Mededelingenvan deBetonverenigingExcursies en vergaderingenIn grote lijnen zal het najaarsprogramma zijn:25 september: bezoek aan het in aanbouwzijnde Jaarbeurs-gebouw teUtrechtin oktober: Bijlmermeer21 november: Betondagin december: Studiedag LichtbetonDe leden van de Betonvereniging ontvangenhierover per convocatie nader bericht.Gekeurde betonmortelbedrijvenAan de lijst van goedgekeurde betonmortel-bedrijven moet worden toegevoegd:O.B.C., Oosterhoutsche Betoncentrale, Ha-venweg, Oosterhout.RILEM-rapport over roestvorming van wape-ning in betonVan 6-9 september 1965 vond in WexhamSprings een conferentie plaats over boven-genoemd onderwerp.Behandeld werden praktijkgevallen, theorie,proeven, carbonatisering, invloed van scheur-vorming, voorgespannen beton, invloed vanhet klimaat.Dit in het engels geschreven rapport is tegenoverschrijving van f 5,-- op gironummer35.12.39 t.n.v. de Betonvereniging te 's-Gra-venhage aldaar verkrijgbaar.Nog te verkrijgen CUFt-rapportenBetontechnologie, de vervaardiging van hetbetonCUR-rapport nr. 1 ( 1,50)Litteratuurstudie over de opbouw van beton.Hierin wordt een overzicht gegeven van desamenstellingstheori?n, proeven over de ver-werkbaarheid, korrelgradering en verdichting.129 litteratuurverwijzingen.CUR-rapport nr. 6 ( 3,--)Het verwerken van beton bij lage tempera-turen.Hierin een overzicht van de klimatologischeomstandigheden, de invloed van de fijnte vanmaling, aanvangstemperatuur van het meng-sel, proeven en aanbevelingen.CUR-rapport nr. 25 ( 4,--)Onderzoek betreffende het stomen van be-ton.Tot stand gekomen in samenwerking met hetForschunginstitut der Zementindustrie inD?sseldorf en het Proef en Controle labora-torium van de Belgische Cement Industrie.Inhoud: de rijpheid van beton, de 1-dag-sterkte, de sterkte op de lange duur, calcium-chloride.Betontechnologie, controle op het gemaaktewerkCUR-rapport nr. 5 ( 2,--)Niet-destructief onderzoek van beton, deel I.Inhoud: hetbegrip elasticiteitsmodulus, voort-plantingssnelheid geluidsgolven, resonantie,demping, beschrijving van apparatuur.CUR-rapport nr. 18 ( 6,--)Niet-destructief onderzoek van beton, deel II.Inhoud: spanningstoestand en elasticiteits-modulus, de uitkomsten van akoestische me-tingen en de mechanische sterkte van b?ton,het aantonen van scheuren en fouten, deSchmidthamer.CUR-rapport nr. 21 ( 5,--)Metingen op de bouwplaats.Inhoud: meettechniek t.a.v. rek, kromming,spanning e.d., registratie.CUR-rapport nr. 22 ( 6,--)Weerbestendigheid van beton.Waarnemingen aan wapening van bestaandewerken, maatregelen ter voorkoming vanschade, herstelwerkzaamheden, wenken voorhet ontwerp.CUR-rapport nr. 19 ( 6,--)Temperatuureffecten in zware betonconstruc-ties, t.g.v. de hydratatiewarmte van cement.Inhoud: de warmte-ontwikkeling, thermischeco?ffici?nt van beton, berekening van detemperatuurverdeling, maatregelen.CUR-rapport nr. 32 ( 12,50)Technologische invloeden op de scheurvor-ming in beton.Inhoud: Pori?n, vochtbeweging, volume-ver-andering, scheuren in vers beton, scheurenin verhard beton door krimp, belasting ont-werpfouten en kruip.Technologie voorgespannen betonCUR-rapport nr. 3 ( 3,50)Onderzoek van hoogwaardig betonstaal voorvoorgespannen beton.Inhoud: kruipproeven op koudgetrokken,koudgetrokken en verouderd, en op geharden ontlaten staal.CUR-rapport nr. 14 ( 6,--)Inhoud: Relaxatie-eigenschappen, verschil-lende staalsoorten, kruip- en relaxatie-eigen-schappen, beproevings-apparatuur en uitvoe-ring.CUR-rapport nr. 27 ( 6,5Q)Injekfieproblemen bij voorgespannen beton.Inhoud: Morteleigenschappen, proeven opde bouwplaats, elektrische verwarming, richt-lijnen.Als U de hierbij genoemde CUR-rapportenwilt bestellen, kunt U dat schriftelijk doen bijde Betonvereniging, Nassau Dillenburgstraat42 te 's-Gravenhage.Het bereiden vanwarme betonspecie**Ontleend aan publikatiemateriaal dat door defabrikant werd verspreid.Door de firma Thomas Schmidt in Kopenha-gen is een geheel nieuwe methode ontwik-keld voor de bereiding van warme beton-specie.In tegenstelling tot de gebruikelijke metho-den, waarbij de toeslagmaterialen verwarmdin de mengmolen worden gebracht, is hiersprake van het direct invoeren van stoom inde mixer op het moment dat het mengen eenaanvang neemt.De eerste proeven volgens deze nieuwe me-thode werden genomen met een turbomixervan het type van geforceerde menging. Viaopeningen in het roerwerk wordt de stoomin het te mengen materiaal gevoerd.Ervaringen hiermee verkregen tonen aan dathet mogelijk is orneen temperatuurstijging teverkrijgen van 0,8-1,5 ?C per seconde, waar-door de gewenste verwarming verkregen kanworden binnen de normale mengtijd.De wijze van stoominvoer geeft weinigwarmteverlies en heeft als bijkomstig voor-deel dat de bereidingsplaats gemakkelijkerschoon te houden is.Aangezien het gecondenseerde water na-tuurlijk deel uit gaat maken van de totalehoeveelheid toegevoegd water, is het nood-zakelijk te weten wat de aanvankelijke tem-peratuur van de materialen is, alsmede degewenste temperatuur van de betonspecie.Aan de hand v?n deze gegevens kan de hoe-veelheid water berekend worden die door destoom aan de water-cementfactor wordt bij-gedragen.Deze hoeveelheid water kan als volgt wor-den vastgesteld:De specifieke warmte van beton (cc) bedraagt0,27 kcal/kg ?C;Totale hoeveelheid warmte (r), afkomstig vande temperatuursdaling van stoom van 116 ?Ctot water van 55 ?C, bedraagt 590 kcal/kg;Temperatuurstijging van de betonspecie (t)is t1 + t2 ?C;Verkregen hoeveelheid water mw kg;Hoeveelheid betonspecie me kg;(vervolg op blz. 327)Cement XX (1968) nr. 8 31312Zandpotten bestaande uit twee stalen T-profielen en een erin passende vierkantestalen staaf voor het laten zakken van debekisting13Lastzakkingsdiagram bij het zakken vande bekistingdoor schotjes aan weerszijden was afgesloten. De aldus ontstane gleuf werd gevuld metdroog zand, waarop de staaf werd geplaatst. Het geheel werd daarna afgedekt met eenplastic folie. Op deze zandpotten werden de langsliggers van de bekistingsconstructiegeplaatst.Om de bekisting te laten zakken worden de bouten losgedraaid, waarna het zand weg kanlopen. Fig. 13 geeft het lastzakkingsdiagram weer.Daar de brugplaten boven de spoorbaan gebouwd moesten worden, diende de bekisting eenzo gering mogelijke constructiehoogte te hebben. De beschikbare hoogte bedroeg 58 cm.Hiertoe was onder meer de rijdraad van de bovenleiding 60 cm naar beneden gebracht. Deoverspanning van de bekisting boven de spoorbaan was in verband met het profiel van vrijeruimte 11 m. De bekisting bestond uit langsliggers DIN 40, waarop baddingen op hun platlagen, die het 22 mm dikke bekistingsmultiplex droegen, zodat de totale constructiehoogtevan de bekisting, rekening houdend met de doorbuiging, ca. 50 cm bedroeg.Met de bouw van het viaduct werd in augustus 1966 begonnen en het werk was in februari1968 nagenoeg gereed.Ten slotte kan nog vermeld worden, dat voor de toegangsweg naar een gemaaltje van eenoprit gebruik gemaakt is, om met behulp van WACO-duikerelementen een simpele en goed-kope ongelijkvloerse kruising te maken met de autoweg.Het tunneltje heeft een inwendige breedte van 2 m en een hoogte van 2,50 m. Naast hettunneltje is tevens een duikerbrugje gelegen, bestaande uit gewapend betonnen damwand-planken, waarover een ter plaatse gestort dek.De opdrachtgever van de bruggen is evenals voor de andere werken van de rondweg degemeente Meppel.De voorbereiding en directievoering is verzorgd door de Bruggen-Afdeling van de ProvincialeWaterstaat van Drenthe met uitzondering van het spoorwegviaduct, waar de directie werdgevoerd door de N.V. Nederlandse Spoorwegen.De financiering geschiedde voor 50% door het Ministerie van Economische Zaken in hetkader van de verbetering van de infrastructuur en voor 47i% ten laste van het ProvinciaalWegenfonds, de resterende 2i% bleef ten laste van de gemeente Meppel.vervolg van blz. 313(Het bereiden van warme betonspecie)De hoeveelheid verkregen water als gevolgvan condens volgt uit de formule:.Uit het voorgaande blijkt dat bij het gebruikvan stoom onder de genoemde omstandig-heden en bij het gebruik van een mixer van1 m3inhoud, de toevoeging van 1 kg stoomeen temperatuurstijging van 1 ?C tot gevolgheeft. Wanneer de mixerinhoud 0,5 m3be-draagt, zal voor een temperatuurstijging van1 ?C een hoeveelheid van 0,5 kg stoom vol-doende zijn.De turbo-mixer met stoominjectie zal goedediensten bewijzen daar, waar grote hoeveel-heden warme betonspecie nodig zijn, zoalsbij voorbeeld in betonwarenfabrieken. De er-varingen die met deze bereidingswijze reedszijn opgedaan, wijzen uit dat bij een specie-temperatuur van 60-65?C een relatief kortetijd voldoende is om een sterkte te bereikendie 60-70% bedraagt van de 28-daagsesterkte onder normale verhardingsomstan-digheden.Dit aspect is om economische redenen zeerinteressant voor betonwarenfabrieken, om-dat de omloopsnelheid van de (kostbare)mallen veel groter wordt.In dit verband wordt erop gewezen dat eentemperatuurstijging, nadat de elementen bijnormale temperatuur gestort zijn, resulterenzal in een lagere uiteindelijke sterkte.Deskundigen die aan de ontwikkeling van deturbomixer hebben meegewerkt zijn evenwelvan mening dat de gereduceerde sterkte hetgevolg is van spanningen die door tempera-tuurverschillen ontstaan. Immers, de compo-nenten waaruit beton wordt samengesteldhebben elk hun specifieke uitzettingsco?ffi-ci?nt. Tijdens het proces van aaneenkittenvan de materialen zullen juist de tempera-tuurverschillen ongewenste spanningen op-leveren.Ofschoon deze hypothese niet wetenschap-pelijk gefundeerd is, wordt hij wel door veletechnologen onderschreven. Dientengevolgezullen in fabrieken waar de betonspecie bijeen temperatuur van 55-60 ?C wordt ver-werkt, maatregelen worden genomen om degenoemde temperatuur gedurende de eerste2-3 uur te handhaven. Dit - in tegenstellingtot elementen die koud worden gebetonneerden daarna een stoomverharding ondergaan -voorkomt temperatuurverschillen in de ge-vormde elementen en derhalve ongewenstespanningen.Tot slot wordt opgemerkt dat aan het op tem-peratuur brengen van het toeslagmateriaaldoor het inblazen van stoom in de silo's hetnadeel kleeft dat het condenswater zich opde silobodem verzamelt.Cement XX (1968) nr. 8 327
Reacties