Kennis over het product beton lijkt op veel fronten te verdwijnen. Wiljan de Moor (Movares) steekt daarom veel energie in het delen van die kennis met vakgenoten. Zo is hij inmiddels een van de meest actieve docenten van de Betonvereniging. Dankzij zijn begeesterde manier van lesgeven, werd hij afgelopen november, op de Betondag, zelfs uitgeroepen tot docent van het jaar. Reden voor de redactie van Cement om te vragen naar zijn drijfveren.
62
interview
Leren van
techniek
Wiljan de Moor
leren van techniek 1 2014
interview
63 1 2014 63
cv
naam Wiljan de Moor
leeftijd 55
opleidingen MTS Weg- en
waterbouwkunde, MTS Bouwkunde
en diverse betontechnologische
opleidingen
werkgevers Movares
De Moor wordt opgeleid tot weg- en waterbouwkundige op de
MTS in Dordrecht. Als hij die studie heeft afgerond, doet de
mogelijkheid zich voor er een jaar Bouwkunde aan vast te
knopen. "Ik vond het een aantrekkelijk idee mijn studie op die
manier te kunnen verbreden. Maar weg- en waterbouw lag me
duidelijk beter. Het millimeterwerk met kozijnen en deurpos-
ten was niets voor mij." Hij wil daarom verder in de weg- en
waterbouw. Maar de banen liggen in die tijd niet voor het
oprapen. Hij is dan ook blij als hij aan de slag kan bij de NS.
"Ik heb de NS niet echt bewust als werkgever uitgezocht. Ik
was allang blij dat ik wat had. Toch bleek het een goede keuze.
Vooral het feit dat NS grote projecten deed door het hele land,
sprak mij erg aan." De Moor gaat aan de slag als toezichthou-
der op de afdeling Infrastructuur binnen NS (later Holland
Railconsult, tegenwoordig Movares, zie kader). Een van zijn
eerste projecten is de verbouw van de terminal van de SMZ, de
Stoomvaart Maatschappij Zeeland, een onderdeel van de NS.
"Omdat NS zelf invloed wilde uitoefenen, gingen er ook
mensen van het spoor naar toe. Ik heb daar een jaar of vijf
gezeten. Het was mijn eerste grote betonwerk. Ik had wel wat
met het materiaal beton en ik wilde er graag meer van weten."
Noord-Zuidlijn
Na zijn eerste werk in Hoek van Holland komt er een periode
dat hij weer 'naar binnen' gaat, op het ingenieursbureau. "Ik
ging me met de ontwerpfase bezighouden, bestekken schrij-
ven, begroten, tekenen. Dat heb ik een aantal jaar gedaan,
maar ben vervolgens toch weer de uitvoering ingerold." Een
van de projecten in die tijd is de verhoging van de bruggen
over de Oude Maas bij Dordrecht. In 2005 volgt de Noord-
Zuidlijn, en dan met name de passage onder het Amsterdam
Centraal. Het is waarschijnlijk zijn meest bijzondere project tot
nu toe. "Dwars onder het centraal station, dat volledig op
houten palen is gefundeerd, moest een tunnel komen. Daar
hebben we gebruikgemaakt van Micro-Tunnelingpalen, een
systeem dat is gebaseerd op de techniek van horizontaal
Kennis over het product beton lijkt op veel fronten te verdwijnen.
Wiljan de Moor (Movares) steekt daarom veel energie in het delen
van die kennis met vakgenoten. Zo is hij inmiddels een van de
meest actieve docenten van de Betonvereniging. Dankzij zijn
begeesterde manier van lesgeven, werd hij afgelopen november,
op de Betondag, zelfs uitgeroepen tot docent van het jaar. Reden
voor de redactie van Cement om te vragen naar zijn drijfveren.
Van NS naar Ingenieursbureau NS
naar Movares
Tot begin jaren negentig is zowel het beheer als
de exploitatie van het spoor in handen van de NS.
Onder druk van de Europese regelgeving wordt de
NS in 1995 gesplitst. De NS zelf pakt de exploitatie
van het vervoer op en ProRail neemt aanleg,
onderhoud en beheer van het spoor op zich.
Begin jaren negentig wordt ook het Ingenieurs-
bureau NS afgesplitst. In 1995 gaat dit bedrijf
verder onder de naam Holland Railconsult en in
2001, na een management buy-out, komt het zelfs
volledig los te staan van de NS. Vanwege een
verbreding van de werkzaamheden wordt in mei
2006 de naam gewijzigd in het huidige Movares.
1 Wiljan de Moor op een
bouwplaats van het
project VleuGel bij
Lunetten
foto: Ivar Pel
1 2014
64
2 Verhoging van de bruggen over de Oude Maas bij Dordrechtfoto: https://beeldbank.rws.nl, Rijkswaterstaat / Joop van Houdt
laatste, de verdubbeling van het spoor tussen Utrecht en Houten,
is een kenmerkend spoorproject voor deze tijd. De verdubbeling
is nodig om sprinters en intercity's te scheiden om zo de capaci-
teit van het spoor te verhogen. De Moor bemoeit zich vooral
met de kunstwerken zoals twee dive-unders.
Uitvoeringsbegeleiding namens ProRail
Bij het project VleuGel verzorgt hij namens ProRail de
uitvoeringsbegeleiding. Hij is dus door Movares gedeta-
cheerd bij de railbeheerder. "Hoewel ProRail de laatste jaren
duidelijk een stapje terug heeft gedaan bij de bemoeienis
met projecten, willen ze toch graag een vinger in de pap
houden. Want ProRail krijgt straks wel alle kunstwerken in
beheer. Het is in hun belang dat er zo veel mogelijk onder -
houdsvrij wordt ontworpen en gebouwd. Mijn taak is het om
daarop toe te zien. Om de opdrachtnemer scherp te houden
en dusdanig aan te sturen dat ze ook rekening houden met
de toekomst." Het was aanvankelijk de bedoeling dat hij dit
gestuurd boren. Het was nog niet eerder toegepast in Neder
-
land en dus voor iedereen nieuw. Bijzonder aantrekkelijk vond
ik het om met nieuwe dingen bezig te zijn. En met gezond
boerenverstand kun je vaak een heel eind komen." Andere
spraakmakende projecten zijn de Betuweroute, de Hanzelijn
en VleuGel.
Wat bij die projecten precies zijn functie is, is niet eenvoudig te
beschrijven. Op zijn kaartje staat 'betontechnoloog/betononder -
houdskundige'. Maar feitelijk is zijn functie veel breder. Een
groot deel van zijn tijd is hij uitvoeringsbegeleider. Hij is uitge-
groeid tot een echte betondeskundige en komt in aanraking met
zowel uitvoering, ontwerp als onderhoud. Het zijn vakgebieden
waarin bij Movares genoeg is te doen.
"Ik word heel veel benaderd door collega's met allerhande
vragen. Als het gaat om beton ben ik een soort algemene vraag-
baak. Dat levert een hoop werk op, leuk werk vooral. Het
probleem is alleen dat ik voor die functie maar één dag in de
week beschikbaar heb. De overige ben ik bezig met projecten."
De Moor werkt nu één dag in de week op OV-SAAL (zie elders
in deze uitgave) en drie dagen op het project VleuGel. Dat
foto: Ivar Pel
" Jonge mensen hechten steeds
meer belang aan privétijd"
2
leren van techniek 1 2014
interview
65
3
Bouw van een spoorviaduct voor de Betuwelijn, RW15 nabij Rotterdam/
Charlois
foto: https://beeldbank.rws.nl, Rijkswaterstaat / Joop van Houdt 4 Project VleuGel; verdubbeling van het spoor tussen Utrecht en Houtenfoto 4, 6, 7 en 8: Wiljan de Moor
pen tot docent van het jaar. Lesgeven is volgens hem vooral
gebaat bij interactie. "Hiermee bereik je meer en houd je de
aandacht langer vast. Het is bovendien veel minder leuk om
vier uur achter elkaar aan het woord te zijn. Daarom betrek ik
project alleen zou helpen opstarten. De kennis die ik had
opgedaan bij de Noord-Zuidlijn, vooral op het gebied van
diepwanden, zou daarbij goed van pas komen. Inmiddels
zijn we bijna vier jaar verder.
Dat is wat hij het liefste doet, het bezig zijn met de uitvoering
van projecten. Veel liever dan op kantoor zitten. Van de ruim
dertig jaar werk heeft hij zo'n acht jaar binnen gezeten en de
rest op projecten. "De kansen om iets in de uitvoering te doen,
heb ik altijd met beide handen aangegrepen. Ik vind dat toch
een stuk dynamischer." Maar het is niet alleen maar de uitvoe-
ring die hem bezighoudt. Ook in de ontwerpfase wordt hij bij
diverse projecten betrokken, zeker als het gaat om speciale
betontoepassingen. "Voor een ingenieursbureau als Movares, is
het goed iemand buiten te hebben lopen die de kennis ook
'mee naar binnen' neemt."
Kennis
In zijn functie kan hij de kennis die hij al die jaren heeft
opgedaan goed gebruiken. Tegenwoordig besteedt hij ook
veel energie aan het delen van die kennis. Onder meer
binnen Movares, bijvoorbeeld door interne cursussen. Voor
een aantal kennisdocumenten heeft hij het betongedeelte
verzorgd. "Ik probeer op allerhande manieren mijn kennis
over te dragen. Maar het blijft ontzettend lastig. Je bent ook
afhankelijk van ICT-infrastructuur, iets wat grotendeels
buiten mijn aandachtsveld ligt. En helemaal perfect zal het
nooit lukken. Je moet wat dat betreft accepteren dat als
iemand weggaat er ook kennis verdwijnt."
De Moor vindt het dan ook belangrijk dat zijn collega's zelf
eveneens kennis opdoen. Bijvoorbeeld door cursussen te
volgen bij de Betonvereniging. Binnen het cursusaanbod van
deze vereniging speelt De Moor zelf ook een belangrijke rol.
Hij is docent van maar liefst zes cursussen, op het gebied van
uitvoering, betononderhoud en technologie. "Het is begon-
nen met mijn bijdrage aan het handboek Bekistingen, een
uitgave van de Betonvereniging samen met Stubeco. Daar lag
mijn eerste contact met de Betonvereniging. Wij zijn toe in
gesprek geraakt over nieuwe cursussen over onderhoud en
reparatie. Op dat gebied was er eigenlijk nog niets. Maar er
was duidelijk wel behoefte aan die hele praktische kennis.
Toe ben ik die cursus gaan ontwikkelen. Het bleek een groot
succes. Van lieverlee zijn er steeds meer cursussen bij
g e k o m e n ."
Onderwijs
Hoewel hij nooit is opgeleid in het lesgeven, ligt het hem goed.
Steevast krijgt hij goede beoordelingen van cursisten. Het is
dan ook niet zo vreemd dat hij afgelopen Betondag is uitgeroe-
"
Je moet als opdrachtgever wel
enige kennis in huis hebben"
3
4
leren van techniek 1 2014
Leren van techniek 1 2014 66
minder. Dat geldt ook voor commissiewerk. En je ziet dat de
animo voor VABOR- en Stutech-bijeenkomsten beter kan. Dat
geldt zeker voor de jonge garde. Je merkt dat interesses veran-
deren, dat jonge mensen meer belang hechten aan privétijd.
Buiten de veertigurige werkweek wordt er minder geïnvesteerd
in het vak. Ik zeg niet dat dat per se slechter is, maar het is wel
een verschil met vroeger."
Ook de vraag naar cursussen staat onder druk. Vooral het
verschuiven van de aandacht van product naar proces vindt De
Moor zorgwekkend. "Het is uiteindelijk het product dat het
moet doen. Het proces zelf maakt niets, dat moet vooral
ondersteunend zijn. Op de MTS en HTS wordt ook steeds
meer aandacht besteed aan processen. Waarom? Ik denk dat
studenten dat gewoon leuker vinden en dat onderwijsinstellin-
gen daarop inspelen. Maar je ziet het ook op andere schaal. Zo
neemt de aandacht voor het product ook bij opdrachtgevers af.
Ik vind dat een slechte ontwikkeling. Je ziet het bij Rijkswater -
staat, je ziet het bij ProRail. De echte technische kennis is daar
aan het verdwijnen. Het is zelfs een bewuste keuze. Kennis
moet worden ingekocht op de markt, zo luidt het devies. Maar
ik vind dat een beheerorganisatie als ProRail zelf ook kennis in
huis moet hebben. Want hoewel beton een robuust product is,
kan het altijd beter. Er is nog altijd veel onderhoud nodig. Dat
moet slimmer en beter kunnen. Juist daarvoor moet je als
opdrachtgever kennis in huis hebben. Dat geldt ook voor
Rijkswaterstaat. In de oude situatie waren er misschien wel te
veel techneuten, maar ik vind dat het nu echt naar de andere
kant is doorgeschoten."
de cursisten erbij. Ik stel vragen en laat mensen over hun eigen
ervaringen vertellen. Vaak duurt het even voordat een groep is
ontdooid, maar uiteindelijk ontstaan er hele levendige discus-
sies."
Van de input van de cursisten leert De Moor zelf ook veel. En
die input gebruikt hij weer bij een volgende bijeenkomst. Zo
blijft het lesmateriaal levend. Maar ook zelf blijft hij cursussen
volgen. "Het is belangrijk je kennis bij te houden. Vakken als
betontechnologie en betononderhoud staan niet stil. Zeker de
laatste jaren, met de komst van onder meer hogesterktebeton,
ultra-hogesterktebeton en zelfverdichtend beton, is er veel
veranderd. Dat heeft behoorlijk veel invloed op mijn vak.
Daarom zijn ook lidmaatschappen van VABOR en Stutech zo
belangrijk. Je komt op die manier met collega's uit het vak in
aanraking die allemaal weer hun eigen ervaringen hebben.
Maar de ruimte om dat soort dingen te doen, wordt wel
"
Het is best denkbaar dat ProRail
een onderdeel wordt van
Rijkswaterstaat"
interview
6
Leren van techniek 1 2014 67
5 Drontermeertunnel in aanbouw, onder -
deel van de Hanzelijn
foto: Maurits Vink6 Gekleurd beton, gebruikt bij de aanleg
van de Hanzelijn
7, 8 Bouwwerkzaamheden voor OV SAAL,
onderdeel zuidtak oost
liteit eruit is. Soms zijn er vanuit ontwerp of uitvoering goed-
kopere oplossingen of oplossingen met minder overlast denk-
baar. Maar door de strenge veiligheidseisen blijken die oplos-
singen niet mogelijk. Zo zijn er best zaken te bedenken die
veilig overdag kunnen worden uitgevoerd. Nu is al snel een
buitendienststelling nodig. En vaak is één niet voldoende, met
een tweede of derde tot gevolg. Dat wil je toch zo veel mogelijk
zien te voorkomen. En eigenlijk heb ik al die jaren nooit onvei-
lige situaties meegemaakt, ook niet toen de regels nog minder
streng waren. Dus of het strenge regime nu altijd nodig is,
vraag ik me af."
Evalueren
Zo blijft De Moor alsmaar evalueren. Ook op basis van fouten.
"Iedereen maakt fouten. Daar moet je van leren. Ik vind dat je
die fouten zo veel mogelijk moet delen met collega's. Er moet
wel een cultuur zijn waarin dat kan. Je moet niet persoonlijk
worden afgerekend op je fouten, want dan houdt iedereen zijn
mond. Vroeger hadden wij binnen Movares de rubriek de
Bananenschil waarin fouten aan de orde kwamen. Dat was heel
leerzaam."
Terugkijken in de techniek vindt De Moor dus erg waardevol.
Dat geldt niet voor zijn carrière. "Wat dat betreft, blik ik niet
terug. Ik kan er toch niets meer aan veranderen. Ik heb best
eens overwogen of het niet logischer was bij ProRail te werken
of bij een aannemer. Maar is een verandering wel een verbete-
ring? En ik heb het bij Movares altijd naar mijn zin gehad en
vind mijn werk nog steeds heel leuk. Bij projecten waar ik nu
mee bezig ben, kan ik echt mijn hart ophalen. Laat mij dus
maar gewoon projecten doen!"
?
Jacques linssen
Veiligheid
ProRail en Rijkswaterstaat zijn dezelfde soort organisaties en
zouden volgens De Moor veel aan elkaar kunnen hebben.
"Bijvoorbeeld op het gebied van voorschriften. Je ziet al dat de
ROK (van RWS, red.) en OVS (van ProRail, red.) naar elkaar
toe groeien. Uiteindelijk is het best denkbaar dat ProRail een
onderdeel wordt van Rijkswaterstaat en dat de voorschriften in
elkaar opgaan. Die voorschriften blijven in ontwikkeling. In de
railinfra zijn de laatste jaren vooral op het gebied van veilig-
heid deze voorschriften enorm aangescherpt. Op zich natuur -
lijk een goede zaak. We werken veilig of we werken niet. Maar
er kleven ook nadelen aan. Je merkt nu al dat bijna alle flexibi-
5
7
8
Reacties