. . . gezicht op de werkzaamheden vanuit Roermond . ..De bouw van de Maasbrug te RoermondExcursie van de Betonvereniging op 30 mei 1961Op dinsdag 30 mei j.l. werd door de Betonvereniging een excur-sie georganiseerd naar de in aanbouw zijnde Maasbrug te Roer-mond. Hieraan gingen inleidende voordrachten vooraf van deheren ir. W. P. Goedhart, H. B. Brans, ing., en ir. C. J. Louw.Ir. W. P. Goedhart besprak het ontwerp van de nieuwe brug, diede in de oorlog vernielde overbrugging zal vervangen; sinds 1946verbindt een noodbrug de beide oevers.Bij het voorontwerp van de nieuwe brug besloot men het ooste-lijk landhoofd te handhaven, terwijl de oostelijke pijler op deplaats van de oude pijler komt. In het definitieve ontwerp kreegde brugconstructie een totale lengte van 270 m met overspan-ningen van 60 m, 80 m, 72,50 m en 57,50 m; de rijbreedte werd12 m, met aan weerszijden fiets- en voetpaden van bijna 4 m.In verband met de aansluiting op het bestaande wegennet was deconstructiehoogte beperkt, een reden waarom bij deze brug opgrote schaal prefabricage is toegepast, ten einde het scheepvaart-verkeer gedurende de bouw niet te belemmeren.De 'Freivorbau'-methode was niet uitvoerbaar omdat hiervoor dehoogte boven de waterspiegel te gering was.De uiteindelijke constructie bestaat uit drie ter plaatse gestortepijlers, met op elk ervan negen geprefabric?erde kraagliggers, die25 m en 30 m lang zijn en aan beide zijden van de pijlers uitkragen.Tussen de kraagliggers worden de zgn. inhangliggers (45 m en 50m lang) geplaatst.De 25 m lange kraagliggers zijn elk voorgespannen met behulpvan zeven 100-tons Freyssinetkabels en de 30 m lange kraagliggerselk met acht 100-tons Freyssinetkabels en acht 40-tons kabels. Dekraagliggers zijn bovendien aan de pijlers bevestigd met Dywidag-staven0 26mm.De 45 m lange inhangliggers zijn voorgespannen met acht 100-tons Freyssinetkabels, terwijl aan de 50 m lange liggers nog twee40-tons kabels zijn toegevoegd.De voorspankabels van de kraagliggers worden verankerd in ge-prefabric?erde eindblokken, die tevens de oplegstoelen voor deinhangliggers vormen; ook de laatstgenoemde liggers zijn van ge-prefabric?erde eindblokken voorzien.De drie pijlers bestaan elk uit een pijlerschacht en -voet van ge-wapend beton, gefundeerd op een drie meter dikke laag injectie-beton. Zij zijn gemaakt in een kuip van stalen damwanden, dienadat de pijlerschacht bekleed is met Zweeds graniet, aan depijlervoet zal worden afgebrand.Als tweede spreker gaf de heer H. B. Brans, ing., een voordrachtover de uitvoering, die met de opruimingswerkzaamheden moestbeginnen.Omdat de resten van de oude pijlers dieper bleken te zitten danverwacht was, heeft men in samenwerking met de Genie zgn.luchtbellenschermen toegepast, waardoor het gebruik van explo-sieven aanvaardbaar werd, omdat dergelijke schermen aan depijlers van de noodbrug voldoende bescherming boden.Tijdens genoemde werkzaamheden moest ook nog munitie uit detweede wereldoorlog opgeruimd worden.De bouw van de pijlers geschiedde geheel volgens de thans ge-bruikelijke methode.Bijzondere aandacht werd besteed aan de oplegging van de in-hangliggers. Deze opleggingen worden gevormd door de gepre-fabric?erde eindblokken die tijdens de vervaardiging van de lig-gers tezamen met de wapeningskorven en de kabelomhullingen inde stalen bekistingsmal werden geplaatst. De druksterkte vandeze eindblokken is 500-600 kg/cm2, terwijl gerekend moet wor-den op een maximum belasting van 140 ton.Op het bouwterrein zijn proeven uitgevoerd op een kraagligger;een vijzeldruk van 290 ton veroorzaakte daarbij fijne scheurtjes,hoewel van bezwijken toch geen sprake was.De heer Brans ging voorts nog uitvoerig in op het injecteren vande voorspankabels, in het bijzonder bij de kraagliggers, omdatdaarin de kabels een 'bolle ligging' bezitten.Deze kabels zijn ge?njecteerd volgens de methode 'tegen de water-druk in'.Ten slotte behandelde de spreker het 'krachtenspel', dat in debeide soorten liggers optreedt.Ir. C. J. Louw behandelde de uitvoering, in het bijzonder de pre-fabricage. Het werkterrein is gelegen in de linker uiterwaardevan de Maas ongeveer 250 m voor de te maken nieuwe brug en isgoed bereikbaar voor de aanvoer van materieel en grondstoffen.Op dit terrein bevinden zich de betonbereidingsinstallatie, deopslagplaatsen van zand, grind en wapeningsstaal, de cementsilo'sen de stortplaats van de kraag- en inhangliggers.De stortplaats van de liggers is evenwijdig aan de Maas gelegen,en omgeven door de diverse loodsen voor de bewerking vanzachtstaal, werkplaatsen, magazijnen en voorts een stoomtent.De werkwijze is als volgt: De wapeningskorven worden gevloch-ten op een stelling, die naast de stortplaats gelegen is. Vervolgensworden de voorspankabels ingehangen, waarna de wapeningskorfin zijn geheel gehesen wordt en (via takels, die aan vakwerk-liggers zijn opgehangen) tussen de mallen geplaatst wordt.Na het storten van de betonspecie wordt een op rails verplaats-bare stoomtent over de liggerdelen gerold, waar door het stomende verhardingstijd wordt teruggebracht op 24 uur. Men laat ge-durende dit proces de temperatuur niet hoger oplopen dan tot40 ?C ten einde temperatuursverschillen te beperken.Vervolgens worden de liggers naar de opslagplaats gereden, waar-voor het terrein tussen stortplaats en montageplaats gereserveerdis. De balkdelen liggen hier evenwijdig aan de Maasoever op-geslagen, omdat dit voordelen biedt bij het transport naar de mon-tageplaats; dit laatste geschiedt met behulp van drijvende bokken.De inhangliggers echter voor de meest westelijke overspanning,die zich dus boven de uiterwaarde bevindt, worden naderhandopgevijzeld en horizontaal verrold, waarna ze tijdelijk ter plaatsevan de kraagliggers op een hulpjuk worden opgelegd. Ne.380 Cement 13 (1961) Nr. 7
Reacties
Reinier den uijl - Fietsersbond 10 december 2018 20:01
Is er ook een sterkte berekening van de brug beschikbaar?