rs'.Bij een analyse van de werkzaamheden vandeze bouwkundige tekenaars, blijkt datmeer dan 50% van hun werk bestaat uit hetcontroleren van tekeningen van derden, endeze onderling afte stemmen. Wanneervlakvoor het begin van de bouw een onderdeelniet geheel blijkt te passen, moet toch nogeven het hele 'spinneweb' in beweging wor-den gezet.De vier hoofdgroepen van deelnemers zuI-len er zeker baat bij hebben als men vantevoren van elkaar weet waar de materialengeplaatst moeten worden, waar de installa-ties en met welke marges ze kunnen vari?-ren. Over veel ondergeschikte zaken kun-nen de deelnemers reeds een zelfde ge"dachte hebben (fig. 2). Het hele bouwproceswordt daardoor wat doorzichtiger. Afstem-mingsverliezen kunnen veel lager wordenvoor alle deelnemers.UitvoeringNa de opdracht moet de aannemer hetbouwwerk voorbereiden. De methode vanuitvoering van de ruwbouw - het bouwsy-steem - is veelal in hoofdlijnen binnen hetbouwteam vastgelegd. Bij aanbestedingenzijn alternatieven nog wel mogelijk, maar deaanbesteder kan ze maar moeilijk accepte-ren.De planning van het materieelgebruik, deinkoop van bouwmaterialen en de perso-neelsbezetting, moeten worden bekeken.Tot op heden is het steeds noodzakelijk ge-bleken na te gaan of het materieel van hetbouwsysteem van de aannemer past bij hetbouwwerk en of het voldoende flexibel is omalle bijzondere vormgevingen te realiseren.Extra gecompliceerd zijn momenteel de driestandaard-verdiepingshoogten 2,60 - 2,70 -2,80 meter (2,80 m voor de woonverdiepinggecombineerd met 2,60 m voorde slaapver-dieping of 2,70 m voor woon- en slaapver-dieping).Het kost extra geld en inspanningen om indeze overgangsfase hiervoor een oplossingte geven. Van modulaire co?rdinatie op debouwplaats merkt men bij de uitvoering van??n proefproject weinig of niets. Voor demaatvoering op de bouwplaats liggen voorelk project de hoofdmaatlijnen anders, maarbij herhalingen gaat dit een kostenbespa-rend effect geven.Ten aanzien van de kosten van modulairbouwen nog een opmerking:Iedere aannemer tracht wat materieel en or-ganisatie betreft elk project zoveel mogelijkop dezelfde wijze uit te voeren, liefst nogmet dezelfde onderaannemers. Terwille vande effici?ntie maakt hij standaard-construc-ties voor zijn materieel en er zijn in de loopvan de tijd standaard-procedures ontstaanvoor zijn organisatie. Soms zijn deze vastge-legd, soms ook sterk persoon-gebonden,maar ze ontstaan en bestaan alle, om af-stemmingsverliezen zoveel mogelijk tegente gaan.Van alle NEN-bladen en voorschriften die delaatste jaren van krachtzijn geworden, wis-308ten we zeker dat ze kostenverhogend werk-ten.Is het zo moeilijk te voorspellen dat, vooralin vergelijking met de huidige gang van za-ken in de woningbouw, een afsprakensy-steem over de plaats en de maat van bouw-materialen, waarbij het georganiseerd va-ri?ren zeer goed mogelijk blijkt, de wo-ningbouw duurder zou maken? De proef-projecten zullen het moeten bewijzen.Praktijkervaringen met NEN 2883Op initiatief van de opdrachtgeefster, wo-ningbouwvereniging 'Goed Wonen' en hetarchitectenbureau De Jong en Van alphen,heeft Grootel's Bouwmijgaarne gevolg ge-geven aan het verzoek 125 woningen inMaarssen modulair te bouwen volgens NEN2883. Het project verkeert thans (april 1982)in de afbouwfase en er zal vanaf begin juniworden begonnen met de oplevering.Het zou binnen het kader van dit artikel tever voeren het gehele evaluatierapport hierte vermelden, daarom enkele belangrijkezaken daaruit.De doelstellingen genoemd in NEN 2883 lij-ken duidelijk haalbaar. De verscheidenheidwordt bevorderd, de dynamiek kan wordengevolgd en de verwevenheid wordt duidelijkin betere banen geleid. Deelbeslissingenworden steeds beter mogelijk.De toeleveringsindustrie is in het geheelnog niet ingesteld op de maatafspraken enmaakt veel meer afwijkingen noodzakelijkdan in de regels is toegestaan.De opgedane praktijkervaringen met denorm NEN 2883 in dit modulair proefprojectworden in een negental punten nader be"sproken.1. Ontwerproosterlijnen kunnen niet wor-den gebruikt als stramienlijnen in schets-ontwerpen e.d. Hiervoor dienen bij voorkeurde tussenroosterlijnen te worden gebruiktmet bijbehorend referentiepunt. Immers, detussenroosterlijnen zijn het hart van de dra-gende muur.3 M ontwerprooster2. Het notatierooster en het daarvan afge-leide samengestelde bandrooster 1M-4Mnormeren in feite de uiterste grenzen totwaar - in twee richtingen - het materiaalmag komen.,...~()Notatiesrooster (hart/qnen 1 M strokenvallen samen met ontwerproosterlijnen)Banden: 1 M, 2 Men 4 M bandenModulaire aansluitplaatsen (be?indigingen)zouden dus eigenlijk moeten samenvallenmet de bandlijnen of de hartlijnen van debanden van het bijbehorende bandrooster(NEN 2880). Voor de 1M band is dat de plus~lijn, voor de 4M band de minlijn.3. Koppe/maten zijn maten waarmeemateriaal-begrenzingen in ??n richting aaneen gekozen ontwerp- of tussenroosterlijnworden gekoppeld, met een noodzakelijkvoorvoegsel van plus of min, want 1M bandis 2 x +{M en 4M is 3M + 2 x~ M.De koppelmaten zijn per modulaire elemen-tengroep genormeerd voor de dikten en desparingen. Modulaire aansluitplaatsen lig-gen op de ontwerp- of tussenroosterlijnen.De modulaire aansluitplaatsen in de lengte-richting zijn in feite niet genormeerd.Koppe/matenCement XXXIV (1982) nr. 54. Aangezien de maximale begrenzingenvoor het materiaal (n . 3M +M) zijn bepaald,liggen automatisch hiermee ook de mini-mum maten voor een binnen een woninggelegen ruimte vast, namelijk (n . 3M ~ M).Teneinde een van de voornaamste doelstel-lingen namelijk het mogelijk maken vandeelbeslissingen te kunnen realiseren, zou-den de koppelmaten beter kunnen vervallenen in elk geval niet dwingend worden voor-geschreven.Afweging van de kwaliteitseisen, de prijs ende economische haalbaarheid, bepalen inhoge mate de dikte, het materiaal en de op-bouw van de constructie.Voor de individuele fabrikant of aannemermoet hier de ruimte worden geschapen vooreigen ontwikkelingen. Koppelmaten beho-ren bij het uitvoerend bouwbedrijf.Moduul betekent ook: maateenheid waar-van alle maten in een proces veelvoudenmoeten zijn.Men zou 'voorzichtig' kunnen normeren dat-fM de kleinste maatsprong is.5. Het detailrooster herbergt meerdereroosters:ontwerproosterlijnen: 3M ontwerprooster;tussenroosterlijnen:fM rooster;notatierooster: 1M . 2M rooster;stiplijnen:tM rooster., . ,- ~ - : -- - - ., - - - - - : - - .,- - -- -: - - -? .? .? .?? ??? ??????? ? + ????.???.?? .---: -----;-----: _.-: :Detai/roosterVia een in!,jewikkelde normering vanopeningen in modulaire elementengroe-pen, door middel vankoppelmaten, corres-ponderen de materiaalbe?indigingen bijsparingen met ??n van de lijnen van de hier-voor vermelde roosters.Dezelfde sparing heeft vaak voor beiderichtingen een andere roosterlijn alsbe?indiging. De onderlinge samenhanggaat hier volledig verloren. De meeste spa-ringen worden weer opgevuld met een an-der materiaal.De begrenzingen van openingen in modu-laire elementengroepen zouden moeten sa-menvallen met de modulaire aansluitplaat-sen.6. Bouwmuren zijn volgens de ontwerp-norm slechts in twee dikten mogelijk, nomi-naal 300 en 250mm. Het dwingende karak-ter heeft vaak economische consequen-ties.7. V/oeren hebben maximale materiaalbe-309V/oeren moeten aan de bovenzijde inclusiefafwerklaag een koppe/maat k = 0 hebben enaan de onderzijde k = Oof~ tMgrenzingen die samenvallen met de ont-werproosterlijnen. De dikte mag maximaal300 mm bedragen in verband met de gestel-de 2400 mm als minimum netto vertrek-hoogte.De modulaire plaatsbepaling van de vloer isniet dezelfde als de bouwmuur.De bovenzijde van de vloer zou moeten sa-menvallen met ??n van de bandlijnen van de1M band of de ~ ~ ~ lijn, zijnde een modulai-re aansluitplaats.8. Geve/s in de 4M band geeft voldoenderuimte voor de woningbouw. Dat de koppel-maat voor bouwmuren en gevels dezelfdemaat moet zijn, heeft geen voordelen. Deel-beslissingen over de soort of aard van degevel kunnen hierdoor vaak niet worden ge-nomen.9. Leidingen in de 2M strook werkt wel. Menmoet dan echter aanvaarden dat de hoofd-wapening in de 1 M strook wordt geplaatsten dit als zodanig in de norm opnemen.BesluitDe proefperiode is gestart, de organisatie isgereed, het geld is beschikbaar en de men-sen zijn aangetrokken. Wij kunnen aan deslag, de toetsing van de norm NEN 2883begint.In hoeverre deze toetsing aansluit bij hetbouwbeleid van de overheid, is ~ mij althans- niet geheel duidelijk. De middelen zijn terbeschikking gesteld, maar het heeft er meerde schijn van dat een duidelijk beleid tenaanzien van modulaire co?rdinatie toch ingrote mate afhankelijk wordt gesteld van deuitslag van de toetsing.Als we het met elkaar eens zijn dat er ietsmoet veranderen in het huisvestingsproces,zal er meer vertrouwen, acceptatie en moti-vatie zijn als het beleid ten aanzien van mo-dulaire co?rdinatie duidelijker was en detoetsing zich beperkt tot de kwaliteit en deeffici?ntie van het middel!
Reacties