foto 76. tussen de kolommen zijn de geprefabriceerde gewa-pend-betonnen stijlen zichtbaarfoto 17. aanbrengen van de hardglasbekleding op de betonnenstijlengeldt dit nog in sterkere mate. Daarom mag gerekend wordenop een krachtsoverdracht, zoals in figuur 15 met de geschetstekrachtlijnen is aangegeven. Hier is dus een goede krachtsover-dracht in de voeg tot stand gebracht door een weloverwogenvormgeving van de sparing en de voet van de kolom, terwijlde schacht door het aanbrengen van beugels overal even sterkis gemaakt.GEPREFABRICEERDE BETONSTIJLEN VOOR HET AANBREN-GEN VAN DE GLAZEN WANDBEKLEDING IN DE STATIONSEen aardige toepassing van geprefabriceerde betonelementenzijn de stijlen, waarop de glasplaatbekleding van de stations-wanden wordt aangebracht (zie foto's 16-17). Naast een ont-werp in beton is voor deze stijlen een ontwerp gemaakt inverzinkt staal en in aluminium. De gewapend betonnen stijlenbleken echter niet alleen beduidend goedkoper te zijn, maarwaren bovendien stijver, terwijl verwacht mag worden dat degewapend-betonnen stijlen in het geheel geen onderhoudvergen. Roestvorming van de wapening is nl. uitgesloten, om-dat de afmetingen van de betonstijlen zodanig gekozen zijn,dat de buigtrekspanning van het beton ver beneden de toe-laatbare waarde blijft. Eventueel toch optredende scheurvor-ming wordt ruimschoots gedekt door de wapening. Om on-derhoud te vermijden zijn voorts alle bevestigingsmiddelen enschroefhulzen in brons uitgevoerd.De betonnen stijlen worden gemaakt bij de N.V. Basto,Oudenbosch in houten mallen en verdicht op triltafels. Ge-eist wordt een minimum druksterkte van 450 kg/cm2. Tegen detoepassing van deze betonnen stijlen is van bouwkundige zijdenogal wat oppositie geweest onder meer met het oog op eeneventueel onvoldoende maatvastheid en. te verwachten moei-lijkheden bij het stellen. Daarom is besloten de bruikbaar-heid van de betonnen stijlen te toetsen bij de afbouw van het'proef'-station Leuvehaven. De maatvastheid bleek zondermeer-uitstekend te zijn en het stellen is goed verlopen zodat--zij het met enige wijzigingen in de stelconstructie-- dezebetonnen stijlen eveneens bij de overige stations zullen wor-den toegepast. De betonstijlen konden dus ook de toets derkritiek doorstaan van technici, die in dit geval gewend zijn instaal of aluminium te denken, waarmee weer eens bewezenis, dat het beton een ruim en economisch toepassingsgebiedbezit. (wordt vervolgd)Kolonel Scharroo overledenOp 19 augustos j.l., vier weken voor zijn 80e verjaardag, is te's-Gravenhage overleden de kolonel P. W. Scharroo b.d. Het be-richt van zijn overlijden heeft op de gehele Nederlandse bouw-wereld diepe indruk gemaakt, omdat velen hem persoonlijk ken-den en vooral omdat zijn naam bekend was geworden in een zeergrote kring van betontechnici; die vroeger en nu zijn talrijkepublikaties hebben gelezen en bestudeerd.Want dit was een van de bijzondere kwaliteiten van de kolonel, tekunnen schrijven, steeds consci?ntieus en altijd weer met een her-nieuwd enthousiasme over het bouwmateriaal beton en over hetbelangrijkste bestanddeel daarvan, het cement.Vanaf de eerste jaren van deze eeuw hebben cement en beton zijnvoortdurende belangstelling gehad en met beide materialen heefthij zich steeds zowel praktisch als theoretislch beziggehouden.Toen de huidige generatie van betontechnici nog schoolging ofwellicht nog niet geboren was, werd hij belast met de bouw vaneen betonnen bunker (1910), stelde hij een rapport samen over deoprichting van een cementfabriek in Nederland (1915) en schreefhij deel V Overkappingen' van de toenmalige Gewapend-Beton-Bibliotheek (1917) alsmede een 'Inleiding tot de studie van hetgewapend beton' (1918).In de periode van ruim een halve eeuw heeft de overledene enkeleduizenden tijdschriftartikelen alsmede een tiental boeken op hetgebied van cement en beton geschreven. Het boekje 'Water en dehoedanigheid van beton' (1939) en het overvloedig gedocumen-teerde geschiedenisboek 'Cement en beton. Oud en nieuw' (1946)zijn typische voorbeelden van de bijzondere wijze waarop hij deonderwerpen cement en beton wist te benaderen.Cement XV (1963) Nr.8 . 473Ruim 40 jaar was hij redacteur van de Betonkalender/het Beton-jaarboek, bijna 35 jaar was hij vaste medewerker van Cobouw, hijheeft zitting gehad in diverse normalisatiecommissies en vanaf deoprichting (in 1949) tot eind vorig jaar was hij lid van de redactie-raad van Cement.De opsomming van deze activiteiten is slechts een greep uit hetvele dat in dit drukke mensenleven is gepresteerd. Daarnaast staandan nog zijn verdiensten als militair en op het gebied van de sporten de lichamelijke opvoeding.
Reacties