Literatuur1. Van den Berg, P., Verhardingscontrole van dikke betonconstructies,Cement 9 1982; pp 535-5382. Oud, HJ.e., Warmteontwikkeling, scheurvorming, koelen, Cement71980; pp 406-4113. Kalytta, S., Strahlungsschutz durch rissefreien Massenbeton, Beton11985; pp 21-264. Hellmich, K., Einfluss der Hydratationsw?rme des Betons auf dieLagerverschiebungen bei Spannbetonbr?cken, Beton und Stahlbetonbau2 1984; pp 42-46 '5. Agema,].F., Beton als golfbreker, Cement 11984; pp 50-566. Van Breugel, K., Artificial cooling ofhardening concrete, Delft, rap-port5-80-9; 19807. VanBreugel,K.,Koelenvanverhardend beton, Cement4 1982;pp 244-2498. Maatjes, E., Temperatuurontwikkeling in verhardend beton, TH-Delft, Rapport no. 7-3-83,januari 19859. CUR-rapport6, Hetverwerkenvanbeton bij lage temperaturen,janu-ari 1956JO. Bijkerk,].H., Koelen wanden Hemspoortunnel11.Miltenburg,P.,Koelingvan betonbij de aanlegvan deSchipholtunnel,PT8 1979; pp 481-49112. Maatjes, E., De twee-dimensionale berekening van de temperatuur-ontwikkelinginverhardend beton,TH-Delft, RapportC/DH-085; 198413. Wetenschappelijk en Technisch Centrum voor het Bouwbedrijf,Ontwikkeling van de sterkte van beton en mortelbij lage temperaturen,Brussel, 197314. Powers, T.e., Studies ofthe Physical Properties ofHardened PortlandCementpaste, ACI-Journal Maart 194715. Saul, A.GA., Principles Underlying the steam Curing ofConcrete atatmospheric pressure, Magazine ofConcrete Research 0195116. Papadakis, M., Bresson,]., Contribution? l'?tude du facteur de matu-rit? des liants hydrauliques; Application ? l'industrie du b?ton manufac~tur?, CERIB-publications Technique no. 817. Bresson, ]., Application de la notion de maturit? ? la pr?vision desresistances obtenues surles produits en b?ton, CERIB-rapport, 197918. Gewogen rijpheid, Betoniek 6/20, 198419.Illston,].M.,Sanders, PD., Charrtcteristicsand predictionsofcreep ofasaturated lIlortar under variabIe temperature, Magazine ofConcrete Re~search No. 88, september 1974, pp. 169-17920. Prins, P.e., de Sitter, W.R., Praktische toepassing van de rijpheidsme-thode, Cement 11984; pp 26-3021. Klieger, P., Effect of mixing and curing temperature on concretestrength, ACI-JournaI1958; pp 1063-108122. Illston,].M., Sanders P.D., Characteristics and predictionofcreep ofasaturated mortar under variabIe temperature, Magazine ofConcrete Re-search Vol. 26, 1974, pp. 168-17923. Popovics,S., New Formulas for thepredictionoftheeffectofporosityon concrete strength, ACI-Journal Maart-April 1985, pp 136-14624. Odler, 1., R?ssler, M.,Investigations on the relationship between,porosity, structure and strength ofhydrated portland cement pastes, Ce-ment & Concrete Research, Vol..15, 1985, pp. 320-330 enpp 401-41025. Plowman,].M., Maturity and strength ofconcrete, Magazine ofCon-crete Research; 1956; pp. 13-2226. Scanton,].M., Tuthill, L.H., Cold weather Concreting, ACI-Journal1978, pp..l61-183 .27. Ockleston AJ., e.a., Maturity and strength of concrete, Magazine ofConcrete Research; 1956; pp. 169-18328. Powers, T.e., Properties ofcement paste andconcrete, Proceedings4th Int. Syrnp. on the Chemistry ofCement, Washington, 196029. Hansen, T.e., Physical composition of hardened portland cementpaste, ACI-Journal mei 11970, pp 404-407In memoriamir.HJJ.Engel.Op 27 februari jl. overleed on-verwacht ir.HJJ.Engel. Hij be-reikte de leeftijd van 82 jaar.Ir. Engel ging in 1969 met pensioen alsdirecteur van het IngenieursbureauAronsohn te Rotterdam. In 1961 trad hijbij dit bureau in dienst, nadat hij 7 jaardirecteur van de Rijksgebouwendienst,afdeling Constructie was geweest. Veelouderen zullen hem in een van de ge-noemde functies hebben meegemaakt.Een beminnelijk man, sportiefen inge~nieur in hart en nieren.Het begin van zijn loopbaan was aller-minst eenvoudig. Nadat hij in 1926 af-studeerde aan de TH-Delft, was hij kor-te tijd betrokken bij de Maas-kanalisatiein Limburg. In 1929 werd hij voor eenaannemingsbedrijf uitgezonden naarCura?ao. Het ging dat bedrijf nietvoor-spoedig, zodat hij in 1931 in Nederlandopnieuw zijn weg moest vinden.Hij begon in die jaren een eigen inge-52nieursbureau in Zwolle, maar kwamenkelejaren later in tijdelijke dienst bijde Rijksgebouwendienst ter vervangingvan de toenmalige directeur, die voorbepaalde tijd met andere werkzaamhe-den was belast. In 1937 volgde zijn def-initieve aanstelling. Bij de Rijksgebou-wendienstzouhij 24jaarwerkzaamzijn,vanaf 1954 als directeur van de afdelingConstructie.Hij heeftde tijd vanweder-opbouw in de na-oorlogse jaren volopmeegemaakt, uitbreidingen gereali-seerd van rijksgebouwen en universitei-ten. De ontwikkelingen in de bouw-techniek heeft hij mede gestimuleerd.Men sprak in diejaren toen bouwmate-rialen nog schaars warenvan de zgn.En-gel-verbinding, een zuinig knooppuntmet stalen verbindingsplaten tussen ko-lom en balk in de betonbouw. De op el-kaar aansluitende stalen platen warenvoorzien van twee 90? t.O.V. elkaar ge-draaide sleuven, waardoor altijd eenverbindingspenkon worden geschoven.Ir. Engel maakte een begin metde bouwvande eerste televisietorens in glijbekis-ting. Bekende, door hem ontworpenconstructies zijn die voor de MedischeFaculteit, hetVanOverbeke-gebouwende Europoint torens, alle in Rotterdam.Bij de hoogbouw voor de Medische Fa-culteitzou hij - in dienstvanAronsohn-opnieuw de penverbinding toepassendie hij in zijn Rijksgebouwendiensttijdhad ontwikkeld. Daarmee evolueerdede schaarste-oplossing tot een vernuftigverbindingselement bij grootschaligeprefabricage.Ookwerd ir.Engel als 'raadgever' van deRijksdienst voor de Monumenten be-trokken bij veel restauratiewerkzaam-heden. Een werk waarin een echt inge~nieur zijn intu?tieve gevoel voor het ge- .drag van constructies volop mag latenmeespelen. Hij heeft daarbij dikwijlsmet verrassend eenvoudige ingrepenbijgedragen tothet herstel van vele his-torische bouwwerken. De restauratievan de Nieuwe Kerk in Arnsterdamheeft hij ook in zijn Aronsohn-tijd be-geleid. Daarvoorwas hij onder meer be-trokken bij het herstel van de kerktorenin Bedum en wist de toenemendescheefstand van de toren te stabiliseren.In dejaren '70 heeft h~ nog een interes~santontwerp mede he.pen ontwikkelenin het kader van een internationaleprijsvraag ter redding van de scheve to-ren van Pisa.Belangrijk is zijn aandeel geweest in deontwikkeling van de na-oorlogse bouw.Vanaf het begin betrokken bij CUR-werk, lid geweest van Stuvo, redactie-raadslid van ons tijdschrift.Zijn eigen familie karakteriseerde heminde overlijdensannonce inNRC-Han-delsblad als bouwer, echtgenoot, vaderen grootvader.Velenzullen aanhem goede herinnerin-gen bewaren.M.G.P.NelissenIr. H. van Dusschoten, zijn opvolger bijde Rijksgebouwendienst, was graag be-reid de gegevens te verstrekkenvoor de-ze profielschets.Cement 1986 nr. 5
Reacties