Het garage- en werkplaatsencomplex van het Gemeente-vervoerbedrijf aan de Jan Tooropstraat te Amsterdam-W.door ir. J. W. Kamerling en ir. H. P. Hensel, ingenieurs Afdeling Utiliteitsbouw, Publieke Werken, Amsterdamfoto 1 garage- enwerkplaatsencomplex'West' april 1958 fotoKLM Aerocarto N.V.Algemene omschrijvingIn opdracht van het G.V.B. te Amsterdam werd door de Dienst derPublieke Werken, afd. Utiliteitsbouw, aan de jan Tooropstraat een garage-en werkplaatsencomplex gebouwd.De garage, die volledig gescheiden is gehouden van de werkplaats, omvattwee 34 m brede stallingsgedeelten, ieder voor 81 bussen, en een 15 mbreed trav?e waarin het ketelhuis, enige werkkuilen voor kleine reparatiesen het doorsmeren, alsmede de afreken-, was- en kleedlokalen voor dechauffeurs en het garage-personeel zijn ondergebracht. De garage is eenzgn. stallingsgarage, waarin de bussen in rijen achter elkaar staan.Het traject, dat de bussen in de regel op het terrein zullen volgen, is op desituatie (fig. 3) aangegeven. Voordat de bus de garage binnengaat, is hij inde automatische wasplaats gewassen en zijn de tanks bij de diesel-oliepompen gevuld, en is, zonodig, het koel-water aangevuld.De werkplaatsen omvatten in hoofdzaak een 16 m brede strook metwerkkuilen, een 14 m breed trav?e met de verschillende machine-opstellingen en een 16 m brede voorbouw met twee ver-diepingen, waarinde magazijnen, diverse werkplaatsen en perso-neelsruimten, zijnondergebracht.De 19 werkkuilen zijn voor de bussen slechts vanuit het garage-gedeeltetoegankelijk, waartoe in de scheidingsmuur voor iedere kuil een rolluik isaangebracht. De werkkuilen liggen 4,60 m h.o.h., waarop destramienmaten van het gehele complex zijn gebaseerd. Met het oog op deplaats van de motor, bij het in gebruik zijnde type autobus, zijn dewerkkuilen in het midden verbreed, welke verbreding met behulp vanroosters kan worden dichtgelegd. De wanden van de werkkuilen zijngemetseld en betegeld; in deze wanden zijn de t.l.-armaturenaangebracht. De werkkuilen zijn voorts voorzien van een perslucht- en eenstroomaansluiting.De tussen de kuilen aanwezige kruipruimten, die per kuil bereik-baar zijn,dienen voor het doorvoeren van kabels en leidingen, terwijl tevenshiervanuit de defecte t.l.-lampen kunnen worden verwisseld, hetgeen eenaanzienlijke besparing meebracht op de constructie van de gasdichte t.l.-armaturen.Het 14 m trav?e achter de kuilen is d.m.v. hekken onderverdeeld in deverschillende reparatie- en montageafdelingen en de nodigetransportpaden. Voor het langstransport is een kraanbaan aange-bracht.Onder dit gedeelte is eveneens een kruipruimte gemaakt voor hetonderbrengen van kabels en leidingen.De voorbouw bestaat uit een verhoogde middenpartij met twee vleugels.Ter weerszijden van de middenpartij zijn de ingangen geprojecteerd,waarvan de rechtse de hoofdingang vormt.Op de begane grond bevinden zich enkele magazijnen en nog ver-schillende.werkplaatsen, zoals de stoffeerderij, de machinale hout-bewerking, de smederij, de motorenproefstand, enz. en tevenskantoorruimten voor garage-chef en administratie.Op de verdieping bevinden zich het was- en kleedlokaal en de cantinevoor het werkplaatspersoneel.Daar de cantine tevens voor ontspanningsdoeleinden moet wor-dengebruikt, is hierbij een toneel ingericht. De zaal kan bij uit-voeringen plaatsbieden aan 400 personen.Onder de voorbouw bevindt zich een 30 m lange kelder, waarin debandenopslag en de fietsenberging is ondergebracht. De fietsen-bergingkan, door het dichtmetselen van enkele doorgangen, worden ingericht totbedrijfsschuilkelder. De ventilatieinrich-tingen en de gasdichtescherfdeuren werden reeds aangebracht.fig. 2. gedeefte interieur garage786juni I957Cement 10 (1958) Nr 19--20fig. 3. situatieen plattegrond1. trap fietsenberging2. bandenberging3. fietsenberging(bedrijfsschuilkelder)4. stoffeerderij5. magazijn6. machinale houtbewerking7. bandenreparatie8. gereedschap-magazijn9. chef werkplaats+kantoor10. hoog- en iaagspannings-ruimten11. archief12. administratie13. adj.chef14. chef15. dokterskamer16. ingangs hall17. smederij18. telefoniste19. accu's20. electrici?ns werkplaats21. motorenproefstand22. brandstofpompen23. magazijn24. ventilatiekamer25. kleedkamers (toneel)26. schaftlokaal enrecreatiezqal27. keuken28. hall29. garderobe30. douches31. was- en kleedlokaal32. reinigingslokaal33. schilderswerkplaats34. werkplaats35. dienstwagens36. verdeelstation cv.37. garage38. chef afrekenlokaal39. afrekenlokaal40. schaftlokaal41. was- en kleedlokaal42. magazijn43. smeerkuiten44. accu's45. smeeroli?n46. bandenberging47. ketelhuis48. portiersloge49. wasplaats50. diesolinepompen51. benzinepomp52. circuit(bestratingsplaten)53. klinkerbestratingfig. 4. dwars- en langsdoorsnede werkplaatsenCement 10 (1958) Nr. 19--20 787fig. 5. dwarsdoorsneConstructieHet gehele complex is gefundeerd op de in de stadsuitbreidinggebruikelijke betonpalen, ca. 13 m lang, schacht 29 ? 29 cm2, punt opp.50 ? 50 cm2, met een toegelaten paalbelasting van 40 ton, terwijlgerekend is op 10 ton negatieve kleef.De gebouwen zijn uitgevoerd met een betonskelet, waarin ver-schillendedilatatievoegen zijn aangebracht. De uitvoering in ge-deelten werdhierdoor vereenvoudigd.Over de gehele laagbouw zijn shedkappen toegepast, daar voor dewerkplaats noorderlicht werd ge?ist en er tevens rekening mee moestworden gehouden, dat de garage-gedeelten eveneens tot werkplaatskunnen worden verbouwd. Hiertoe zijn in het stal-lingsgedeelte no. I reedsde palen geslagen voor de later te bou-wen werkkuilen.Daar de stramienmaat 4,60 m bedraagt en het gewenst was in de garage,met het oog op het manoevreren van de bussen (o.a. voor het op dewerkkuilen brengen) de kolomafstand zo groot mogelijk te kiezen, is dezeuiteindelijk op 9,20 m vastgesteld. Ter vermij-ding van de dwarsbalkenvolgde hieruit voor de sheds eveneens een overspanning van 9,20 m. Inde richting van de hoofdbalken bedragen de kolomafstanden resp. 14-16m; 18-16-15 m en 18-16 m.Hoewel de opzet was, de gehele bovenbouw in prefab te maken, moest,in verband met deze onregelmatige kolomafstanden, voor de hoofdbalkenhiervan worden afgezien.De keuze viel dus uiteraard op ter plaatse gestorte balken met een voorde bekisting zoveel mogelijke uniforme doorsnede. Als wa-pening werdDemka-kamstaal toegepast.De constructie is berekend volgens de T.G.B.-I950, met dien ver-stande,dat voor de hoofdbalken is gerekend op een sneeuw- of nuttige belastingvan 50 kg/m2grondvlak. De toegelaten span-ningen in beton en staalbedragen resp. 100 en 2 200 kg/cm2. Het kamstaal is zonder hakentoegepast. Als aanhechtingsspanning is 15 kg/cm2toegelaten.De verdere dakconstructie bestaat uit 7,5 cm dikke Durisol-platen. Deh.o.h. afstanden van de.shedspanten is voor alle delen constant op 2,50m1gehouden; ter plaatse van de dilatatievoegen is een eindspant metpasplaten toegepast.Om de sheds zo licht mogelijk te houden is het glas onder 60? ge-plaatst,hetgeen tevens het voordeel heeft, dat nog ruiten uit ??n stuk kunnenworden toegepast. Hellende glasstroken hebben een grotere hemelfactordan stroken met verticaal glas. De lichtdoor-latendheid van draadglas istegenwoordig slechts weinig minder dan van normaal glas. Devermindering van de helderheid door de vervuiling blijft een dubieuzefactor. Gebleken is, dat de vervui-ling, in het bijzonder wat hetgaragegedeelte betreft, aan de bin-nenkant groter is dan aan debuitenkant.De spanten zijn berekend als twee scharnierspanten; daar bij de montagede afstand tussen de opleggingen iets kon vari?ren, is voor het bepalenvan het veldmoment het moment in de top slechts voor de helft inrekening gebracht.foto 6. opslag shedspanten op het bouwwerk788augustus 1956De horizontale krachten van de spanten worden in de eindveldenopgenomen door op de dakplaten gestorte liggers, welke, via aan de voetingeklemde kolommen, de horizontale krachten naar de funderingoverbrengen. Achteraf gezien zou op het ogenblik de voorkeur wordengegeven deze krachten op te nemen d.m.v. ge-storte eindportalen terbreedte van een enkel trav?e i.c. 4,60 m. De spanten zijn op deonderflens van de hoofdliggers geplaatst. Hierdoor was het mogelijk hetvoorste spantbeen vrij te houden van het glasvlak, dat nu geheel vrij konworden ingedeeld. Tevens werd de overspanning van het been dat deeigenlijke dakconstruc-tie draagt, hierdoor kleiner.De hoofdliggers hebben een T-vormige doorsnede; deze vorm werd inhoofdzaak gekozen om het eigen gewicht te verminderen en om deopleggingen van de spanten zodanig te vormen, dat de hoofdvorm van debekisting zonder meer kon worden gehand-haafd.De oplegging vindt daarom plaats op inkassingen in de onderflens. Deopleggingen aan beide zijden van de balken verschillen zodanig, dat dewringende momenten, door het verschil in oplegkracht, klein blijven enverwaarloosd kunnen worden; verder zijn de liggers over de gehele lengteprismatisch gehouden, alhoewel de momenten boven demiddensteunpunten maatgevend zijn.De eindkolommen zijn als pendelstijl uitgevoerd om de grote momentenen langskrachten, die t.g.v. krimp en temperatuur-vervormingen ontstaan,te vermijden. De windkrachten in de lengterichting van de spanten wordendoor de middenkolommen opgenomen. De middenkolommen zijn alle 45? 45 cm2en de eind-kolommen 20 ? 45 cm2gehouden.Cement 10 (1958) Nr 19--20De T-vormige doorsnede geeft bij gewapend beton moeilijkheden voor deopbuigingen van het wapeningsstaal, dat in het dunne lijf niet kan wordengeborgen, terwijl tevens bij overspanningen van 14-18 m, indien dewapening opgebogen wordt, men niet meer met de handelslengtenuitkomt (zie fig. 9, blz. 790).De hoofdwapening is daarom samengesteld uit rechte staven van 14 m enkorter, waarbij het totale staaloppervlak in iedere door-snede is aangepastaan de maximum en minimum momenten-lijnen. De lijfbreedte van het T-profiel bedraagt 18 cm. Deze maat is zo ruim gekozen dat voldoenderuimte aanwezig is voor het plaatsen van de verdeel- en schuifwapeningen voor het storten en trillen van de betonspecie. Verder is boven desteunpunten de wapening zodanig geplaatst, dat boven in het lijf minimaaleen af-stand tussen de staven van 10 cm open bleef, zodat over degehele lengte van de balken, de betonspecie goed gestort en getrild konworden.De wapening in het lijf bestaat uit een langswapening, open beu-gels enlosse staven onder 45?. Deze staven grijpen allen om de hoofdwapeningheen, zodat deze als het ware, in plaats van op-gebogen, gestekt is metveel dunnere staven. In verband met de scheurvorming is de wapeningzoveel mogelijk verdeeld als in de beschikbare doorsnede mogelijk is,terwijl ter plaatse van de grootste buigende momenten in het lijf en detrekflens, extra langswapening is aangebracht. Tot nu toe is er nog geenenkele scheur geconstateerd.De voorbouw is een eenvoudig betonskelet met balken 4,60 m h.o.h.,behalve in het magazijngedeelte, waar voor de begane-grond- en eersteverdiepingsvloer een paddestoelvloer is toe-gepast.In de dakbalken van de recreatiezaal was het noodzakelijk de kanalen vande luchtverversingsinstallatie door de balken met een overspanning van18 m heen te voeren, ter plaatse van deze spa-ringen werd de balk alsvierendeelligger berekend.Een shedspantje is proefbelast, waaruit bleek, dat de breukveilig-heid zeerhoog was en een zeer goede verdeling van de scheur-vorming wasverkregen over verschillende punten.In ??n van de hoofdliggers is ongeveer I jaar lang de krimp geme-ten,waartoe een ca. 10 meter lange buis met een staaf was inge-betonneerd.Het gemeten verschil tussen buis en staaf gaf een krimpmaatvan 15 ? 10-5.UitvoeringIn verband met de noodzaak zo spoedig mogelijk stallingsruimte terbeschikking te hebben, is het garagegedeelte I het eerste ge-bouwd;vervolgens het werkplaatsgedeelte, terwijl de voorbouw en hetgaragegedeelte II min of meer gelijktijdig zijn uitgevoerd. Dit was mogelijkdoor de gekozen plaats van de dilatatievoegen. De shedspanten zijn doorde aannemer, N.V. Amsterdamsche Ballast Mij, liggend gestort in eenstalen bekisting. Er werden ongeveer 6 spanten op elkaar gestort mettriplex er tussen. De 490 spanten zijn met behulp van 6 mallenvervaardigd. Aangezien de spantjes te slap waren om zonder meer teworden opgetild, werden zij eerst m. b.v. een speciale kantelinrichtingverticaal ge-draaid, vervolgens werd een tijdelijke trekstang tussen deshed-benen bevestigd en werden zij rechtop opgeslagen, in afwachtingvan de montage.De trekstangen werden gehandhaafd totdat de horizontale liggers op hetdak waren gestort en de voegen tussen de spantbenen en de T-liggerswaren volgezet.De hoofdliggers werden eveneens in een stalen bekisting gestort. Hetaanbrengen van een zeeg werd hierdoor praktisch onmoge-lijk, zodatuiteindelijk alleen aan de bodem enige tonrondte ge-geven is. De stalenkist werd in totaal 33 maal gebruikt.VerwarmingDe verwarming van de laagbouw vindt plaats met behulp van heaters, diede buitenlucht aanzuigen, welke door heet water (12? - 6 atm) wordtverwarmd en in de garage wordt geblazen. Voor de kantoren vindt deverwarming met radiatoren plaats. In verschillende onderstations wordthiertoe het hete water in zgn. warm water omgezet.Voor het opwekken van de warmte is een ketelhuis ingericht, ca. 270 m2groot, met 3 ketels van het type Bronswerk en met een totale capaciteitvan 5 000 000 kcal./h.VerlichtingDe verlichting in het garage- en werkplaatsgedeelte is met t.l.-armaturenuitgevoerd. De bakken zijn gemonteerd op langsbalk-jes, die aan desheds hangen. Deze balkjes dienen tevens voor bevestiging van destroomdraden.Terreinbestratingen en vloerafwerkingenIn verband met de grote zakking van het pas opgehoogde terrein, zijn deterreinbestratingen in zgn. wegplaten uitgevoerd. In de garage zijn 2 ? 2meter L.T.-platen van de N.V. 'De Meteoor' toe-gepast. In dewerkplaatsen zijn de betonvloeren door N.V. Van Neerbos van Lonsicar-slijtlagen voorzien. Bij de machineopstel-lingen werden houten-blokjesvloeren toegepast.Garage toegangenDe toegangen tot de garage worden afgesloten met door de handbediende kanteldeuren, met openingen in de dag van resp. 6 en 9 meter.WasplaatsVoor het dagelijks reinigen van de binnenlopende bussen, is een specialewasplaats ingericht, voorzien van een automatische bus-wasmachine.PortierslogeTussen de inrit en de uitrit is een portiersloge ingericht, met het oog op denormale controle van de ingang en tevens voor het registreren van de in-en uitgaande bussen.Summary - Sommaire - Zusammenfassung p. 811foto 8. montage van een shedspaCement 10 (1958) Nr. 19--20 789juni 1957790 Cement 10 (1958) Nr. 19--20
Reacties