Prof.dr.ir.A.M.Haasere-lid van de BetonverenigingDe benoeming van prof.Haas tot ere-lid vande Betonvereniging, tijdens de 'Betondag1967' op 23 november te Amsterdam, is eengoede aanleiding om hem ook hier voor hetvoetlicht te plaatsen. In onze betonwereldneemt hij immers een bijzondere plaats in,van niet te onderschatten betekenis.Wie deze persoonlijkheid wil schetsen, vooreen gedetailleerd portret zijn er te veel as-pecten, moet beginnen met een terugblik.Maar hijzelf praat zelden over vroeger, hoe-wel hij dankbaar is dit allemaal meegemaaktte hebben. Ondanks zijn leeftijd (69) is hijechter niet iemand die in het verleden leeft.Met een opmerkelijke frisheid staat hij inde wereld van vandaag. Het levendige be-tonvak houdt hem jong; hij verdiept zicherin, ook als het om recente ontwikkelingengaat.Arend Maarten Haas is geboren op de eer-ste Kerstdag van 1898 in het WestfrieseHoorn, naar zijn mening een goede omge-ving om op te groeien. De jonge Haas wasleergierig. Zijn vader gaf hierbij zowel eenstimulans als een voorbeeld. In 1911 gaathij naar de H.B.S. in Hoorn. Al vroeg ont-staat het plan civiel-ingenieur te worden.In die jaren vormen zich enkele principes,waarvan hij sedertdien bijna nooit is afge-weken. Het toenmalige drankmisbruik is erde oorzaak van, dat hij ook nu nog tot dezeer matigen behoort. Zijn vegetarisme da-teert van dezelfde tijd, die vol idealismewas. Dergelijke zaken hebben niets uit testaan met beton en konden dus hier onge-noemd blijven, als zij niet zo typerend wa-ren voor de mens die thans wordt belicht.In 1916 begint hij in Delft met de studie.Hij herinnert zich thans niet, toen voorkeurgehad te hebben voor een bepaald vak.Van prof. Bakker krijgt hij in 1919 zijn eerstebetoncolleges. De student Haas bosefteniet, welke betekenis het beton voor hemzou krijgen, noch dat hij ruim dertig jaar la-ter de opvolger zou zijn van degene die hemermee in aanraking bracht.In 1921 ontvangt hij het begeerde diploma.Een nieuwe wereld staat voor hem open,maar dat is slechts schijn. De 'groote oor-log' is nauwelijks voorbij, een crisis dreigt.Om aan het werk te kunnen, komt de 22-jarige dan in dienst van het GeodetischBureau te Delft, dat kort tevoren door ir.W.Schermerhorn was opgericht. Ir.Haas gaatzich dan bezighouden met de IJssel-karte-ring. Veel buitenwerk en dus een aangena-me afwisseling na vijf jaar studie. 'Toch washij er niet op z'n plaats', meent nu de assis-tent van toen, de heer L.P.Verlinde, die on-langs bij de Meetkundige Dienst met pen-sioen ging.De vooruitzichten waren niet erg gunstig enbovendien bestonden er trouwplannen, meteen meisje uit Hoorn. Dan wordt er een be-slissing genomen, plotseling, zoals later nogwel eens zal voorkomen. 'Wij gaan naarAmerika', zegt het inmiddels verloofde paar.De heer en mevrouw Haas gaan in '23 ophuwelijksreis naar de V.S., om 'er te blijven.De betonbouw bood de beste kansen. Zokomt hij in de betontechniek, waar hij zichzijn verdere leven thuis zal voelen. Daarontmoet hij de paddestoelvloeren, die vanafdie tijd zijn belangstelling hebben behouden.Door zelfstudie diende hij zich in deze enandere constructies te verdiepen. Het taal-probleem noodzaakte tot het volgen vancursussen 'public speaking'.In enkele jaren tijds heeft ir.Haas daar ver-schillende werkgevers gehad. Hieroverpraat hij niet zo gemakkelijk, omdat zoietsvolgens onze maatstaven zelfs nu nog geenaanbeveling is. Toch zou hij velen zo'n startkunnen aanraden: je doet enorm veel er-varing op en je krijgt een brede basis.In 1927, er is al veel bereikt en men kanzich 'gesettled' voelen, besluit het (nogkinderloze) echtpaar Haas: wij gaan terug.Ook deze beslissing wordt vrij plotselinggenomen. Bij het afscheid zeggen de colle-ga's hem spoedig terug te verwachten. Zijkregen gelijk, doch pas na vele jaren, toenhij als gasthoogleraar naar Amerika kwam.Groot was de overgang van metropool New-York naar het provinciestadje Hoorn. Ookdan is het hier geen gouden tijd. Als tijde-lijk ingenieur van de Rijkswaterstaat kan hijzijn geodetische ervaring benutten bij hettraceren van Noordhollandse wegen.Vrij toevallig komt hij in contact met de Hol-landsche Beton Mij. Zijn buitenlandse erva-ring maakt hem geschikt voor uitzendingnaar het Nederlandsch Indi? van toen.Het kleine gezin (met een zoon uitgebreid)vertrekt in 1929 naar Java, waar nieuwemogelijkheden zijn. Er was immers eengrote vrijheid van handelen, met veel ruim-te voor nieuwe idee?n. Bovendien is erweldra de inspirerende leiding van jhr.ir.H.S. van Lennep, over wie prof.Haas nu nogmet waardering spreekt, omdat onder diensleiding moderne ontwerpen tot stand kwa-men.Een fraai voorbeeld van de toen gebouwdebetonconstructies is de Centrale Pasar teSemarang: een groot gebouw met vele ko-lommen, waarvan de goed gemodelleerdekoppen duidelijk demonstreren dat het hierom een paddestoelconstructie gaat. Stads-architect Th.Karsten verzorgde de vormge-ving, doch het was de H.B.M. die deze eer-lijke betonconstructie voorstelde, constru-eerde en uitvoerde. Dat ir.Haas toen vooralbij de berekening was betrokken, zal thansniemand verbazen. Volgens recente berich-ten, door ir.Van Lennep ontvangen, is dit ge-bouw nog altijd in gebruik: een complimentvoor de ontwerpers en de uitvoerders.Als constructeur van een aannemingsbedrijfhad ir.Haas ervoor te zorgen, dat de ont-worpen constructies ook uit te voeren wa-ren. Toen ontstond ongetwijfeld die prakti-sche instelling, waarmee hij zijn studentenverrast als hij hun ontwerp afkeurt, omdat deuitvoering moeilijkheden zal opleveren.In 1939, kort voor het tweede verlof, wordtbesloten - wederom vrij plotseling - omna dat verlof niet meer naar Indi? terug tekeren. Hij blijft echter bij de H.B.M., te's-Gravenhage, als ingenieur van de door ir.B.Peiser geleide afdeling zuid-oost. In hetbegin is er nogal wat werk voor een con-structeur, maar weldra zijn de oorlogsjarenook in dit opzicht belemmerend. In 1940/'45 bij het herstel van een aantal bruggen,blijkt zijn Indi?-tijd een goede leerschoolgeweest te zijn voor het werken ondermoeilijke omstandigheden.De eerste naoorlogse jaren zijn eveneenskalm, want in hoofdzaak gericht op herstel.Wel is er een gebouw van Philips-Eindho-ven, dat paddestoelvloeren krijgt volgenseen alternatief ontwerp van de H.B.M., waarhij een belangrijke bijdrage aan leverde.In die tijd ontstaat ook zijn plan om op ditonderwerp te promoveren. Prof.ir.P.P.Bijl-aard Jzn, sinds 1947 Delfts hoogleraar inde plasticiteitsleer en de bijzondere bouw-constructies, wordt promotor. Op 14 aprilCement XX (1968) nr. 2 481948 vindt de promotie plaats. Het proef-schrift 'De berekening van paddestoelvloe-ren' betrekt ook de kolomkoppen in de be-rekening, op basis van aannamen die eerstlater experimenteel bevestigd werden.De jonge doctor krijgt weldra een kans omzijn deskundigheid dienstbaar te maken. Opverzoek van de G.B.V.-commissie, onder lei-ding van prof.Bakker, stelt hij voorschriftenop voor paddestoelvloeren. Zijn bewerkingvan de Amerikaanse A.C.I.-Code wordt AfdVIII van de G.B.V. 1950, die de toepassingvan deze constructies heeft gestimuleerd.In de jaren '50 zou hij weer met die voor-schriften geconfronteerd worden, maar danals voorzitter van de commissie die zich be-zighield met de herziening van de G.B.V.1950. Op grond van proeven en nieuwe in-zichten wordt dan ook een andere richtingingeslagen. Eerst zijn er verschillende me-ningen, maar men heeft elkaar toch gevon-den, zoals Afd. IX van de G.B.V. 1962 laatzien. De volgende G.B.V., die ook onderzijn leiding tot stand moet komen, zal.be-wijzen of de ingeslagen richting juist is.In 1949 echter krijgt dr.Haas een anderewerkkring. Na een sollicitatie wordt hij tech-nisch directeur van de Ned. Aann. Mij. v/hH.F.Boersma, de Nedam, te 's-Gravenhage,met 'speciale constructies' als werkgebied.In dat jaar bouwt de Nedam de ondergrond-se K.L.M.-garage te Den Haag, een der eer-ste Nederlandse toepassingen van voorge-spannen beton en van op het werk gepre-fabriceerde liggers. De nieuwe directeurzat dus meteen middenin de nieuwe ont-wikkelingen. Later wordt die combinatievan voorspaning en prefabricage weer toe-gepast, voor de Enkalon-fabrieken te Emmen.Voorbereid wordt de bouwvan de Utrechtse-brug over de Amstel te Amsterdam, deeerste voorgespannen brug van formaat, ineigen kring bekend als het werk van de driedoctoren (Janssonius, Visser t en Haas).Dan komen de voorgespannen schaaldakenvan de Jamin-fabrieken te Oosterhout: met2 X 40 m overspanning een nieuw record.Maar hoe praktisch hij ook is ingesteld enhoe geboeid door het ontwerp en de uit-voering van bijzondere constructies, waar-toe nu ook de schaaldaken gingen behoren,toch voelde hij zich nooit een uitgesprokenaannemer, misschien lag dit hem niet.Daarom aanvaardde hij het verzoek, prof.Bakker in Delft op te volgen, in 1953. Danbegint een geheel nieuwe periode, die wijallemaal kennen, daar deze nog voortduurt.In de Delftse T.H. voelt hij zich thuis, het iseen levensvervulling. Zijn oratie 'Het gewa-pend beton als constructiemateriaal' luiddedan ook een nieuwe fase in.In Delft zijn over hem geen anekdotes inomloop, terwijl men geen bon-mots of ste-reotiepe uitdrukkingen van hem kent. Hij isdaar wellicht t? serieus voor en -- althansnaar buiten -- te weinig ge?motioneerd. De3e-jaarscolleges, het 'basis-vak' beton, geefthij zakelijk en zonder pathos. In het 4e en 5ejaar, bij de door hem ingestelde 'bijzondereonderwerpen', is er meer levendigheid, om-dat hij daarbij uit eigen ervaring vertelt.Prof.Haas is dus zelden een emotioneel do-cent, die anderen meesleept. Maar als hoog-leraar bracht hij iets tot stand van veelmeer belang: hij cre?erde het ge?igendeklimaat voor beton-onderwijs op academischniveau. In Delft is beton een hoofdvak ge-worden; men kan erin afstuderen, zoals bij-na 10% der civiele studenten doet, en hetbiedt ook promotie-mogelijkheden!Deze overgang, van deel-ontwerp naar af-studeerrichting, past in de recente evolutievan het beton. Maar het was prof.Haas diede nieuwe mogelijkheden aangreep. Zijnleerstoel werd aldus een centrum van beton-wetenschap, van betonpropaganda zelfs.De staf van medewerkers, in 1953 nog eeneenmanszaak, groeide uit tot een team vanzo'n 35 man. Velen hunner kregen taken dieverder reiken dan vroeger het geval was.Ook hier vond er een evolutie plaats. Debetonafdeling van het Stevinlaboratoriumen het nog jonge betontechnologisch labora-torium getuigen eveneens van zijn organisa-tievermogen, waarmee hij veel op gang weette brengen. Daarbij volgt hij de grote lijnen,zonder in details te duiken, want daarvoorgunt hij zich niet voldoende tijd.Het is onjuist hem een typische speurwer-ker te noemen. Maar dit betekent beslistniet dat hij speurwerk onbelangrijk acht,integendeel! Hij was een der eersten die opbetongebied het grote belang ervan zag.Als bestuurslid der Betonvereniging bezatvooral hij de visie en de diplomatie, die in1952 leidden tot de oprichting van de C.U.R.Nu na vijftien jaar, is alles zo vanzelfspre-kend. Commissies worden ingesteld enproduceren waardevolle rapporten. Dit voor-bereid en georganiseerd te hebben, en ooknog jarenlang geleid (tot 1964 was hij ervoorzitter van), rechtvaardigt reeds de be-noeming tot ere-lid van de Betonvereniging.Men krijgt de neiging om in hem vooral een'manager 'te zien, hoewel er dan iets apartkomt te staan, wat niet te scheiden is. Ookhijzelf belicht ongaarne dit enkele aspect.Maar daarnaast beseft hij, niet alles zelf tekunen doen. Is het dan niet logisch, dat hijkiest wat hij ambieert? Hij zegt immers dik-wijls, dat je altijd moet doen wat je ligt.In dat licht moet men al zijn activiteitenzien, zowel hier als elders. Door diversefuncties, allereerst als hoogleraar, kreeg hijvele internationale contacten. Zijn buiten-landse ervaring gaf hem de juiste menta-liteit en hij voelt ervoor. Via hem kregenwij aansluiting met wat elders gebeurt,vooral met het C.E.B., de Europese com-missie, waar nieuwe inzichten ontstaanHij zit in het Conseil d'Administration enis 'rapporteur' van de Platen-commissie, dieook de paddestoelvloeren bestudeert.Tot zijn internationale werk behoort verderhet voorzitterschap van de I.A.S.S., de in-ternationale schalenvereniging, want deschalen zijn hem blijven boeien.Door zijn internationale contacten, ook inA.I.P.C., R.I.LE.M. e.d., kreeg hij bekend-heid, vooral in Amerika, waar hij negenmaaleen serie gastcolleges gaf. Zo werd hij eenambassadeur van (beton)technisch Neder-land, wat voor de Delftse T.H. en voor onsgehele land alleen maar gunstig is.In 1953 werd hij voorzitter van de G.B.V.-commissie. Onder zijn leiding ontstond deG.B.V. 1962 en wordt thans gewerkt aan deherziening daarvan. Die commissie weet,hoe hij de vurigste discussies kan kalme-ren, rustig en met begrip voor het nieuwe.In de jaren 1953/'59 was hij ook nog voor-zitter van de B.V. Doch de cumulatie vanfuncties woog te zwaar, zodat hij als voor-zitter aftrad, maar hij bleef bestuurslid.In de loop der jaren heeft hij veel gepubli-ceerd: vier boeken, waarvan twee in hetEngels, en talrijke artikelen, waaronder velevoordrachten. Zij tonen zijn speciale voor-keuren, met name paddestoelvloeren, scha-len, betonresearch en prefabricage.Wie zich op hoog niveau bevindt en dan indiverse richtingen werkt, kan rekenen opkritiek, die overigens veelal ongegrond is.Prof.Haas zegt, hiervoor ongevoelig te zijn,wat onjuist is, want gevoelloos is hij niet.Men beweert dat hij moeilijk te benaderenis, zowel door collega's als studenten; hijzocht dan ook nooit de populariteit, wat inzijn karakter zal liggen. Soms kan hij eenautoritaire indruk maken, ten onrechte, wanthij waardeert elk contact. Als zijn zelfge-voel op zelfoverschatting gaat gelijken, komtdit meestal omdat hij teveel wil doen en dantekortschiet, wat hij zelf betreurt. Maar doorop de juiste wijze te delegeren, nooit af-schuiven!, kan hij veel opvangen.Wie prof.Haas wil kenschetsen, kan me-vrouw Haas niet buiten het beeld plaatsen.Zij immers heeft zijn hele carri?re begeleid,zij was er bij, vanaf het begin. Een zeld-zame twee-eenheid. Hij schaamt zich er nietvoor, te zeggen dat zij vaak een stimulansis, een energiebron als het ware. Men be-merkt trouwens dikwijls haar invloed, ookals zij niet aanwezig is. Het boeket, dathaar op de 'Betondag 1967' werd overhan-digd, was dan ook meer dan aardige geste;het was een bevestiging van haar aandeel.Voor Delft en onze betonwereld is het zaakhet door prof.Haas gerealiseerde te behou-den en uit te bouwen. Hier liggen de hoofd-taken voor zijn opvolgers. Hij zegt, daarinniet ge?nteresseerd te zijn. Onwaarschijnlijk,want hij is er zo mee vergroeid. Maar zijnafscheid ligt nog ver weg, in 1969. v.d.V.Cement XX (1968) nr. 2 49
Reacties