UTILlTEITSBOUW ALGEMEEN ONTWERPAViZI ROTTERDAMDOKHAVENSITUERING EN FUNCTIONERENVAN DE INSTALLATIEJ.H.M. van Beek, Zuiveringsschap Hollandse Eilanden en Waarden, Dordrecht .In Rotterdam is momenteel een van de grootsteafvalwaterzuiveringsinstallaties van ons land in aanbouw.Bijzonder is dat na voltooiing de installatie geheelondergronds zalliggen. De bouwplaats is de voormaligeDokhaven aan de zuidelij~eoever van de Nieuwe Maas. Deligging van de installatie in een woongebied stelt specialeeisen aan beveiliging en bescherming van de omgeving. Hetzuiveringsproces en de opzet van de installatie zijn zogekozen dat geen overlast zal worden veroorzaakt.Bouwkundige bijzonderheden betreffen het funderen vande installatie op een oude havenbodem, dedilatatieproblematiek van een zo grote constructie en:maatregelen die leiden tot het tegengaan vanbetonaantasting.10H.. ?etzuiveren van afv~lwaterbin-? nen woongebieden is in strijdmet de moderne opvattingenover milieuhygiene en gezondheids-techniek. Het is gebruikelijk afvalwaterviaeenstelselvanrioleringenenperslei~dingen te transporteren naar op gerui-me afstand van de woonbebouwing ge-legen lokaties, waar het zuiveringspro-ces plaatsheeft. Bij de keuze van een 10-katie voor een zUiveringsinstallatiedient in het algemeen een ruime afstandtot de woonbebouwing van minstensenkele honderden meters in acht teworden genomen.De bouw van de AWZI Dokhaven, heeldicht bij een woonbebouwing(/Oto 1),vergt dan ook vergaande voorzieningen- en dus hogere kosten - tervoorkomingvan overlastvoor de omgeving. Overlasttreedt op door bijvoorbeeld geluid enhet ontwijken van stankstoffen en po-tentieel ziekteverwekkende bacterie-kiemen. Voorts lIloet zeer veel aandachtworden besteed aan het milieu in de in-richting teneinde voor het bedienendpersoneel goede arbeidsomstandighe-den te creeren.Het onverzoenlijke, een AWZI in hetcentrum van Rotterdam, werd 'ver-.---------~zoend' door de installatie Dokhavenge-heel onder de grand te situeren. Maarhet is ooklogischomaan deze oplossing f-------~-~te denken, aangezien ca.150% van het af-valwater van de linker Maasoever thansongezuiverd jUist ter plaatse van deDokhaven wordt geloosd. Aanpassingvan het rioleringsstelsel kan dus tot eenminimum worden beperkt.Bijde afweging tussen dit - door ge-meentewerken Rotterdam gelanceerde- plan en de oorspronkelijke voorstellenvan de waterschappen, hebben de vol-gende criteria een belangrijke rol ge-speeld:? het totaal van de maatschappelijkekosten Van zuiveringstechnische en rio-leringswerken zou zo laag mogelijkmoeten zijn;? omvangrijke rioleringswerken, die destad lange tijd veel hinder en kostenCement 1986 ill. 1UTILITEITSBOUW ALGEMEEN ONTWERPAViZI ROTTERDAMDOKHAVENSITUERING EN FUNCTIONERENVAN DE INSTALLATIEJ.H.M. van Beek, Zuiveringsschap Hollandse Eilanden en Waarden, DordrechtIn Rotterdam is momenteel een van de grootsteafvalwaterzuiveringsinstallaties van ons land in aanbouw.Bijzonder is dat na voltooiing de installatie geheelondergronds zal liggen. De bouwplaats is de voormaligeDokhaven aan de zuidelij~eoever van de Nieuwe Maas. Deligging van de installatie in een woongebied stelt specialeeisen aan beveiliging en bescherming van de omgeving. Hetzuiveringsproces en de opzet van de installatie zijn zogekozen dat geen overlast zal worden veroorzaakt.Bouwkundige bijzonderheden betreffen het funderen vande installatie op een oude havenbodem, dedilatatieproblematiek van een zo grote constructie en:maatregelen die leiden tot het tegengaan vanbetonaantasting.10H.. ?etzuiveren van afv~lwaterbin-? nen woongebieden is in strijdmet de moderne opvattingenover milieuhygi?ne en gezondheids-techniek. Het is gebruikelijk afvalwaterviaeenstelselvanrioleringenenperslei~dingen te transporteren naar op gerui-me afstand van de woonbebouwing ge-legen lokaties, waar het zuiveringspro-ces plaatsheeft. Bij de keuze van een lo-katie voor een zuiveringsinstallatiedient in het algemeen een ruime afstandtot de woonbebouwing van minstensenkele honderden meters in acht teworden genomen.De bouw van de AWZI Dokhaven, heeldicht bij een woonbebouwing(f?to 1),vergt dan ook vergaande voorzieningen- en dus hogere kosten - tervoorkomingvan overlastvoor de omgeving. Overlasttreedt op door bijvoorbeeld geluid enhet ontwijken van stankstoffen en po-tentieel ziekteverwekkende bacterie-kiemen. Voorts moet zeer veel aandachtworden besteed aan het milieu in de in-richting teneinde voor het bedienendpersoneel goede arbeidsomstandighe-den te cre?ren.Het onverzoenlijke, een AWZI in hetcentrum van Rotterdam, werd 'ver-.----------~zoend' door de installatie Dokhavenge-heel onder de grond te situeren. Maarhet is ooklogisch om aan deze oplossing f-------~-~te denken, aangezien ca.150% van het af-valwater van de linker Maasoever thansongezuiverd juist ter plaatse van deDokhaven wordt geloosd. Aanpassingvan het rioleringsstelsel kan dus tot eenminimum worden beperkt.Bij de afweging tussen dit - door ge-meentewerken Rotterdam gelanceerde- plan en de oorspronkelijke voorstellenvan de waterschappen, hebben de vol-gende criteria een belangrijke rol ge-speeld:? het totaal van de maatschappelijkekosten van zuiveringstechnische en rio-leringswerken zou zo laag mogelijkmoeten zijn;? omvangrijke rioleringswerken, die destad lange tijd veel hinder en kostenCement 1986 nr. 11 a"b De Dokhaven nog als haven (in1980) en als bouwput voor de afval"waterzuivering; rondom woningbouwfoto's: AerocameralBart Hofmeesterzoudenopleveren moeten wordenvoorkomen.Het totale planLangdurigen intensiefovedeg tussendewaterschappen en de gemeenten in deRotterdamse regio werd eind 1979 afge-sloten met een besluit tot het realiserenvan een plan, bestaande uit:- AWZI Groote Lucht, met een capaci-teit van ca. 300 000 i.e. ten westen vanVlaardingen. Deze installatie is inmid-dels gerealiseerd.- AWZI Kralingse Veer, eveneens meteen capaciteit van ca. 300 000 i.e. tenoosten van Rotterdam bij de Van Brie-nenoordbrug. Ookdeze installatie is in-middels gerealiseerd.- AWZI DokhaveniMaashaven, meteen capaciteitvan ca. 600 000 i.e. in hetcentrum van Rotterdam vlak bij deMaastunnel (fig. 2).De uitvoeringvanditwerkis gestarteind 1983ende installatiezal eind 1986/begin 1987 worden opge~leverd.ZuiveringsprocesVoor het zuiveringssysteem van deAWZI Dokhaven is gekozen voor hettwee-traps actief-slibsysteem met eenadsorptie~ en een beluchtingstrap, hetzogenaamde AB-systeem. Dit is eendoor de Technische Hogeschool Akenin samenwerking metEsmil HubertBVontwikkeld zuiveringsproces. De voor-keur ging uit naar dit systeem vanwegede geringe energiebehoefte en het ge-ringe ruimtebeslag,waardoorde inrich-ring gezien de bes~hikbare ruimte, ci-vieltechnisch eenvoudig te realiseren is.De AWZI Dokhaven wordt thans - naeen proces van vergaande optimalise-ring - gebouwd met een maximale bio-logischecapaciteitvan 470000i.e. Huis-houdelijk afvalwater zal daarin bijdra-genvoor ca. 320000 i.e. De hydraulischecapaciteit is bepaald op 19 000 m3peruur(RWA).2Verzorgingsgebied van deafvalwaterzuivering Dokhaven 3 Schematische weergave van hetzuiveringsprocesVERKLARING1. Screezers2. Zandvanger3, 8eluchtingsbassin (1 e trap)4. Tussenbezinking5. Beluchtingsbassin (2e trap)6. Nabezioking7. Effluentgemaal8. Compressoren9. Grof vuilconlainer1O.Zandwasser en-opslag11. Slibbuffertank12. Voor.indikking, 3. Slibgistihg14. Na-indikking15. SJibontwalering16.Slibsilo17. Gashouder18. Gasmotoren(energie-opwekking)SpUiSliboverloop--en51ibwater.-I,????~i~~~=Gs:========:sD Nieuweu..J_-----------.w"r,---.",~2I"-'~II"by-paSS-fomloopleiding 11_=-=..'-_-_-..:-...=-.=:;::..-;:...-=----=--======--_-_-.d!Cement 1986 nr. 1 111 a"b De Dokhaven nog als haven (in1980) en als bouwput voor de afval"waterzuivering; rondom woningbouwfoto's: AerocameralBart Hofmeesterzouden opleveren moeten wordenvoorkomen.Het totale planLangdurigen intensiefoverleg tussendewaterschappen en de gemeenten in deRotterdamse regio werd eind 1979 afge-sloten met een besluit tot hetrealiserenvan een plan, bestaande uit:- AWZI Groote Lucht, met een capaci-teit van ca. 300 000 i.e. ten westen vanVlaardingen. Deze installatie is inmid-dels gerealiseerd.- AWZI Kralingse Veer, eveneens meteen capaciteit Van ca. 300 000 i.e. tenoosten van Rotterdam bij de Van Brie-nenoordbrug. Ookdeze installatie is in-middels gerealiseerd.- AWZI DokhavenJMaashaven, meteen capaciteitvan ca. 600 000 i.e. in hetcentrum van Rotterdam vlak bij deMaastunnel (fig. 2).De uitvoeringvanditwerkis gestarteind 1983ende installatiezal eind 1986/begin 1987 worden opge~leverd.ZuiveringsprocesVoor het zuiveringssysteem van deAWZI Dokhaven is gekozen voor hettwee-traps actief-slibsysteem met eenadsorpti?- en een beluchtingstrap, hetzogenaamde AB-systeem. Dit is eendoor de Technische Hogeschool Akenin samenwerking metEsmil HubertBVontwikkeld zuiveringsproces. De voor-keur ging uit naar dit systeem vanwegede geringe energiebehoefte en het ge-ringe ruimtebeslag,waardoorde inrich-ting gezien de bes~hikbare ruimte, ci-vieltechnisch eenvoudig te realiseren is.De AWZI Dokhaven wordt thans - naeen proces van vergaande optimalise-ring - gebouwd met een maximale bio-logischecapaciteitvan 470000i.e. Huis-houdelijk afvalwater zal daarin bijdra-genvoor ca. 320000 i.e. De hydraulischecapaciteit is bepaald op 19 000 m3peruur (RWA).2 Verzorgingsgebied van deafvalwaterzuivering Dokhaven 3 Schematische weergave van hetzuiveringsprocesVERKLARING1. Screezers2. Zandvanger3, Beluchtingsbassin Cl e trap)4. Tussenbezinking5. Beluchtingsbassin (2e trap)6. Nabezioking7. Effluentgemaal8. Compressoren9. Grof \lui/container1O.Zandwasser en-opslag11. Slibbuffertank12. Voor-indikking, 3. Slibgisting14. Na-indikking15. SJibontwalering16.Slibsilo17. Gashouder18. Gasmotoren(energie-opwekking)SpUiSlib?-I?????~J~~~=o:;========:sn Nieuwel..l,j-.......----.......---.I-]'f,---..~2I-'~I,"by-paSS-fomloopleiding 11_==-'-_-_-..:-...=-.=:;::..-;:...-=----=--======--_-_-.d!Cement 1986 nr. 1 11UTILlTEITSBOUW IALGEMEENONTWElU' I IAWZI ROTTERDAMDOKHAVENHet zuiveringsproces laat zich als voIgtkort beschrijven: Het aEv-alwater wordtvanuit de gemeentelijke riolering doorvijfleidingen aangevoerd op de installa-tie en in een verzamelleiding opgevan-gen. Van hieruit doorloopt het aEv-alwa-terde installatiegeheelondervrij vervaLHet aEv-alwater passeert de zogenaamdescreezers1) (fig. 3), waar grof materiaalzoals plastic, textiel, kurken en dergelij-keworden verwijderd. De waterstroomwordt vervolgens in 8 gelijke stromenverdeeld, waarnaiedere.stroomnaareenbeluchte zandvang2) wordt gevoerd.Daar kan het aanwezige zand bezinkenenwordenverwijderd.Vervolgens komthet aEv-alwater in de eerste trapbeluch-ting3).Zuurstofindevonnvanluchtbel-len (bellenbeluchting) wordt van on-deraf ingebracht. Het aEv-alwater wordthier voor circa 60% biologisch gezui-verd. Het rnengselvan gedeeltelijk ge- .zuiverd water en bacterienmateriaal -zgn. actief slib - stroomt vanuit de 1etrap-beluchting naar de tussenbezink-tanks4). Inde tussenbezinktanks slaathetactief slib neer en wordt teruggevoerdnaar het begin van de eerste beluchtingom opnieuw aan het zuiveringsprocesdeel te nemen.Het gedeeltelijk gezuiverde aEv-alwaterwordtvervolgens gevoerd naar de twee-de trap-beluchtingS). De henodigdezuurstofwordt hier ingebrachtdoor ro-toren, die de zuurstofin het water slaan(puntbeluchting). Typerend VOOr hetAB-proces is dat in de 2e trap anderemicro-organismen actiefzijn dan in de1e trap. Nadat het water nagenoeg ge-heel biologischis gezuiverdwordenwa-ter en actiefslib opnieuwvan elkaar ge-scheiden door bezinking in de nabe-zinktanks6). Het bezonken slib wordtopnieuw ingebracht in de 2e trap-be-luchting om aan het zuiveringsprocesded te nemen. Hetvoorcirca98%gezui~verde aEv-alwater wordtvia het effluent- .gemaaF) geloosd in de Nieuwe Maas.De capaciteit van de2e trap-beluchtingen nabezinking is zodanig gedirnensio- .neerd dat 75% van de rnaxlmale hydrau-lische capaciteit (14 250 m3fuur) kanworden venverkt. Deze verkleiningvande 2e trap~zuivering is aanvaardbaar ge-acht, omdat grotere aanvoeren dan14250 m3/uur in minder dan 10% vandetijd zal plaatsvinden.In deze situatie wordt een deel van hetwa,ter - na gedeeltelijke zuivering - viaeen by-pass-Ieiding rechtstreeks afge-voerd naar de Nieuwe Maas.Op enkele plaatsenin de installatiewor-den vaste stoffen verzameld. Het zanduit de zandvanger wordt - nadat de ver-ontreinigde bestanddelen in een zand-wasserzijnverwijderd - ingeslotencon-tainerslOyafgevoerd. Een zelfde soort be-handeling ondergaat het grofvuil uit descreezers9)?Tijdens het zuiveringsproces ontstaatactiefslib. Om de hoeveelheid constantte houden wordt een gedeelte van hetbezonken actiefslib afgevoerd naar eenslibbuffertankll). Het vloeibare slibwordt via persleidingen naar een slib-verwerkingsbedrijf op een afstand vanongeveer 500 m van Dokhaven aan deSluisjesdijk getransporteerd. Het slibwordt eerst ingediktI2), waarna het eengistingsproces ondergaat in de slibgis-tingstankI3). ..Het slib wordt vervolgens opnieuw in-gediktl4) en tenslotte mechanisch ont-waterd door middel van centrifuges15).Het dan ontstane produkt wordt afge~voerd16) naar het slibopslagterrein Har-telrnond.Technisehe opzetDe technische opzetvan deAWZI is zo-danig dat het bedrijf met een beperktemanbezettingeneennormale dagdienstvan8 uur/dagkanwerken. Deinstallatieis daartoe sterk geautomatiseerd en ge-signaleerd. Het proces wordt centraalbestuurd vanuit het bedrijfsgebouw. Indit verband is ookveel aandacht besteedaan de onderhoudsgevoeligheidvan ap-paratuur. Daardoor zal worden be-spaard op onderhoudskosten, maarwordt ook de verblijftijd ondergrondsvoor het personeel zo kort mogelijk ge-houden.In gevalvan storingen buitende norma-Ie werktijden zullen medewerkers die?wachtdienst hebben thuis automatischworden opgeroepen. Het bedrijf zaldaarbij zo werken dat er zich bij storingin een bepaald onderdeel van het procesgeenongewenstesituatieskunnenvoor-doen.Tenslotte kan worden vermeld dat bijhet ontwerp veel aandachtis besteedaanmaatregelen voor een veilig bedrijf enbedrijfsvoering. Zowel de eindgemalenals de AWZI worden voorzien van eenuitgebreid detectie- en signaleringssys-teem, explosievrije apparatuur, in-braakbeveiliging, betredingsprocedurese.d.RIOLERINGSWERKEN ENOPERATIONELE ASPECTENir. A.M. Meskers, Gemeentewerken RotterdamDeAWZI Dokhavenis onderdeelvan het aEv-alwatersysteernvoor?? geheel Rotterdam. Gelijktijdigmet het zuiveringstechnische werkmoetenornvangrijkeaanpassingeninderioleringswerken worden uitgevoerd.12Nadat de zuiveringstechnische oplos-sing voor Rotterdam was gekozen, na-melijk de installaties Kralingseveer enDokhaven, heeft de gemeente Rotter-darrreen plan ontwikkeld voor aanpas-sing van het inzarnelings- en transport-systeem van aEv-alwater. Dit plan staatbekend als het Structuurplan Water-huishouding. In eerste instantie werdende kostengeraamd op ca. f 500 miljoen.Aangezien dit zou leiden tot een onaan-vaardbare stijging van het rioolrecht, isCement 1986 nr. 1UTILITEITSBOUW IALGEMEENONTWElU' I IAWZI ROTTERDAMDOKHAVENHet zuiveringsproces laat zich als volgtkort beschrijven: Het afvalwater wordtvanuit de gemeentelijke riolering doorvijfleidingen aangevoerd op de installa-tie en in een verzamelleiding opgevan-gen. Van hieruit doorloopt het afvalwa-terde installatiegeheelondervrij vervaLHet afvalwater passeert de zogenaamdescreezers1) (fig. 3), waar grof materiaalzoals plastic, textiel, kurken en dergelij-keworden verwijderd. De waterstroomwordt vervolgens in 8 gelijke stromenverdeeld, waarnaiedere.stroomnaareenbeluchte zandvang2) wordt gevoerd.Daar kan het aanwezige zand bezinkenenwordenverwijderd.Vervolgens komthet afvalwater in de eerste trapbeluch-ting3).Zuurstofindevonnvanluchtbel-len (bellenbeluchting) wordt van on-deraf ingebracht. Het afvalwater wordthier voor circa 60% biologisch gezui-verd. Het rnengselvan gedeeltelijk ge- .zuiverd water en bacteri?nmateriaal -zgn. actief slib - stroomt vanuit de 1etrap-beluchting naar de tussenbezink-tanks4). Inde tussenbezinktanks slaathetactief slib neer en wordt teruggevoerdnaar het begin van de eerste beluchtingom opnieuw aan het zuiveringsprocesdeel te nemen.Het gedeeltelijk gezuiverde afvalwaterwordtvervolgens gevoerd naar de twee-de trap-beluchtingS). De benodigdezuurstofwordt hier ingebrachtdoor ro-toren, die de zuurstofin het water slaan(puntbeluchting). Typerend vOOr hetAB-proces is dat in de 2e trap anderemicro-organismen actiefzijn dan in de1e trap. Nadat het water nagenoeg ge-heel biologischis gezuiverdwordenwa-ter en actiefslib opnieuwvan elkaar ge-scheiden door bezinking in de nabe-zinktanks6). Het bezonken slib wordtopnieuw ingebracht in de 2e trap-be-luchting om aan het zuiveringsprocesded te nemen. Hetvoorcirca98%gezui~verde afvalwater wordtvia het effluent- .gemaaF) geloosd in de Nieuwe Maas.De capaciteit van deZe trap-beluchtingen nabezinking is zodanig gedirnensio- .neerd dat 75% van de rnaxImale hydrau-lische capaciteit (14 250 mYuur) kanworden venverkt. Deze verkleiningvande 2e trap~zuivering is aanvaardbaar ge-acht, omdat grotere aanvoeren dan14250 m3/uur in minder dan 10% vande tijd zal plaatsvinden.In deze situatie wordt een deel van hetwa,ter - na gedeeltelijke zuivering - viaeen by-pass-Ieiding rechtstreeks afge-voerd naar de Nieuwe Maas.Op enkele plaatsenin de installatiewor-den vaste stoffen verzameld. Het zanduit de zandvanger wordt - nadat de Ver-ontreinigde bestanddelen in een zand-wasserzijnverwijderd - ingeslotencon-tainerslOyafgevoerd. Een zelfde soort be-handeling ondergaat het grofvuil uit descreezers9)?Tijdens het zuiveringsproces ontstaatactiefslib. Om de hoeveelheid constantte houden wordt een gedeelte van hetbezonken actiefslib afgevoerd naar eenslibbuffertankll). Het vloeibare slibwordt via persleidingen naar een slib-verwerkingsbedrijf op een afstand vanongeveer 500 m van Dokhaven aan deSluisjesdijk getransporteerd. Het slibwordt eerst ingediktI2), waarna het eengistingsproces ondergaat in de slibgis-tingstankI3). ..Het slib wordt vervolgens opnieuw in-gediktl4) en tenslotte mechanisch ont-waterd door middel van centrifuges15).Het dan ontstane produkt wordt afge~voerd16) naar het slibopslagterrein Har-telrnond.Technische opzetDe technische opzetvan deAWZI is zo-danig dat het bedrijf met een beperktemanbezettingeneennormale dagdienstvan8 uur/dagkanwerken. Deinstallatieis daartoe sterk geautomatiseerd en ge-signaleerd. Het proces wordt centraalbestuurd vanuit het bedrijfsgebouw. Indit verband is ookveel aandacht besteedaan de onderhoudsgevoeligheidvan ap-paratuur. Daardoor zal worden be-spaard op onderhoudskosten, maarwordt ook de verblijftijd ondergrondsvoor het personeel zo kort mogelijk ge-houden.In gevalvan storingen buitende norma-le werktijden zullen medewerkers die?wachtdienst hebben thuis automatischworden opgeroepen. Het bedrijf zaldaarbij zo werken dat er zich bij storingin een bepaald onderdeel van het procesgeenongewenstesituatieskunnenvoor-doen.Tenslotte kan worden vermeld dat bijhet ontwerp veel aandachtis besteedaanmaatregelen voor een veilig bedrijf enbedrijfsvoering. Zowel de eindgemalenals de AWZI worden voorzien van eenuitgebreid detectie- en signaleringssys-teem, explosievrije apparatuur, in-braakbeveiliging, betredingsprocedurese.d.RIOLERINGSWERKEN ENOPERATIONELE ASPECTENir. A.M. Meskers, Gemeentewerken RotterdamDeAWZI Dokhavenis onderdeelvan het afvalwatersysteernvoor?? geheel Rotterdam. Gelijktijdigmet het zuiveringstechnische werkmoetenornvangrijkeaanpassingeninderioleringswerken worden uitgevoerd.12Nadat de zuiveringstechnische oplos-sing voor Rotterdam was gekozen, na-melijk de installaties Kralingseveer enDokhaven, heeft de gemeente Rotter-darrreen plan ontwikkeld voor aanpas-sing van het inzarnelings- en transport-systeem van afvalwater. Dit plan staatbekend als het Structuurplan Water-huishouding. In eerste instantie werdende kostengeraamd op ca. f 500 miljoen.Aangezien dit zou leiden tot een onaan-vaardbare stijging van het rioolrecht, isCement 1986 nr. 11 Transportsysteem van hetafvalwater voor het in werkingtreden van het zUiveringsplall2 Transportsysteem van hetafvalwater na inwerking-zijn vande zuiveringsinrichtingenvervolg or biz. 14stuurd meteen p.I.c. waarbij sturingplaatsvindtop basisvaninslagpeilen. In-dien de omstandigheden daartoe aan-leiding geven kan echtervanuitde Cen-trale Wacht worden ingegrepen in debedrijfsvoering van elk gemaal.besloten een gereduceerd plan uit tevoeren waarvan de kosten geraamd zijnop ca. f 300 miljoen.inzameJingssysteem door vergrotenvan of vernieuwen van bestaande perslei-de berging en verbetering van het hy- dingen. In verband met de hydraulischedraulisch profiel van de riolering, als- capaciteit van de AWZI's is een maxi-mede het aanleggen van rioleringen in mum afvoer vastgesteld. Bij hevige re-Het rioolstelsel in Rotterdam is een zgn. zgn. niet-gerioleerde gebieden, met in- genval is erechter een surplus aan sterkgemengd stelsel. De bemaling van het begrip Van de permanente volkstuin- verdund afvalwater. Ineen aantal gema-afvalwater en het regenwater van de ~omplexen. len wordt voor de afvoer van dit surplusverharde oppervlakkenvan het binnen 2. Het realiseren van een singelbema- naar de Nieuwe Maas een overstortbe-de waterkering gelegen stelsel, voorzag lingen hetopheffenvanoverstortenvan maling gelnstalleerd.in een zo direct mogelijke lozing op de de singels op de riolering.5. De gemalen worden aangesloten opNieuwe Maas. Peilbeheersing van de 3. Het aanleggen van een systeem van een centraal besturings- en bewakings-singels yond plaats door overstotten op gemalen en persleidingen voor afvoer systeem. In de normale bedrijfssituatiede riolering. Het voornaamste kenmerk van afvalwater vanuit de buiten de wa- worden de gemalenter plaatse aange-van dit bemalingssysteem was: 'het r---~--~-----~~-----~---~~---~----ldrooghouden' van de stad.In een aantal gebieden was ook nogsprake van een directe lozing van afval-water op openwater. Indebuitendewa-terkering gelegen gebieden loosde deriolering direct op de Nieuwe Maas.Voor de volledigheid moet opgemerktworden dat in een aantal gebieden vanbeperkte omvang wel was voorzien inhet zuiveren van afvalwater. DezeAWZI's (Kerkedijkin!Jsselmonde en deHoge Limiet in Schiebroek) zullen inhet nieuwe zniveringsplan wordenop-geheven. De gebieden AlexanderpolderenOmmoordinhetnoordoostenwarenaangesloten op de AWZI Groenendijkin Capelle aid !Jssel. Deze AWZI moet L...-~~--~--~-~--~"-3--~--~--~~"------1echter ontlast worden ten behoeve van terkering gelegen gebieden naar het Drooglegging houwputde aansluitingvande nieuwewijkenZe- binnendijks gelegen inzamelings- en .........-----------~~-----tvenkampenSchollevaer.Alexanderpol- transportsysteem. Door aanpassingender en Ommoord zijn tharis opgeno~ aan de riolering kunnen de directe 10-men in het verzorgingsgebied van de zingen op de Nieuwe Maas worden op-AWZI Kralingseveer: geheven.4. Het inrichten van het transportsys-Structuurplan Waterhuishouding teem op afvoer van afvalwater naar deIn hoofdzaak omvat het Structuurplan AWZI's Dokhavenen Kralingseveer (fig.Waterhuishouding de volgende wer- 1en 2). Dit betekent de ombouw van deken: 23 hoofdrioolgemalen, de aanleg van1. Het aanpassen en uitbreiden van het nieuwe persleidingen en het aanpassenCement 1986 nr. 1 131 Transportsysteem van hetafvalwater voor het in werkingtreden van het zuiveringsplall2Transportsysteem van hetafvalwater na inwerking-zijn vande zuiveringsinrichtingenvervolg op blz. 14stuurd meteen p.I.c. waarbij sturingplaatsvindtop basisvaninslagpeilen. In-dien de omstandigheden daartoe aan-leiding geven kan echtervanuitde Cen-trale Wacht worden ingegrepen in debedrijfsvoering van elk gemaal.Structuurplan WaterhuishoudingIn hoofdzaak omvat het StructuurplanWaterhuishouding de volgende wer-ken:1. Het aanpassen en uitbreiden van hetbesloten een gereduceerd plan uit tevoeren waarvan de kosten geraamd zijnop ca. f 300 miljoen.inzameJingssysteem door vergrotenvan of vernieuwen van bestaande perslei-de berging en verbetering van het hy- dingen. In verband met de hydraulischedraulisch profiel van de riolering, als- capaciteit van de AWZI's is een maxi-mede het aanleggen van rioleringen in mum afvoer vastgesteld. Bij hevige re-Het rioolstelsel in Rotterdam is een zgn. zgn. niet-gerioleerde gebieden, met in- genval is er echter een surplus aan sterkgemengd stelsel. De bemaling van het begrip Van de permanente volkstuin- verdund afvalwater. In een aantal gema-afvalwater en het regenw?ter van de ~omplexen. len wordt voor de afvoer van dit surplusverharde oppervlakken van het binnen 2. Het realiseren van een singelbema- naar de Nieuwe Maas een overstortbe-de waterkering gelegen stelsel, voorzag ling en hetopheffenvanoverstortenvan maling ge?nstalleerd.in een zo direct mogelijke lozing op de de singels op de riolering. 5. De gemalen worden aangesloten opNieuwe Maas. Peilbeheersing van de 3. Het aanleggen van een systeem van een centraal besturings- en hewakings-singels vond plaats door overstotten op gemalen en persleidingen voor afvoer systeem. In de normale bedrijfssituatiede riolering. Het voornaamste kenmerk van afvalwater vanuit de buiten de wa- worden de gemalen ter plaatse aange-van dit bemalingssysteem was: 'het r---~--~-----~~------~--~~---~-----ldrooghouden' van de stad.In een aantal gebieden was ook nogsprake van een directe lozing van afval-water op openwater. Inde buitendewa-terkering gelegen gebieden loosde deriolering direct op de Nieuwe Maas.Voor de volledigheid moet opgemerktworden dat in een aantal gebieden vanbeperkte omvang wel was voorzien inhet zuiveren van afvalwater. DezeAWZI's (Kerkedijk in ijsselmonde en deHoge Limiet in Schiebroek) zullen inhet nieuwe zniveringsplan worden op-geheven. De gebieden Alexanderpolderen Ommoord inhetnoordoostenwarenaangesloten op de AWZI Groenendijkin Capelle a/d ijssel. Deze AWZI moet L..-~~-----~-----'-3--~-----~_?~-~echter ontlast worden ten behoeve van terkering gelegen gebieden naar het Drooglegging bouwputde aansluitingvande nieuwewijkenZe- binnendijks gelegen inzamelings- en '---- ~~_---jvenkamp enSchollevaer.Alexanderpol- transportsysteem. Door aanpassingender en Ommoord zijn tharis opgeno~ aan de riolering kunnen de directe 10-men in het verzorgingsgebied van de zingen op de Nieuwe Maas worden op-AWZI Kralingseveer. geheven.4. Het inrichten van het transportsys-teem op afvoer van afvalwater naar deAWZI's Dokhavenen Kralingseveer (fig.1en 2). Dit betekent de ombouw van de23 hoofdrioolgemalen, de aanleg vannieuwe persleidingen en het aanpassenCement 1986 nr. 1 13UTILITEITSBOUW ALGEMEEN ONTWERPI--I+-iAWZI?ROTTERDAMDOKHAVENstofinbreng met oppervlaktebeluch-ters);- de nabezinking (E) (weghalen slib metkettingruimers);- het effluentgemaal (G);- in het hart van de installatiebevindt ;zich het centrale deel (H) met daarin deoverige voorzieningen zoals de slibbuf-fer, de zandwasinstailatie, de gaswasin-stailatie,de ventilatorenvoor deventila~tieenz. 2374Lay-out van dezuiveringsinrichting Dokhaventie HzS lager moetzijn dan 150 mg HzS/m3?Het onderbrengen van de verschillendeprocesonderdelen in aparte, van hetgangensysteem gescheiden ruimten, enhet waar mogelijk aanbrengen van eendichte afdekking direct boven het wa~terniveau, leidt in het ventilatiesysteemtot twee luchtstromen:- een licht verontreinigde luchtstroomvan 160000 m3/uur, afkomstig van hetventileren van gangen en betreedbareruimten;- een sterk verontreinigde luchtstroomvan 80 000 m3/uur afkomstig van hetventileren van de niet betreedbareruimten. Deze luchtbevat tevens aero-solen die vrijkomen op plaatsen waarhet afvalwater in turbulentie is. Dezeluchtstroom wordt verwerkt in een ge-sloten kanalensysteem, zodat het bedie-nend personeel niet in aanraking kankomen met deze lucht.De laatstgenoemde luchtstroom wordtbehandeld in een natchemisch wassys-teem met drie fasen, waarbij nagenoegaile stankstoffen en de aerosolen wor-den verwijderd. Beide luchtstromenworden door ondergrondse luchtlei-dingen afgevoerd naar een 50 m hogeschoorsteen die gebouwd wordt op hetslibverwerkingsbedrijf aan de Sluisjes-dijk, op ca. 500 m afstand vande Dokha-Yen.Na gereedkomen van de ruwbouw zalde Dokhavenwordenaangevuld tot 5 m+NAP. Van de rondom de Dokhaven terealiseren 900 woningen is ongeveer dehelft al gehouwd. De overige woningenzuilen na 1986 worden gehouwd.In- en extern klimaatDe"ondergrondse ligging van de AWZIstelt hoge eisen aan te treffen voorzie-ningen voor een goed werkklimaat. Bo-vendien vraagt de ligging temidden vanwoonbebouwing om vergaande voor-zieningen ter voorkoming van "gevaar,schade of hinder voor de omgeving.Het ventilatiesysteem moet verdervoorzien in voldoende proceslucht voorde biologische zuivering. De belang-rijkste parameter voor de dimensione-ring van het systeem is het HzS-gehaltein de diverse ruimten. Voor de betreed-bare ruimten wordt een niveau van 0,1mg HzS/m3geaccepteerd, terwijl in deniet betreedbare ruimten de concentra-Boven op het dak van de zuivering terplaatse van het centrale deel komt het 3bouwlagen teilende dienstgebouw, metde werkplaats. In het dienstgebouw zijntevens ondergebrachteen laboratoriumen de centrale meld- en regelkamervoor de instailatie. Via trappen en liftenis het ondergrondse deel toegankelijkvoor het bedienend personeel. In hetwerkplaatsgedeelte zijn vQorzieningenvoorde aan- en afvoervangroot materi-eel.Rondom de procesruimten is een gan- I---~~~~~~~--.~~~~~~--tgensysteem in twee niveaus geprojec-teerd. Hetondemiveau wordt benntvoor de opstelling van de slibretour- A ""'. screezerspompep.. Bovendien liggen op dit ni- B "'" zandvangveau de kabels en leidingen. De gangen C "'" beluchting lste faseop het tweede niveau worden benut D "'" tussenbezinkingvoor bediening en onderhoqd. Op on- E "'" beluchting 2de fasegeveer dit niveau zijn tevens in aile wa- F "'" nabezinkingG "'" eflluentgemaaltervoerende procesruimten, uitgezon- H "'" centrale gedeeltederd de nabezinkbassins, vlak boven de L- -----Jwaterspiegel afdekkingen aangebracht,bestaande uit betonnen vloeren metsparingen en luiken. Deze afdekkingenvoorkomen dat het bedienend perso~neel in direct contact komt met het af-valwater.Planvonmng AWZI DokhavenDe eerste plannen voor een AWZI in deDokhaven gingen uit van een nattebouwwijze. De gehele instailatie zouworden ondergebracht in een aantalcaissons, afte zinken op een paalfunde-ring met nastelbare koppen. De voor-naamste overweging voor de keuze vandezehouwmethode was het gegevendateen langdurige bemaling van het diepegrondwater, noodzakelijk bij een drogebouwwijze, zou leiden tot een onaan~vaardbare zetting van het Dokhavenge-bied.Tijdens de verdere planvorming is hetechter mogelijk gebleken de aanleg-diepte van de AWZI zodanig te heper-kendatde uitvoerinJ!;ineenopenbouw-put mogelijkwerd (jato 3)(zie het artikel .van ir. Feijen).Gelijktijdig met het onderzoek van hetzuiveringsproces, wat leidde tot de keu-ze voor het AB-systeem, heeft de lay-out van de installatieeen aantal wijzi-gingen ondergaan. Tijdens deze ont-wikkeling is het benodigde oppervlaksteeds kleiner geworden. Kenmerkenvan deze lay-out onder meer:- de procesruimten hebben aile eenrechthoekige vorm;- de aanlegdiepte is max. 5 m - NAP ende bovenkant van het dak ligt op max. 4m + NAP, met als uitzondering hetdienstgebouw dat op 5 m + NAP ligt;- het zuiveringsproces is onderverdeeldinvier identieke straten. De afzonderlij-ke elementen van een straat zijn zoveelmogelijk ineen lijn gegroepeerd metkorte verbindingen tussen de elemen-ten.De huidige lay-out heeft een grondvlakvan 237 bij 158 meter (fig. 4). In hoofd-zaak zijn de volgende onderdelen te on~derscheiden:- het ontvanggedeelte (A) met ontvang-putren, screezers en het verdeelwerk;- de beluchte zandvang (B);- de beluchtingvandeA-trap (C)(zuur-stofmet beilenbeluchting);- de tussenbezinking(D) (weghalen slibmet kettingruimers);- de beluchting van deB-trap (E){zuur-14 Cement 1986 nr. 1UTILITEITSBOUW ALGEMEEN ONTWERP237I--I+- ITTTT-=:=====-====="li~~o H~~~stofinbreng met oppervlakteb?luch-ters);- de nabezinking (E) (weghalen slib metkettingruimers);- het effluentgemaal (G);- in het hart van de installatie bevindt ;zich het centrale deel (H) met daarin deoverige voorzieningen zoals de slibbuf-fer, de zandwasinstallatie, de gaswasin-stallatie, de ventilatorenvoor deventila-tie enz.AWZI?ROTTERDAMDOKHAVEN4Lay-out van dezuiveringsinrichting D?khaventie HzS lager moetzijn dan 150 mg HzS/m3?Het onderbrengen van de verschillendeprocesonderdelen in aparte, van hetgangensysteem gescheiden ruimten, enhet waar mogelijk aanbrengen van eendichte afdekking direct boven het wa~terniveau, leidt in het ventilatiesysteemtot twee luchtstromen:- een licht verontreinigde luchtstroomvan 160000 m3/uur, afkomstig van hetventileren van gangen en betreedbareruimten;- een sterk verontreinigde luchtstroomvan 80 000 m3/uur afkomstig van hetventileren van de niet betreedbareruimten. Deze lucht bevat tevens aero-solen die vrijkomen op plaatsen waarhet afvalwater in turbulentie is. Dezeluchtstroom wordt verwerkt in een ge-sloten kanalensysteem, zodat het bedie-nend personeel niet in aanraking kankomen met deze lucht.De laatstgenoemde luchtstroom wordtbehandeld in een natchemisch wassys-teem met drie fasen, waarbij nagenoegalle stankstoffen en de aerosolen wor-den verwijderd. Beide luchtstromenworden door ondergrondse luchtlei-dingen afgevoerd naar een 50 m hogeschoorsteen die gebouwd wordt op hetslibverwerkingsbedrijf aan de Sluisjes-dijk, op ca. 500 m afstand vande Dokha-ven.Na gereedkomen van de ruwbouw zalde Dokhavenworden aangevuld tot 5 m+NAP. Van de rondom de Dokhaven terealiseren 900 woningen is ongeveer dehelft al gebouwd. De overige woningenzullen na 1986 worden gebouwd.In- en extern klimaatDe"ondergrondse ligging van de AWZIstelt hoge eisen aan te treffen voorzie-ningen voor een goed werkklimaat. Bo-vendien vraagt de ligging temidden vanwoonbebouwing om vergaande voor-zieningen ter voorkoming van "gevaar,schade of hinder voor de omgeving.Het ventilatiesysteem moet verdervoorzien in voldoende proceslucht voorde biologische zuivering. De belang-rijkste parameter voor de dimensione-ring van het systeem is h?t HzS-gehaltein de diverse ruimten. Voor de betreed-bare ruimten wordt een niveau van 0,1mg HzS/m3geaccepteerd, terwijl in deniet betreedbare ruimten de concentra-Boven op het dak van de zuivering terplaatse van het centrale deel komt het 3bouwlagen tellende dienstgebouw, metde werkplaats. In het dienstgebouw zijntevens ondergebracht een laboratoriumen de centrale meld- en regelkamervoor de installatie. Via trappen en liftenis het ondergrondse deel toegankelijkvoor het bedienend personeel. In hetwerkplaatsgedeelte zijn vQorzieningenvoorde aan- enafvoervangroot materi-eel.Rondom de procesruimten is een gan- I---~~~~~~~~~~~~~~--Igensysteem in twee niveaus geprojec-teerd. Hetonderniveau wordt benutvoor de opstelling van de slibretour- A """. screezerspompep.. Bovendien liggen op dit ni- B """ zandvangveau de kabels en leidingen. De gangen C """ beluchting lste faseop het tweede niveau worden benut D """ tussenbezinkingvoor bediening en onderhoqd. Op on- E """ beluchting 2de fasegeveer dit niveau zijn tevens in alle wa- F """ nabezinkingG """ eflluentgemaaltetvoerende procesruimten, uitgezon- H """ centrale gedeeltederd de nabezinkbassins, vlak boven de L- ~-Jwaterspiegel afdekkingen aangebracht,bestaande uit betonnen vloeren metsp?ringen en luiken. Deze afdekkingenvoorkomen dat het bedienend perso~neel in direct contact komt met het af-valwater.Planvorming AWZI DokhavenDe eerste plannen voor een AWZI in deDokhaven gingen uit van een nattebouwwijze. De gehele installatie zouworden ondergebracht in een aantalcaissons, afte zinken op een paalfunde-ring met nastelbare koppen. De voor-naamste overweging voor de keuze vandezebouwmethode was het gegevendateen langdurige bemaling van het diepegrondwater, noodzakelijk bij een drogebouwwijze, zou leiden tot een onaan~vaardbare zetting van het Dokhavenge-bied.Tijdens de verdere planvorming is hetechter mogelijk gebleken de aanleg-diepte van de AWZI zodanig te beper-kendatde uitvoerinj!iineenopenbouw-put mogelijkwerd (jota 3)(zie het artikel .van ir. Feijen).Gelijktijdig met het onderzoek van hetzuiveringsproces, wat leidde tot de keu-ze voor het AB-systeem, heeft de lay-out van de installatie een aantal wijzi-gingen ondergaan. Tijdens deze ont-wikkeling is het benodigde oppervlaksteeds kleiner geworden. Kenmerkenvan deze lay-out onder meer:- de procesruimten hebben alle eenrechthoekige vorm;- de aanlegdiepte is max. 5 m - NAP ende bovenkant van het dak ligt op max. 4m + NAP, met als uitzondering hetdienstgebouw dat op 5 m + NAP ligt;- het zuiveringsproces is onderverdeeldinvieridentieke straten. De afzonderlij-ke elementen van een straat zijn zoveelmogelijk in ??n lijn gegroepeerd metkorte verbindingen tussen de elemen-ten.De huidige lay-out heeft een grondvlakvan 237 bij 158 meter (fig. 4). In hoofd-zaak zijn de volgende onderdelen te on~derscheiden:- het ontvanggedeelte (A) met ontvang-putten, screezers en het verdeelwerk;- de beluchte zandvang (B);- de beluchtingvandeA-trap (C)(zuur-stofmet bellenbeluchting);- de tussenbezinking(D) (weghalen slibmet kettingruimers);- de beluchting van deB-trap (E)(zuur-14 Cement 1986 nr. 1UTILlTEITSBOUW CONSTRUCTIEF ONTWERP BOUWPUTTENN.A.Po4.00?blemen omdat langdurig v.erlagen vanhet grondwaterniveau aanleiding zouzijn voor ontoelaatbare zettingen bij deoude gedeeltelijk op staal gefundeerdebebouwing rond de Dokhaven. Een re-tourbemaling zou dit kunnen onder-vangen maar bleek zeer duur te zijn.Gekozen is voor het weghalen van deweinig draagkrachtige sliblagen tot eendiepte van 7 a8 m - NAP en het aan-brengen van een zandpakket met eendikte van 3 tot 4 m. Dit zandpakket waszwaar genoeg om de druk van het span-ningswater te compenseren (fig. 1)..Mede om veiligheidsredenen is wel eenspanningsbemaling aangebracht die inonvoorziene omstandigheden voldoen- l---l-~sc-h-e-m-at~i-sc-h-e-w-e-e-r-g-ave--v-an-d-e-~de verticale stabiliteit van de bouwput bouwfasenkon garanderen. Ook voor plaatselijke L.---_-_---_- --1kort durende verlaging van de water-spanning kon deze bemaling wordenhenut. Ditbetrofhetbouwenvan diepergelegen onderdelen van de AWZI.vervolg or biz. 16ir.Th.A.Feijen, Gemeentewerken RotterdamUit de smdie naar het bouwenvan de AWZI in den droge,? ? bleek al snd dat er maatregelennodigwarenomdebouwputbodemsta-biel te houden. Vit diepsonderingen enboringen bleek de grondopbouw tetplaatse van de Dokhaven:- havenbodem 5 m - NAP met daaron-dereen 1 tot 2 m dikke sliblaagdie inelkgeval verwijderd moest worden voor debouw van de installatie;- tot 16 m - NAP samendrukbare klei-en veenlagen. Het pleistocene zand datuit fgne en grovere korrels bestaat, ligtonder dit niveau. Als funderingslaagvoor de zuiveringsinstallatie kan hetpleistocene zand worden gebruikt. Destijghoogte van het spanningswater indit pakket varieert van 1 m - NAP totNAP. Hierbij is enige invloed van hetgetij op de Nieuwe Maas Waarneem-baar.Gezien de ligging van de bouwputbo-dem op 4,5 m - NAP, waren maatrege-len nodig om de stabiliteit te waarbor-gen. Overwogen is met een bronbema-ling de stijghoogte van hetdiepe grond-water te verlagen. Dit sruitte op pro-BOUWKUNDIGEASPECTEN VAN DE AWZICement 1986 nt. 1 15UTILITEITSBOUW CONSTRUCTIEF ONTWERP BOUWPUTTENMoA.P.MoA.Po4.00?Schematische weergave van debouwfasen1blemen omdat langdurig v.erlagen vanhet grondwaterniveau aanleiding zouzijn voor ontoelaatbare zettingen bij deoude gedeeltelijk op staal gefundeerdebebouwing rond de Dokhaveno Een re-tourbemaling zou dit kunnen onder-vangen maar bleek zeer duur te zijn.Gekozen is voor het weghalen van deweinig draagkrachtige sliblagen tot eendiepte van 7 ? 8 m - NAP en het aan-brengen van een zandpakket met eendikte van 3 tot 4 m. Dit zandpakket waszwaar genoeg om de druk van het span-ningswater te compenseren (fig. 1)..Mede om veiligheidsredenen is wel eenspanningsbemaling aangebracht die in f---~-~----~------ionvoorziene omstandigheden voldoen-de verticale stabiliteit van de bouwputkon garanderen. Ook voor plaatselijke L-.---_-_---_- ---Ikort durende verlaging van de water-spanning kon deze bemaling wordenhenut. Ditbetrofhetbouwenvan diepergelegen onderdelen van de AWZI.vervolg op blz. 16ir.Th.A.Feijen, Gemeentewerken RotterdamBOUWKUNDIGEASPECTEN VAN DE AWZIUit de studie naar het bouwenvan de AWZI in den droge,? ? bleek al snel dat er maatregelennodigwarenomdebouwputbodernsta-biel te houden. Uit diepsonderingen enboringen bleek de grondopbouw terplaatse van de Dokhaven:- havenbodem 5 m - NAP met daaron-dereen 1 tot 2 m dikke sliblaagdie inelkgeval verwijderd moest worden voor debouw van de installatie;- tot 16 m - NAP samendrukbare klei-en veenlagen. Het pleistocene zand datuit fgne en grovere korrels bestaat, ligtonder d?t niveau. Als funderingslaagvoor de zuiveringsinstallatie kan hetpleistocene zand worden gebruikt. Destijghoogte van het spanningswater indit pakket varieert van 1 m - NAP totNAP. Hierbij is enige invloed van hetgetij op de Nieuwe Maas Waarneem-baar.Gezien de ligging van de bouwputbo-dem op 4,5 m - NAP, waren maatrege-len nodig om de stabiliteit te waarbor-gen. Overwogen is met een bronbema-ling de stijghoogte van hetdiepe grond-water te verlagen. Dit stuitte op pro-Cement 1986 nr. 1 15Uitgangspunt voor de bouwwijze vande vloer was enerzijds het beperken vande betontrekspanningen tot een lagerewaarde dan de betontreksterkte, ander-zijds het beperken van de verlenging ofverkorting van de construetie om ver-plaatsingen van de paalkoppen tegen teBesloten is daarom de ondervloer en debuitenwanden slechts eenmaal te dila-teren, om de volgende redenen. In dedefinitieve toestand ligt de instaHatiegeheel ondergronds en zuHen tempera-tuurschomrnelingen (zowel die per et-maal als per seizoen) geen grote vervor-mingen van de constructie tot gevolghebben. Tijdens de bouwperiode kun~nen maatregelen worden getroffen omde vervormingen in de hand te houden,zodat grote schade niet viel te verwach-ten.beantwoorden. Vee1 door Gemeente-werken Rotterdam uitgevoerde con-structies, waaronder tunnels, zijn ver-dee1d in constructie-eenheden met eenlengte van ca. 60 m. Voor de AWZIkwam dit neer op drie voegen in langs~richting en minstens een voeg in br-eed-terichting. Vanwege het doorsnijdenvan watervoerende bassins bleek ditvoor de ondervloeren.dewanden moei-lijk uitvoerbaar.Dilatatie-problematiekZoals bij veel constructies met de afme-tingen van de AWZI, heeft de proble-matiek van vervormingen door hydra-tatiewarmte, krimp en temperatuurin-vloeden een belangrijke rol gespeeld.Geziende lengtevan 237 m en de breed-te van 158 m leken dilatatievoegen on-vermijde1ijk. Alleen de vraag waar zemoesten komen wasniet eenvoudig teFundering van de installatieDe bodemvande installatieligtop 4,5 m- NAP, terwijl op hetdakeen grondpak-ketvan 1 m dikte komt te liggen tot 5 m+ NAP. De grondwaterstand rond deinstaHatie komt ongeveer overeen metdewaterstand op de rivier en zal metenige naijling de getijdebeweging vol-gen. Gemiddeldhoogwaterligtop 1,5m+NAP,gemiddeld laagwaterop0,5 m-NAP.Extremestandenzijn 3m +en1m- NAP. In de berekende belastingstoe-standen zijn daarnaast meegenomen de'invloeden van kleef, het leegstaan vaneen aantal bassins en de situaties afge-malen grondwater en watersnood(hoogte tot 4,5 m + NAP).bouwput begaanbaar te maken. Medio1983 - na ruim 100jaar - hield de Dok-haven op haven te zijn.CONSTRUCTIEF ONTWERPAWZI ROTTERDAMDOKHAVENHet baggeren van de oude sliblagen be-gon in 1981, tegelijk met het slopen vanoude kademuren, opruimen van duk-dalven enz. Toen het zandpakket Wasaangebracht, is de Dokhaven afgeslotenvan de rivier met een onverankerdedamwand bestaande uit 1/4Larssen ko-kerpalen Vs/850 x 12 en tussenplankenLarssen III, met een inheidiepte tot 20resp. 16 m - NAP (IOta 2).De bodemvande Dokhavenis terplaat-se 'van deze wand over een breedte van50 m weggebaggerd tot 10 m - NAP. In-gebracht werd een laag zand van 6 mdikte. Aan de rivierzijde is verder eenmijnsteendam opgeworpen om dewand te beschermen tegen scheepssto-ten van uit hun koers geraakte vaartui-gen.Tussen Dokhaven en de westelijk gele-gen StJanshaven is over een lengte van120 m een met groutankers verankerde .damwand aangebracht. Deze heeft totdoel het keren van grond (ca 8 m) en hetvoorkomenvanontoelaatbareverschui-vingen van achter de wand gelegenpersleidingen.Aande zuidzijdevan de haven is een 300m lang waterscherm van 1,1 tot 1,4 m +NAP aangebracht met als functie het oppeil houden van de grondwaterstand inde oude stadswijk en in de Doklaan. Nahet leegpompen van de bouwput is debodem geegaliseerd en is een drainagemet open bemaling aangebracht om deUTILlTEITSBOUWOnder normale grondwaterstandom-standigheden treden in de palen druk-krachten op van maximaal1200 kN entreIdrrachten van maximaal 300kN. Inextreme situaties kunnen deze krachtenmet max. 40% toenemen tot resp. 1680kN druk en 420 kN trek.Bij een inheidiepte tot 20 a22 m - NAPis het mogelijk deze belastingen te dra-genzonder onaanvaardbare vervormin-gen van de palen en de daarop rustendeconstructie. Voor de fundering zijn2250 geprefabriceerde voorgespannenbetonpalen ingeheid met een schacht-doorsnede van 450 x 450 mm, alsmede410stalen palen type CU 16-2/20-2.Deze stalen kokerpalen staan onder debuitenwanden van de instaHatie (IOta 3).Als rondom de gerede constructie degrondaanvulling wordt aangebracht,lopend van 4,5 m - tot 5 m + NAP zaldoor inklinken van de samendrukbareklei- en veenlagen een aanzienlijke ver-I---~~~~~'--~~~~~~~----,ticale grondbelasting optreden. Omdat2Aanbrengen datnwand ter door consolidatie van de diepere lagenafsluiting van de Dokhaven ook onder de betonconstructie een ver-t--~~~~~~~~~~~~~--lticale grondbeweging optreedt met alsgevolg holten tussen vloerplaat en bo-dem, werd gevreesd voor horizontalegrondverplaatsing met bijbehorendehorizontale belasting van de randpalen.Berekeningen toonden aan dat de be-tonnen palen vervangen moesten wor-den door stalen kokerpalen.16 Cement 1986 nt. 1Uitgangspunt voor de bouwwijze vande vloer was enerzijds het beperken vande betontrekspanningen tot een lagerewaarde dan de betontreksterkte, ander-zijds het beperken van de verlenging ofverkorting van de constructie om ver-plaatsingen van de paalkoppen tegen teBesloten is daarom de ondervloer en debuitenwanden slechts ??nmaal te dila-teren, om de volgende redenen. In .dedefinitieve toestand ligt de installatiegeheel ondergronds en zullen tempera-tuurschommelingen (zowel die per et-maal als per seizoen) geen grote vervor-mingen van de constructie tot gevolghebben. Tijdens de bouwperiode kun~nen maatregelen worden getroffen omde vervormingen in de hand te houden,zodat grote schade niet viel te verwach-ten.beantwoorden. Veel door Gemeente-werken Rotterdam uitgevoerde con-structies, waaronder tunnels, zijn ver-deeld in constructie-eenheden met eenlengte van ca. 60 m. Voor de AWZIkwam dit neer op drie voegen in langs~richting en minstens ??n voeg in br-eed-terichting. Vanwege het doorsnijdenvan watervoerende bassins bleek ditvoor de ondervloeren.dewanden moei-lijk uitvoerbaar.Dilatatie-problematiekZoals bij veel constructies met de afme-tingen van de AWZI, heeft de proble-matiek van vervormingen door hydra-tatiewarmte, krimp en temperatuurin-vloeden een belangrijke rol gespeeld.Geziende lengtevan 237 m en de breed-te van 158 m leken dilatatievoegen on-vermijdelijk. Alleen de vraag waar zemoesten komen was niet eenvoudig teFundering van de installatieDe bodemvande installatieligtop 4,5 m- NAP, terwijl op hetdakeengrondpak-ketvan 1 m dikte komt te liggen tot 5 m+ NAP. De grondwaterstand rond deinstallatie komt ongeveer overeen metde waterstand op de rivier en zal metenige naijling de getijdebeweging vol-gen. Gemiddeldhoogwaterligtop 1,5m+NAP, gemiddeld laagwaterop0,5 m-NAP.Extremestandenzijn 3m +en1m- NAP. In de berekende belastingstoe-standen zijn daarnaast meegenomen de'invloeden van kleef, het leegstaan vaneen aantal bassins en de situaties afge-malen grondwater en watersnood(hoogte tot 4,5 m +NAP).bouwput begaanbaar te maken. Medio1983 - na ruim 100jaar - hield.de Dok-haven op h:wen te zijn.CONSTRUCTIEF ONTWERPAWZI ROTTERDAMDOKHAVENHet baggeren van de oude sliblagen be-gon in 1981, tegelijk met het slopen vanoude kademuren, opruimen van duk-dalven enz. Toen het zandpakket wasaangebracht, is de Dokhaven afgeslotenvan de rivier met een onverankerdedamwand bestaande uit 1/4Larssen ko-kerpalen Vs/850 x 12 en tussenplankenLarssen III, met een inheidiepte tot 20resp. 16 m - NAP (fOto 2).De bodemvande Dokhavenis terplaat-se 'van deze wand over een breedte van50 m weggebaggerd tot 10 m- NAP. In-gebracht werd een laag zand van 6 mdikte. Aan de rivierzijde is verder eenmijnsteendam opgeworpen om dewand te beschermen tegen scheepssto-ten van uit hun koers geraakte vaartui-gen.Tussen Dokhaven en de westelijk gele-gen StJanshaven is over een lengte Van120 m een met grourankers verankerde?damwand aangebracht. Deze heeft totdoel het keren van grond (ca 8 m) en hetvoorkomenvanontoelaatbareverschui-vingen vanachter de wand gelegenpersleidingen.Aande zuidzijdevan de haven is een 300m lang waterscherm van 1,1 tot 1,4 m +NAP aangebracht met als functie het oppeil houden van de grondwaterstand inde oude stadswijk en in de Doklaan. Nahet leegpompen van de bouwput is debodem ge?galiseerd en is een drainagemet open bemaling aangebracht om deUTILITEITSBOUWOnder normale grondwaterstandom-standigheden treden in de palen druk-krachten op van maximaal 1200 kN entr?kkrachten van maximaal 300kN. Inextreme situaties kunnen deze krachtenmet max. 40% toenemen tot resp. 1680kN druk en 420 kN trek.Bij een inheidiepte tot 20 ? 22 m - NAPis het mogelijk deze belastingen te dra-genzonder onaanvaardbare vervormin-gen van de palen en de daarop rustende ~_~~~ ~constructie. Voor de fundering zijn2250 geprefabriceerde voorgespannenbetonpalen ingeheid met een schacht-doorsnede van 450 x 450 mm, alsmede410 stalen palen type CU 16-2/20-2.Deze stalen kokerpalen staan onder debuitenwanden van de installatie (fOto 3).Als rondom de gerede constructie degrondaanvulling wordt aangebracht,lopend van 4,5 m - tot 5 m + NAP zaldoor inklinken van de samendrukbareklei- en veenlagen een aanzienlijke ver-I--------,--~ --, ticale grondbelasting optreden. Omdat2Aanbrengen datnwand ter door consolidatie van de diepere lagenafsluiting van de Dokhaven ook onder de betonconstructie een ver-t-------~---------lticale grondbeweging optreedt met alsgevolg holten tussen vloerplaat en bo-dem, werd gevreesd voor horizontalegrondverplaatsing met bijbehorendehorizontale belasting van de randpalen.Berekeningen toonden aan dat de be-tonnen palen vervangen moesten wor-den door stalen kokerpalen.16 Cement 1986 nr. 1vervolg op biz. 18De binnenwanden,350 en 400 mmdik,zijn niet gedilateerd, al zijn wel stort-stroken toegepast. De wapeningsbere-kening voor deze wanden was.dezelfdeals die voor de.buitenwanden.Momenteel zijn nagenoeg alle vloerenen wanden gestort. Grote scheurvor-ming heeft zich niet voorgedaan en opplaatsenwaarwelscheurenzijnwaarge-nomen, bleefde scheurwijdte benedende vereiste waarde. Hoewel met de om-schreverimaatregelenalhetmogelijkeisgedaan om schade aan de betoncon-structie te voorkomen, moeten beproe-vingen aantonen ofde bassins voldoen-de waterdicht zijn. Ns dit onverhooptniet hetgevalis, zullende scheurenwor-den geinjecteerd.In de tussenvloer en het dak zijn meerdilatatievoegen aangebracht. Ondanksdeze maatregel is ook in dezeonderde-len de wapening berekend op het ach-terwege blijven van wijde scheuren.Binnen de invloedssfeer van de kop-wanden die geen vervorming van devloeren cq het dak toestaat, is mini1l1aal0,7% wapening toegepast verdeeld overonder- en bovenzijde. Buiten de in-vloedssfeer van deze wanden is geenscheurwijdtebeperkende wapeningaangebracht.Hierinis b hetverplaatsingsverschil tus~sen boven- en onderzijde van de wanddoor een equivalente temperaruurda-ling van het dak ten opziehte van devloer, van 43?C tijdens de bouwfase en35?C in de eindfase. In de equivalentete1l1peratuurdaling zijn de invloedenmeegenomen van kri1l1p, hydratatie-warmte en temperatuurdalingdoor sei-zoenen.over twee zijden. Hier heeft als criteri-um gediend de formule:6h?b?Alw ~ 0 . 11[' 10-5 + --'-,-~~a [;~WcisIn de vloer is gerekend met een tempe~ratuurgradient van 15?C. De belem-merde rotatie van de vloer in langsrich-ting vereiste een wapeningspercentagevan 0,35% om de scheurwijdte aan-vaardbaar te houden.De 700 mm dikke buitenwandenvandeinstallatie zijn evenals de vloer in leng-ten van 30 m gestort. Ook hier hebbende stortstroken hun dienst bewezen. Opbasis van ervaringen bij andere con-structies in Rotterdam, is geen koelingvan hetbeton toegepast, maar isvolstaanmet een hoeveelheid langswapeningvan 0,7%verdeeldoverde twee zijden. Inverticale richting is mini1l1aal 0,4% wa~pening aangebracht, eveneens verdeeldOm hydratatiewannte en later dekrimp binnen de perken te houden, iseen betonmengsel voorgeschreven met280 kg hoogovencement en 25 kg trasper m3? Dit mengsel is naderhand enigs-zins aangepast; de tras is vervangen door20 kg cement in de winterperiode ter~wijl in de zomer ook het extra cementachterwege blee?A . 3 Bouwput met vrijwel voltooidegaan. Door devloer te storten in vakken Ilanbrengen wapening funderingvan 30 x 30 m kon aan dituitgangspunt ~---~~----~---_-L_-_-~---~_--__'--itegemoet worden gekomen. Tussen devakken zijn - waar mogelijk - stortstro-ken open geh~uden.Cement 1986 nr. 1 17gaan. Door de vloer te storten in vakkenvan 30 x 30 m kon aan dit uitgangspunttegemoet worden gekomen. Tussen devakken zijn - waar mogelijk - stortstro-ken open geh~uden.Om hydratatiewannte en later dekrimp binnen de perken te houden, iseen betonmengsel voorgeschreven met280 kg hoogovencement en 25 kg trasper m3? Dit mengsel is naderhand enigs-zins aangepast; de tras is vervangen door20 kg cement in de winterperiode ter~wijl in de zomer ook het extra cementachterwege bleef.In de vloer is gerekend met een tempe~ratuurgradi?nt van 15?C. De belem-merde rotatie van de vloer in langsrich-ting vereiste een wapeningspercentagevan 0,35% om de scheurwijdte aan-vaardbaar te houden.De 700 mm dikke buitenwandenvandeinstallatie zijn evenals de vloer in leng-ten van 30 m gestort. Ook hier hebbende stortstroken hun dienst bewezen. Opbasis van ervaringen bij andere con-structies in Rotterdam, is geen koelingvan hetbeton toegepast, maar isvolstaanmet een hoeveelheid langswapeningvan 0,7%verdeeldoverde twee zijden. Inverticale richting is minimaal 0,4% wa~pening aangebracht, eveneens verdeeldCement 1986 nr. 1.Aanbrengen wapeningover twee zijden. Hier heeft als criteri-um gediend de formule:?h'?'Alw~ 0 . 111? 10-5 + _.::..t~~~a 1;~WcisHierinis ?hetverplaatsingsverschil tus~sen boven- en onderzijde van de wanddoor een equivalente temperatuurda-ling van het dak ten opzichte van devloer, van 43?C tijdens de bouwfase en35?C in de eindfase. In de equivalentetemperatuurdaling zijn de invloedenmeegenomen van krimp, hydratatie-warmte en temperatuurdalingdoor sei-zoenen.In de tussenvloer en het dak zijn meerdilatatievoegen aangebracht. Ondanksdeze maatregel is ook in deze onderde-len de wapening berekend op het ach-terwege blijven van wijde scheuren.Binnen de invloedssfeer van de kop-wanden die geen vervorming van devloeren cq het dak toestaat, is minimaal0,7% wapening toegepast verdeeld overonder- en bovenzijde. Buiten de in-vloedssfeer van deze wanden is geenscheurwijdtebeperkende wapeningaangebracht.3 Bouwput met vrijwel voltooidefunderingDe binnenwanden,350 en 400 mmdik,zijn niet gedilateerd, al zijn wel stort-stroken toegepast. De wapeningsbere-kening voor deze wanden was.dezelfdeals die voor de.buitenwanden.Momenteel zijn nagenoeg alle vloerenen wanden gestort. Grote scheurvor-ming heeft zich niet voorgedaan en opplaatsenwaarwelscheurenzijnwaarge-nomen, bleefde scheurwijdte benedende vereiste waarde. Hoewel met de om-schrevenmaatregelenalhetmogelijkeisgedaan om schade aan de betoncon-structie te voorkomen, moeten beproe-vingen aantonen ofde bassins voldoen-de waterdicht zijn. Als dit onverhooptniet hetgevalis, zullende scheurenwor-den ge?njecteerd.vervolg op blz. 1817UTILlTEITSBOUW CONSTRUCTIEF ONTWERP BETONTECHNOLOGIE4Opnelt1en van buigendelt1olt1enten tussen paalkoppen enfunderingden van de boven de waterspiegellig-gende betonvlakken met een pvc bepla-ting. Deze platen worden door middelvan een doorlopende T-verankeringhecht met het betonverbonden. De pla-ten worden voor het storten van het be-ton in de bekisting aangebracht. Spij-kergaatjes, naden en hoekaansluitingenkunnen na het ontkisten met behulpvan strippen en hete lucht dan wel metspeciale lijm worden gedicht. In aIleruimten is bijzondere aandacht besteedaanhetbetonmengselom tevoorkomendat bij lagere concentraties H2S tochaantasting zal optreden. Gezorgd is vooreen betonspeciesamenstelling die toteen dicht beton leidt. In het bijzonderzijn een lage water-cementfactoreneenlaagcementgehalte gehanteerd. Op-merkelijk is dat de literatuur, maar ooknavraag in binnen- en buitenland, geenuitsluitsel geeft welke cementsoort hetbest kan worden gebruikt. Hoogoven-cement lijkt enigszins in het voordeel,hoewel gesteld moet worden dat ookeen groep onderzoekers een voorkeuruitspreekt voor portlandcement. Opgrond van ervaringen in Rotterdam op-gedaan, is bij de zuiveringsinstallatie dekeuze gevallen op hoogovencement.krachten vervormingen toelaatbaarkrachten door de grond uitgeoelend op de constructie zijn te groot/ } ./verplaatsing\ / /pafeni!?i;;;~g~;.mit1$X~:t1il~;g'@iil~;%t~fi;WiMiX;f3}}~:i;UP!h~f;Jlf:iB.~:tegrootwater. Op de installatie komen deze sul-fiden vrij in de vorm van H2S. Bij con-ventionele installaties ontwijktditgasin L- --Ide atmosfeer. In de AWZI Dokhavenechter kan in sommige ruimten een op-hoping ervan optreden. Hoewel H2S opzich een zwak zuur is datniet agressiefisvoor beton, kan het gas onder bepaaldeomstandigheden worden omgezet totzwavelzuur dat wel sterk agressiefis. Devoorwaardenvan deze omzettingzijndeaanwezigheid van H2S, water, lucht eneen micro-organisme - thiobacillusconcretivorus occidans - die voor dedaadwerkelijke omzetting zorgt.Uitgebreid literatuuronderzoek heeftaangetoond dat niet duidelijk is aan tegeven welke concentraties zwavelwa-terstof leiden tot aantasting van beton:soms is bij zeer lage concentraties H2Sal?etonaantasting gec?nstateerd terwijlm andere gevallen by hoge toncentra-ties geen waarneembare schade is opge-treden. Voor de AWZI Dokhaven is eenwaarde van 0,5 mg H2S/m3lucht alsgrenswaarde aangehouden. In alleruimten waar ondanks de uitgebreideventilatie, gedurende lange tijd concen-traties H2S > 0,5 mg/m3ontstaan, zijnmaatregelen tegen betonaantastingvoorgeschreven. Hiertoe is een aantalmogelijkheden onderzocht, varierendvan het sproeien van de betonwandentot het aanbrengen van een bescher-mende laag.Uiteindelijk is gekozen voor het bekle-Maatregelen tegenbetonaantas-ting .Een van de gevolgen van de onder-grondse liggingvan de zuiveringsinstal-latie, is het vermijdenvan zwavelwater-stof in procesruimten. Rotting van hetafvalwater in het rioleringsstelsel, doorhet ontbreken van een natuurlijke be-luchting, doet sulfiden ontstaan in hetMetingen naar de voegwijdte van de di-lataties heben aangetoond dat de ver-vormingen Van de betonvloer geringerzijn dan in de berekening werd aange-nomen. Reden daarvan is waarschijnlijkdat de grond onder de vloer van de in-stallatie niet ofslechts in geringe mate isingeklonken en dus door het optredenvan wrijvingskrachten, de verplaatsingvan de vloer beperken. Opgemerktwordt dat bij het berekenen van de wa-pening in de vloer met dit verschijnselrekening is gehouden.Resumerend kan worden gestelddat ditwerk heeftgeleerd datbeperkenvan hetaantal dilatatievoegen in constructies,zoals bij de AWZI Dokhavenis gebeurd,verantwoord is mits een aantal passendemaatregelenwordt getroffen. De kostendie hiermee gemoeid zijn, wegen ruim-schoots op tegen het achterwege blijvenvan een (groot) aantal voorzieningen inwatervoerende leidingen en dergelijke,die anders noodzakelijk zouden zijn.Ondanks de uitvoering in gedeeltenmoet rekening worden gehouden metde situatie waarin alle delen zijn door-gekoppeld. Ditgeldt vooral de toestandwaarin aIle vloerdelen zijn verbondenen door een temperatuurstijging de di-latatievoeg dicht wordt gedrukt. Devloeruiteinden zullen dan verplaatsin-gen van enkele centimeters ondergaanten opzichte van de ondergrond. Bere-keningen hebben uitgewezen dat zowelin de stalen randpalen als in eendeelvande buitenste betonpalen en de vloer bijde aansluiting met de palen, zeer grotebuigende momenten zouden ontstaan.Deze werdenvoor de vloer en de beton-palen onaanvaardbaar geacht, redenwaarom de verbinding van palen metvloer scharnierend is uitgevoerd. In debetonpalenis daartoe extra wapening inhethartvandepalenopgenomen terwijlbii de stalen kokerpalen een betonprop:J normale verbinding scharnierende verbindingmet wapening in het bovenste deel van L---_~ ~~ ~_-----~~~~----___ide paal is aangebracht (fig. 4).AWZI ROTTERDAMDOKHAVEN18 Cement 1986 nt. 1UTILITEITSBOUW CONSTRUCTIEF ONTWERP BETONTECHNOLOGIE4Opnelt1en van buigendelt1olt1enten tussen paalkoppeIl enfunderingden van de boven de waterspiegel lig-gende betonvlakken met een pvc bepla-ting. Deze platen worden door middelvan een doorlopende T-verankeringhecht met het betonverbonden. De pla-ten worden voor het storten van het be-ton in de bekisting aangebracht. Spij-kergaatjes, naden en hoekaansluitingenkunnen na het ontkisten met behulpvan strippen en hete lucht dan wel metspeciale lijm worden gedicht. In alleruimten is bijzondere aandacht besteedaanhetbetonmengselom tevoorkomendat bij lagere concentraties H2S tochaantasting zal optreden. Gezorgd is vooreen betonspeciesamenstelling die toteen dicht beton leidt. In het bijzonderzijn een lage water-cementfactoreneenlaagcementgehalte gehanteerd. Op-merkelijk is dat de literatuur, maar ooknavraag in binnen- en buitenland, geenuitsluitsel geeft welke cementsoort hetbest kan worden gebruikt. Hoogoven-cement lijkt enigszins in het voordeel,hoewel gesteld moet worden dat ookeen groep onderzoekers een voorkeuruitspreekt voor portlandcement. Opgrond van ervaringenin Rotterdam op-gedaan, is bij de zuiveringsinstallatie dekeuze gevallen op hoogovencement.krachten vervormingen toelaatbaar} ./verplaatsing\ / /paleni!?i;;;~g~;.mit1$:X~:t1il~;g'@iil~;%t~fi;WiMiX/l}}~:i;UP!h~f;Jlf:iB.~:tegrootkrachten door de grond uitgeoefend op de constructie zijn te grootwater. Op de installatie komen deze sul-fiden vrij in de vorm van H 2S. Bij con-ventionele installaties ontwijktditgasin L- ---Jde atmosfeer. In de AWZI Dokhavenechter kan in sommige ruimten een op-hoping ervan optreden. Hoewel H2S opzich een zwak zuur is datniet agressiefisvoor beton, kan het gas onder bepaaldeomstandigheden worden omgezet totzwavelzuur dat wel sterk agressiefis. Devoorwaardenvan deze omzettingzijndeaanwezigheid van H2S, water, lucht eneen micro-organisme - thiobacillusconcretivorus occidans - die voor dedaadwerkelijke omzetting zorgt.Uitgebreid literatuuronderzoek heeftaangetoond dat niet duidelijk is aan tegeven welke concentraties zwavelwa-terstof leiden tot aantasting van beton:soms is bij zeer lage concentraties H2Sal?etonaantasting gec?nstateerd terwijlm andere gevallen bIJ hoge concentra-ties geen waarneembare schade is opge-treden. Voor de AWZI Dokhaven is eenwaarde van 0,5 mg H2S/m3lucht alsgrenswaarde aangehouden. In alleruimten waar ondanks de uitgebreideventilatie, gedurende lange tijd concen-traties H2S > 0,5 mg/m3ontstaan, zijnmaatregelen tegen betonaantastingvoorgeschreven. Hiertoe is een aantalmogelijkheden onderzocht, vari?rendvan het sproeien van de betonwandentot het aanbrengen van een bescher-mende laag.Uiteindelijk is gekozen voor het bekle-Maatregelen tegenbetonaantas-ting .Een van de gevolgen van de onder-grondse liggingvan de zuiveringsinstal-latie, is het vermijdenvan zwavelwater-stof in procesruimten. Rotting van hetafvalwater in het rioleringsstelsel, doorhet ontbreken van een natuurlijke be-luchting, doet sulfiden ontstaan in hetMetingen naar de voegwijdte van de di-lataties heben aangetoond dat de ver-vormingen Van de betonvloer geringerzijn dan in de berekening werd aange-nomen. Reden daarvan is waarschijnlijkdat de grond onder de vloer van de in-stallatie niet ofsle?hts in geringe mate isingeklonken en dus door het optredenvan wrijvingskrachten, de verplaatsingvan de vloer beperken. Opgemerktwordt dat bij het berekenen van de wa-pening in de vloer met dit verschijnselrekening is gehouden.Resumerend kan worden gestelddat ditwerk heeftgeleerd datbeperkenvan hetaantal dilatatievoegen in constructies,zoals bij de AWZI Dokhavenis gebeurd,verantwoord is mits een aantal passendemaatregelenwordt getroffen. De kostendie hiermee gemoeid zijn, wegen ruim-schoots op tegen het achterwege blijvenvan een (groot) aantal voorzieningen inwatervoerende leidingen en dergelijke,die anders noodzakelijk zouden zijn.Ondanks de uitvoering in gedeeltenmoet rekening worden gehouden metde situatie waarin alle delen zijn door-gekoppeld. Ditgeldt vooral de toestandwaarin alle vloerdelen zijn verbondenen door een temperatuurstijging de di-latatievoeg dicht wordt gedrukt. Devloeruiteinden zullen dan verplaatsin-gen van enkele centimeters ondergaanten opzichte van de ondergrond. Bere-keningen hebben uitgewezen dat zowelin de stalen randpalen als in eendeelvande buitenste betonpalen en de vloer bijde aansluiting met de palen, zeer grotebuigende momenten zouden ontstaan.Deze werdenvoor de vloer
Reacties