C o n s t r u c t i e & u i t v o e r i n gWater b ou wcement 2003 358Het viaduct in de A15 is opge-bouwd uit twee landhoofden envier tussensteunpunten, gefun-deerd op prefab-betonpalen enheeft een breedte van circa 80 m.De landhoofden bestaan uit eenbodemplaat en een door beton-nen schijven gedragen oplegbalkvoor de rijvloer (fig. 2). De schij-ven staan circa 4,50 m h.o.h. (ziefig. 4); de ruimte ertussen is ge-vuld met zand.Depalenonderhetlandhoofdwor-den horizontaal belast door hetzandlichaam van de A15. De rest-capaciteit voor buigende momen-ten is gering; dit bepaalt de toe-laatbare horizontale verplaatsingvan de bouwputwand. De bouw-put is vanwege de slechte onder-grond, bestaande uit veen en klei-lagen, zeer gevoelig voor vervor-mingen.O n t w e r pHetbasisprincipevandebouwputbestaat uit twee korte stalen dam-wanden, waarvan die aan de zijdevan het landhoofd is ingepaktdoor een jetgroutmassief. De ho-rizontale krachten worden via ditmassief,tezamenmeteenjetgrout-stempeling en een stalen stem-pelraam in de bouwfase, van deene zijde naar de andere zijde vande bouwput overgebracht (fig. 2).In een latere optimaliseringsslagis de hoeveelheid jetgroutmassiefverkleind en voor een deel ver-vangen door Gewi-ankers onder45?. Op het moment dat de ankersworden aangebracht, worden deverplaatsingen van het landhoofdgetoetst aan de berekende ver-plaatsingen. Afhankelijk daarvanwordt de voorspankracht van deankers aangepast. De ankers zijnom die reden overgedimensio-neerd met een factor 1,5.*) Thans werkzaam bij HollandRailconsulting. C. Huisman, HBG Civiel / Delta Marine Consultantsing. P.G. van Duijnen, HBG Civiel / Delta Marine Consultants *)In de gemeente Barendrecht kruist de hsl op zeer korte afstand de A15 en desporen van de Betuweroute (fig. 1). Hierbij ligt de Betuweroute op maaiveld-niveau (NAP), de A15 op NAP + 8,0 m en de hsl op NAP ? 8,0 m. De hsl duiktonder de Betuweroute en de A15 door, vandaar de naam Dive Under. Terplaatse wordt de hsl aangelegd in een tunnel onder het landhoofdtalud tegenhet westelijke landhoofd van het viaduct in de A15. Om in deze kleine ruimtete kunnen bouwen, is gekozen voor een innovatieve bouwputwand bestaan-de uit stalen damwandelementen, verstijfd met jetgroutkolommen. In dit arti-kel wordt nader ingegaan op het ontwerp en de uitvoeringsmethode van debouwput en in mindere mate op de geotechnische achtergronden, die in hetblad Geotechniek meer in detail worden beschreven.Dive under, bouwput voor dekruising met de A15damwandGewi-palen-24.000-16.000jetgroutwandonderwaterbetonjetgroutstempelingstempelingGewi-palenN.A.P.injectielichaambestaand landhoofdgroutankersgrindzand opgebrachtzand kleihoudendveenklei veenhoudendkleizand1 | Sporensituatie in Barendrecht2 | Doorsnede constructieC o n s t r u c t i e & u i t v o e r i n gWater bou wcement 2003 3 59Hetontwerpisuitgevoerdmetheteindige-elementenprogrammaPlaxis. Door de gecompliceerdeconstructie is een aantal doorsne-den berekend, waarbij steeds eennadere optimalisering is doorge-voerd. De jetgroutparameters zijnbepaald uit proeven ter plaatse.De gehele samenstelling van deconstructie vloeit voort uit de vol-gende eisen:? een maximale horizontale ver-plaatsing van de bovenzijdevan het landhoofd van 15 mmin verband met de oplegblok-ken van het viaduct;? een maximale verplaatsing vande bouwputwand van 20 mmin verband met de horizontalebelasting op de betonnenprefab palen onder het land-hoofd.W a t e r g l a s i n j e c t i eVoordat het koptalud voor hetlandhoofdwordtontgraven,wordthet zandlichaam in het landhoofdvanaf het aanwezige talud metwaterglas ge?njecteerd. Om de be-nodigde injectielansen te kunnenaanbrengen, wordt een werkpla-teauvanzandaangebracht(fig.3).Voorwaarde hierbij is dat hetwerkplateau slechts tijdelijk aan-wezig is, opdat er geen consolida-tie optreedt met grote vervormin-gen als gevolg. Dit is in Plaxis ge-simuleerd door het eigen gewichtvan het werkplateau lager aan tenemen. Voorafgaand aan hetaanbrengen van het werkplateauwordt de oostelijke damwand(AZ48) aangebracht om een even-tuele invloed op de tussenpijler tebeperken. Tegelijkertijd met deinjectielansen worden ook drielagen groutankers aangebrachtdie het injectielichaam moetenverankeren.Nadat het werkplateau in tweestappen is afgegraven, wordt hetzandlichaaminhetlandhoofdvanonder naar boven ge?njecteerd.Ten slotte wordt in drie stappenhet talud afgegraven, waarbij elkeontgravingsslag ook een rij grout-ankers wordt afgespannen. Vanafhet nu ontstane horizontale maai-veld wordt verder gewerkt.Voordat deze werkmethodiekwerdgekozenisnogeenafweginggemaakt om de verticale wand totstand te brengen door middel vanspuitbeton en grondvernageling.Echter de onzekerheid over dedaarbij ontstane vervormingen,de zeer geringe toelaatbare ver-vorming van het landhoofd en hetzeer gefaseerd aanbrengen heeftdeze methode hier definitief doenafvallen.B o u w p u t w a n dl a n d h o o f d z i j d eDe bouwputwand aan de land-hoofdzijde bestaat uit een kortestalen damwand met aan de bui-tenzijdevandebouwputlangejet-groutkolommen tot in de Pleisto-cene zandlaag. Aldus ontstaat eensamengestelde buigstijve ligger,waarbij de damwand dient alstrekwapening en de jetgroutko-lommen als drukzone. Een der-gelijkontwerpwerktalleenindiende aanhechting tussen damwanden jetgrout gegarandeerd is. Hier-voor worden stalen strips op dedamwand gelast die er voorzorgen dat de spatkracht van dedrukboog aan de onderzijde, in dedamwand kan worden opgeno-men.Nadatdedamwandisaangebrachtwordt gestart met de jetgroutko-lommen. Deze staan achter elkedamwandplank op een zekereafstand zijkant plank ? hart jet-groutkolom, bepaald aan de handvan eventuele scheefstanden enplaatsingsnauwkeurigheden. Dekolommen staan in het Pleisto-ceen om met het horizontale jet-groutstempel op NAP ?10,0 m endestalenstempelsopNAP?1,0mweerstand te bieden aan de hori-zontale krachten vanachter hetlandhoofd. Bovendien geven deankers van de Gewi-palen onder45? een verticale component naarbeneden, die in het Pleistocenezandwordtafgedragen.Dekolom-men worden op deze wijze voor-gespannen; hetgeen eventuelescheurvorming voorkomt.J e t g r o u t s t e m p e lOm de horizontale belastingenreeds tijdens het ontgraven tekunnen doorgeven naar de an-dere zijde van de bouwput, isonder de bouwputbodem vanNAP ?8,0 m tot ?10,0 m een jet-groutstempel ontworpen vankorte kolommen ? 1,50 m, dieelkaar deels overlappen. Om dehoeveelheid jetgroutmateriaal tebeperken en omdat de sterkte uitde jetgroutproef dit toeliet, heeftdit geresulteerd in het patroonvan figuur 4.F u n d e r i n gNadat het jetgroutstempel is aan-gebracht wordt gefaseerd ontgra-ven (slagen van 20 m) om destalen stempels op NAP ?1,0 mwerkplateauN.A.P.groutankersbestaand landhoofd RW A15jetgroutwanddamwandbestaand tussensteunpuntjetgroutstempelca.12,1mca. 96 m3 | Werkplateau voorinstalleren manchet-buizen voor waterglas-injectie en groutankers4 | Jetgroutkolommen naasten in de bouwputC o n s t r u c t i e & u i t v o e r i n gWater b ou wcement 2003 360aantebrengenenvoortespannenop 100 kN/m. Langs de westwandwordt de bouwput lokaal droogontgraven om de Gewi-palen on-der 45? aan te brengen en voor tespannen op 300 kN/m (fig. 5).Hierna wordt tot NAP ?1,50 mwater in de put gezet en kan natworden ontgraven tot op de jet-groutstempellaag, waarop een0,5 m dikke egaliserende grind-laag wordt aangebracht.Voor de keuze van het paalsys-teemzijndevolgendecriteriaaan-gehouden:? het paalsysteem moet in debeperkte werkruimte onderhet viaduct kunnen wordenaangebracht;? het paalsysteem moet eenrelatief hoge trek- en druk-capaciteit hebben. In deonderwaterbetonfase doende palen dienst als trekpaal(500 kN/paal) en in de eind-fase als drukpaal (800 kN/paal). Bijkomstig hierbij is datde Pleistocene zandlaag ergdun is en de conusweerstandsterk wisselt;? het is aan te bevelen een tril-lingsvrij systeem toe te passenvanwege het landhoofd metontgraven talud en de ont-graven bouwput;? het materieel voor het aan-brengen van de paal moet opeen traverse onder het viaductkunnen staan.Op basis van deze criteria isgekozen voor een Gewi-paal (fig.6).DezebestaatuiteenGewi-staaf? 63,5 mm met een ribbelbuis-omhulling, waartussen fabrieks-matige grout is ge?njecteerd alscorrosiebescherming. Met eenkoppelmof en contramoeren zijndedriepaaldelentekoppelen.Meteen krimpkous wordt ter plaatsevan de koppelmof de corrosiebe-scherming hersteld. De staaf metomhulling wordt in de boorbuisvan een geboord gat geplaatst. Deboorbuis wordt daarna getrokkenonder afpersen van de groutom-hulling, die de paaldiameter for-meert en als tweede corrosiebe-schermingslaag dienst doet.In totaal worden 180 palen inge-bracht, waarop een onderwater-betonvloer wordt aangebracht(fig. 7).G r o n d p a r a m e t e r sHet geotechnisch bodemonder-zoek bestond uit boringen, son-deringen en laboratoriumonder-zoek: volumegewichtbepalingenen triaxiaalproeven (tabellen 1 en2).In Geotechniek wordt nader inge-gaan op de bepaling van de stijf-heidsparameters.J e t g r o u t p r o e fOmdat nog erg weinig ervaringvoorhanden is met het jetgroutenin slappe klei- en veengronden, ister plaatse een omvangrijke prak-tijkproef uitgevoerd.Bij het jetgroutproc?d? wordteen boorbuis ? 110 mm in degrond geboord, terwijl tegelijker-tijd wordt gespoeld met water. Alsde buis op diepte is wordt in prin-cipe begonnen met jetten, waar-door een kolom ontstaat van eenbepaalde diameter, die afhanke-lijk is van de grondsoort. Bij hetjetten wordt de aanwezige grondvermengd met grout, onder zeerhoge druk (ongeveer 400 bar) in-gebracht tijdens ronddraaien endeels trekken van de boorbuis.Door het aanwezige boorgat ont-wijkt de `spoil' langs de boorbuis.Het jetgrouten kan worden uitge-voerd met de eerstefase- of twee-defasetechniek. Bij de eerstefase-techniek wordt direct grout in degrond ge?njecteerd, terwijl bij detweedefasetechniek met lucht deindringdiepte in de grond wordtvergroot. Beide technieken kun-nen nog met of zonder voorsnij-den worden uitgevoerd. Voorsnij-den heeft ten doel de grond eerstmet water los te snijden en dezeaf te voeren, waarna het werkelij-ke jetten kan worden uitgevoerden een grotere diameter kan wor-den gemaakt.In de proef zijn 26 kolommengemaakt voor bepaling van deproductieparameters. Deze para-meters zijn voortdurend aange-past totdat een homogene jet-groutkolom werd verkregen meteen minimale diameter van 1,50m. Tevens is gevarieerd met de-3,300N.A.P.leuningGewi-palengroutankersN.A.P.Gewi-palengrindlaagonderwaterbetonvloerconstructievloerankerschotelwerkvloeregalisatielaagonderwaterbetongrindGewi-paal ? 63,5 mmjetgroutstempelgroutlichaamkoppelmofkrimpkousankerschotel800150100050020006 | Gewi-paal in eindsituatie7 | Bouwput nat ontgraven,Gewi-palen ingebrachten onderwaterbeton-vloer gestort op egali-serende grindlaag5 | Installeren en voor-spannen stempeling op?1,00 en Gewi-palenonder 45?C o n s t r u c t i e & u i t v o e r i n gWater bou wcement 2003 3 61water-cementfactor om de ver-eiste sterkte te kunnen bepalen.Na de productie van deze kolom-men zijn kernboringen uitge-voerd in die kolommen die eenminimale diameter van 1,50 mhadden gehaald.In het laboratorium van HBG Ci-viel Grondtechniek zijn de mon-sters uit de kernboringen aandruk- en splijttrekproeven onder-worpen.Intotaalzijn51monstersbeproefd. Uit figuur 8 blijkt datover de gehele hoogte nagenoegdezelfde druk- en splijttreksterktezijn gemeten. De oorspronkelijkegrondlagen zijn nauwelijks meerwaarneembaar, hetgeen onge-twijfeldeengevolgisvanhetvoor-snijden met water.In tabel 3 zijn de resultaten van destatistische analyse op het jet-grout vermeld.M o n i t o r i n gTijdens de uitvoering zal eenintensieve monitoring plaatsheb-ben vanwege de twee eisen ge-steld aan de vervormingen: 15mmvoorhetlandhoofden20mmvoor de bouwputwand. De ver-plaatsingsmetingenwordensteedsvergeleken met de berekendewaarden, waarbij eventueel kanworden bijgesteld. In de bereke-ning zijn enkele hoofdacties aante geven die een groot deel van devervormingen veroorzaken.Het gewicht van het werkplateauheeft in de berekening groteinvloed als het volledige gewichtwordt ingevoerd en gedraineerdwordt gerekend. Echter door debeperkte duur dat de berm aan-wezig is, wordt dit gesimuleerddoor een geringer gewicht in deberekening aan te houden; hier-door is de invloed beperkt. Hetverwijderen van het talud van hetlandhoofd is een tweede onder-deel dat relatief gezien aanzien-lijke invloed heeft door ontlastingvan de ondergrond. Alle fasen toten met aanbrengen onderwater-beton zijn van geringe invloed.Het leegpompen van de bouwputen het bouwen van de tunnelheffen elkaar qua verplaatsing op.Hetaanvullenvanhettaludenhetlaten vervallen van de ankers isweer meer van invloed; totaal on-geveer 10 mm.Hierbijdienttewordenopgemerktdat de invloed (eventuele trillin-gen en ontspanning ondergrond)vandeproductievandamwandenjetgroutwand niet in de bereke-ning is op te nemen. Het is duszaak dat bij de uitvoering degrootste zorgvuldigheid wordt be-tracht.De huidige stand van de uitvoe-ring is de natte ontgraving van debouwput. Figuur 9 vermeldt dewaargenomen vervormingen vanhet landhoofd. De nauwkeurig-heid van de metingen blijkt bin-Tabel 3 | Resultaten boring 25 en 25bis (niveau -3 tot niveau -11)druksterkte splijttreksterkte elasticiteitsmodulus(N/mm2) (N/mm2) (N/mm2)aantal proeven 25 26 25gemiddelde 6,02 0,93 1035standaardafwijking 1,51 0,19 190variatieco?ffici?nt 0,25 0,20 0,18laagste waarde proefverzameling 3,70 0,41 649hoogste waarde proefverzameling 10,93 1,16 1552lage representatieve waarde 3,39 (3,54) 0,60 (0,61) 704 (722)hoge representatieve waarde 8,66 (8,51) 1,27 (1,25) 1366 (1347)rekenwaarde bruikbaarheidsgrenstoestand met 20% reductie 2,71 0,48 560/1370rekenwaarde uiterste grenstoestand 1,35 0,24 1800Tussen ( ) staan de boven- en ondergrens vermeld op basis van de standaard normale verdelingTabel 1 | Representatieve waarden sterkteparameters grondlagengrondsoort materiaal- dr/ satcref OCRmodel (kN/m3) (kN/m2) (?) (?) (?)zand, opgebracht HS 18/20 1 35 5 1,1zand, kleiig HS 17/17 1 25 0 1,1veen, kleiig HS 10,2 13 12 0 1,1klei, humeus HS 13 6,5 19,3 0 1,1klei, diep HS 16 2 30 0 1,1basisveen HS 13 4 15 0 1,1Pleistoceen zand HS 19/21 1 32,5 2,5 1,1dr/ satvolumegewicht van droge/verzadigde grondcrefeffectieve cohesie effectieve hoek van inwendige wrijving dilatantiehoekOCR over consolidation ratioTabel 2 | Representatieve waarden vervormingsparameters grondlagengrondsoort materiaal- Eref50%ErefoedErefururmmodel (kN/m2) (kN/m2) (kN/m2) (?) (?)zand HS 25 000 25 000 75 000 0,2 0,5zand, kleiig HS 5000 5000 15 000 0,2 1veen, kleiig HS 2100 1500 6300 0,2 1klei, humeus HS 3600 2600 10 800 0,2 1klei, diep HS 7400 5300 22 000 0,2 1basisveen HS 2000 2467 6000 0,2 1Pleistoceen zand HS 50 000 50 000 150 000 0,2 0,5Eref50%lage representatieve waarde van de gedraineerde elasticiteitsmodulus bij 50% van de bezwijk-deviator-spanning, genormaliseerd naar een spanningsniveau van 100 kN/m2Erefoedlage representatieve waarde van de gedraineerde stijfheidsmodulus volgens de oedometerproef, genormali-seerd naar een spanningsniveau van 100 kN/m2Erefurlage representatieve waarde van de gedraineerde stijfheidsparameter voor ontlasten en herbelasten, genorma-liseerd naar een spanningsniveau van 100 kN/m2urdwarscontractieco?ffici?nt voor ontlasten en herbelastenm machtsfactor bij spanningsafhankelijke stijfheidsparameters (HS model)C o n s t r u c t i e & u i t v o e r i n gWater b ou wcement 2003 362nen een bandbreedte van ? 5 mmte liggen. Deze nauwkeurigheidwordt veroorzaakt door de meet-nauwkeurigheid van het instru-ment zelf (is minimaal), tempe-ratuurinvloeden en de positie-bepaling van het instrument(grootste invloed) ten opzichtevan vaste punten in de omgeving.S t a n d u i t v o e r i n gDamwandenEind november 2001 is de ooste-lijke damwand, een AZ48, inge-trild. Dit is in twee gedeelten ge-beurd, omdat onder zeer hogedruk (ongeveer 400 bar) en inbeperkte werkhoogte onder hetviaduct moest worden gewerkt.Eerst is de onderste helft van deplank 6 m ingetrild, waarbij deplanken afwisselend 0,3 m hogeren lager zijn neergezet. In hetbegin werd door middel van eenconsole aan de zijkant van deplank, waar het trilblok op stond,zo ver ingetrild tot het trilblok opdeplankkonwordengezet.Bijhetplaatsen van de tweede helft vande plank, 5 m, werd deze tussentwee hoger gezette planken in hetslot gezet, waarna de plankenkonden worden gelast.Het aanbrengen van het werkpla-teau, het injecteren met waterglasen het aanbrengen en afspannenvandegroutankersverliepzonderproblemen (foto 10).De damwand (AZ26) aan de land-hoofdzijde is ook in twee gedeel-ten ingebracht. Voorafgaand iseen proef uitgevoerd waarbij eendamwand met strips in de grondis getrild en ook weer uitgetrild.Na inspectie van de strips bleek ergeen enkele vervorming van destrips te zijn opgetreden en wasook de verticaliteit niet nadeligbe?nvloed.Het inbrengen van de 11 m langedamwand, in twee delen van 5,50m, had plaats zoals aan de oost-kant (foto 11). Alle onderste deel-planken zijn met een trilblok in-gebracht.Doordebeperktehoogtekon het blok bij het begin nietbovenop de plank worden gezet.-10-5051015200 2 4 6 8 10 12 14 16berekeningsstappenvervorming(mm)berekeninggemeten-10,00-9,00-8,00-7,00-6,00-5,00-4,00-3,00-2,00-1,000,000 1 2treksterkte (N/mm2)niveau(m)-10,00-9,00-8,00-7,00-6,00-5,00-4,00-3,00-2,00-1,000,000 5 10 15druksterkte (N/mm2)niveau(m)-10,00-9,00-8,00-7,00-6,00-5,00-4,00-3,00-2,00-1,000,00500 1000 1500 2000elasticiteitsmodulus [N/mm2)niveau(m)9 | Berekende en waargenomen vervorming van het landhoofd0 nulsituatie1 werkplateau aanbrengen2 ontgraven +33 anker +44 ontgraven +15 anker +1,56 ontgraven -0,57 anker +0,258 damwand + jetgrout8 | Gemeten druksterkte,splijttreksterkte enelasticiteitsmodulus9 stempels vijzelen10 strook droog ontgraven11 Gewi-paal 45?12 nat ontgraven13 onderwaterbeton14 droogpompen15 tunnelbouw16 aanvullen taludC o n s t r u c t i e & u i t v o e r i n gWater bou wcement 2003 3 63Daarom werd bij deze plankenaan de zijkant van de planken eenstalen plaat gelast, waarop het tril-blok kon worden geklemd. Hettweede deel van de planken lietzich niet meer met een trilblok inde grond brengen door te hogewrijving. Aan de zijkant van dedamwand is een stalen buis ge-hangen, die aan de bovenzijdemet een stalen plaat op de dam-wand steunde. Met een inwendigvalblok is de damwand op vol-doende diepte gebracht om ver-volgens het blok op de damwandte zetten.JetgroutenOm de jetgroutparameters naderte kunnen bepalen en eventueelbijstellen, is met het jetgroutengestart naast het landhoofd. Dejetgroutdiameter van 1,50 m wasin de veenlagen het moeilijkst terealiseren, hetgeen ook al uit deproef was gebleken. Door aanpas-sing van trek- en omwentelings-snelheid zijn ook hier de diame-ters van 1,50 m gehaald.De controle van de diameter werduitgevoerd met een spinmeting,een apparaat met drie hydrauli-sche scharnierarmen die op eenbepaaldediepteuitgeklaptkunnenworden om de diameter te meten.Door dit om de halve meter uit tevoeren, ontstaat een overzicht vande diameter over de diepte (fig.12). Voor de voortgang van het jet-groutproces is dit verstorend, om-dat het apparaat aan de jetgrout-machine wordt gekoppeld enneergelaten. Vooral bij de startvandeuitvoeringishetvanbelangdat een spinmeting meermalenwordt uitgevoerd. Als het procesvoldoende onder controle is kanhetaantalmetingenwordenterug-gebracht.Eerst zijn de lange kolommenachter de damwanden gemaakt,waarbij voldoende tussenruimtetussendekolommenwerdgehou-den om deze te laten verharden.Na 12 uur was een kolom vol-doende verhard om de naastlig-gende te kunnen maken.10 | Injectielichaam metdrie rijen groutankersen gordingen11 | Inbrengen damwandC o n s t r u c t i e & u i t v o e r i n gWater b ou wcement 2003 364Hierna is de stempellaag vankorte kolommen tussen de dam-wanden uitgevoerd. De kolom-men zijn ? 1,50 m; vanaf boven-zijde kolom tot maaiveld is ookeen kolom ontstaan, circa ? 0,60m. Om te voorkomen dat vanbovenzijde kolom (NAP ? 8,0 m)tot aan maaiveld een gebied ont-staatmetgaten,gevuldmetonver-harde dunne grout, werd vanaf??n zijde zand aangevuld meteen overhoogte van 1 m om in degaten te dringen. Tevens werdenalsextrazekerheidtijdelijkestem-pelstussendedamwandenaange-bracht. Er is gewerkt met twee jet-groutmachines in ploegendienstdag en nacht, vanaf maandag-morgen t.m. donderdagnacht.Aanbrengen Gewi-ankersIn oktober 2002 is begonnen methet aanbrengen van de stalenstempels op NAP ?1,0 m, na eendroge ontgraving tot NAP ?1,5 m.De stempels zijn voorgespannenmet platte vijzels, 500 kN pervijzel.De bereikbaarheid voor een graaf-machine en de ankermachineswas moeilijk vanwege de stem-pels. Om dit op te lossen is ge-bruikgemaakt van licht aanvul-materiaalbestaandeuitstrobalen,geplaatst tussen de stempels eningepakt met folie. Op de stroba-len zijn over de stempels drag-lineschotten geplaatst om vanafdeze positie droog te ontgravenom de Gewi-ankers te kunnenaanbrengen.De Gewi-ankers zijn onder 45?aangebracht in de kassen van dedamwand, tussen de palen vanhet landhoofd door. Voordat eenanker kon worden aangebracht,werd een gat in de damwand ge-brand en een ankerstoel op dedamwandgelast.Dejetgroutwandzorgde voor een waterdichte af-sluiting. Tijdens boren van hetanker stond een standpijp op deankerstoel tot boven de water-stand. De ankers zijn 40 tot 45 mlang en zijn verankerd in hetPleistocenezand.Zewerdenafge-spannen nadat de helft van hettotaal aantal was aangebracht.Eind november 2002 waren alleankers afgespannen.Ontgraving bouwputMeteenzwarehydraulischekraaniseeneersteslagnatontgraventotNAP ?4,0 m. Deze stond op maai-veld en werkte zich vanaf hetmidden achteruit de bouwput uit,over de stempels heen. Deze zwa-re kraan is ingezet om de groutvandekortejetgroutkolommentekunnen verwijderen. Op enkeleplaatsen bleken zich inderdaadgroutkolommen te bevinden totaan maaiveld. Dit is dus een dui-delijk nadeel van toepassing vaneen horizontale jetgroutstempel-laag op een zeker niveau ondermaaiveld.Na deze ontgravingsslag is vanafeen traverse door een graafma-chine met een uitschuifbare armtot de vereiste diepte nat ontgra-ven. Degrondwordtafgevoerdviaeentweedetraverse,waaropgrond-bakken staan waarmee de grondaan de zijkant van het viaductwordt gekiept. Vanaf deze positiewordt de grond verder getrans-porteerd (foto 13).T e n s l o t t eNa ontgraven tot op het jetgrout-stempel en aanbrengen van degrindlaag worden vanaf de traver-se de GEWI-palen aangebracht,waarna het onderwaterbeton kanworden gestort en na verhardingde bouwput kan worden leegge-pompt.Na1,5jaarwerkisdaneenbouwput beschikbaar waarin detunnel kan worden gebouwd. sProjectgegevensopdrachtgever:MGBR Management Groep BetuweRouteconstructeur:Delta Marine Consultantsaannemer:Aannemerscombinatie Van Hattum enBlankevoort en HBG Civiel-16-14-12-10-8-6-4-200 0,2 0,4 0,6 0,8 1,2 1,4afstand hart kolom ? damwanddiepte(m?NAP)damwandstraal kolom 56veenorganische kleizandpleistoceen zandophoogzandklei1,012 | Voorbeeld van eenspinmeting
Reacties