drs.C.F.van der Schaaf,CUR-VB commissie II'Hergebruik sloopbeton'Gebruik van natuurlijkegrondstoffen en hergebruikvan buikafvalstoffen*Tabel 1hoeveelheid(x milj. ton)Industriezand 24,6 (1973)23,5 (1974)21,6 (1975)24,4 (1976)Beton- en metselzand 20,1 (1973)17,4 (1975)17,0 (1977)Ophoogzand ca. 40 (1975)ca. 48 (1976)Grind 19,0 (1971)16,4 (1973)13,0 (1975)11,4 (1977)Klei 6,2 (1976)Mergel ca. 4,5 (1975)*lezing uitgesproken op de CUR-VB dagdd. 9 april jl. te AmersfoortCement XXXI (1979) nr. 8Jaarlijks worden in Nederland grote hoeveelheden zand, grind, klei en mergel gewonnen, dievrijwel geheel nodig zijn voor de uitvoering van werken op het gebied van de woningbouw enutiliteitsbouw en werken in de sector grond-, weg- en waterbouw. De hoeveelheden waar hethierbij om gaat zijn vermeld in tabel 1. De behoefte aan grind en mergel is in feite aanzienlijkgroter dan de in eigen land gewonnen hoeveelheden. Voor beton- en metselzand bestaat er eenexport-overschot terwijl de benodigde klei vrijwel geheel in eigen land wordt gewonnen. Deproduktie van grind is de laatste jaren afgenomen. De import ervan is, vooral vanuit het DuitseRijngebied, toegenomen en bedraagt thans ca. 45% van het verbruik.Een hoofdstuk apart vormt de mergelvoorziening. Van de in Nederland gewonnen mergel werdca. 80% gebruikt voor cementfabricage. Door verhoogde invoer van klinker uit Belgi? is dewinning van mergel in Zuid-Limburg ten behoeve van de cementfabricage de laatste jarenverminderd. De problematiek rond de concessieaanvraag van de ENCI voor het plateau vanMargraten is hieraan uiteraard niet vreemd. Tegen de winning van bodemmaterialen worden inons land steeds meer bezwaren geuit door milieu- en natuurbeschermingsorganisaties, daar desteeds verder gaande ontgrondingen een bedreiging vormen voor natuur en landschap. Erwordt van die kant dan ook sterk aangedrongen op een terughoudend beleid ten aanzien van hetverlenen van ontgrondingsvergunningen.Aan de andere kant is door de industrie?n, die afhankelijk zijn van oppervlaktedelfstoffen, denoodklok geluid omdat de continu?teit van de ondernemingen in gevaar komt en de grond-stoffenvoorziening te veel afhankelijk wordt van invoer. De LCCO heeft in een interimadvies aande Minister van Verkeer en Waterstaat aanbevelingen gedaan ten aanzien van zand, grind enklei. Voor de zandwinning wordt voorgesteld om voor de korte termijn het huidige produktie-niveau te handhaven. Voor grind moet de produktie op een zodanig peil worden gehouden, datde voorziening niet in gevaar komt. Voor beide dient zo veel mogelijk gebruik te worden gemaaktvan alternatieve mogelijkheden. Die alternatieven zijn: import (c.q. verhoogde import), winninguit zee en hergebruik van afvalstoffen.Welke mogelijkheden biedt hergebruik van afvalstoffenHet gaat hierbij om zogenaamde buik-afvalstoffen, dat wil zeggen afvalstoffen van redelijkconstante samenstelling die per locatie vrijkomen in hoeveelheden van (bij voorkeur) tenminste100 000 ton per jaar. De in aanmerking komende afvalstoffen zijn : bouw- en sloopafval, vliegas,baggerslib, fosforzuurgips en slakken van verschillende herkomst.Bouw- en sloopafvalDe totale hoeveelheid bouw- en sloopafval bedroeg de laatste jaren ca. 6 miljoen ton per jaar.Schattingen van de toekomstige hoeveelheden lopen nogal sterk uiteen. Met name dehoeveelheid betonpuin zal naar verwachting op den duur aanzienlijk toenemen. Volgens eenonderzoek dat het Bouwcentrum in 1978 heeft verricht in opdracht van de SVA bedraagt dehoeveelheid bouw- en sloopafval uit de woningbouwsector alleen (dat wil zeggen afval vanafbraak, renovatie en nieuwbouw van woningen) circa 3 miljoen ton per jaar. Hiervan is 62%metselwerk, 24% beton, 6,1% ander puin, 2,3% dakpannen en 4,7% hout. De samenstellingvan het afval, dat als bouw- en sloopafval wordt afgevoerd naar stortplaatsen wijkt hier duidelijkvan af. Een deel van het puin wordt nu reeds 'hergebruikt', maar dan als opvulmateriaal en voorterreinverharding. Daarbij komt dat naar stortplaatsen voor bouw- en sloopafval ook heel watander afval wordt afgevoerd.Indien wordt aangenomen dat het afval uit andere sectoren van de bouw eveneens overwegenduit beton- en metselwerkpuin bestaat betekent dit dat jaarlijks beschikbaar komt aan betonpuin1 ? 1,5 miljoen ton en aan metselwerkpuin 3 ? 3,5 miljoen ton. Het hergebruik hiervan isondermeer afhankelijk van de toepassingsmogelijkheden en van de economische aspectendaarbij.Na het inwerkingtreden van de Afvalstoffenwet zal ongecontroleerd storten van bouw- en sloop-afval niet meer worden toegestaan. Het 'hergebruik' als vulmateriaal (bij voorbeeld in geluids-wallen) en terreinverharding kan hier ook onder gerangschikt worden. De belangrijkstetoepassingsmogelijkheden zijn daarom toeslagmateriaal voor asfaltbeton en toeslagmateriaal332Cement XXXI (1979) nr. 8voor cementbeton, dus toepassingen in gebonden vorm. Wat de economische aspecten betreftzijn de kostenverhogende factoren: andere sloopmethoden bij voorkeur selectief slopen), extratransport en de bewerking van het puin. Aan de andere kant zullen door een toenemend gebrekaan stortruimte en door strengere eisen bij gecontroleerd storten, de storttesten naar ver-wachting aanzienlijk stijgen en daarmee de negatieve waarde van het bouw- en sloopafval. DeAfvalstoffenwet maakt het mogelijk om voor afdracht van het bouw- en sloopafval aan verwer-kingsinrichtingen tarieven vast te stellen, die gebaseerd zijn op de stortkosten en afhankelijkkunnen zijn van de samenstelling van het afval.VliegasSinds het midden van de jaren '60 hebben we in Nederland geen vliegasprobleem en wordt devliegas, die toepassing vindt als vulstof, juist ge?mporteerd. Naarmate in de komende jaren meerkolen gebruikt zullen worden voor de energievoorziening zal de hoeveelheid vliegas vanelectriciteitscentrales gaan stijgen tot circa 1 miljoen ton per jaar. Met inbegrip van de groteindustrie?n zal de vliegasproduktie omstreeks het jaar 2000 circa 2 miljoen ton per jaarbedragen.Er zijn meerdere toepassingsmogelijkheden van vliegas bekend, onder andere:wegenbouw - wegfundering en wegconstructiecement en -produkten - vulstof in beton of mortel- cementvervanging in beton of mortel- grondstofcomponent voor de cementfabricage.betontoeslagmateriaalIn naburige landen wordt een groot deel van de vliegas hergebruikt.land hoeveelheid (min. ton) hergebruik %W.-Duitsland(1975) 1 86,3Groot Brittanni? ('73-74) 10 49,3Frankrijk ('73-74) 4 72Een belangrijke toepassing is de gedeeltelijke vervanging van cement door vliegas. In Frankrijken Oostenrijk bestaan reeds normen voor cement-vliegasmengsels, in Duitsland zijn ontwerp-normen gepubliceerd. Ook in Nederland zal een dergelijke ontwikkeling op gang moeten komen.Een bekende toepassing is verder de fabricage van een (licht) toeslagmateriaal. Er wordtoverwogen om in Nederland eveneens een dergelijk bedrijf te vestigen.BaggerslibBaggerslib vormt een typisch Nederlands probleem, maar dan wel van grote omvang. In totaalmoet per jaar ruim 20 miljoen ton havenslib verwijderd worden met een droge-stof gehalte vancirca 40% of wel 8 miljoen ton. Een belangrijk deel hiervan wordt noodgedwongen in zee gestort,ondanks het risico dat ook daaraan voor de milieuhygi?ne verbonden is; voor het slib datbinnenslands moet worden gestort of opgeslagen is nauwelijks een aanvaardbare oplossing tevinden. Onderzoek naar aanvaardbare toepassingsmogelijkheden is hier dringend gewenst.Daarbij valt bijvoorbeeld te denken aan de fabricage van (licht) toeslagmateriaal uit baggerslibof uit een combinatie van baggerslib en vliegas.Voor alle genoemde afvalstoffen geldt dat de traditionele verwijderingsmethoden milieuhy-gi?nisch gezien niet aanvaardbaar zijn, wat tot uitdrukking komt in de verschillende milieu-wetten. Het storten van afvalstoffen in oppervlaktewater zal daardoor uitgesloten zijn. Hetstorten respectievelijk opslaan op of in de bodem zal aan strenge voorwaarden moeten voldoen.Dit heeft tot gevolg dat de kosten van de afvalverwijdering zullen toenemen. De negatievewaarde van afvalstoffen zal, economisch gezien, het hergebruik kunnen bevorderen. Maar omde gewenste hergebruiksmogelijkheden te realiseren zal nog veel onderzoek nodig zijn.Onderzoek en voorschriftenVan de genoemde afvalstoffen heeft het bouw- en sloopafval hier de meeste aandachtgekregen, mede doordat dit in de Afvalstoffenwet reeds wordt aangewezen als aparte categorie,waarvoor provinciale plannen moeten worden gemaakt. Sinds september 1977 bestaat er eeninterdepartementale werkgroep 'Hergebruik van Bouw- en Sloopafval' met als taak dithergebruik te bevorderen. In maart 1979 heeft deze werkgroep een nota uitgebracht, waarin hetbeleid ten aanzien van hergebruik van bouw- en sloopafval is omschreven. Binnenkort zal dezepublikatie aan de in de bouwindustrie werkzame organisaties en bedrijven, worden toegezon-den. Het beleid is er ondermeer op gericht het hergebruik te bevorderen door toepassing vanbetonpuin en metselwerkpuin als toeslagmateriaal mogelijk te maken. Hiervoor is het nodig datde normen en voorschriften worden uitgebreid. Door de Minister van Volksgezondheid enMilieuhygi?ne is aan de Stichting CUR-VB een subsidie verleend voor een onderzoek naar hetgebruik van metselwerkpuin als toeslagmateriaal voor beton en het opstellen van aanvullendevoorschriften daarvoor. Eerder werd reeds een subsidie verleend ten behoeve van het CUR-project: 'Slopen, hergebruik en demontage van beton', met name voor het deelproject 'Her-gebruik' dat eveneens moet leiden tot aanvullende betonvoorschriften.333
Reacties